airbag CITROEN C4 AIRCROSS 2016 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2016, Model line: C4 AIRCROSS, Model: CITROEN C4 AIRCROSS 2016Pages: 446, PDF Size: 14.43 MB
Page 5 of 446

C4-Aircross_nl_Chap00a_sommaire_ed01-2014
richtingaanwijzers 141
Alarmknipperlichten
141
C l a x o n
141
Hulpsystemen bij het remmen
1
42
st
abiliteitscontrole
144
Veiligheidsgordels
146
Airbags
150
kin
derzitjes
155
ui
tschakelen van de
passagiersairbag vóór
1
57
I
soF
IX-kinderzitjes
164
ki
nderslot
170
Veiligheid
bandenreparatieset 171
Wiel verwisselen
1
75
sn
eeuwkettingen
181
een
lamp vervangen
1
82
Zekeringen vervangen
1
88
12V- ac c u
19 4
Automatische onderbreking
van de voeding van elektrische functies
1
97
ru
itenwisserbladen vervangen
1
97
sl
epen van uw auto
1
98
tr
ekken van een aanhanger
2
01
Allesdragers monteren
20
3
Accessoires
204
Praktische informatie
Motorkap 207
ben
zinemotoren
208
Dieselmotoren
20
9
br
andstoftank
2
10
br
andstoftank leeg (Diesel)
2
12
niv
eaus controleren
2
13
Controles
2
16
onderhoud
benzinemotoren 219
Gewichten uitvoeringen
met benzinemotor
2
20
Dieselmotoren
2
26
Gewichten uitvoeringen
met dieselmotor
2
27
Afmetingen
233
Identificatie 235
technische gegevens
bluetooth®-telefoon
met spraakherkenning 2 37
A
uD
I
o
-
/
teLeM
A
tI
CA
sYs
tee
M
M
e
t
t
ou
C
H
s
C
reen 249
A
uD
I
o/
CD-
sYs
tee
M Me
t
t
ou
C
H
s
C
reen
2
89
A
uD
I
o/
CD-systeem 311
Audio en datacommunicatie
tre
fwoordenregister
Inhoudsopgave
Page 7 of 446

5
C4-Aircross_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Interieur
Voorzieningen bagageruimte 96-97
- bagageafdekking
-
sjorogen
-
opbergvakken
kin
derzitjes
155-163
I
soF
IX-bevestiging
1
64-168
ki
nderbeveiliging
170
Vo o r s t o e l e n
71-74
Veiligheidsgordels
146-149
Dashboardkastje
9
1
Passagiersairbag uitschakelen
15
1, 157
A ir bags
15
0 -15 4
Voorzieningen voorin
9
0-94
-
A
uX
-/
u
sb
-
aansluitingen
-
aansteker/12V-aansluiting
-
u
itneembare asbak
-
mi
ddenarmsteun vóór
-
zonneklep
-
matten
Achterzitplaatsen
75-76
Voorzieningen achterin
9
5
Middenarmsteun achter/skiluik
7
6
.
overzicht
Page 10 of 446

8
C4-Aircross_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
A. Verklikkerlampje uitschakeling passagiersairbag 151
B.
Alarmknipperlichten
1
41
C.
V
erklikkerlampje veiligheidsgordel
voorpassagier niet vastgemaakt of
losgemaakt
147
Schakelaars op centraal
bedieningspaneel
Cockpit (vervolg)
A. Handmatige koplampverstelling 1 33
B. ui tschakelen van het
stabiliteitscontrolesysteem
1
44
C.
u
it
schakelen van de parkeerhulp
1
25
D.
u
i
tschakelen van de functie
st
op & s
t
art (Auto s
t
op & Go)
1
12
Paneel met schakelaars
buitenzijde
overzicht
Page 17 of 446

