brake sensor TOYOTA COROLLA HATCHBACK 2019 Instructieboekje (in Dutch)

Page 402 of 690

401
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Als de Parking Sup
port Brake in wer-
king is getreden
Als de auto is stilgezet door de werking
van de Parking Support Brake, wordt de
Parking Support Brake uitgeschakeld en
gaat het controlelampje PKSB OFF bran-
den. Als de Parking Support Brake onno-
dig in werking treedt, kan de remregeling
worden geannuleerd door het rempedaal
in te trappen of door ongeveer 2 seconden
te wachten totdat deze automatisch wordt
geannuleerd. Vervolgens kunt u verder rij-
den door het gaspedaal in te trappen.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake
Wanneer de Parking Support Brake is uit-
geschakeld door de werking ervan, kunt u
zelf het systeem weer inschakelen
( → Blz. 397) of het contact UIT en vervol-
gens weer AAN zetten. Het systeem wordt
automatisch weer ingeschakeld als het
obstakel zich niet langer in de rijrichting
van de auto bevindt of als de auto van rij-
richting verandert (bijvoorbeeld achteruit in
plaats van vooruit of andersom).
■Wanneer “Parking Support Brake
Unavailable” (Parki ng Support Brake
niet beschikbaar) op het multi-infor-
matiedisplay wordt weergegeven en
het controlelampje PKSB OFF knip-
pert
Als de auto is stilgezet door de werking
van de Parking Support Brake, wordt de
Parking Support Brake uitgeschakeld en
gaat het controlelampje PKSB OFF bran-
den.
●Mogelijk is een van de sensoren bedekt
met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Ver-
wijder dit van de sensor om te zorgen
dat het systeem weer normaal werkt.
Ook wordt er bij lage temperaturen
mogelijk een waarschuwingsmelding
weergegeven doordat zich ijs vormt op
een sensor en een sensor daardoor
mogelijk geen obstakels signaleert.
Zodra het ijs smelt, zal het systeem
weer normaal werken.
●Wanneer deze melding wordt weerge-
geven is een sensor op de voor- of ach-
terbumper mogelijk vuil. Reinig de
sensoren en het omliggende gebied op
de bumpers.
●Als deze melding na het schoonmaken
van de sensor nog steeds wordt weer-
gegeven of wordt weergegeven
ondanks dat de sensor schoon is, laat
uw auto dan controleren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Mogelijk is het systeem na het losnemen
en weer aansluiten van een accuklem
niet geïnitialiseerd. Initialiseer het sys-
teem. ( →Blz. 401)
Als deze melding na de initialisatie nog
steeds wordt weergegeven, laat de auto
dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Als een accuklem is losgenomen en
weer is aangesloten
Het systeem moet worden geïnitialiseerd.
Rijd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit
met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger. Draai daarnaast, bij auto's met Par-
king Support Brake-functie, als de auto
stilstaat, het stuurwiel geheel naar links en
vervolgens geheel naar rechts.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 401 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 403 of 690

402
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ond
ersteunende systemen
*: Indien aanwezig
Deze functie werkt in situaties zoals hieronder aangegeven wann eer in de rij-
richting van de auto een object wordt gesignaleerd.
■ Er wordt langzaam gereden en het rempedaal wordt niet of te laa t inge-
trapt
Parking Suppor t Brake-functie (voor stilstaande
objecten)*
Als de sensoren een stilstaand object, zoals een muur, signaler en in de
rijrichting van de auto en het systeem oordeelt dat zich een aanrijding
voor kan doen doordat de auto p lotseling naar voren beweegt doo rdat
het gaspedaal per ongeluk wordt ingetrapt, wanneer de auto de v er-
keerde kant op rijdt doordat de verkeerde schakelstand wordt ge selec-
teerd of tijdens het parkeren of het rijden met een lage snelheid, werkt
het systeem om de gevolgen van een aanrijding met het gesignaleerde
stilstaande object zo veel mogelijk te beperken.
Voorbeelden van het in werking treden van de functie
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 402 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 405 of 690

