TOYOTA PROACE VERSO EV 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Page 341 of 360
341
TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteem
12
Selecteer de detailweergave van het bericht dat u in een van deze lijsten hebt geselecteerd.Druk op “Antwoord” om een in het systeem opgeslagen snelbericht te versturen.Druk op “Bellen” om de afzender te bellen.Druk op “ Afspelen” om het bericht te beluisteren.
WARNI NG
De toegang tot “Berichten” is afhankelijk van de compatibiliteit van de smartphone met het systeem van de auto.De benodigde tijd voor het ophalen van uw berichten of e-mailberichten is afhankelijk van de smartphone.
Snelberichten beheren
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Snelberichten” om de berichtenlijst weer te geven.Selecteer het tabblad “Vertraagd”, “Mijn aankomst”, “Niet beschikbaar” of “Overige” waarop u nieuwe berichten kunt aanmaken.
Druk op “Aanmaken” om een nieuw bericht te schrijven.Selecteer het bericht dat u in een van deze lijsten hebt geselecteerd.Druk op “Tussenbak” om een of meer ontvangers te selecteren.Druk op “ Afspelen” om het bericht te beluisteren.
E-mailberichten beheren
Druk op Telefoon om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Email” om de berichtenlijst weer te geven.Selecteer het tabblad “Incoming (inkomend gesprek)”, “Verzonden” of “Niet gelezen”.Selecteer het bericht dat u in een van deze lijsten hebt geselecteerd.Druk op “ Afspelen” om het bericht te beluisteren.
WARNI NG
De toegang tot de e-mailberichten is afhankelijk van de compatibiliteit van de smartphone met het systeem van de auto.
Instellingen
Audio-instellingen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Selecteer “Audio-instellingen”. 
Selecteer vervolgens “Sfeer”, “Positie”, “Geluid”, “Stem” of “Beltoon”.Druk op “OK” om de instellingen op te slaan.
NOTIC E
De verdeling van het geluid (of de ruimtelijke verdeling bij het Arkamys©-systeem) in de auto gebeurt op basis van een geluidbewerkingssysteem om ervoor te zorgen dat alle inzittenden kunnen profiteren van een optimale geluidskwaliteit.Uitsluitend beschikbaar bij uitvoeringen met luidsprekers voor en achter   
Page 342 of 360
342
NOTIC E
De instelling Sfeer (keuze uit 6 geluidssferen) en de geluidsinstellingen Lage tonen, Medium en Hoge tonen zijn voor elke audiobron verschillend.Schakel “Loudness” in of uit.De instellingen voor “Positie” (Maximaal aantal passagiers, Bestuurder en Alleen voor) zijn voor alle audiobronnen gelijk.Schakel “Toon kiezen”, “Volume gekoppeld aan snelheid” en “Extra ingang” in of uit.
NOTIC E
Audiosysteem van de auto: het Sound Staging-systeem  van Arkamys© zorgt voor een betere geluidsverdeling in het interieur.
Configureren van profielen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Instellen van de profielen”. 
Selecteer “Profiel 1”, “Profiel 2”, “Profiel 3” of “Gemeenschappelijk profiel”.Druk op deze toets om met het virtuele toetsenbord een naam voor het profiel in te voeren.
Druk op “OK” om te bevestigen. 
Druk op deze toets om een profielfoto toe te voegen.Plaats een USB-stick met daarop de foto in de USB-aansluiting.Selecteer de foto.Druk op “OK” om toestemming te geven voor de overdracht van de foto.Druk nogmaals op “OK” om de instellingen op te slaan.
NOTIC E
Het kader voor de profielfoto heeft een vierkante vorm, het systeem past de oorspronkelijke vorm van de foto aan dit vierkant aan.
Druk op deze toets om het geselecteerde profiel te resetten.
WARNI NG
Bij het resetten van het profiel wordt Engels als taal ingesteld.
Selecteer een “Profiel” (1, 2 of 3) om dit te koppelen aan “Audio-instellingen”.Selecteer “Audio-instellingen”. 
Selecteer vervolgens “Sfeer”, “Positie”, “Geluid”, “Stem” of “Beltoon”.
Druk op “OK” om de geselecteerde profielinstellingen op te slaan.
