sensor TOYOTA PRIUS 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Page 441 of 704
4414-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
Wanneer het Simple Intelligent Parking Assist-systeem niet kan wor-
den bediend of wanneer de werking is beëindigd, het systeem is uit-
geschakeld, enz., wordt een van de onderstaande meldingen weerge-
geven op het multi-informatiedisplay. Neem de juiste maatregelen
overeenkomstig de weergave op het display.
■Wanneer bediening niet mogelijk is
Meldingen multi-informatiedisplay
MeldingSituatie•Oplossing
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig.
→ Zet het contact UIT en vervolgens AAN.
Laat, als de melding nogmaals wordt weerge-
geven, de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
Er zit mogelijk een storing in het systeem.
De stuurbekrachtiging is tijdelijk oververhit.
→Zet het contact UIT, wacht een poosje en zet
het contact weer AAN.
Het contact staat niet AAN.
→Zet het contact AAN.
Er zit mogelijk ijs, sneeuw, vuil, o.i.d. op de sensor.
→Verwijder het ijs, de sneeuw, het vuil, enz.
De sensor is bevroren.
→Zodra de sensor ontdooit, zal het systeem
weer normaal werken.
De accu is verwijderd en weer geplaatst.
→Rijd gedurende ten minste 5 seconden recht
vooruit met een snelheid van ongeveer 35 km/
h of hoger.
De toets van de S-IPA wordt bediend wanneer de rij-
snelheid hoger wordt dan 30 km/h.
→Bedien de toets wanneer de rijsnelheid onge-
veer 30 km/h of lager is.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 441 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 446 of 704
4464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Sensoren
Signaleren de auto om de parkeerplaats te helpen bepalen.
Sensoren voorzijde
Zijsensoren achter
Voorzorgsmaatregelen tijdens het gebruik
1
2
●Het detectiegebied van de sensor bij het
gebruik van de modus automatisch ach-
teruit inparkeren
Beoogde parkeerplaats
● Het detectiegebied van de sensor bij het
gebruik van de modus fileparkeren
Beoogde parkeerplaats
1
1
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 446 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 449 of 704
4494-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
WAARSCHUWING
●Gebruik het systeem in de volgende situaties niet, aangezien het systeem
u mogelijk niet goed kan ondersteunen bij het bereiken van de beoogde
parkeerplaats, wat een ongeval tot gevolg kan hebben.
• In een gebied waar geen parkeerplaatsen zijn
• Op een onverharde parkeerplaats zonder belijning, bijvoorbeeld op
zand of grind
• Op een parkeerplaats waarbij een helling of golving in de weg is
• Op een bevroren, met sneeuw bedekte of gladde weg
• Op asfalt dat door hoge buitentemperaturen zacht is geworden
• Als er een obstakel aanwezig is tussen de auto en het beoogde par- keervak
• Bij het gebruik van sneeuwkettingen of het reservewiel
●
Gebruik geen andere dan de door de fabrikant aanbevolen banden. Anders
werkt het systeem mogelijk niet goed. Neem voor het vervangen van de ban-
den contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● In de volgende situaties kan het systeem de auto mogelijk niet op de inge-
stelde locatie brengen.
• Als de banden erg versleten zijn of als de bandenspanning te laag is
• De auto is zeer zwaar beladen
• De auto staat schuin doordat er bagage e.d. zich aan één kant van de
auto bevindt
• De parkeerplaats is voorzien van wegverwarming om te voorkomen dat het wegdek bevriest
Laat in eventuele andere gevallen waarbij de instelde positie en de positie
van de auto erg verschillen de auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
● Neem de volgende voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de modus
parkeerplaats fileparkeren verlaten in acht.
De modus parkeerplaats fileparkeren verlaten is een functie die wordt
gebruikt bij het wegrijden van een parkeerplaats na het fileparkeren. Deze
functie kan echter mogelijk niet worden gebruikt wanneer obstakels of
mensen worden gesignaleerd vóór de auto. Gebruik deze functie uitslui-
tend bij het wegrijden van een parkeerplaats na het fileparkeren. Wanneer
de stuurregeling in werking is, schakel dan het systeem uit met de toets
van de S-IPA of bedien het stuurwiel om de regeling te beëindigen.
● Als de modus parkeerplaats fileparkeren verlaten in de volgende gevallen
abusievelijk wordt gebruikt, raakt de auto mogelijk een obstakel.
De functie voor het verlaten van de parkeerplaats wordt gebruikt in een
richting waar zich een obstakel bevindt, maar het obstakel wordt niet
gesignaleerd door de zijsensoren (b ijvoorbeeld wanneer de auto direct
naast een paal staat).
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 449 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 450 of 704
4504-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
WAARSCHUWING
●Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht, aangezien de sensoren
mogelijk niet meer goed werken, wat een ongeval tot gevolg kan hebben.
• Stel de sensor niet bloot aan sterke schokken door er tegen te slaan,
enz. Anders werken de sensoren mogelijk niet goed.
• Spuit bij het wassen van de auto met een hogedrukreiniger niet recht-
streeks op de sensoren. De apparatuur werkt mogelijk niet goed als
gevolg van blootstelling aan een sterke waterdruk. Wanneer de bumper
iets raakt, werkt de apparatuur mogelijk niet goed meer als gevolg van
een storing in de sensor. Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● De sensoren werken in de volgende situaties mogelijk niet goed, wat een
ongeval tot gevolg kan hebben. Rijd met de nodige voorzichtigheid.
• Obstakels kunnen niet aan de zijkant worden gesignaleerd tot de scan
van de zijkanten is voltooid ( →Blz. 397).
• Zelfs nadat de scan van de zijkanten is voltooid, kunnen obstakels zoals andere voertuigen, mensen of dieren die vanaf opzij naderen niet
worden gesignaleerd.
• De sensor is bevroren (zodra de sensor ontdooit, zal het systeem weer normaal werken). Er wordt mogelijk een waarschuwingsmelding weer-
gegeven bij zeer lage temperaturen doordat de sensor is bevroren en
hij daardoor mogelijk geen geparkeerde auto's signaleert.
• De sensor wordt geblokkeerd door iemands hand.
• De auto staat erg schuin.
• Bij extreem hoge of lage temperaturen.
• Er wordt gereden op een golvende weg, helling, grindweg, in een
gebied waar het gras hoog is, enz.
• Er bevindt zich een bron van ultrasoongolven in de buurt, zoals een claxon of sensoren van een ander voertuig, de motor van een motor-
fiets of de luchtremmen van een groot voertuig.
• Zware regenval of een andere oorzaak waardoor er te veel water op uw auto terechtkomt.
• De hoek van de sensor wijkt mogelijk af wanneer de ondersteuningsre- geling start, zelfs wanneer er een geparkeerde auto naast de beoogde
parkeerplaats staat. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
• Monteer geen accessoires binnen het detectiegebied van de sensor.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 450 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 464 of 704
4644-6. Rijtips
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
OPMERKING
■Repareren of vervangen van winterbanden (auto's met bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem)
Laat winterbanden repareren of vervangen door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige of door een bandenspecialist.
Het verwijderen en plaatsen van winterbanden heeft invloed op de werking
van de bandenspanningssensoren en -zenders.
■ Sneeuwkettingen monteren (auto' s met bandenspanningswaarschu-
wingssysteem)
Als er sneeuwkettingen gemonteerd zijn, kan het gebeuren dat banden-
spanningssensoren en -zenders niet goed functioneren.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 464 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 474 of 704
4745-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)■
Functie voor signalering condens op voorruit
Wanneer de automatische modus is ingeschakeld, signaleert de luchtvochtig-
heidssensor ( →Blz. 476) condens op de voorruit en regelt hij de airconditio-
ning om te voorkomen dat de ruiten beslaan.
■ Buitenlucht-/recirculatiemodus
●Zet bij het rijden op stoffige wegen, zoals in tunnels, of in druk verkeer
in de recirculatiemodus. Zo wordt voorkomen dat er buitenlucht de
auto in stroomt. Wanneer tijdens het koelen de recirculatiemodus wordt
ingeschakeld, wordt ook het interieur van de auto effectief gekoeld.
● Mogelijk wordt de buitenluchtmodus/recirculatiemodus automatisch inge-
schakeld afhankelijk van de ingestelde temperatuur of de temperatuur in de
auto.
■ Werking van de airconditioning in de ECO-modus
●In de ECO-modus wordt de airconditioning als volgt bediend voor een laag
brandstofverbruik:
• Het motortoerental en de werking van de compressor worden geregeld
om de verwarm-/koelcapaciteit te beperken
• Wanneer de automatische modus is gekozen, wordt de aanjagersnelheid beperkt
● Doe het volgende om de prestaties van de airconditioning te verbeteren:
• Wijzig de aanjagersnelheid
• Wijzigen van de ingestelde temperatuur
• Schakel de ECO-modus uit
● Zelfs wanneer de rijmodus is ingesteld op de ECO-modus, kan de ECO-
modus van de airconditioning worden uitgeschakeld door in te druk-
ken.
■ Wanneer de buitentemperatuur tot bijna 0 °C daalt
De ontvochtigingsfunctie werkt mogelijk niet, zelfs niet wanneer de toets
wordt ingedrukt.
■ Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmodus om frisse lucht binnen te
laten.
● Tijdens het gebruik kunnen verschillende geuren van binnen en buiten de
auto in het airconditioningsysteem terechtkomen. Dit kan tot gevolg hebben
dat de lucht die uit de uitstroomopeningen komt niet lekker ruikt.
● Om geuren die bij het inschakelen van de airconditioning optreden te onder-
drukken, stroomt er tijdens het parkeren automatisch buitenlucht de auto in.
● Het voorkomen van mogelijke geuren:
Mogelijk wordt het inschakelen van de aanjager direct nadat de airconditio-
ning in de automatische modus wordt ingeschakeld even vertraagd.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 474 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 476 of 704
4765-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
OPMERKING
■Luchtvochtigheidssensor
● Spuit geen ruitenreiniger op de sensor en stel hem niet bloot aan sterke
schokken
● Bevestig niets op of aan de sensor
■ Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
Laat, als het hybridesysteem is uitgeschakeld, de airconditioning niet langer
ingeschakeld dan noodzakelijk is.
■ Uitstroomopeningen
De uitstroomopeningen worden tijdens het verwarmen warm. Wees daarom
voorzichtig en stel de uitstroomopeningen dienovereenkomstig af.
De voorruit is voorzien van een sensor
die de luchtvochtigheid in de auto, de
temperatuur van de voorruit, enz. meet,
om vast te stellen of de ruit is beslagen.
(→Blz. 474)
Volg onderstaande punten op om te
voorkomen dat de sensor beschadigd
raakt.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 476 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 506 of 704
5066-1. Onderhoud en verzorging
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
WAARSCHUWING
■Bij het wassen van de auto
Zorg dat er geen water in de motorruimte komt. Dit kan brand in de elektri-
sche componenten, enz. veroorzaken.
■ Bij het wassen van de voorru it (auto's met regensensor)
● Wanneer het bovenste deel van de voorruit waar de regensensor is
geplaatst met de hand wordt aangeraakt
● Wanneer een natte doek of iets dergelijks in de buurt van de regensensor
wordt gehouden
● Als iets tegen de voorruit stoot
● Als u het regensensorhuis aanraakt of als iets in aanraking komt met de
regensensor
■ Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de uitlaatpijp
Uitlaatgassen zorgen ervoor dat de uitlaatpijp tamelijk heet wordt.
Raak wanneer u de auto wast de uitlaatpijp niet aan totdat deze voldoende
is afgekoeld, aangezien het aanraken van een hete uitlaatpijp brandwonden
kan veroorzaken.
■ Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de achterbumper met de
Blind Spot Monitor (indien aanwezig)
Als de lak van de achterbumper is geschilferd of bekrast, kan een storing
optreden in het systeem. Neem als dit gebeurt contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Zet de ruitenwisserschakelaar in de
stand OFF.
Als de ruitenwisserschakelaar in de
stand AUTO staat, kunnen de ruitenwis-
sers in de volgende gevallen onverwacht
in werking treden. Hierdoor kunnen uw
handen bekneld raken en kunt u ernstig
letsel oplopen, en hierdoor kunnen de
ruitenwisserbladen beschadigd raken.
Uit
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 506 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 508 of 704
5086-1. Onderhoud en verzorging
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
OPMERKING
■Omgaan met de decoratieve kunststofdelen (auto's met 17 inch banden)
●Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het omgaan met vel-
gen voorzien van decoratieve kunststofdelen. Het niet in acht nemen van
deze voorzorgsmaatregelen kan schade aan de decoratieve kunststofde-
len of de velgen tot gevolg hebben.
• Verwijder de decoratieve kunststofdelen niet
Neem, wanneer de decoratieve kunststofdelen moeten worden verwij-
derd, contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Als tijdens het rijden een ratelend geluid te horen is in de decoratieve
kunststofdelen of een vreemd geluid uit de omgeving van de banden komt,
laat dan uw banden nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■
Wassen in een autowasstraat (auto's met ruitenwissers met regensensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in stand OFF.
Als de ruitenwisserschakelaar in stand AUTO staat, kunnen de ruitenwis-
sers in werking treden waardoor de ruitenwisserbladen beschadigd kunnen
raken.
• Houd de velg niet vast aan de deco- ratieve kunststofdelen.
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 508 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM
Page 539 of 704
5396-3. Zelf uit te voeren onderhoud
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE)
6
Onderhoud en verzorging
Uw auto is uitgerust met een bandenspanningswaarschuwingssys-
teem dat gebruik maakt van band enspanningssensoren en -zenders
om een lage bandenspanning te signaleren voordat deze tot proble-
men leidt.
Als de bandenspanning onder een bepaalde waarde komt, wordt de
bestuurder door middel van een waarschuwingslampje gewaar-
schuwd. ( →Blz. 591)
Het compacte reservewiel is niet voorzien van een bandenspannings-
sensor en -zender.
◆Plaatsen van bandenspanningssensoren en -zenders
Bij het vervangen van banden of velgen moeten de bandenspan-
ningssensoren en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanning ssensoren en -zenders geplaatst
worden, moeten de identificati ecodes van deze componenten wor-
den geregistreerd in de bandens panningswaarschuwingssysteem-
ECU en moet het bandenspanni ngswaarschuwingssysteem wor-
den geïnitialiseerd. Laat de identificatiecodes van de bandenspan-
ningssensoren en -zenders registreren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige. ( →Blz. 540)
◆Initialiseren van het bandens panningswaarschuwingssysteem
■Het bandenspanningswaarschuwingssysteem moet worden
geïnitialiseerd onder de volgende omstandigheden:
●Verwisselen van voor- en achterwielen met een verschillende
bandenspanning
● Als de bandenspanning wordt gewijzigd (bijvoorbeeld wanneer
de rijsnelheid of de belading verandert).
Als het bandenspanningswaarschu wingssysteem wordt geïnitiali-
seerd, wordt de actuele bandenspanning als referentiespanning
beschouwd.
Bandenspanningswaarschuwingssy steem (indien aanwezig)
PRIUS_OM_OM47A31E_(EE).book Page 539 Tuesday, November 10, 2015 4:25 PM