YAMAHA YZF-R1 2005 Instructieboekje (in Dutch)
Page 91 of 102
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-2
7
breng dan na wassen een hoog-
waardige polish voor gebruik opkunststof aan.
Na normaal gebruik
Verwijder vuil met warm water, zachte zeep
en een zachte, schone spons en spoel dan
grondig met schoon water. Gebruik een tan-
denborstel of een flessenborstel op moeilijk
bereikbare plekken. Hardnekkig vastzittend
vuil en insectenresten laten gemakkelijker
los als de bewuste plek alvorens te reinigen
een paar minuten met een vochtige doek
wordt bedekt.
Na rijden in regen, aan de kust of op bepe-kelde wegenZeelucht en wegenzout waarmee wegen ’s
winters worden bestrooid hebben in combi-
natie met water een zeer corrosieve wer-
king; handel daarom als volgt na een rit in
een regenbui, nabij de kust of op bepekelde
wegen.OPMERKING:’s Winters gestrooid wegenzout kan nog totin de lente aanwezig blijven.
1. Reinig de motorfiets met koud water
en zachte zeep nadat de machine is
afgekoeld.
LET OP:
DCA10790
Gebruik geen heet water, dit versterkt decorrosieve werking van het zout.
2. Laat de motorfiets drogen en breng
dan met een spuitbus een corrosiewe-
rend middel aan op alle metalen delen,
ook op de verchroomde en vernikkel-
de onderdelen (niet op de titanium uit-
laatdemper) om zo roestvorming
tegen te gaan.
Reinigen van de titanium uitlaatdemperDit model is uitgerust met een titanium uit-
laatdemper die als volgt speciale verzorging
nodig heeft.
Gebruik alleen een zachte, schone
doek of een spons met zachte zeep en
water om de titanium uitlaatdemper te
reinigen. Als de uitlaatdemper met ge-
bruik van zachte zeep niet echt schoon
wordt, kan een zachte borstel met een
basisch product worden gebruikt.
Gebruik nooit chemische stoffen of an-
dere speciale reinigingsmiddelen om
de uitlaatdemper schoon te maken,
deze zullen de buitenste deklaag van
de demper aantasten.
Al heel geringe hoeveelheden olie zo-
als afkomstig van vingerafdrukken of
van met olie besmeurde poetsdoekenzullen vlekken achterlaten op de tita-
nium demper, die met een zachte
zeep kunnen worden verwijderd.
De door hitte veroorzaakte verkleurin-
gen op een gedeelte van de uitlaatpijp
naar de titanium uitlaatdemper zijn
normaal en kunnen niet worden verwij-
derd.
Na reiniging
1. Droog de motorfiets met een zeemle-
ren lap of een vochtabsorberende
doek.
2. Laat de aandrijfketting direct drogen
en smeer hem om roestvorming te
voorkomen.
3. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrijsta-
len delen te laten glanzen.
4. Het is aan te bevelen om met een
spuitbus een corrosiewerend middel
aan te brengen op alle metalen delen,
ook op verchroomde en vernikkelde
componenten, om zo corrosie te voor-
komen.
5. Gebruik oliespray als universeel
schoonmaakmiddel om eventueel nog
achtergebleven vuil te verwijderen.
6. Werk kleine lakbeschadigingen bij ver-
oorzaakt door steenslag e.d.
U5VYD1D0.book Page 2 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 92 of 102
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-3
7
7. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
8. Laat de motorfiets volledig drogen al-
vorens te stallen of af te dekken.
WAARSCHUWING
DWA11130
Controleer of er geen olie of was op
de wielen of de remmen zit.
Reinig de remschijven en remvoe-
ringen indien nodig met een norma-
le remschijfreiniger of aceton en
spoel de banden schoon met lauw
water en een mild reinigingsmiddel.
Test de remwerking en het wegge-
drag van de motorfiets in bochtenvoordat u de snelheid opvoert.
LET OP:
DCA10800
Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng oliespray of was nooit aan op
rubber of kunststof delen, behandel
deze met een daartoe bestemd ver-
zorgingsmiddel.
Vermijd het gebruik van schurende
poetsmiddelen, deze tasten de lakaan.
OPMERKING:Vraag een Yamaha dealer om advies overde te gebruiken producten.
DAU26201
Stalling Korte termijn
Stal uw motorfiets steeds op een koele en
droge plek en bescherm indien nodig tegen
stof met een luchtdoorlatende stallinghoes.LET OP:
DCA10810
Als de motorfiets wordt gestald in
een slecht geventileerde ruimte of
in vochtige toestand wordt afgedekt
met een hoes of een dekzeil, zal wa-
ter en vocht kunnen binnendringen
en roestvorming veroorzaken.
Voorkom corrosie door de machine
niet te stallen in een vochtige kel-
der, een stal (i.v.m. de aanwezig-
heid van ammoniakdamp) en in een
opslagruimte voor sterke chemica-liën.
Lange termijn
Alvorens uw motorfiets gedurende meerde-
re maanden aaneen te stallen:
1. Volg alle instructies op in de paragraaf
“Verzorging” in dit hoofdstuk.
U5VYD1D0.book Page 3 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 93 of 102
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-4
7
2. Vul de brandstoftank en voeg een sta-
bilisatoradditief (indien verkrijgbaar)
toe om roestvorming in de tank en ach-
teruitgang van de brandstof te voorko-
men.
3. Voer de volgende stappen uit om de
cilinders, de zuigerveren etc. te be-
schermen tegen corrosie.
a. Verwijder de bougiedoppen en de
bougies.
b. Giet een theelepel motorolie in elk
bougiegat.
c. Breng de bougiedoppen aan op de
bougies en leg dan de bougies zo-
danig op de cilinderkop dat de
elektroden aan massa liggen. (Dit
voorkomt vonken tijdens de vol-
gende stap.)
d. Laat de motor een paar keer rond-
draaien op de startmotor. (De cilin-
derwanden worden zo geolied.)
e. Haal de bougiedoppen los van de
bougies en breng dan de bougies
en de bougiedoppen weer aan.
WAARSCHUWING
DWA10950
Om schade of letsel door vonkvorming
te voorkomen, moeten de bougie-elek-
troden aan massa liggen terwijl de motorwordt rondgedraaid.4. Smeer alle bedieningskabels en
scharnierpunten van alle hendels en
pedalen en van de zijstandaard/mid-
denbok.
5. Controleer de bandspanning en corri-
geer deze indien nodig en breng dan
de motorfiets omhoog, zodat beide
wielen los van de grond zijn. Een an-
dere mogelijkheid is de wielen elke
maand iets te draaien, zodat de ban-
den niet op één gedeelte sterker ach-
teruitgaan.
6. Dek de uitlaatdemperopeningen af
met een plastic zak om te voorkomen
dat vocht kan binnendringen.
7. Verwijder de accu en laad deze volle-
dig bij. Berg de accu op een koele en
droge plek op en laad hem eens per
maand bij. Berg de accu niet op een
zeer warme of koude plek op [minder
dan 0 °C (30 °F) of meer dan 30 °C (90
°F)]. Zie pagina 6-28 voor meer infor-
matie over het opbergen van de accu.
OPMERKING:Voer eventueel benodigde reparaties uitvoordat u uw motorfiets stalt.
U5VYD1D0.book Page 4 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 94 of 102
SPECIFICATIES
8-1
8
Afmetingen:Totale lengte:
2065 mm (81.3 in)
Totale breedte:
720 mm (28.3 in)
Totale hoogte:
1105 mm (43.5 in)
Zadelhoogte:
835 mm (32.9 in)
Wielbasis:
1395 mm (54.9 in)
Grondspeling:
135 mm (5.31 in)
Kleinste draaicirkel:
3400 mm (133.9 in)Gewicht:Incl. olie en brandstof:
193.0 kg (425 lb)Motor:Type motor:
Vloeistofgekoeld, 4-takt, DOHC
Cilinderopstelling:
4-cilinder, parallel vooroverhellend
Slagvolume:
998.0 cm³ (60.90 cu.in)
Boring × slag:
77.0 × 53.6 mm (3.03 × 2.11 in)
Compressieverhouding:
12.40 :1
Startsysteem:
Elektrische startmotor
Smeersysteem:
Wet sump
Motorolie:Type:
SAE10W30 of SAE10W40 of SAE15W40
of SAE20W40 of SAE20W50
Aanbevolen kwaliteit motorolie:
API service type SE, SF, SG of hoger
Hoeveelheid motorolie:
Zonder vervanging van oliefilterpatroon:
2.90 L (3.07 US qt) (2.55 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterpatroon:
3.10 L (3.28 US qt) (2.73 Imp.qt)Koelsysteem:Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de
merkstreep voor maximumniveau):
0.25 L (0.26 US qt) (0.22 Imp.qt)
Inhoud radiator (inclusief alle leidingen):
2.76 L (2.92 US qt) (2.43 Imp.qt)Luchtfilter:Luchtfilterelement:
Papieren element met oliecoatingBrandstof:Aanbevolen brandstof:
Uitsluitend loodvrije superbenzineInhoud brandstoftank:
18.0 L (4.76 US gal) (3.96 Imp.gal)
Hoeveelheid reservebrandstof:
3.4 L (0.90 US gal) (0.75 Imp.gal)
Elektronisch geregelde
brandstofinspuiting:Fabrikant:
DENSO
Model:
297500-0300/4Bougie(s):Fabrikant/model:
NGK/CR9EK
Elektrodenafstand:
0.6–0.7 mm (0.024–0.028 in)Koppeling:Type koppeling:
Nat, meervoudige plaatVersnellingsbak:Primair reductiesysteem:
Recht tandwiel
Primaire reductieverhouding:
65/43 (1.512)
Secundair reductiesysteem:
Kettingaandrijving
Secundaire reductieverhouding:
45/17 (2.647)
Type versnellingbak:
Constant mesh, 6 versnellingen
Bediening:
Bediening met linkervoet
Overbrengingsverhoudingen:
1e:
38/15 (2.533)
-20 -10 0
10 20 30
40
50 ˚C
SAE 10W-30
SAE 15W-40SAE 20W-40SAE 20W-50
SAE 10W-40
U5VYD1D0.book Page 1 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 95 of 102
SPECIFICATIES
8-2
8
2e:
33/16 (2.063)
3e:
37/21 (1.762)
4e:
35/23 (1.522)
5e:
30/22 (1.364)
6e:
33/26 (1.269)
Chassis:Type frame:
Diamantframe
Spoorhoek:
24.00 °
Naspoor:
97.0 mm (3.82 in)Voorband:Type:
Tubeless
Maat:
120/70 ZR17M/C (58W)
Fabrikant/model:
MICHELIN/Pilot POWER C
Fabrikant/model:
DUNLOP/D218FLAchterband:Type:
Tubeless
Maat:
190/50 ZR17M/C (73W)
Fabrikant/model:
MICHELIN/Pilot POWER GFabrikant/model:
DUNLOP/D218L
Belading:Maximale belasting:
202 kg (445 lb)
(Totaal gewicht van bestuurder, passagier,
bagage en accessoires)Bandenspanning (gemeten aan koude
banden):Gewichtsverdeling:
0–90 kg (0–198 lb)
Voor:
250 kPa (36 psi) (2.50 kgf/cm²)
Achter:
290 kPa (42 psi) (2.90 kgf/cm²)
Gewichtsverdeling:
90–202 kg (198–445 lb)