Systeeminstellingen 
wijzigen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Schermconfiguratie”. 
Selecteer “Animatie”.Inschakelen of uitschakelen:Automatisch scrollenSelecteer “Helderheid”.Verplaats de cursor om de lichtsterkte van het scherm en/of het instrumentenpaneel in te stellen.Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.
Selecteer “Systeeminstellingen”. 
Selecteer het tabblad “Eenheden” om de eenheden voor afstand, brandstofverbruik en temperatuur te wijzigen.Selecteer “Fabrieksinstellingen” om terug te keren naar de beginwaarden.   
Page 343 of 360
343
TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteem
12
WARNI NG
Wanneer het systeem wordt gereset naar “Fabrieksinstellingen”, wordt de taal teruggezet naar Engels, wordt de eenheid voor graden Fahrenheit en wordt de zomertijd uitgeschakeld.
Selecteer “Systeeminformatie” om de versies van de verschillende modules weer te geven die op het systeem zijn geïnstalleerd.
Selecteren van de taal
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Talen” om de taal te wijzigen. 
Datum instellen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.
Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Tijd-datum instellen”. 
Selecteer “Datum”.Druk op deze toets om de datum in te stellen.Druk op “OK” om te bevestigen. 
Selecteer het weergaveformaat voor de datum.
NOTIC E
Het instellen van de tijd en de datum is alleen mogelijk als “GPS-synchronisatie” is uitgeschakeld.
Tijd instellen
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Druk op de toets “OPTIES” om de secundaire pagina weer te geven.Selecteer “Tijd-datum instellen”. 
Selecteer “Tijd”.Druk op deze toets om de tijd in te stellen via het digitale toetsenbord.Druk op “OK” om te bevestigen. 
Druk op deze toets om de tijdzone in te stellen.Selecteer het weergaveformaat voor de tijd (12-uursformaat/24-uursformaat).Inschakelen of uitschakelen van de zomertijd (+ 1 uur).Inschakelen of uitschakelen van de GPS-synchronisatie (UTC).Druk op “OK” om te bevestigen. 
NOTIC E
Het systeem schakelt mogelijk niet automatisch over op wintertijd/zomertijd (afhankelijk van het land van verkoop).
Kleuren
Afhankelijk van de uitrusting/afhankelijk van de uitvoering.
WARNI NG
Om veiligheidsredenen kan de procedure voor het wijzigen van de kleuren uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande auto.
Druk op Instellingen om de hoofdpagina weer te geven.Selecteer “Kleurenschema's”. 
Selecteer de kleur in de lijst en druk vervolgens op “OK” om te bevestigen.
NOTIC E
Bij elke wijziging van de kleur wordt het systeem opnieuw opgestart, waarbij het scherm tijdelijk zwart wordt.   
Page 344 of 360
344
Veelgestelde vragen
Hieronder vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over het systeem van uw auto.
Navigatie
Ik kan het adres van de bestemming niet invoeren.Het adres wordt niet herkend.► Gebruik de “intuïtieve methode” door op de toets “Zoeken…” onderaan de pagina “Navigatie” te drukken.De route wordt niet berekend.De navigatiecriteria kunnen strijdig zijn met de huidige locatie van de auto (bijv. geen tolwegen terwijl de auto zich op een tolweg bevindt).► Controleer de criteria in het menu “Navigatie”.Ik ontvang geen waarschuwingen voor “Gevarenzones”.U hebt geen abonnement genomen op de optionele onlinediensten.► Als u wel een abonnement hebt genomen op de optionele onlinediensten:
- het kan een paar dagen duren voordat de dienst kan worden gebruikt,- de diensten zijn mogelijk niet geselecteerd in het menu van het systeem,- de onlinediensten zijn niet actief (“TOMTOM TRAFFIC” wordt niet weergegeven op de kaart).De POI's worden niet aangegeven.De POI's zijn niet geselecteerd.►  Stel de schaal van de kaart in op 200 m of selecteer POI's in de lijst met POI's.
