TOYOTA COROLLA HATCHBACK 2023 Instructieboekje (in Dutch)

Page 421 of 584

Wagon (auto's met een compact reservewiel)
AKrikslinger
BWielmoersleutel
CKrik
DReservewiel
ESleepoog
Wagon (auto's met een volwaardig reservewiel)
AKrikslinger
BWielmoersleutel
CKrik
DReservewiel
ESleepoog
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
419
7
Bij problemen

Page 422 of 584

WAARSCHUWING!
Gebruik van de krik
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Onjuist
gebruik van de krik kan ertoe leiden dat
de auto van de krik valt, wat tot dodelijk
of ernstig letsel kan leiden.
• Gebruik de krik uitsluitend voor het
verwisselen van een wiel of de
montage en het verwijderen van
sneeuwkettingen.
• Gebruik voor het verwisselen van een
lekke band uitsluitend de met de auto
meegeleverde krik. Gebruik de krik
niet voor het verwisselen van wielen
van andere auto's en gebruik ook
geen krik van een andere auto.
• Zet de krik op de juiste wijze onder
het kriksteunpunt.
• Zorg ervoor dat er zich geen
lichaamsdelen bevinden onder een
auto die alleen door een krik wordt
ondersteund.
• Start het hybridesysteem niet en ga
niet met de auto rijden als deze door
de krik wordt ondersteund.
• Krik de auto niet op als er nog iemand
in de auto aanwezig is.
• Plaats niets op of onder de krik als de
auto wordt opgekrikt.
• Krik de auto niet verder op dan voor
het verwisselen van het wiel
noodzakelijk is.
• Plaats de auto op bokken als u onder
de auto moet zijn.
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Zorg wanneer u de auto laat zakken
dat er niemand onder komt. Breng
mensen in de buurt op de hoogte
van het laten zakken.
Verwijderen van de krik
Hatchback
1. Druk op de schakelaar om de
handgreep van de afdekplaat op te
klappen en til de afdekplaat op.
2. Zet de afdekplaat vast.
Als de bagageafdekking is geplaatst:
Haak de handgreep van de afdekplaat
vast aan de onderzijde van de
bagageafdekking, zoals aangegeven
in de afbeelding, om de afdekplaat
vast te zetten.
Als de bagageafdekking niet is
geplaatst: Haak de handgreep van de
afdekplaat vast aan de bovenrand van
de achterklep, zoals aangegeven in de
afbeelding.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
420

Page 423 of 584

3. Haal de krik eruit.
Type A:
AVastdraaien
BLosdraaien
Type B:
AVastdraaien
BLosdraaienWagon
1. Klap de handgreep van de afdekplaat
op en verwijder de afdekplaat.
2. Haal de krik eruit.
Auto's met een compact reservewiel:
AVastdraaien
BLosdraaien
Auto's met een volwaardig
reservewiel:
AMaak de riem los.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
421
7
Bij problemen

Page 424 of 584

Verwijderen van het reservewiel
Hatchback
1. Zet de afdekplaat vast. (→Blz. 420)
2. Draai de bevestiging van het
reservewiel los.
Wagon
1. Verwijder de afdekplaat. (→Blz. 420)
2. Verwijder de inzetbak.
Auto's met een compact reservewiel:
Auto's met een volwaardig
reservewiel:
3. Draai de bevestiging van het
reservewiel los.
WAARSCHUWING!
Bij het opbergen van het reservewiel
Zorg ervoor dat er geen vingers of
andere lichaamsdelen tussen het
reservewiel en de carrosserie bekneld
raken.
Vervangen van een wiel met een lekke
band
1. Plaats wielblokken.
Lekke band Positie wielblok
Links voor Achter het rechter
achterwiel
Rechts voor Achter het linker
achterwiel
Links achter Voor het rechter
voorwiel
Rechts achter Voor het linker
voorwiel
2. Auto's met stalen velgen: Verwijder de
wieldop (indien aanwezig) met een
sleutel.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
422

Page 425 of 584

Plaats, om de wieldop te beschermen,
een doek tussen de sleutel en de
wieldop.
3. Draai de wielmoeren iets los (één
slag).
4. Draai het krikgedeelte
Amet de
hand aan totdat de uitsparing in de
kop van de krik in contact komt met
het kriksteunpunt.5. Monteer het verlengstuk van de
krikslinger.
6. Draai de krik vervolgens verder
omhoog totdat het wiel vrij van de
grond is.
7. Verwijder alle wielmoeren en het wiel.
Leg het wiel met de buitenzijde
omhoog op de grond, om krassen op
de velg te voorkomen.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
423
7
Bij problemen

