TOYOTA PRIUS 2015 Instructieboekje (in Dutch)
Page 251 of 704
2514-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Informatielabel (typeplaatje)
Maximaal toelaatbaar voer-
tuiggewicht
Het totale gewicht van de
bestuurder, passagiers, bagage,
trekhaak, auto en kogeldruk
mag het maximaal toelaatbare
voertuiggewicht niet met meer
dan 100 kg overschrijden. Het is
gevaarlijk om dit gewicht te
overschrijden.
Maximaal toelaatbare achterasbelasting
De belasting van de achteras mag de maximaal toegestane belasting
van de achteras niet met meer dan 15% overschrijden. Het is gevaarlijk
om dit gewicht te overschrijden.
Het maximale aanhangwagengewicht is bepaald bij tests op zeeniveau.
Houd er rekening mee dat het motorvermogen en het maximale aan-
hangwagengewicht op grotere hoogten lager zijn.
1
2
WAARSCHUWING
■Als de limiet voor het maximaal toelaatbare voertuiggewicht of de
maximale asbelasting overschreden is
Rijd niet harder dan de wettelijke limiet voor auto's met een aanhangwagen
of 100 km/h, waarbij de laagste limiet moet worden aangehouden.
Het niet opvolgen van deze voorzorgsmaatregel kan leiden tot een ongeval
en ernstig letsel.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 251 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 252 of 704
2524-1. Voordat u gaat rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Montagepositie voor de trekhaak/afneembare trekhaak
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 252 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 253 of 704
2534-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
517 mm
517 mm
981 mm
650 mm389 mm
381 mm
404 mm
*
*
: Auto's met verhoogde wagen- hoogte
1
2
3
4
5
6
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 253 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 254 of 704
2544-1. Voordat u gaat rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
■Informatie over banden
●Verhoog de bandenspanning met 20,0 kPa (0,2 kg/cm2 of bar, 3 psi) als er
een aanhangwagen getrokken wordt. ( →Blz. 667)
● Verhoog de bandenspanning van de aanhangwagen tot de waarde die de
fabrikant van de aanhangwagen opgeeft voor de combinatie van aanhang-
wagengewicht en belading.
■ Inrijden
Toyota raadt het rijden met een aanhangwagen af gedurende de eerste
800 km nadat er onderdelen van de aandrijflijn van de auto vervangen zijn.
■ Veiligheidscontroles voor het rijden met een aanhangwagen
●Controleer of de maximale kogeldruk voor de trekhaak/trekhaak met
afneembare kogel niet overschreden wordt. Houd er rekening mee dat het
gewicht van de aanhangwagen moet worden opgeteld bij het gewicht van
de auto. Controleer ook of het totale gewicht van de auto binnen het maxi-
maal toegestane gewicht blijft. ( →Blz. 250)
● Controleer of de lading op de aanhangwagen goed vastgezet is.
● Maak, indien u het achteropkomend verkeer niet goed kunt zien met de
standaard buitenspiegels, gebruik van extr a buitenspiegels. Stel de armen
van deze extra spiegels aan beide zijden zo af dat ze altijd maximaal zicht
bieden op de weg achter u.
■ Onderhoud
●Als met de auto regelmatig met een aanhangwagen wordt gereden, moet er
vaker onderhoud worden uitgevoerd omdat de auto zwaarder belast wordt
dan bij het rijden zonder aanhangwagen.
● Draai nadat er ongeveer 1.000 km met een aanhangwagen is gereden alle
bouten van de trekhaak nogmaals vast.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 254 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 255 of 704
2554-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
De auto zal anders aanvoelen als u met een aanhangwagen rijdt.
Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht om een onge-
val en ernstig letsel te voorkomen:
■Controleer de elektrische aansluiting tussen de aanhang-
wagen en de auto
Breng de auto tot stilstand na een korte afstand gereden te hebben
en controleer, net als voor het wegrijden, of de verlichting van de
aanhangwagen werkt.
■Oefen het rijden met een aanhangwagen
● Oefen het rijden met een aanhangwagen in een omgeving zon-
der of met weinig verkeer, zodat u leert hoe de combinatie aan-
voelt bij het keren, stoppen en achteruitrijden.
● Houd tijdens het achteruitrijden het stuurwiel stevig vast en draai
het stuurwiel rechtsom om de aanhangwagen naar links te stu-
ren en linksom om de aanhangwagen naar rechts te sturen. Ver-
draai het stuur niet te veel tege lijk om stuurfouten te voorkomen.
Laat iemand u bij het achteruitrijden begeleiden om de kans op
een ongeval te beperken.
■Vergroten van de afstand tot de voorligger
Bij een snelheid van 10 km/h moet de afstand tot uw voorligger
minimaal gelijk zijn aan de totale lengte van uw auto en de aan-
hangwagen. Voorkom plotselinge remmanoeuvres die tot een slip
zouden kunnen leiden. Als de auto in een slip raakt, zou u de con-
trole over de auto kunnen verliezen. De kans hierop is vooral aan-
wezig tijdens het rijden op een nat of glad wegdek.
OPMERKING
■ Als de achterbumperversterking van aluminium is
Controleer of het stalen deel van de trekhaak niet direct in contact komt met
het aluminium.
Als staal en aluminium met elkaar in contact komen, ontstaat er een reactie
die te vergelijken is met corrosie, waardoor het desbetreffende gedeelte
verzwakt wordt en er schade kan ontstaan. Breng daarom op het contact-
vlak een roestwerend middel aan.
Advies
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 255 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 256 of 704
2564-1. Voordat u gaat rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Acceleratie/stuurcomm
ando's/bochtengedrag
In te krappe bochten kan de aanhangwagen de auto raken. Redu-
ceer uw snelheid voordat u een bocht nadert en neem bochten met
een zodanige snelheid dat pl otseling remmen niet nodig is.