Het geluidssignaal voor de “Gevarenzones” functioneert niet.Het geluidssignaal is niet geactiveerd of het volume is te laag.► Activeer het geluidssignaal in het menu “Navigatie” en controleer het stemvolume in de geluidsinstellingen.Het systeem stelt bij incidenten op de route geen alternatieve routes voor.Er wordt geen rekening gehouden met de actuele verkeersinformatie.►  Configureer de functie “Verkeersinformatie” in het overzicht met criteria (Zonder, Handmatig of Automatisch).Ik word gewaarschuwd voor een “Gevarenzone” die niet op mijn route ligt.Het navigatiesysteem meldt alle “Gevarenzones” die zich in een bepaalde kegelvormige zone voor de auto bevinden. Hierdoor worden ook “Gevarenzones” gesignaleerd die zich op nabij gelegen wegen of op parallelle wegen bevinden.► Zoom in op de kaart om de exacte positie van de “Gevarenzone” te bepalen. Selecteer “Op de 
route” om geen waarschuwingen voor wegen buiten de route meer te ontvangen of om de duur van de meldingen te verkorten.Sommige files op de route worden niet direct gemeld.Bij het opstarten heeft het systeem enkele minuten nodig om de verkeersinformatie te ontvangen.
► Wacht tot de verkeersinformatie goed wordt ontvangen (weergave van de iconen van de verkeersinformatie op de kaart).In bepaalde landen is alleen voor de hoofdwegen (autosnelwegen enz.) verkeersinformatie beschikbaar.Dit is volkomen normaal. Het systeem is afhankelijk van de beschikbare verkeersinformatie.De hoogte wordt niet weergegeven.Bij het opstarten kan de initialisatie van het GPS tot 3 minuten duren voordat er meer dan 4 satellieten correct worden ontvangen.► Wacht tot het systeem volledig is opgestart zodat het signaal van ten minste 4 satellieten wordt ontvangen.De kwaliteit van de GPS-ontvangst kan worden beïnvloed door de omgeving (tunnel enz.) en het weer.Dit is normaal. De werking van het systeem is afhankelijk van de ontvangst van het GPS-signaal.Het navigatiesysteem is niet meer met het 
internet verbonden.Tijdens het opstarten en in bepaalde gebieden kan de verbinding niet beschikbaar zijn.► Controleer of de onlinediensten zijn geactiveerd (instellingen, contract).   
Page 345 of 360
345
TOYOTA Pro Touch met navigatiesysteem
12
Radio
De ontvangstkwaliteit van de geselecteerde radiozender neemt geleidelijk af of de voorkeuzezenders werken niet (geen geluid, 87,5 MHz wordt weergegeven, enz.).De auto is te ver verwijderd van het zendstation van de radiozender of er is geen zendstation in het geografische gebied.► Activeer de functie “RDS” via het snelmenu om het systeem te laten controleren of er een sterker zendstation in het gebied aanwezig is.De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of parkeergarage).►  Laat de antenne controleren door een dealer.Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld.Dit is een normaal verschijnsel en duidt niet op een storing in het audiosysteem.Ik kan sommige zenders uit de zenderlijst niet ontvangen.
De naam van de zender verandert.De zender wordt niet meer ontvangen of de naam van de zender in de lijst is veranderd.Sommige zenders sturen in plaats van hun naam andere informatie mee (bijv. titel van het afgespeelde nummer).Het systeem interpreteert deze informatie als de naam van de zender.► Druk op de toets “Lijst updaten” in het secundaire menu “Radiozenders”.
Media
Het afspelen van de muziek op mijn USB-stick begint pas na lang wachten (ongeveer 2 tot 3 minuten).Door bepaalde bestanden die standaard op een USB-stick staan kan het erg lang duren tot de muziek op de USB-stick wordt afgespeeld (tot 10 keer de fabrieksopgave).► Wis de bestanden die standaard op de USB-stick staan en beperk het aantal submappen in de mappenstructuur van de USB-stick.Na het aansluiten van een USB-stick moet ik enige tijd wachten.Het systeem leest allerlei gegevens (directory, titel, artiest, enz.). Dit kan enkele seconden tot enkele minuten duren.Dit is volkomen normaal.Sommige karakters in de informatie over de op dat moment afgespeelde audiobron worden niet correct weergegeven.Het audiosysteem kan sommige karakters niet weergeven.