Page 426 of 584

WAARSCHUWING!
Vervangen van wiel met een lekke
band
• Raak de wielen of het gedeelte rond
de remmen niet aan direct nadat
met de auto is gereden. Nadat met
de auto is gereden, zijn de wielen en
het gedeelte rond de remmen
mogelijk zeer heet. Wanneer u deze
delen tijdens het verwisselen van
een wiel, enz. met uw handen,
voeten of andere lichaamsdelen
aanraakt, kan dit leiden tot
brandwonden.
• Het niet opvolgen van deze
voorzorgsmaatregelen kan ertoe
leiden dat de wielmoeren losraken,
waardoor het wiel van de auto af kan
lopen, wat kan leiden tot dodelijk of
ernstig letsel.
– Breng nooit olie of vet aan op de
wielbouten of -moeren. Door het
gebruik van olie of vet worden de
wielmoeren mogelijk te vast
aangedraaid waardoor de bouten
of de velg beschadigd kunnen
raken. Daarnaast kunnen de
wielmoeren loslopen en de wielen
losraken, wat kan leiden tot een
ongeval met dodelijk of ernstig
letsel als gevolg. Verwijder olie of
vet van de wielbouten of
wielmoeren.
– Laat zo spoedig mogelijk na het
vervangen van een wiel de moeren
vastzetten met een aanhaalmoment
van 103 Nm.(10,5 kgm, 76 ftlbf )
vastzetten.
– Plaats een beschadigde wieldop niet
opnieuw, omdat deze tijdens het
rijden los kan raken.
– Gebruik bij het aanbrengen van een
wiel uitsluitend wielmoeren die
speciaal zijn ontworpen voor het
desbetreffende wiel.
– Bij gescheurde of vervormde
bouten, schroefdraad van moeren of
boutgaten van het wiel, dient de
auto te worden gecontroleerd door
WAARSCHUWING!(Vervolg)
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
– Plaats de wielmoeren met de
schuine kant naar het wiel toe.
Vervangen van een lekke band bij
auto's met een elektrisch bedienbare
achterklep
Schakel het systeem van de elektrisch
bedienbare achterklep uit wanneer u
een band gaat vervangen (→blz. 459).
Als u dit niet doet, kan de achterklep
onbedoeld in werking treden als de
schakelaar elektrisch bedienbare
achterklep per ongeluk wordt
aangeraakt, waardoor lichaamsdelen
bekneld kunnen raken en letsel kan
optreden.
Plaatsen van het reservewiel
1. Verwijder eventueel aanwezige
verontreinigingen van het contactvlak
van de velg.
Als er verontreinigingen op het
contactvlak aanwezig zijn, kunnen
tijdens het rijden de wielmoeren los
lopen, waardoor het wiel los kan
raken.
2. Plaats het wiel en draai elke wielmoer
met de hand ongeveer in dezelfde
mate vast.
Draai bij het vervangen van een wiel
met een stalen velg (inclusief een
compact reservewiel) de wielmoeren
verder tot het tapse gedeelte
A
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
424

Page 427 of 584

aanligt tegen de velgB.
Draai bij het vervangen van een wiel
met een lichtmetalen velg door een
wiel met een stalen velg (inclusief een
compact reservewiel) de wielmoeren
verder tot het tapse gedeelte
Aaanligt tegen de velgB.
Draai bij het vervangen van een wiel
met lichtmetalen velg door een wiel
met een lichtmetalen velg de
wielmoeren tot de sluitringen
Acontact maken met de velgB.
3. Laat de auto zakken.4. Draai iedere moer twee of drie keer
aan in de volgorde die in de afbeelding
is aangeven.
Aanhaalmoment: 103 Nm(10,5 kgm,
76 ftlbf )
5. Berg het wiel met de lekke band, de
krik en het gereedschap op.
Het volwaardige reservewiel
• Het volwaardige reservewiel heeft een
aanduiding “Temporary use only”
(alleen voor tijdelijk gebruik) op de
buitenzijde van het wiel. Gebruik het
volwaardige reservewiel alleen
tijdelijk en alleen in noodgevallen.
• Controleer de bandenspanning van
het volwaardige reservewiel.
(→Blz. 452)
Het compacte reservewiel
• Op de band van het compacte
reservewiel staat aan de zijkant de
aanduiding TEMPORARY USE ONLY
(alleen voor tijdelijk gebruik). Gebruik
het compacte reservewiel alleen
tijdelijk en alleen in noodgevallen.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
425
7
Bij problemen

Page 428 of 584

• Controleer de bandenspanning van
het compacte reservewiel.
(→Blz. 452)
Bij gebruik van het compacte
reservewiel
De auto ligt lager op de weg als het
compacte reservewiel is gemonteerd
dan wanneer er gereden wordt met de
standaardbanden.
Na het vervangen van het wiel
Het
bandenspanningswaarschuwingssysteem
moet worden gereset. (→Blz. 352)
Bij gebruik van het reservewiel
Het compacte reservewiel is niet
voorzien van een
bandenspanningssensor en -zender,
waardoor een te lage bandenspanning
hiervan niet wordt aangegeven door het
bandenspanningswaarschuwingssysteem.
Verder zal, als u het reservewiel
monteert nadat het
waarschuwingslampje voor een lage
bandenspanning is gaan branden, dit
lampje blijven branden.
Als uw auto een lekke voorband krijgt
op een weg die bedekt is met sneeuw
of ijs
Vervang een van de achterwielen van de
auto door het compacte reservewiel.
Voer onderstaande stappen uit en
monteer sneeuwkettingen op de
voorwielen:
1. Vervang het wiel links of rechts achter
door het compacte reservewiel.
2. Vervang het wiel met de lekke
voorband door het wiel dat van de
achterzijde afkomstig is.
3. Monteer sneeuwkettingen op de
voorwielen.Monteren wieldop (indien aanwezig)
Breng de uitsparing in de wieldop in lijn
met het ventieldopje zoals aangegeven in
de afbeelding.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
426

Page 429 of 584

Verklaring voor de krik
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
427
7
Bij problemen

Page 430 of 584

.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
428

Page:   < prev 1-10 ... 381-390 391-400 401-410 411-420 421-430 431-440 441-450 451-460 461-470 ... 590 next >