Voor:
250 kPa (36 psi) (2.50 kgf/cm²)
Achter:
290 kPa (42 psi) (2.90 kgf/cm²)
Rijden met hoge snelheid:
Voor:
250 kPa (36 psi) (2.50 kgf/cm²)
Achter:
290 kPa (42 psi) (2.90 kgf/cm²)Voorwiel:Type wiel:
Gietwiel
Velgmaat:
17M/C x MT3.50Achterwiel:Type wiel:
GietwielVelgmaat:
17M/C x MT6.00
Voorrem:Type:
Dubbele schijfrem
Bediening:
Bediening met rechterhand
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4Achterrem:Type:
Enkele schijfrem
Bediening:
Bediening met rechtervoet
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4Voorwielophanging:Type:
Telescoopvork
Veer/schokdempertype:
Schroefveer/oliedemper
Veerweg:
120.0 mm (4.72 in)Achterwielophanging:Type:
Achterbrug (link-ophanging)
Veer/schokdempertype:
Schroefveer/gas-oliedemper
Veerweg:
130.0 mm (5.12 in)Elektrische installatie:Ontstekingssysteem:
Transistorontsteking (digitaal)
U5VYD1D0.book Page 2 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 96 of 102
SPECIFICATIES
8-3
8
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:
YTZ10S
Voltage, capaciteit:
12 V, 8.6 A/uKoplamp:Type gloeilamp:
HalogeenlampGloeilampen voltage, wattage × aantal:Koplamp:
12 V, 55.0 W × 4
Achterlicht/remlicht unit:
LED
Voorste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Parkeerlicht:
12 V, 5.0 W × 2
Kentekenverlichting:
12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje vrijstand:
LED
Controlelampje grootlicht:
LED
Waarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LEDControlelampje brandstofniveau:
LED
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
Controlelampje startblokkering:
LED
Controlelampje schakelmoment:
LED
Zekeringen:Hoofdzekering:
50.0 A
Koplampzekering:
25.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
15.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
15.0 A × 2
Zekering richtingaanwijzers:
10.0 A
Zekering elektronisch gestuurde
brandstofinspuiting:
15.0 A
Backup-zekering:
10.0 A
U5VYD1D0.book Page 3 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 97 of 102
GEBRUIKERSINFORMATIE
9-1
9
DAU26351
Identificatienummers Noteer het sleutelnummer, het voertuigi-
dentificatienummer en de modelinforma-
tiesticker in onderstaande ruimtes. Deze
nummers heeft u nodig om reserveonder-
delen bij een Yamaha dealer te bestellen of
wanneer uw machine is gestolen.
SLEUTELIDENTIFICATIE NUMMER:
VOERTUIGIDENTIFICATIE NUMMER:
MODELINFORMATIESTICKER:
DAU26381
Sleutelnummer
Het sleutelnummer is ingeslagen op het
sleutelplaatje. Noteer dit nummer in het
daartoe bestemde vakje en gebruik dit als
referentie bij het bestellen van een nieuwe
sleutel.
DAU26400
Voertuigidentificatienummer
Het voertuigidentificatienummer is ingesla-
gen op de balhoofdbuis. Noteer dit nummer
in het daartoe bestemde vakje.OPMERKING:Het voertuigidentificatienummer is bedoeld
voor identificatie van uw motorfiets en kan
worden gebruikt om uw motor in uw landaan te melden voor kentekenregistratie.