404
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ond
ersteunende systemen
■Voorwaarden voor werking van de
Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten)
De functie werkt als het controlelampje
PKSB OFF niet brandt of knippert
(→ Blz. 109, 111) en aan alle onderstaande
voorwaarden wordt voldaan:
●Begrenzingsregeling motorvermogen
• De Parking Support Brake is ingescha- keld.
• De rijsnelheid is 15 km/h of lager.
WAARSCHUWING
●Vervang een defecte sensor uitslui-
tend door een originele sensor.
●Stel een sensor en zijn omgeving niet
bloot aan krachtige schokken.
●Beschadig de sensoren niet en houd
ze altijd schoon.
●Wanneer het gebied rondom een
radarsensor wordt blootgesteld aan
een krachtige schok, werkt het sys-
teem mogelijk niet goed meer doordat
de sensor niet goed meer werkt. Laat
de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige.
■Omgaan met de wielophanging
Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging aan, aangezien veranderingen
in de wagenhoogte of de hellingshoek
van de auto ervoor kunnen zorgen dat
de sensoren objecten niet juist signale-
ren, dat het systeem niet werkt of dat
het systeem onnodig werkt.
■Als de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande
objecten) onnodig wordt geacti-
veerd, bijvoorbeeld op een spoor-
wegovergang
Als de Parking Support Brake-functie
(voor stilstaande objecten) onnodig in
werking treedt op een spoorwegover-
gang e.d., wordt de remregeling na
ongeveer 2 seconden uitgeschakeld,
zodat u verder kunt rijden en de plek
kunt verlaten. De remregeling kan ook
worden geannuleerd door het rempe-
daal in te trappen. Wanneer u het gas-
pedaal intrapt nadat de remregeling is
geannuleerd, kunt u weer verder rijden
en de plek verlaten.
■Opmerkingen bij het wassen van
de auto
Stel de omgeving van de sensoren niet
bloot aan sterke waterstralen of stoom.
Anders kan de sensor defect raken.
●Spuit bij het wassen van de auto met
een hogedrukreiniger niet recht-
streeks op de sensoren, omdat dit er
toe kan leiden dat een sensor niet
meer goed werkt.
●Richt bij het wassen van de auto met
stoom de stoom niet rechtstreeks op
de sensoren, omdat dit er toe kan lei-
den dat een sensor niet meer goed
werkt.
■Wanneer moet de Parking Support
Brake uitgeschakeld worden
Schakel in de onderstaande situaties de
Parking Support Brake uit, omdat het
systeem anders mogelijk zelfs werkt als
er geen kans op een aanrijding is.
●Bij een controle van de auto op een
rollenbank o.i.d.
●Wanneer de auto op een schip,
vrachtwagen of ander transportmiddel
wordt geladen
●Als de wielophanging is gewijzigd of
als er een andere maat banden dan
voorgeschreven is gemonteerd
●Als de voorzijde van de auto omhoog
of omlaag staat door de belading van
de auto
●Als er uitrusting die een sensor kan
hinderen, zoals een sleepoog, bum-
perbeschermer (een extra bescherm-
strip, enz.), fietsendrager of
sneeuwploeg, is geplaatst
●Bij het wassen van de auto in een
wasstraat
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 404 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 406 of 690