► Gebruik standaardkarakters voor de benaming van nummers en mappen.Het afspelen van streamingbestanden start niet.Het aangesloten apparaat begint niet automatisch met afspelen.► Start het afspelen op het apparaat.Namen van nummers en de speelduur worden niet weergegeven op het audiostreamingscherm.
Het Bluetooth-profiel staat de doorgifte van deze informatie niet toe.
Telefoon
Het lukt me niet om mijn Bluetooth-telefoon te koppelen.De Bluetooth-functie van uw telefoon kan zijn uitgeschakeld of het apparaat is niet zichtbaar.► Controleer of de Bluetooth-functie van uw telefoon is ingeschakeld.► Controleer bij de instellingen van uw telefoon of deze op “zichtbaar voor alle apparaten” staat.► Schakel de Bluetooth-functie van uw telefoon uit en vervolgens weer in.De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het systeem.► U kunt de compatibiliteit van uw telefoon controleren op toyota.nl (Service).Android Auto en/of CarPlay werken niet.Android Auto en CarPlay werken mogelijk niet wanneer de USB-kabels van slechte kwaliteit zijn.► Gebruik originele USB-kabels om de 
compatibiliteit te waarborgen.Android Auto en/of CarPlay werken niet.Android Auto en CarPlay zijn niet in alle landen beschikbaar.► Ga naar de website van Google Android Auto of Apple om te zien welke landen worden ondersteund.Het geluid van de aangesloten Bluetooth-telefoon is niet hoorbaar.   
Page 346 of 360
346
Het geluidsvolume is afhankelijk van het systeem en de telefoon.► Verhoog het volume van het audiosysteem, indien nodig tot maximaal, en verhoog indien nodig het volume van de telefoon.Omgevingsgeluiden hebben invloed op de geluidskwaliteit van een telefoongesprek.► Beperk het omgevingsgeluid (ruiten sluiten, aanjager lager zetten, snelheid minderen, enz.).Sommige contacten komen dubbel voor in de lijst.Bij het synchroniseren van contacten zijn er drie opties: synchroniseren van de contacten op de simkaart, synchroniseren van de contacten in het telefoonboek en beide. In het laatste geval kan het voorkomen dat sommige contacten dubbel worden overgenomen.► Selecteer “Contacten van SIM-kaart weergeven” of “Contacten van telefoon weergeven”.De contacten worden niet in alfabetische volgorde weergegeven.Sommige telefoons hebben speciale weergave-
opties. Afhankelijk van de instellingen kunnen contacten in een bepaalde volgorde worden overgenomen.► Verander de instellingen voor de weergave van contacten in de telefoon.Het systeem ontvangt geen sms-berichten.In de Bluetooth-modus kunnen geen sms-tekstberichten naar het systeem worden gestuurd.
Instellingen
Na het instellen van de lage en hoge tonen wordt de geluidssfeer gedeselecteerd.Na het instellen van de geluidssfeer worden de instellingen voor de lage en hoge tonen gereset.Elke instelling van de geluidssfeer is gekoppeld aan een bepaalde instelling van de lage en hoge tonen en andersom.► Wijzig de instelling van de lage en hoge tonen of de geluidssfeer om de gewenste geluidskwaliteit te verkrijgen.Na het instellen van de balans worden de instellingen van de geluidsverdeling gedeselecteerd.Na het instellen van de geluidsverdeling worden de instellingen van de balans gedeselecteerd.Elke instelling van de geluidsverdeling is gekoppeld aan een bepaalde instelling van de balans en andersom.► Wijzig de instelling van de balans of 
de geluidsverdeling om de gewenste geluidskwaliteit te verkrijgen.Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de verschillende audiobronnen.Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de geluidsinstellingen voor de verschillende audiobronnen afzonderlijk worden aangepast. Dit leidt ertoe dat bij het veranderen van de audiobron verschillen hoorbaar kunnen zijn.
► Controleer of de geluidsinstellingen zijn aangepast aan de audiobronnen waarnaar wordt geluisterd. Wij adviseren de geluidsinstellingen (Bass:, Treble:, Balans) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer “Geen” te selecteren en de functie Loudness in de stand “Actief” te zetten bij gebruik van de USB-aansluiting en in de stand “Inactief” te zetten bij gebruik van de radio.► Pas altijd na het instellen van het geluid eerst het volume aan op het draagbare apparaat (hoog niveau). Pas vervolgens het geluidsvolume aan op het audiosysteem.Wanneer de motor is uitgezet, wordt het systeem na enkele minuten uitgeschakeld.Als de motor is uitgezet, werkt het systeem zolang de ladingstoestand van de accu dat toestaat.Het uitschakelen is normaal: het systeem schakelt automatisch over naar de spaarstand en wordt uitgeschakeld zodat de laadtoestand van de accu voldoende blijft.► Start de motor om de accu bij te laden.Ik kan de datum en tijd niet instellen.
De datum en tijd kunnen alleen worden ingesteld als de synchronisatie met de satellieten is uitgeschakeld.► Menu Instellingen / Opties / Instellen datum en tijd. Selecteer het tabblad “Tijd” en schakel de “GPS-synchronisatie” uit (UTC).   
Page 347 of 360
347
Alfabetische index
12V-accu   240, 270–273
A
Aanhanger   124, 233Aanhangergewichten   277–278, 282Aansluiting 12 V   81, 83Aansluiting 220 V   84ABS   121Accessoires   11 9, 168Accu   231–232, 270Accu laden   272–273Achterbank   68Achterdeuren   37–38, 50–51, 265Achterklep   37–38, 40, 52Achterruitverwarming   99Achterstoel en -bank op rails   68, 73–75Achteruitrijcamera   187, 212–213, 215Actieradius AdBlue   21, 240Actieradius AdBlue®   21Active Safety Brake   202–205
Adaptieve cruise control  met Stop-functie   192–193Adaptieve  snelheidsregelaar   192, 199, 201–202AdBlue®   21, 243AdBlue® bijvullen   244AdBlue®-reservoir   244Afmetingen   284Afstandsbediening   31–37, 39, 164Afstellen van de koplamphoogte   11 2
Afzetten van de motor   165, 167–168Airbags   130, 132–133, 136Airbags vóór   131, 133, 137Airconditioning   94, 98Airconditioning (handbediend)   95–96, 99Airconditioning met gescheiden regeling   99Alarmknipperlichten   11 9, 250Alarmsysteem   53–55Algemeen menu   28, 290Allesdragers   234Android Auto  verbinding   3 11, 332Antiblokkeersysteem (ABS)   121–122Antidiefstalsysteem/Startblokkering   33Antispinregeling (ASR) ~  Antislipregeling   122, 125–126Apple®-speler   295, 309, 337Apple CarPlay verbinding   3 11, 331Apps   332Armleuning vóór   60, 81Automatische airconditioning  met gescheiden regeling   96–97Automatische ruitenwissers   11 5
Automatische transmissie ~  Versnellingsbak, automatische   174, 176–179, 183, 241, 272Automatisch inschakelen verlichting   109Automatisch noodremsysteem   202–205
B
Bagageafdekking   85
Bagagenet voor hoge belading   87–88Banden   242, 287Banden oppompen    242, 287Bandenreparatieset   253, 255–256Bandenspanning   242, 253, 256, 287Bandenspanningscontrole  (met set)   252–253, 255–256Bandenspanning te laag (detectie)   184Batterij afstandsbediening ~  Afstandsbediening, batterij   40–41, 102Batterij afstandsbediening vervangen ~ Afstandsbediening, batterij vervangen   40Bediening autoradio aan stuurkolom ~  Autoradio, bedieningen  aan stuurkolom   289, 303–304, 319Bekerhouder   81Beladen   86, 234Beveiliging tegen beknellen ~  Klembeveiliging   89Bijvullen AdBlue®   240, 244Binnenspiegel   63Bluetooth  
(handsfree set)   296–297, 312–313, 338–339Bluetooth (telefoon)   312–313, 338–339Bluetooth-telefoon met  spraakherkenning   299Bluetooth-verbinding   297, 312–313,  333, 338–339Boordcomputer   25–27Boordgereedschap   251Brandstof   8, 216Brandstofadditief   240–241  
Page 348 of 360
348
Brandstofniveaumeter   216–218Brandstoftank   216, 216–218, 218Brandstof tanken   217–218Brandstoftank leeg (diesel)   250Brandstofverbruik   8Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop   217–218Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep   217–218Buitenspiegels   62–63, 99, 208, 210
C
Carrosserie   248Carrosserie-onderhoud    248CD   294, 309CD MP3   294–295, 309CD-/MP3 -speler   294–295Centrale vergrendeling   31, 37, 42Claxon   121Configuratie van de auto   27–28Connectiviteit   331Contact   167–168, 340
Contact aangezet   168Controlelampjes   12Controle motorolieniveau ~  Motorolieniveau, controle   20–21Controlepaneel   221, 223Controles   237, 240–243
D
DAB (Digital Audio Broadcasting) -  Digitale radio   292–293, 308, 336Dagteller   24Dashboardkastje   81–82Datum (instellen)   30, 316, 343Datum instellen   30, 316, 343Detectie obstakels   210Detectie te lage bandenspanning ~ Bandenspanning, detectie   184, 256, 261De tractiebatterij laden   223Dieselmotor   216, 237, 250, 278Digitale radio - DAB  (Digital Audio  Broadcasting)   292, 308, 336Dimlicht   107, 262–263Dimmer dashboardverlichting ~ Dashboardverlichting (dimmer)   25Display instrumentenpaneel   25Dodehoekbewaking   208, 210Dubbele cabine met vaste achterbank   79–80Dubbele cabine met wegklapbare bank   80
Dynamische noodrem   171–173
E
Eco-mode ~ Eco-modus   231–232Eco-rijden (adviezen)   8ECO-stand   181Eendelige vaste bank   69–70
Electronic Stability Program  (ESC)   122, 125–126Elektrisch bedienbare  schuifdeur   37–38, 44–45, 47Elektrisch bediende handrem ~  Handrem, elektrisch bediend   170–173, 242Elektrische ruitbediening   55–56Elektrisch verstelbare stoelen   58–59Elektromotor   28, 168, 219, 233, 237Elektronische remdrukregelaar (REF)   121Elektronische remdrukregelaar (REF) ~ Electronic Brake Force Distribution  (EBD)   121–122Elektronische sleutel   31, 169Elektronische startblokkering ~  Startblokkering, elektronische   164Elektronisch Stabiliteits Programma  (ESP)   122, 124–126Energiestromen   28Etiketten   6, 68Extra verwarming   53, 100–102
F
Flacon AdBlue®   244Flessenhouder   81Follow me home-verlichting   32Follow me home verlichting ~  Follow-me-home-verlichting   11 0Frequentie (radio)   335Functie snelweg (richtingaanwijzers)   109  
Page 349 of 360
349
Alfabetische index
G
Gekoppeld navigatiesysteem   328–331Geluidssignaal stil voertuig  (elektrische auto)   121, 163Geluidssignaal voor voetgangers  (elektrische auto)   121, 163Geprogrammeerd laden   29, 230Geprogrammeerd laden  (elektrische auto)   28–29, 220, 227Gereedschap   252, 257Gesproken commando''''s ~ Spraakcommando''''s   321–325Gevarendriehoek   250Gewichten   277–278, 282GPS   328Grootlicht   107, 262–263Grootlichtassistent   111–11 2
H
Halogeenlampen   262–263Handgeschakelde versnellingsbak ~ Versnellingsbak,  handgeschakeld   174, 183, 241Handrem   169, 241Handsfree set   296–297, 312–313, 338–339Head-up display   188–189, 188–190Helderheid   314Het opslaan van de snelheid   190Hill-Holder ~ Hill Start Assist   173–174
Hoedenplank   83Hoek van de stoel   57Hoek van de stoel verstellen   57, 59Hoofdsteunen verstellen   59Hoofdsteunen vóór   59Hoogspanning   219Hoogte- en diepteverstelling  stuurwiel ~ Stuurverstelling   62Hoogteverstelling  veiligheidsgordels ~ Gordelverstelling   127Hulpoproep   11 9–120
I
Identificatiegegevens   287Identificatieplaatjes constructeur   287Identificatie (stickers)   287Indeling achter   87Indeling interieur ~  Interieurindeling   81–82, 87Individuele achterstoel(en)  
op rails   76–78, 128Infraroodcamera   187Inhoud brandstoftank ~  Brandstoftank (inhoud)   216–218Inrichting laadruimte   85Instapverlichting   11 0Instellen van de uitrustingen   27–28Instellingen van het systeem   315, 342Instrumentenpaneel   10, 188Intelligente tractiecontrole   124
Interieurfilter   94, 241Interieurfilter (vervangen)   241Interieurverlichting   105ISOFIX   154, 156ISOFIX bevestigingen   144, 154, 156ISOFIX kinderzitjes   147–149, 156, 156–157
K
Kaartleeslampjes   105Kentekenplaatverlichting   266Keyless entry and start   32, 34–38, 166–168Kilometerteller   24Kinderbeveiliging   160–161Kinderbeveiliging achterportierruiten   161Kinderen   129, 138, 147–149, 156, 156–157Kinderen (veiligheid)   160Kinderzitjes   129, 134–135, 137–138,  142, 143–144, 157Kinderzitjes  (conventioneel)   137–138, 142, 143–144
Kinderzitjes i-Size   156–157Klep laadaansluiting  (elektrische auto)   220, 227, 229–230Klep van de laadaansluiting    230Kleurcode lak   287Klimaatregeling   98, 100Klokje (instellen)   30, 315, 343Koelvloeistof   239Koelvloeistoftemperatuur   19–20Koelvloeistoftemperatuurmeter   19–20  
Page 350 of 360
350
Koplampverstelling   11 2Krik   257
L
Laadkabel   223Laadkabel (elektrische auto)   221Laadniveaumeter (elektrische auto)   23Laadschot   86Laadstekker  (elektrische auto)   220, 227, 229–230Laadsysteem (elektrische auto)   28, 219, 237Laadzone   34, 43, 86Laden accu ~ Accu laden   272–273Laden tractiebatterij   223Laden via een normaal stopcontact   223Lader voor versneld laden (wallbox)   221Lak   248, 287Lampen   262Lampen (vervangen)   261, 265Lampen vervangen   261, 261–262, 265, 267
Lane Departure Warning System (LDWS)   206Leder (onderhoud)   249Lekke band   252–253, 256–257Lendensteun   57, 61Lendensteun, verstelling   57Lichtschakelaar   107Lokaliseren van de auto   32Luchtfilter   241Luchtfilter (vervangen)   241Luchtrecirculatie   96–98
M
Massagefunctie   61Matte lak   249Matten   81–82, 188Mat verwijderen   81–82Meldingen   340Menu   3 11Menu's (audio)   304–305, 320–321Menustructuren display   3 11Milieu   8, 41, 102, 163Minimaal laadniveau tractiebatterij  (elektrische auto)   23Mistachterlicht   107, 265, 267Mistlampen vóór   107, 11 0–111, 264Mobiele app   29, 104, 230Monteren allesdragers ~  Allesdragers monteren   234Motor   243Motoren   277Motorkap   235–236Motorkapsteun   236
Motorolie   238Motorolieniveaumeter   20–21MP3 (CD)   295Multifunctioneel display (met autoradio)   290
N
Navigatiesysteem   326–328Netaansluiting (standaardstekker)   221
Niveau AdBlue®   240Niveau brandstofadditief diesel ~ Brandstofaddititiefniveau   240–241Niveau koelvloeistof ~ K oelvloeistofniveau   19–20, 239Niveau remvloeistof ~  Remvloeistofniveau   239Niveau ruitensproeiervloeistof ~ Ruitensproeiervloeistofniveau   11 4, 239Niveaus controleren   237–239Niveaus en controles   237–239Niveau stuurbekrachtigingsvloeistof ~ Stuurbekrachtigingsvloeistofniveau   239Noodbediening achterklep   40Noodbediening portieren   32, 39–40Noodoproep ~ Urgence-oproep   11 9–120Noodprocedure starten   168, 271Noodremassistentie ~  Brake Assist System (BAS)   122, 204Noodremassistentie (AFU) ~  Brake Assist System (BAS)   122Nulstelling dagteller ~ Dagteller resetten   24
O
Oliefilter   241Oliefilter (vervangen)   241Olieniveau   20–21, 238Oliepeilstok   20–21, 238Olieverbruik   238Onder de motorkap ~ Motorruimte   237