1. Sleutelnummer
2. Codeersleutel (rood bovendeel)
3. Standaardsleutels (zwart bovendeel)
1. Voertuigidentificatienummer
U5VYD1D0.book Page 1 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 98 of 102
GEBRUIKERSINFORMATIE
9-2
9
DAU33941
Modelinformatiesticker
De modelinformatiesticker is onder het duo-
zadel bevestigd aan het frame. (Zie pagina
3-18.) Noteer de informatie op deze sticker
in het daartoe bestemde vakje. Deze infor-
matie is nodig om reserve-onderdelen te
bestellen bij een Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA12371
Raak de uitlaatdempersteunen onder de
kap niet aan voordat het uitlaatsysteemis afgekoeld.1. Modelinformatiesticker
1. Kap uitlaatsteun
2. Uitlaatdempersteun
U5VYD1D0.book Page 2 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 99 of 102
INDEX
AAandrijfketting, smeren ......................... 6-24
Accu...................................................... 6-28
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-27
Achterlicht/remlicht unit ........................ 6-34
Afstelling remlichtschakelaar ................ 6-21
Antidiefstal-alarmsysteem (optie) ......... 3-13BBagageriembevestiging ........................ 3-23
Banden ................................................. 6-17
Bougies, controleren............................... 6-7
Brandstof .............................................. 3-16
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-3CClaxonschakelaar ................................. 3-13
Contactslot/stuurslot ............................... 3-2
Controle- en waarschuwingslampjes ...... 3-3
Controlelampje grootlicht ........................ 3-4
Controlelampje schakelmoment ............. 3-7
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-4
Controlelampje startblokkering ............... 3-7
Controlelijst voor gebruik ........................ 4-2DDimlichtschakelaar ............................... 3-13EEXUP-systeem ..................................... 3-23GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren ............................................... 6-25
Gereedschapsset ................................... 6-1
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen........................................... 6-35Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-35
HHelmbevestiging.................................... 3-19IIdentificatienummers ............................... 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-3KKabels, controleren en smeren ............. 6-25
Klepspeling............................................ 6-17
Koelvloeistof .......................................... 6-12
Koplampgloeilamp, vervangen .............. 6-32
Koppelingshendel.................................. 3-14
Koppelingshendel, vrije slag afstellen ... 6-20LLichtsignaalschakelaar .......................... 3-13
Locaties van onderdelen ......................... 2-1
Luchtfilterelement, vervangen ............... 6-14MModelinformatiesticker ............................ 9-2
Motorolie en oliefilterpatroon ................... 6-8
Multifunctioneel display ........................... 3-8NNoodstopschakelaar ............................. 3-13OOndersteunen van de motorfiets ........... 6-37PPanelen, verwijderen en aanbrengen ..... 6-6
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen ......... 6-36
Parkeren..................................................5-4
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema .............................. 6-2
Problemen oplossen .............................6-40
RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren........................ 6-26
Remhendel ........................................... 3-15
Rempedaal ........................................... 3-15
Remvloeistofniveau, controleren .......... 6-22
Remvloeistof, verversen ....................... 6-23
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 3-13SSchakelaar alarmverlichting.................. 3-14
Schakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal ...................................... 3-14
Schokdemperunit, afstellen .................. 3-21
Sleutelnummer........................................ 9-1
Spanning aandrijfketting ....................... 6-23
Specificaties............................................ 8-1
Stalling .................................................... 7-3
Startblokkeersysteem ............................. 3-1
Starten van de motor .............................. 5-1
Startknop .............................................. 3-14
Startspersysteem .................................. 3-24
Stationair toerental................................ 6-16
Storingzoekschema’s............................ 6-41
Stuurschakelaars .................................. 3-13
Stuursysteem, controleren .................... 6-28TTankbeluchtingsslang/overloopslang.... 3-17
Tankdop ................................................ 3-15UUitlaatkatalysator .................................. 3-17VVeiligheidsinformatie............................... 1-1
Verzorging .............................................. 7-1
Voertuigidentificatienummer ................... 9-1
U5VYD1D0.book Page 1 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM
Page 100 of 102
INDEXVoor- en achterremblokken
controleren.......................................... 6-21
Voorvork, afstellen ................................ 3-19
Voorvork, controleren............................ 6-27
Vrije slag gaskabel, controleren ............ 6-16
Vrijstandcontrolelampje........................... 3-4WWaarschuwingslampje
brandstofniveau .................................... 3-4
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur ...................... 3-4
Waarschuwingslampje motorstoring ....... 3-7
Waarschuwingslampje olieniveau ........... 3-4
Wiel (achter).......................................... 6-39
Wielen ................................................... 6-20
Wiellagers controleren .......................... 6-28
Wiel (voor)............................................. 6-37ZZadels ................................................... 3-18
Zekeringen, vervangen ......................... 6-30
Zijstandaard .......................................... 3-24
Zijstandaard, controleren en smeren .... 6-26
U5VYD1D0.book Page 2 Tuesday, September 7, 2004 12:50 PM