405
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
• Er bevindt zich een stilstaand object in
de rijrichting van de auto, op een
afstand van 2 tot 4 m.
• De Parking Support Brake stelt vast dat
er harder dan normaal moet worden
geremd om een aanrijding te voorko-
men.
●Remregeling
• De begrenzingsregeling motorvermogen is in werking
• De Parking Support Brake stelt vast dat
er onmiddellijk moet worden geremd om
een aanrijding te voorkomen.
■Voorwaarden voor h et stoppen van
de werking van de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objec-
ten)
De werking van de functie stopt als aan
één van de volgende voorwaarden wordt
voldaan:
●Begrenzingsregeling motorvermogen
• De Parking Support Brake is uitgescha- keld.
• Het systeem stelt vast dat de aanrijding voorkomen kan worden met normaal
remmen.
• Het statische object bevindt zich niet langer op een afstand van 2 tot 4 m van
de auto in de rijrichting van de auto.
●Remregeling
• De Parking Support Brake is uitgescha- keld.
• Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat de auto door de remregeling tot
stilstand is gebracht.
• Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de auto tot stilstand is gebracht door de
remregeling.
• Het statische object bevindt zich niet langer op een afstand van 2 tot 4 m van
de auto in de rijrichting van de auto.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten)
→ Blz. 401
■Detectiebereik van de Parking Sup-
port Brake-functie (voor stilstaande
objecten)
Het detectiebereik van de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objecten)
verschilt van dat van de Toyota Parking
Assist-sensor. ( →Blz. 388) Daardoor wordt de Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten) mogelijk niet geacti-
veerd, ook al signaleert de Toyota Parking
Assist-sensor een obstakel en wordt er
een waarschuwing gegeven.
■Objecten die mogelijk niet door de
Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten) worden gesig-
naleerd
Het kan voorkomen dat de sensoren
bepaalde objecten niet signaleren, zoals
de volgende:
●Voetganger
●Katoen, sneeuw of andere materialen
die ultrasoongolven slecht weerkaatsen.
●Objecten die niet loodrecht op de grond
staan, objecten die niet in een rechte
hoek ten opzichte van de rijrichting van
de auto staan en ongelijkmatige of gol-
vende objecten
●Lage objecten
●Dunne objecten zoals draden, hekken,
touwen en palen van verkeersborden
●Objecten die zich extreem dicht bij de
bumper bevinden
●Zeer hoekige objecten
●Hoge obstakels waarbij het bovenste
deel uitsteekt in de richting van uw auto
■Zoemer Toyota Parking Assist-sensor
Als, ongeacht of de zoemer van de Toyota
Parking Assist-sensor is ingeschakeld of
niet ( →Blz. 384), de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objecten) is
ingeschakeld ( →Blz. 397) en de sensoren
voor en achter een obstakel signaleren en
de remregeling wordt uitgevoerd, klinkt de
zoemer van het Toyota Parking Assist
Sensor-systeem om de geschatte afstand
tot het obstakel aan te geven.
■Omstandigheden w aaronder de Par-
king Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten) mogelijk werkt,
zelfs als er geen kans op een aanrij-
ding is
Onder sommige omstandigheden, zoals
de onderstaande, werkt de Parking Sup-
port Brake-functie (voor stilstaande objec-
ten) mogelijk zelfs als er geen kans op een
aanrijding is.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 405 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 407 of 690

406
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ond
ersteunende systemen
●Omgeving van de auto
• Wanneer op een smalle weg wordt gere- den
• Wanneer op een grindweg of in een omgeving met hoog gras wordt gereden
• Wanneer richting een spandoek of vlag, een laaghangende tak of een slagboom
(zoals wordt gebruikt bij spoorwegover-
gangen, tolpoortjes en parkeerplaatsen)
wordt gereden
• Bij het rijden op een smalle rijbaan omringd door constructies, zoals een
tunnel of een stalen brug
• Bij fileparkeren
• Bij een groef of gat in het wegdek
• Wanneer de auto over een metalen afdekking (rooster) rijdt, zoals gebruikt
boven afvoergoten
• Bij het rijden op een steile helling
• Als een sensor wordt geraakt door een
grote hoeveelheid water, zoals bij het rij-
den op een overstroomde weg
●Weer
• Als een sensor is bedekt met bijvoor-
beeld ijs, sneeuw of vuil (nadat de sen-
sor is schoongemaakt, zal het systeem
weer normaal werken)
• Bij zware regenval of als er veel water op een sensor terechtkomt
• Bij het rijden onder barre weersomstan-
digheden, bijvoorbeeld bij mist, sneeuw
of een zandstorm
• Wanneer het stevig waait
●Andere bronnen van ultrasoongolven
• Wanneer in de omgeving van de auto ultrasoongolven worden geproduceerd
door claxons, voertuigdetectiesystemen,
motorfietsmotoren, luchtremmen van
vrachtwagens, sonarsystemen van
andere auto's of andere bronnen.
• Als een sticker of een elektronisch onderdeel zoals een kentekenplaat met
achtergrondverlichting (met name fluo-
rescerende), een mistlamp, een spat-
bordantenne of een draadloze antenne
in de buurt van een van de sensoren is
geplaatst
●Wijzigingen in de stand van de auto ten
opzichte van de weg
• Als de auto sterk naar één kant helt
• Als de voorzijde van de auto omhoog of omlaag staat door de belading van de
auto
• Als de stand van een sensor is gewijzigd door een aanrijding o.i.d.
• Als er bijvoorbeeld lak of een sticker op
een sensor is aangebracht.
■Situaties waarin de Parking Support
Brake-functie (voor stilstaande objec-
ten) mogelijk niet goed werkt
In bepaalde situaties, zoals de onder-
staande, werkt deze functie mogelijk niet
goed.
●Weer
• Wanneer een sensor of de omgeving van een sensor zeer heet of koud is
• Wanneer het stevig waait
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 406 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 409 of 690

408
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ond
ersteunende systemen
*: Indien aanwezig
Deze functie treedt in werking in situaties zoals hieronder aan gegeven wanneer
in de rijrichting van de auto een auto wordt gesignaleerd.
■ Bij het achteruitrijden nadert ee n auto en het rempedaal wordt niet of te
laat ingetrapt
→ Blz. 380
Parking Suppor t Brake-functie (voor voer tuigen die
achterlangs rijden)*
Als een radarsensor achter een a uto signaleert die van rechts of links
achter nadert en het systeem bepaalt dat de kans op een aanrijd ing
groot is, activeert deze functie de remmen om de kans op een aa nrijding
met de naderende auto te verkleinen.
Voorbeelden van het in werking treden van de functie
Soorten sensoren
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatrege-
len met betrekking tot de radarsensoren
achter ( →Blz. 380) in acht. Het niet in
acht nemen van de voorschriften kan er
toe leiden dat een sensor niet goed
werkt, waardoor een ongeval kan ont-
staan.
●Wijzig, demonteer of spuit de senso-
ren niet.
●Vervang een radarsensor achter uit-
sluitend door een originele sensor.
●Voorkom dat de radarsensoren achter
beschadigd raken en houd de radar-
sensoren en hun omgeving op de
bumper te allen tijde schoon.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 408 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 410 of 690

409
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Voorwaarden voor werking van de
Parking Support Brake-functie (voor
voertuigen die ach
terlangs rijden)
De functie werkt als het controlelampje
PKSB OFF niet br andt of knippert
( → Blz. 109, 111) en aan alle onderstaande
voorwaarden wordt voldaan:
●Begrenzingsregeling motorvermogen
• De Parking Support Brake is ingescha- keld.
• De rijsnelheid is 15 km/h of lager.
• Voertuigen die de auto van rechts of links achter de auto naderen met een
snelheid van minder dan ongeveer 8
km/h
• De selectiehendel staat in stand R.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er harder dan normaal moet worden
geremd om een aanrijding met een
naderende auto te voorkomen.
●Remregeling
• De begrenzingsregeling motorvermogen is in werking • De Parking Support Brake stelt vast dat
een noodstop noodzakelijk is om een
aanrijding met een naderende auto te
voorkomen.
■Voorwaarden voor het stoppen van
de werking van de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden)
De werking van de functie stopt als aan
één van de volgende voorwaarden wordt
voldaan:
●Begrenzingsregeling motorvermogen
• De Parking Support Brake is uitgescha-
keld.
• De aanrijding kan worden voorkomen met normaal remmen.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
●Remregeling
• De Parking Support Brake is uitgescha-
keld.
• Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat de auto door de remregeling tot
stilstand is gebracht.
• Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de auto tot stilstand is gebracht door de
remregeling.
• Er nadert niet langer een auto van
rechts of links achter de auto.
■Detectiegebied van de Parking Sup-
port Brake-functie (voor voertuigen
die achterlangs rijden)
Het detectiegebied van de Parking Sup-
port Brake-functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden) verschilt van dat van de
RCTA ( →Blz. 394). Daardoor wordt de
Parking Support Brake-functie (voor voer-
tuigen die achterlangs rijden) mogelijk niet
geactiveerd, ook al signaleert de RCTA
een auto en wordt er een waarschuwing
gegeven.
■Omstandigheden w aaronder de Par-
king Support Brake-functie (voor
voertuigen die achterlangs rijden)
een auto niet signaleert
De Parking Support Brake-functie (voor
voertuigen die achterlangs rijden) is niet
ontworpen om de volgende typen voertui-
gen en/of objecten te signaleren.
●Voertuigen die van direct achter de auto
naderen
WAARSCHUWING
■Voorkomen van storingen in de
werking van een r adarsensor ach-
ter
●Wanneer het gebied rondom een
radarsensor achter wordt blootgesteld
aan een krachtige schok, werkt het
systeem mogelijk niet goed meer
doordat de sensor niet goed meer
werkt. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■Voorkomen van storingen in de wer-
king van een radarsensor achter
●Wanneer het gebied rondom een
radarsensor achter wordt blootgesteld
aan een krachtige schok, werkt het
systeem mogelijk niet goed meer
doordat de sensor niet goed meer
werkt. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 409 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 411 of 690

410
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ond
ersteunende systemen
●Voertuigen die achteruit inparkeren in
een parkeerruimte naast uw auto
●Voertuigen die niet kunnen worden
gesignaleerd door de sensoren als
gevolg van obstakels
●Voertuigen vlak bij uw auto die plotseling
accelereren of decelereren
●Vangrails, muren, verkeersborden,
geparkeerde auto's en vergelijkbare,
stilstaande objecten
●Kleine motorfietsen, fietsen, voetgan-
gers, enz.
●Voertuigen die van de auto af bewegen
●Voertuigen die naderen vanuit parkeer-
ruimtes naast uw auto
●Objecten die zich zeer dicht bij een
radarsensor bevinden
●Voertuigen die de auto van rechts of
links achter de auto naderen met een
snelheid van minder dan ongeveer
8km/h
●Voertuigen die de auto van rechts of
links achter de auto naderen met een
snelheid van meer dan ongeveer
24 km/h
■PKSB-zoemer
Als de Parking Support Brake is ingescha-
keld en de remregeling wordt uitgevoerd,
klinkt een zoemer om de bestuurder hierop
te attenderen.
■Omstandigheden waaronder het sys-
teem mogelijk werkt, zelfs als er geen
kans op een aanrijding is
Onder sommige omstandigheden, zoals
de onderstaande, werkt de Parking Sup-
port Brake-functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden) mogelijk zelfs als er
geen kans op een aanrijding is.
●Wanneer de parkeerplaats uitkijkt op een
straat en er auto's over die straat rijden
●Wanneer een gesignaleerde naderende
auto een bocht maakt
●Wanneer een voertuig uw auto van opzij
passeert
●Wanneer de afstand tussen uw auto en
metalen objecten, zoals een vangrail,
muur, verkeersbord of geparkeerde
auto, die mogelijk elektrische golven
richting de achterzijde van de auto
reflecteren, kort is
●Als er zich ronddraaiende objecten,
zoals de ventilatoren van een airco-unit,
in de buurt van de auto bevinden
●Als er water op de achterbumper spat of
gespoten wordt, bijvoorbeeld van een
sproeier
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 410 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 412 of 690

