TOYOTA YARIS HYBRID 2014 Instructieboekje (in Dutch)
Page 221 of 464
2214-6. Rijtips
4
Rijden
YARIS_HV_WE_52E13E
◆Airconditioning
Maak alleen gebruik van de airconditioning als dat nodig is. Dit
helpt het benzineverbruik te beperken.
In de zomer: Gebruik bij hoge temperaturen de recirculatiemodus.
Dit beperkt de belasting van de airconditioning en vermindert ook
het brandstofverbruik.
In de winter: De benzinemotor wordt pas automatisch uitgescha-
keld als de benzinemotor en het interieur warm zijn en verbruikt dus
brandstof. Het brandstofverbruik kan worden verminderd door over-
matig gebruik van de verwarming te vermijden.
◆Controleren van bandenspanning
Controleer de bandenspanning regelmatig. Een onjuiste banden-
spanning kan leiden tot een hoog brandstofverbruik.
Winterbanden kunnen veel wrijving veroorzaken en kunnen, als ze
worden gebruikt op droge wegen, dus ook een hoger verbruik ver-
oorzaken. Gebruik banden die geschikt zijn voor het seizoen.
◆Bagage
Zware bagage leidt tot een hoger brandstofverbruik. Neem geen
onnodige bagage mee. Ook een groot imperiaal leidt tot een hoger
brandstofverbruik.
◆Opwarmen voor het rijden
Opwarmen van de motor is niet nodig, omdat de benzinemotor als
hij koud is automatisch start en weer wordt uitgeschakeld. Als vaak
korte afstanden worden gereden, warmt de motor herhaaldelijk op
en ook dat kan leiden tot een hoger brandstofverbruik.
Page 222 of 464
2224-6. Rijtips
YARIS_HV_WE_52E13E
Rijden in de winter
●Gebruik vloeistoffen die geschikt zijn voor winterse omstandighe-
den.
• Motorolie
• Koelvloeistof motor/vermogensregeleenheid
• Ruitensproeiervloeistof
• Koelvloeistof vermogensregeleenheid (hybridesysteem)
●Laat de toestand van de 12V-accu controleren door een monteur.
●Laat winterbanden onder uw auto monteren of schaf een set
sneeuwkettingen voor de voorwielen aan.
Zorg ervoor dat alle banden dezelfde maat hebben, van hetzelfde merk
zijn en een niet veel van elkaar verschillend slijtagepatroon hebben.
Zorg er ook voor dat de sneeuwkettingen bij het formaat van de banden
passen.
Voer, afhankelijk van de omstandigheden, de volgende handelingen
uit:
●Probeer een vastgevroren ruit niet met kracht te openen en zet de
ruitenwissers niet aan als deze vastgevroren zijn. Giet warm water
over het bevroren gedeelte om het ijs te laten smelten. Veeg het
water direct weg om te voorkomen dat het bevriest.
●Verwijder de eventueel aanwezige sneeuw van de luchtinlaten voor
de voorruit om zeker te kunnen zijn van een juiste werking van de
aanjager van het airconditioningsysteem.
●Controleer of er sprake is van ijs- of sneeuwophopingen op de ver-
lichting aan de buitenzijde, op het dak, op het chassis, rond de ban-
den of op de remmen, en verwijder deze indien dat het geval is.
●Verwijder sneeuw en modder van de onderzijde van uw schoenen
voordat u in de auto stapt.
Tref voor het aanbreken van de winter de noodzakelijke voorbe-
reidingen en voer de benodigde controles uit. Pas uw rijgedrag
altijd aan de actuele weersomstandigheden aan.
Voorbereiding voor de winter
Voordat u met de auto gaat rijden
Page 223 of 464
2234-6. Rijtips
4
Rijden
YARIS_HV_WE_52E13E
Verhoog de snelheid geleidelijk, houd afstand tot uw voorganger en
pas de snelheid aan aan de conditie van de weg.
Parkeer de auto en zet de selectiehendel in stand P, maar activeer de
parkeerrem niet. De parkeerrem kan vastvriezen en bij het deactive-
ren niet vrij komen. Blokkeer de wielen indien nodig, om wegglijden of
kruipen te voorkomen.
Gebruik de juiste maat sneeuwkettingen.
De maat van de sneeuwkettingen is afgestemd op de bandenmaat.
Zijketting
(diameter 3 mm)
Dwarsketting
(diameter 4 mm)
De wetgeving met betrekking tot het gebruik van sneeuwkettingen
verschilt per land en per soort weg. Stel u op de hoogte van deze
voorschriften alvorens sneeuwkettingen te monteren.
Tijdens het rijden
Bij het parkeren
Keuze van sneeuwkettingen
1
2
Wetgeving met betrekking tot gebruik van sneeuwkettingen
Page 224 of 464
2244-6. Rijtips
YARIS_HV_WE_52E13E
■Monteren van sneeuwkettingen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het monteren en verwij-
deren van sneeuwkettingen:
●Monteer en verwijder de sneeuwkettingen op een veilige locatie.
●Monteer de sneeuwkettingen uitsluitend op de voorwielen. Gebruik geen
sneeuwkettingen om de achterwielen.
●Plaats de sneeuwkettingen zo strak mogelijk om de voorwielen. Zet de
sneeuwkettingen na 0,5 1,0 km opnieuw vast.
●Monteer de sneeuwkettingen volgens de meegeleverde gebruiksaanwijzing.
●Verwijder de eventueel aanwezige wieldoppen voordat u de sneeuwkettin-
gen monteert, om beschadigingen te voorkomen. (Blz. 384)
WAARSCHUWING
■Rijden met winterbanden
Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaat-
regelen in acht.
Als u dat niet doet, kunt u de macht over het stuur verliezen, waardoor ern-
stig letsel kan ontstaan.
●Gebruik winterbanden met de voorgeschreven maat.
●Zorg ervoor dat de bandenspanning aan de specificatie voldoet.
●Rijd niet harder dan de toegestane snelheid of harder dan de snelheidsli-
miet die geldt voor de gebruikte winterbanden.
●Monteer winterbanden op alle wielen.
●Gebruik geen banden met verschillende slijtagepatronen.
■Rijden met sneeuwkettingen
Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaat-
regelen in acht.
Anders kunnen een aanrijding en ernstig letsel het gevolg zijn.
●Rijd niet harder dan de maximaal toegestane snelheid voor de gebruikte
sneeuwkettingen of niet harder dan 50 km/h, afhankelijk van welke snel-
heid de laagste is.
●Vermijd het rijden over slechte wegdekken en over gaten.
●Vermijd plotseling accelereren, abrupte stuuracties, plotseling remmen en
schakelhandelingen die een plotselinge motorremwerking veroorzaken.
●Minder uw snelheid alvorens een bocht aan te snijden zodanig, dat u
zeker weet dat de auto bestuurbaar blijft.
Page 225 of 464
225
5Audiosysteem
YARIS_HV_WE_52E13E5-1. Basishandelingen
Soorten audiosystemen ..... 226
Stuurwieltoetsen
audiosysteem .................. 228
USB-aansluiting ................. 229
5-2. Gebruik van het
audiosysteem
Optimaal gebruikmaken
van het audiosysteem...... 230
5-3. Gebruik van de radio
Radiobediening .................. 232
5-4. Afspelen van audio-CD's
en discs met MP3-/WMA-
bestanden
Bediening CD-speler.......... 237
5-5. Gebruik van een extern
apparaat
Afspelen van bestanden
op een iPod ..................... 245
Afspelen van bestanden
op een USB-geheugen .... 252
Page 226 of 464
2265-1. Basishandelingen
YARIS_HV_WE_52E13E
Soorten audiosystemen
Auto's met navigatie-/multimediasysteem
Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasysteem
voor meer informatie indien uw auto is uitgerust met een navigatie-/
multimediasysteem.
: Indien aanwezig
Page 227 of 464
2275-1. Basishandelingen
5
Audiosysteem
YARIS_HV_WE_52E13E
Auto's zonder navigatie-/multimediasysteem
CD-speler met AM/FM-radio
Onderstaande afbeelding heeft betrekking op auto's met linkse bestu-
ring. Voor auto's met rechtse besturing is de positie van de knoppen
omgekeerd.