■Belangrijke punten met betrekki ng tot het aansnijden van
bochten
De wielen van de aanhangwagen maken een krappere bocht dan
de wielen van de auto. Snijd bochten daarom ruimer aan dan u zou
doen als u niet met een aanhangwagen rijdt.
■Belangrijke punten met betrek king tot de stabiliteit
Een slecht wegdek en kr achtige zijwind zullen de wegligging en het
rijgedrag beïnvloeden. Ook bij het inhalen van bussen of grote
vrachtwagens of het ingehaald word en door dergelijke voertuigen,
kunnen de aanhangwagen en de auto gaan slingeren. Kijk bij het
rijden langs dergelijke voertuigen v eelvuldig in uw spiegels. Vermin-
der vaart door voorzichtig het rempedaal in te trappen zodra u ziet
dat de aanhangwagen gaat slingeren. Houd tijdens het remmen het
stuurwiel altijd in de rechtuitstand.
■Passeren van andere auto's
Houd rekening met de totale lengte van uw auto en de aanhang-
wagen en zorg ervoor dat er vold oende tussenafstand is voordat u
van rijstrook verandert.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 256 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 257 of 704
2574-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Informatie over de transmissie
Om maximaal te kunnen profiter
en van de motorremwerking en de
laadstroom tijdens het afremmen, mag de transmissie niet in stand
D staan. Zet de selectiehendel in stand B.
■Als de motor oververhit raakt
Het rijden met een aanhangwagen op een lange, steile helling bij
buitentemperaturen hoger dan 30 °C kan ertoe leiden dat de motor
oververhit raakt. Als de koelvloeistoftemperatuurmeter aangeeft dat
de motor oververhit raak t, schakel dan direct de airconditioning uit
en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand. ( →Blz. 649)
■Bij het parkeren
Plaats altijd wielblokken onder de wielen van de auto en de aan-
hangwagen. Activeer de parkeerrem en zet de selectiehendel in
stand P.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 257 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 258 of 704
2584-1. Voordat u gaat rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
WAARSCHUWING
Volg alle aanwijzingen in dit hoofdstuk op.
Anders kunnen zich ongevallen voordoen die tot ernstig letsel kunnen leiden.
■Voorzorgsmaatregelen bij het rijden met een aanhangwagen
Controleer bij het rijden met een aanhangwagen of de maximaal toege-
stane gewichten niet worden overschreden.( →Blz. 250)
■ Ongelukken of letsel voorkomen
● Auto's met een compact reservewiel:
Rijd niet met een aanhangwagen wanneer het compacte reservewiel
onder uw auto is gemonteerd.
● Auto's met bandenreparatieset:
Rijd niet met een aanhangwagen wanneer een band is gemonteerd die is
gerepareerd met de bandenreparatieset.
● Gebruik de cruise control, het Dynamic Radar Cruise Control-systeem of
de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik niet wan-
neer er met een aanhangwagen wordt gereden. (indien aanwezig)
■ Rijsnelheid bij het rijden met een aanhangwagen
Overschrijd de maximum snelheid voor het rijden met een aanhangwagen
niet.
■ Voor het afrijden van een lange helling
Minder snelheid en schakel terug. Schakel bij het afdalen van een lange of
steile helling echter niet plotseling terug.
■ Werking van het rempedaal
Trap het rempedaal niet veelvuldig of gedurende een langere periode ach-
tereen in.
Hierdoor kan het remsysteem oververhit raken of kan de remwerking terug-
lopen.
OPMERKING
■Sluit de aanhangwagenverlichting op de juiste wijze aan
Onjuiste aansluiting van de aanhangwagenverlichting kan schade toebren-
gen aan het elektrische systeem van uw auto en een storing veroorzaken.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 258 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 259 of 704
259
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Startknop
Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Trap het rempedaal stevig in.
en een melding worden op
het multi-informatiedisplay weerge-
geven.
Wanneer stand N geselecteerd is,
kan het hybridesysteem niet wor-
den gestart. Zet de selectiehendel
in stand P wanneer u het hybride-
systeem start. ( →Blz. 269)
Druk de startknop in.
Als het controlelampje READY
gaat branden, werkt het hybride-
systeem normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot
het controlelampje READY brandt.
Het hybridesysteem kan vanuit
iedere stand van het contact wor-
den gestart.
Controleer of het controlelampje READY brandt.
Als het controlelampje READY eerst knippert en vervolgens blijft branden
en de zoemer klinkt, dan start het hybridesysteem normaal.
Wanneer het controlelampje READY uit is, kunt u niet wegrijden.
Als het controlelampje READY brandt, kunt u wegrijden, zelfs als de ver-
brandingsmotor niet draait. (De benzinemotor start of stopt automatisch in
overeenstemming met de toestand van de auto.)
Als u de volgende handelingen uitvoert terwijl u een elektronische
sleutel bij u hebt, wordt het hybridesysteem gestart of de stand van
het contact veranderd.
Starten van het hybridesysteem
1
2
3
4
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 259 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 260 of 704
2604-2. Rijprocedures
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Breng de auto volledig tot stilstand.
Activeer de parkeerrem. (→Blz. 275)
Zet de selectiehendel in
stand P. ( →Blz. 269)
Controleer of de schakelstandindi-
cator P aangeeft. ( →Blz. 268)
Druk de startknop in.
Het hybridesysteem stopt.
Laat het rempedaal langzaam opkom en en controleer of er niets
meer wordt weergegeven op het display in het instrumentenpaneel.
De weergave van het instrumentenpaneel dooft nadat het hybridesysteem
is uitgeschakeld. ( →Blz. 263)
Uitschakelen van het hybridesysteem
1
2
3
4
5
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 260 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM