TOYOTA GT86 2018 Instructieboekje (in Dutch)

Page 261 of 528

261
2-3. Bedienen van ver
lichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
86_EE (OM18089E)
■De ruitenwissers en ruitensproe iers kunnen worden bediend als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry -systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Als er geen ruitensproeiervloeistof op de voorruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwe zig is en con-
troleer als dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zijn.
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van ruitensproeiervloeistof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeiervloeistof pas wanneer de voorruit
warm is. De vloeistof kan anders op de voorruit bevriezen en zo het zicht
belemmeren. Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwis-
sers
De ruitenwissers zullen auto-
matisch een aantal slagen
maken als de ruitensproeiers
worden ingeschakeld.
Als de koplampen aan zijn en u
de hendel naar u toe getrokken
houdt, werken de koplamp-
sproeiers één keer.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 261 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 262 of 528

262
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
86_EE (OM18089E)
OPMERKING

Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voorruit droog is omdat hi erdoor de
voorruit beschadigd kan worden.
■ Als het sproeierreservoir leeg is
Druk niet constant op de schakelaar, aangezien de sproeierpomp oververhit
kan raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dat geval contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 262 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 263 of 528

263
2
Tijdens het rijden
86_EE (OM18089E)
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
Cruise control
Met de cruise control kan een ingestelde snelheid worden vastge -
houden zonder dat hiervoor het g aspedaal hoeft te worden ingetrapt.
Controlelampjes
Cruise control-schakelaar
■ Instellen van de rijsnelheid
Schakel de cruise control in
met de toets ON-OFF.
Het controlelampje cruise con-
trol (groen) gaat branden.
Druk nogmaals op de toets om
de cruise control uit te schake-
len.
Accelereer of decelereer naar
de gewenste snelheid en druk
de hendel naar beneden om
de snelheid in te stellen.
Het controlelampje SET gaat
branden.
De rijsnelheid op het moment
dat de hendel wordt losgela-
ten, wordt de ingestelde snel-
heid.
STAP1
STAP2

: Indien aanwezig
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 263 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 264 of 528

264
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
86_EE (OM18089E)

Wijzigen van de ingestelde snelheid
Bedien, om de ingestelde snelheid te wijzigen, de hendel totdat
de gewenste snelhei d wordt bereikt.
Verhogen van de snelheid
Verlagen van de snelheid
Fijnafstelling: Beweeg de hen-
del kort in de gewenste rich-
ting.
Ruime afstelling: Houd de hen-
del in de gewenste richting
gedrukt.
De ingestelde snelheid wordt als volgt verhoogd of verlaagd:
Fijnafstelling (auto's met kilometertellerweergave in km/h): On geveer 1
km/h, telkens als de hendel wordt bediend.
Fijnafstelling (auto's met kilome tertellerweergave in mph): Ongeveer
1,6 km/h, telkens als de hendel wordt bediend.
Ruime afstelling: De ingestelde snelheid wordt continu verhoogd of ver-
laagd totdat de hendel wordt losgelaten.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 264 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 265 of 528

265
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
86_EE (OM18089E)

De cruise control kan worden gebruikt als
Auto's met automatische transmissie
● De selectiehendel staat in stand D of M en de 2
e of een hogere versnel-
ling is ingeschakeld.
● De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 40 km/h.
Auto's met handgeschakelde transmissie
● De 2
e of een hogere versnelling is ingeschakeld.
● De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 40 km/h.
■Uitschakelen en hervatten van de constante-snelheidsregeling
Door de hendel naar u toe
te trekken wordt de con-
stante-snelheidsregeling
uitgeschakeld.
De snelheidsregeling wordt
ook uitgeschakeld als het rem-
pedaal of het koppelingspe-
daal (alleen handgeschakelde
transmissie) wordt ingetrapt.
Door de hendel omhoog te
drukken wordt de con-
stante-snelheidsregeling
hervat.
Hervatten van de snelheidsre-
geling is mogelijk vanaf een rij-
snelheid van ongeveer 32 km/h
of meer.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 265 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 266 of 528

266
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
86_EE (OM18089E)

Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
● Er kan normaal met de auto geaccelereerd worden. Na de accelera tie
gaat de auto weer rijden met de ingestelde snelheid.
● De ingestelde snelheid kan zelfs worden verhoogd zonder de cruise con-
trol uit te schakelen, door eerst naar de gewenste snelheid te accelere-
ren en vervolgens de hendel omlaag te drukken om de nieuwe snelheid
in te stellen.
■ Automatisch uitschakelen van de cruise control
De snelheidsregeling door de cruise control wordt in de volgend e gevallen
onderbroken:
● Werkelijke rijsnelheid is lager dan ongeveer 32 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
■ Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig wanneer
In de volgende situaties is er mogelijk een storing aanwezig in het systeem.
Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of herstel ler/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste d eskundige.
● Het controlelampje cruise control gaat geel branden.
● Het controlelampje cruise control gaat niet branden, ook al wor dt de toets
ON-OFF ingedrukt terwijl de motor draait.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 266 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 267 of 528

267
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
86_EE (OM18089E)
WAARSCHUWING

Onbedoeld inschakelen van de cruise control voorkomen
Schakel de cruise control uit met de toets ON-OFF als deze niet wordt
gebruikt.
■ Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de cruise con trol
Gebruik de cruise control niet in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, verliest u mogelijk de controle waardoor ee n ongeval met
ernstig letsel kan ontstaan.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile hellingen
Bij het afdalen van een steile helling kan de rijsnelheid de in gestelde snel-
heid overschrijden.
● Tijdens het slepen in een noodgeval
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 267 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 268 of 528

268
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
86_EE (OM18089E)
Ondersteunende systemen
Om de veiligheid en de prestaties tijdens het rijden te verbeteren is
uw auto uitgerust met de volgende systemen die automatisch in w er-
king treden als de omstandighede n daar om vragen. Houd er echter
rekening mee dat dit aanvullende systemen zijn en vertrouw niet in
al te sterke mate op deze systemen als u de auto bedient.
■ ABS (antiblokkeersysteem)
Helpt het blokkeren van de wielen te voorkomen bij plotseling r emmen
of remmen op een glad wegdek
■ Brake Assist
Zorgt voor een grotere remkracht nadat het rempedaal is ingetra pt als
het systeem oordeelt dat er sprake is van een noodstop
■ VSC (Vehicle Stability Control)
Helpt de bestuurder de auto onder controle te houden bij uitwij kma-
noeuvres en het maken van bochten op een glad wegdek
■ TRC (Traction Control)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkracht behouden blijft en voorkomt dat de
aangedreven wielen gaan doorslippen bij het wegrijden met de au to of
bij het accelereren op een glad wegdek.
Het TRC-systeem is ook uitgerust met een remfunctie van het dif feren-
tieel met beperkte slip.
■ Hill Start Assist Control

Blz. 275
■EPS (elektrische s tuurbekrachtiging)
Maakt gebruik van een elektromotor om de benodigde kracht voor het
ronddraaien van het stuurwiel te verminderen
■ Noodstopsignaal
Als het rempedaal plotseling wordt ingetrapt, gaan de alarmknip perlich-
ten automatisch snel knipperen om het achteropkomende verkeer t e
waarschuwen.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 268 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 269 of 528

269
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
86_EE (OM18089E)
Als het TRC-/VSC-sys
teem in werking is
Het controlelampje Traction Con-
trol knippert wanneer het TRC-
systeem (remfunctie differenti-
eel met beperkte slip)/VSC-sys-
teem in werking is.
Uitschakelen van het TRC-systeemAls u met uw auto vast komt te zitten in modder of sneeuw, kan het
TRC-systeem het aandrijfvermogen van de motor naar de wielen
beperken. Als u dan op drukt, kunt u de auto waarschijnlijk ma k-
kelijker los krijgen door te ‘schommelen’.
In dit geval blijft de remfunctie van het differentieel met bep erkte slip
ingeschakeld.
Schakel de TRC uit door de toets
snel in te drukken en weer los te
laten.
Het controlelampje TRC OFF
gaat branden.
Druk nogmaals op de toets om
het systeem weer in te schakelen.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 269 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page 270 of 528

270
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
86_EE (OM18089E)
TRACK-modus
Uw auto beschikt over twee rijprogramma's die zijn afgestemd op
verschillende rijstijlen. Het gew enste rijprogramma kan worden gese-
lecteerd met de TRACK-schakelaar. De normale modus is afgestemd
op een veilige en soepele normale rijstijl. Als de schakelaar ten min-
ste 1 seconde ingedrukt wordt gehouden, wordt de TRACK-modus
geactiveerd. De regeling van s ystemen als de VSC en TRC wordt
aangepast om de bestuurder de gelegenheid te bieden sportiever te
rijden, zonder evenwel de veilighe id uit het oog te verliezen.
TRACK-modus/Normale modus
Als de TRACK-modus wordt inge-
schakeld, gaan de controlelamp-
jes TRACK en VSC OFF
branden.
Druk om vanuit de TRACK-
modus terug te gaan naar de nor-
male modus op of op de
TRACK-schakelaar.
Zowel TRC als VSC uitschakelen
Houd meer dan 3 seconden ingedrukt terwijl de auto stilstaat
om de TRC en VSC uit te schakelen.
De controlelampjes TRC OFF en VSC OFF gaan branden.
Bij auto's met automatische tran smissie blijft echter de remfunctie
van het differentieel met beperkte slip ingeschakeld.
Druk nogmaals op de schakelaar o m de systemen weer in te schakelen.
86_OM_Europe_OM18089E.book Page 270 Tuesday, November 21, 2017 9:35 AM

Page:   < prev 1-10 ... 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 ... 530 next >