■Gebruik van mobiele telefoons
Mobiele telefoons kunnen storingen veroorzaken die hoorbaar zijn via de
luidsprekers als het audiosysteem ingeschakeld is.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
Laat, als het hybridesysteem is uitgeschakeld, het audiosysteem niet langer
ingeschakeld dan noodzakelijk is.
■Voorkomen van schade aan het audiosysteem
Mors geen drank of andere vloeistof over het audiosysteem.
Page 228 of 464
2285-1. Basishandelingen
YARIS_HV_WE_52E13E
Stuurwieltoetsen audiosysteem
Vo l u m e t o e ts :
• Indrukken: verhogen/verla-
gen van het volume
• Ingedrukt houden: blijft het
volume verhogen/verlagen
Radio geselecteerd:
• Indrukken: selecteren van
een radiozender
• Ingedrukt houden: omhoog/
omlaag zoeken
CD-, MP3/WMA-disc-, iPod- of USB-modus:
• Indrukken: selecteren van een nummer/bestand/muziekstuk
• Ingedrukt houden: selecteren van een map of album (MP3/
WMA-disc, iPod of USB)
Toets MODE
• Indrukken: inschakelen van het systeem, selecteren van een
audiobron
• Ingedrukt houden: het geluid van de actuele weergave wordt
gedempt of de actuele weergave wordt onderbroken.
Houd de toets nogmaals ingedrukt om het dempen of onderbre-
ken ongedaan te maken.
Sommige functies van het audiosysteem kunnen worden
bediend met behulp van schakelaars op het stuurwiel.
De werking kan verschillen afhankelijk van het type audio- of
navigatiesysteem. Raadpleeg de handleiding van het audio- of
navigatiesysteem voor meer informatie.
Bedienen van het audiosysteem met de stuurwieltoetsen
1
2
WAARSCHUWING
■Beperk de kans op ongevallen
Neem bij het bedienen van de toetsen op het stuurwiel de nodige voorzich-
tigheid in acht.
3
Page 229 of 464
229
5
5-1. Basishandelingen
Audiosysteem
YARIS_HV_WE_52E13E
USB-aansluiting
■iPod
Open het afdekkapje en sluit
een iPod aan met behulp van
een iPod-kabel.
Als de iPod niet is ingeschakeld,
schakel deze dan alsnog in.
■
USB-geheugen
Open het afdekkapje en sluit het USB-geheugen aan.
Als het USB-geheugen niet is ingeschakeld, schakel dit dan alsnog in.
■
Draagbare audiospeler
Open het afdekkapje en sluit de draagbare audiospeler aan.
Als de draagbare audiospeler niet is ingeschakeld, schakel deze dan
alsnog in.
: Indien aanwezig
Sluit een iPod, USB-geheugen of draagbare audiospeler aan op
de USB-aansluiting zoals hieronder aangegeven. Druk op
om de “iPod” of “USB” te selecteren.
Aansluiten met behulp van de USB-aansluiting
WAARSCHUWING
■Tijdens het rijden
Sluit geen apparaat aan en bedien het apparaat niet.
Page 230 of 464
2305-2. Gebruik van het audiosysteem
YARIS_HV_WE_52E13E
Optimaal gebruikmaken van het
audiosysteem
Weergeven van de actuele
modus
Wijzigen van de volgende
instellingen
• Geluidskwaliteit en balans
(Blz. 231)
Voor een optimaal geluid kun-
nen de geluidskwaliteit en
balans worden gewijzigd.
• Automatische geluidsrege-
ling aan/uit (Blz. 231)
Selecteren van de stand
■Wijzigen van geluidskwaliteitsinstellingen
Druk op .
Draai aan om “Sound Setting” (geluidsinstelling) te selec-
teren.
Druk op .
Draai naar de gewenste stand.
BASS, TREBLE, FADER, BALANCE of ASL
Druk op .
: Indien aanwezig
De geluidskwaliteit (hoge tonen/bas) en balans kunnen worden
afgesteld.
STO51AP005
1
2
3
Gebruik van toonregeling en geluidsverdeling
1
2
3
4
5