15
C4-Aircross_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Antiblokkeersysteem
(ABS)permanent.er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.ri
jd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg zo snel
mogelijk het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Veiligheidsgordel
vóór losgemaakt/
niet vastgemaakt
Permanent, en
knippert vervolgens
in combinatie met
een geluidssignaal.De bestuurder heeft zijn
veiligheidsgordel losgemaakt of niet
vastgemaakt.
Doe de gordel om en steek de gesp in de gordelsluiting.
Airbags en
gordelspanners tijdelijk.
Als u het contact aanzet, gaat dit
lampje een paar seconden branden
en gaat vervolgens uit.
ra
adpleeg het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats als het lampje blijft branden.
permanent.
er i
s een storing in een van de
airbags of de pyrotechnische
gordelspanners. Laat dit controleren door het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Te lage
bandenspanning permanent, in
combinatie met
een melding.De spanning van één of meer banden
is te laag.
Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
Doe dit bij voorkeur bij koude banden.
u
moet het systeem resetten nadat u de spanning van één
of meer banden hebt aangepast en wanneer één of meer
wielen zijn gewisseld.
Zie voor meer informatie de rubriek
"
ban
denspanningscontrolesysteem".
knipperend
en vervolgens
permanent, in
combinatie met
een melding.een storing in het systeem en/of ten
minste één sensor van een wiel wordt
niet gedetecteerd.De bandenspanning wordt niet meer gecontroleerd.
Laat het systeem controleren door het Citroën-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
1
Controle tijdens het rijden
Page 29 of 446

27
C4-Aircross_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Display 1 Display 2 OorzaakOplossing - ActieOpmerkingen
u bent weggereden ter wijl de
h andrem nog aangetrokken was. Zet de handrem vrij.
on
voldoende motoroliedruk of
storing in het oliecircuit. Zet de auto stil en raadpleeg
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
st
oring laden accu. Zet de auto stil en raadpleeg
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
st
oring in de airbags of in de
gordelspanners.
raad
pleeg het CI tro
Ën-
n
etwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om de systemen te laten
controleren.
st
oring in de automatische
koplampverstelling.
ra
adpleeg het CI
t
ro
Ën-
netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats. Alleen bij auto's met
xenonverlichting.
st
oring in de dynamische
stabiliteitscontrole (A
s
C).
ra
adpleeg het CI
t
ro
Ën-
netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
st
oring in de vierwielaandrijving.
ra
adpleeg het CI
t
ro
Ën-
netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
1
Controle tijdens het rijden
Page 93 of 446

91
C4-Aircross_nl_Chap03_confort_ed01-2014
Vloermat
om de vloermat aan de bestuurderszijde
te verwijderen: schuif de bestuurdersstoel
zo ver mogelijk naar achteren en neem de
bevestigingen los.
Leg de vloermat weer terug op de pennen en
klem de bevestigingen vast. Controleer of de
vloermat goed bevestigd is.
om t
e voorkomen dat de pedalen blokkeren:
-
ma
ak uitsluitend gebruik van matten
die op de reeds in de auto aanwezige
bevestigingen passen. Het gebruik van
deze bevestigingen is verplicht.
-
l
eg nooit meerdere matten boven op elkaar.
Zonnekleppen Dashboardkastje
In het dashboardkastje kan een fles
mineraalwater, de boorddocumentatie enz.
worden opgeborgen.
F
t
r
ek de handgreep omhoog om het te
openen.
De verlichting van het dashboardkastje treedt
in werking zodra het wordt geopend.
In het dashboardkastje bevindt zich de
schakelaar voor het uitschakelen van de airbag
aan passagierszijde A .
Als uw auto is voorzien van airconditioning,
bevat het dashboardkastje een
ventilatieopening B , via welke dezelfde
gekoelde lucht als die voor het interieur wordt
aangevoerd.
Als uw auto voorzien is van het systeem
"keyless entry and start", bevat deze de
noodstartmodule C .
De zonnekleppen kunnen naar voren worden
geklapt, en naar de zijkant wanneer ze zijn
losgeklikt.
Ze zijn voorzien van een make-upspiegel en
een opbergvakje voor tickets.
3
Comfort
Page 151 of 446

149
C4-Aircross_nl_Chap06_securite_ed01-2014
Alvorens te gaan rijden dient de bestuurder
te controleren of alle passagiers hun
veiligheidsgordel goed hebben omgedaan
en vastgemaakt.
Zorg ervoor dat alle inzittenden tijdens het
rijden hun veiligheidsgordel dragen, ook al
betreft het een korte rit.
Draai de gespen van de veiligheidsgordels
niet om; de gordels zijn dan niet voldoende
effectief.
De veiligheidsgordels zijn voorzien van een
oprolautomaat die ervoor zorgt dat de lengte
van de gordel automatisch wordt aangepast
aan de lichaamsbouw van de gebruiker. De
gordel wordt automatisch opgerold als deze
niet wordt gebruikt.
Controleer zowel voor en na het gebruik van
de gordel of deze goed is opgerold.
De heupgordel moet zo laag mogelijk op het
bekken worden geplaatst.
De schoudergordel moet langs het holle
gedeelte van de schouder worden geplaatst.
De oprolautomaten zijn voorzien van
een automatische blokkeerinrichting die
in werking treedt bij een aanrijding, een
noodstop of het over de kop slaan van
de auto. u kunt de blokkeerinrichting
deblokkeren door stevig aan de riem te
trekken en deze weer los te laten, zodat de
riem weer een stukje wordt opgerold.Voorschriften voor kinderen
Maak voor kinderen tot 12 jaar of kleiner dan
1 ,50 m gebruik van een geschikt kinderzitje.
De veiligheidsgordel mag door niet meer dan
één persoon gedragen worden.
Laat nooit een kind op schoot zitten tijdens
het rijden.
ra
adpleeg voor meer informatie de rubriek
"
kin
derzitjes".
Voor een effectieve werking van de
veiligheidsgordel:
-
d
ient deze strak om het lichaam te
worden gedragen,
-
m
oet deze in een vloeiende beweging
naar voren worden getrokken, zonder
dat de gordel gedraaid raakt,
-
m
ag deze door niet meer dan één
persoon worden gedragen,
-
m
ag deze geen beschadigingen of rafels
vertonen,
-
m
ag er om te voorkomen dat de gordel
niet goed werkt, niets aan worden
gewijzigd.
Bij aanrijdingen
De gordelspanners kunnen, afhankelijk van
de aard en de kracht van de aanrijding ,
vóór en onafhankelijk van de airbags afgaan.
Het activeren van de gordelspanners gaat
gepaard met wat onschadelijke rook en een
knal, als gevolg van de activering van de
pyrotechnische lading die in het systeem is
geïntegreerd.
In alle gevallen gaat het verklikkerlampje van
de airbag branden.
Laat het systeem na een aanrijding
controleren en eventueel vervangen door het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vanwege de wettelijke
veiligheidsvoorschriften moeten
werkzaamheden en controles aan de
veiligheidsgordels worden uitgevoerd
door het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats, die tevens voor
de garantie zorgt en de werkzaamheden
volgens de voorschriften uitvoert.
Laat de veiligheidsgordels van uw auto
regelmatig controleren door het CIt roËn-
n
etwerk of een gekwalificeerde werkplaats,
vooral als de gordels beschadigingen vertonen.
reinig de veiligheidsgordels met zeepsop
of een reinigingsmiddel voor textiel,
verkrijgbaar bij het CI
t
ro
Ën-
netwerk.
Controleer na het neerklappen of verstellen van
een stoel of de achterbank of de gordel zich op
de juiste plaats bevindt en goed is opgerold.
6
Veiligheid
Page 152 of 446

150
C4-Aircross_nl_Chap06_securite_ed01-2014
Airbags
De airbags zijn speciaal ontworpen om de
veiligheid van de inzittenden (uitgezonderd
de middelste passagier achter) bij ernstige
aanrijdingen te verbeteren. De airbags
vormen een aanvulling op de werking van
de veiligheidsgordels met spanbegrenzers
(behalve bij de middelste passagier achter).
De elektronische schoksensoren registreren
de frontale en zijdelingse aanrijdingen waaraan
de registratiezones voor een aanrijding worden
blootgesteld:
-
b
ij een ernstige aanrijding gaan de airbags
onmiddellijk af om de inzittenden van de
auto (uitgezonderd de middelste passagier
achter) te helpen beschermen. Direct
na de aanrijding ontsnapt het gas snel
uit de airbags, zodat het zicht niet wordt
belemmerd en de inzittenden de auto
eventueel kunnen verlaten,
-
b
ij een minder ernstige aanrijding of een
aanrijding van achteren en in bepaalde
gevallen waarbij de auto over de kop
slaat, treden de airbags niet in werking.
De veiligheidsgordels helpen u in deze
situaties voldoende te beschermen.
De airbags werken alleen als het
contact aan is.
De airbags werken slechts eenmaal.
Als er een tweede aanrijding plaatsvindt
(tijdens hetzelfde of een volgend
ongeval), worden de airbags niet meer
opgeblazen. Het activeren van (een van) de airbags
gaat gepaard met wat rook en een
knal, als gevolg van de activering van
de pyrotechnische lading die in het
systeem is geïntegreerd.
De rook is niet schadelijk, maar kan
voor personen die hier gevoelig voor
zijn, irriterend zijn.
De knal die bij het afgaan wordt
geproduceerd, kan het gehoor
gedurende een korte periode enigszins
verminderen.
Registratiezones voor een
aanrijding
A. Impactzone vóór.
B. Imp
actzone opzij.
Airbags vóór
Activering
De airbags worden opgeblazen, behalve de airbag
aan passagierszijde als deze is uitgeschakeld,
bij een ernstige frontale aanrijding binnen (een
gedeelte van) de impactzone vóór ( A), in de
lengterichting van de auto en vanaf de voorzijde
richting de achterzijde van de auto, die zich op een
horizontale ondergrond moet bevinden.
De airbag vóór wordt opgeblazen tussen het
dashboard en de inzittende om te verhinderen dat
deze naar voren klapt. De airbags vóór dragen bij aan de bescherming
van de bestuurder en de voorpassagier bij een
frontale aanrijding door de kans op letsel aan
hoofd en borst te beperken.
De bestuurdersairbag is geïntegreerd in
het stuur wiel en de passagiersairbag in het
dashboard, boven het dashboardkastje.
Veiligheid
Page 153 of 446

151
C4-Aircross_nl_Chap06_securite_ed01-2014
Uitschakelen
Alleen de airbag aan passagierszijde kan
worden uitgeschakeld:
F steek de sleutel in de schakelaar voor uitschakelen van de airbag aan passagierszijde A ,
F draai deze in de stand "OFF",
F v erwijder de sleutel.
Het verklikkerlampje op het paneel
van de middenconsole brandt zolang
de airbag is uitgeschakeld,
bij ingeschakeld contact.
sc
hakel voor de veiligheid van uw kind
de airbag aan passagierszijde altijd uit
als u een kinderzitje met de rug in de
rijrichting op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan
van de airbag levensgevaarlijk gewond
raken.
Plaats geen kinderzitje met de rug in
de rijrichting op de voorstoel als het
verklikkerlampje van de airbags blijft
branden en de melding op het display
blijft staan.
ra
adpleeg zo snel mogelijk
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Opnieuw inschakelen
Als u het kinderzitje "met de rug in de
rijrichting" hebt ver wijderd, zet dan de
schakelaar A weer op "ON" om de airbag
opnieuw in te schakelen en zo de veiligheid van
uw passagier te garanderen.
Het verklikkerlampje gaat uit.
Storing
Als dit verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel gaat branden
in combinatie met een melding,
raadpleeg dan zo snel mogelijk
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om
het systeem te laten controleren.
De airbags zouden niet meer
geactiveerd kunnen worden bij een
ernstige aanrijding.
6
Veiligheid
Page 154 of 446

152
C4-Aircross_nl_Chap06_securite_ed01-2014
Knie-airbag*
Activering
De knie-airbag wordt gelijktijdig met de airbags
vóór opgeblazen.
bi
j een ernstige frontale aanrijding draagt de
knie-airbag bij aan de bescherming van de
knieën van de bestuurder.
Deze airbag bevindt zich in het dashboard,
onder de stuurkolom. De zij-airbags dragen bij aan de bescherming
van de bestuurder en de voorpassagier bij een
ernstige zijdelingse aanrijding door de kans op
borstletsel te verkleinen.
el
ke zij-airbag is in het frame van de rugleuning
van de voorstoel geïntegreerd, aan de zijde van
het portier.Activering
De zij-airbag wordt aan de desbetreffende zijde
opgeblazen bij een ernstige zijdelingse aanrijding
binnen (een gedeelte van) de impactzone opzij
( B ), loodrecht op de lengteas van de auto en
vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van
de auto, op een horizontale ondergrond.
De zij-airbag wordt opgeblazen tussen de inzittende
vóór en het desbetreffende portierpaneel.
Registratiezones voor een
aanrijding
A. Impactzone vóór.
B. Imp actzone opzij.
* Volgens land van bestemming.
Zij-airbags
Veiligheid