411
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Situaties waarin de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden) mogelijk niet
goed werkt
In bepaalde situaties, zoals de onder-
staande, signaleren de radarsensoren een
object mogelijk niet en werkt deze functie
mogelijk niet goed
●Stilstaande objecten
●Wanneer een sensor of de omgeving
van een sensor zeer heet of koud is
●Als de achterbumper is bedekt met bij-
voorbeeld ijs, sneeuw of vuil
●Bij zware regenval of een andere oor-
zaak waardoor er veel water op de auto
terechtkomt
●Als de auto sterk naar één kant helt
●Als er uitrusting die een sensor kan hin-
deren, zoals een sleepoog, bumperbe-
schermer (een extra beschermstrip,
enz.), fietsendrager of sneeuwploeg, is
geplaatst
●Als de wielophanging is gewijzigd of als
er een andere maat banden dan voorge-
schreven is gemonteerd
●Als de voorzijde van de auto omhoog of
omlaag staat door de belading van de
auto
●Als een elektronisch onderdeel zoals
een kentekenplaat met achtergrondver-
lichting (met name fluorescerende), een
mistlamp, een spatbordantenne of een
draadloze antenne in de buurt van een
radarsensor is geplaatst
●Als de stand van een radarsensor is
gewijzigd
●Wanneer meerdere auto's naderen met
slechts weinig ruimte tussen elke auto
●Als er een auto snel van achteren nadert
●Omstandigheden waaronder de radar-
sensor een voertuig mogelijk niet signa-
leert
• Wanneer een voertuig van rechts of
links achter de auto nadert terwijl u ach-
teruitrijdend een bocht maakt
• Wanneer u achteruitrijdend een bocht
maakt • Bij het onder een kleine hoek achteruit
uitrijden van een parkeerplaats
• Bij het achteruitrijden op een helling met een grote verandering in het hellingsper-
centage
• Wanneer een voertuig een bocht maakt in het detectiegebied
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 411 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page 416 of 690

415
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
van zijn stoppositie/wat de positie is waar-
bij de ondersteuningsregeling eindigt.
Icoon S-IPA-schakelaar
Wordt weergegeven wanneer de onder-
steuningsmodus kan worden gewijzigd en
het systeem kan worden uit- of ingescha-
keld met de S-IPA-schakelaar.
Weergave Toyota Parking
Assist-sensor/weergave portier-
positie (open/dicht)

Blz. 384
Weergave automatische bedie-
ning van het stuurwiel
Geeft weer wanneer het stuurwiel auto-
matisch wordt bediend.
Adviesweergave
Volg de op het display getoonde aanwij-
zingen op en voer de aangegeven hande-
lingen uit. In de afbeelding wordt als
voorbeeld een display getoond waarop
staat aangegeven dat het rempedaal
moet worden ingetrapt om de rijsnelheid
te regelen en dat u moet controleren of de
omgeving veilig is.
■Controlelampje S-IPA in het instru-
mentenpaneel ( →B l z . 111 )
Dit controlelampje gaat branden wanneer
het stuurwiel automatisch wordt bediend
door het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem. Nadat de regeling wordt
beëindigd, knippert het controlelampje
korte tijd en dooft het vervolgens.
■Pop-updisplay To yota Parking
Assist-sensor
Als het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem in werk ing is en de PKSB
(Parking Support Brake) een obstakel sig-
naleert, verschijnt automatisch een
pop-updisplay van de Toyota Parking
Assist-sensor op het begeleidingsscherm
( → Blz. 384), ongeacht of de PKSB (Par-
king Support Brake) is in- of uitgeschakeld.
( → Blz. 384)
De ondersteuningsmodus wordt in de
volgende gevallen geannuleerd of
gestopt.
De ondersteuningsregeling wordt
geannuleerd wanneer
 De functie voor het behoud van de
temperatuur van het systeem in
werking is
 Er een systeemstoring is
 Het systeem heeft bepaald dat de
omgeving van de parkeerplaats
niet geschikt is voor verdere
ondersteuning
Pak wanneer de ondersteuningsre-
geling wordt geannuleerd het stuur-
wiel stevig vast, trap het rempedaal in
en breng de auto tot stilstand.
Begin nogmaals vanaf het begin,
aangezien het systeem al geannu-
leerd is. Wanneer u verdergaat met
handmatig parkeren, bedien dan het
stuurwiel zoals u dat normaal ook zou
doen.
De ondersteuningsregeling wordt
gestopt wanneer
 Het stuurwiel wordt bediend
 De rijsnelheid wordt tijdens de
ondersteuningsregeling hoger dan
7 km/h
 Het PKSB-systeem (Parking Sup-
port Brake) werkt
Wanneer de ondersteuningsregeling
wordt gestopt, kan deze weer worden
hervat door de aanwijzingen op het
scherm te volgen.
Annuleren of stoppen van
de ondersteuningsmodus
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12L 25E.book Page 415 Thursday, November 8, 2018 10:31 AM

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 next >