CITROEN DS3 2016 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2016, Model line: DS3, Model: CITROEN DS3 2016Pages: 410, PDF Size: 17.09 MB
Page 21 of 410

19
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Display
E. Onderhoudsintervalindicator (
km of miles), vervolgens,
k
ilometerteller.
D
eze twee functies worden
achtereenvolgens na het aanzetten van het
contact weergegeven.
F.
O
lieniveaumeter.
N
a het aanzetten van het contact wordt
gedurende enkele seconden het olieniveau
weergegeven.
A. S
nelheidsbegrenzer
(
km/h of mph) of
S
nelheidsregelaar.
B.
S
chakelindicator .
C.
I
nformatie elektronisch gestuurde
versnellingsbak of automatische
transmissie.
D.
A
ctieradius
(
km of mijlen) of
Dag
teller.
Controle tijdens het rijden
Page 22 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Instrumentenpaneel benzinemotor met handgeschakelde versnellingsbak RACINGHet instrumentenpaneel is permanent verlicht en bevat alle instrumenten en signaleringen voor de werking van de auto.
1.
Toerenteller.
G
eeft het motortoerental aan
(x 1000
t /min).
2.
Sn
elheidsmeter.
G
eeft de wagensnelheid aan
(km/h of mph).
3.
K
oelvloeistoftemperatuurmeter.
G
eeft de temperatuur van de koelvloeistof
van de motor aan.
Instrumenten
7. Dimmer dashboardverlichting. K
nop voor de instelling van de lichtsterkte
van de dashboardverlichting en de
sfeerverlichting.
4. Di
splay.
5. Br
andstofniveaumeter.
G
eeft de resterende hoeveelheid brandstof
in de tank aan.
6.
R
egelknop weergave display.
K
nop voor de weergave van afwisselend
de actieradius en de dagteller.
K
nop voor de weergave van de informatie
van de onderhoudsintervalindicator.
K
nop voor de nulstelling van de
geselecteerde functie (dagteller of
onderhoudsintervalindicator). Raadpleeg voor meer informatie over
de werking en de weergave van een
bepaalde functie de desbetreffende
paragraaf.
Page 23 of 410

21
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Display
C. Onderhoudsintervalindicator (
km of miles), vervolgens,
k
ilometerteller.
D
eze twee functies worden
achtereenvolgens na het aanzetten van het
contact weergegeven.
D.
O
lieniveaumeter.
N
a het aanzetten van het contact wordt
gedurende enkele seconden het olieniveau
weergegeven.
A. S
nelheidsbegrenzer
(
km/h of mph) of
S
nelheidsregelaar.
B.
A
ctieradius
(
km of mijlen) of
Dag
teller.
Controle tijdens het rijden
Page 24 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
De controle- en waarschuwingslampjes geven de bestuurder informatie
over de werking van een systeem (controlelampje dat aangeeft of
een systeem ingeschakeld of uitgeschakeld is) of waarschuwen de
bestuurder in het geval van een storing (waarschuwingslampje).
Controle- en waarschuwingslampjes
Bijbehorende waarschuwingen
Sommige lampjes kunnen gaan branden in
combinatie met een geluidssignaal en een
melding op het multifunctionele display.De lampjes kunnen constant branden
of knipperen.
Een aantal lampjes heeft beide
mogelijkheden. Of het constant
branden of knipperen van een lampje
duidt op een storing, is afhankelijk van
de werkingsfase van de auto.
Als het lampje blijft branden, controleer
dan voordat u gaat rijden welke functie
het betreft.
Het controlelampje voor de
passagiersairbag blijft na het aanzetten
van het contact nog ongeveer een minuut
branden, ook nadat de motor is gestart.
Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde
waarschuw
ingslampjes enkele seconden
branden.
Zodra de motor wordt gestart, moeten deze
lampjes weer uitgaan.
Page 25 of 410

23
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Controlelampjes ingeschakelde functies
De volgende controlelampjes geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.Controlelampje brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Richtingaanwijzer
links knippert, met
geluidssignaal. Als u de lichtschakelaar omlaag
beweegt.
Richtingaanwijzer
rechts knippert, met
geluidssignaal. Als u de lichtschakelaar omhoog
beweegt.
Parkeerlichten permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
"Parkeerlichten".
Dimlicht permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
" D imlic ht ".
Grootlicht permanent. Als u de lichtschakelaar naar u toe
trekt. Trek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen
naar dimlicht.
Mistlampen vóór permanent. De mistlampen vóór zijn ingeschakeld
met de ring van de lichtschakelaar. Draai de ring van de lichtschakelaar twee standen naar
achteren om de mistlampen vóór uit te schakelen.
Mistachterlichten permanent. De mistachterlichten zijn
ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten uit
te schakelen.
Alarmknipperlichtenknippert, met
geluidssignaal.De schakelaar voor de
alarmknipperlichten op het
dashboard is ingedrukt. De richtingaanwijzers links en rechts en de
bijbehorende verklikkerlampjes knipperen
tegelijkertijd.
Controle tijdens het rijden
Page 26 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Voorgloeien
dieselmotor permanent.
De sleutel staat in de tweede stand
(contact) van het contactslot. Wacht met starten tot het controlelampje uitgaat.
De wachttijd is afhankelijk van de
weersomstandigheden (in extreme gevallen
30
seconden).
Als de motor niet wil aanslaan, zet dan het contact af.
Zet het contact dan weer aan en wacht opnieuw tot het
lampje uitgaat voordat u de motor start.
Handrem permanent. De handrem is aangetrokken of niet
goed vrijgezet. Zet de handrem vrij zodat het verklikkerlampje uitgaat;
trap het rempedaal in.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de handrem.
Stop & Star t permanent.
Het Stop & Start-systeem heeft de motor
in de STOP-stand gezet (verkeerslicht,
stopbord, opstopping, enz.).Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch
gestart (START-stand) als u wilt wegrijden.
knippert enkele
seconden en gaat
dan uit. De STOP-stand is nu niet
beschikbaar.
of
De motor wordt automatisch in de
START-stand gezet. Raadpleeg voor meer informatie over de
bijzonderheden van de STOP- en START-stand de
rubriek "Stop & Start".
Page 27 of 410

25
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Voet op het
rempedaalpermanent.
Het rempedaal moet worden
ingetrapt. Trap bij de elektronisch gestuurde versnellingsbak het
rempedaal in om de motor te starten (selectiehendel
in stand N
).
Bij de automatische versnellingsbak moet u bij een
draaiende motor en voordat u de handrem vrijzet het
rempedaal intrappen om de selectiehendel vanuit
stand P in een andere stand te kunnen zetten.
Als u de handrem vrijzet zonder het rempedaal in te
trappen, zal dit verklikkerlampje blijven branden.
knippert.
Als u de auto met een elektronisch gestuurde
versnellingsbak op een helling te lang
probeert tegen te houden door het gaspedaal
in te trappen, raakt de koppeling oververhit.Gebruik het rempedaal en/of de handrem.
Automatische
ruitenwissers permanent.
De ruitenwisserschakelaar is naar
beneden bewogen. De automatische stand van de ruitenwissers vóór is
geactiveerd.
Controlelampje
brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Controle tijdens het rijden
Page 28 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het multifunctionele display.Controlelampje brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Passagiersairbag permanent. De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
U kunt een kinderzitje met de "rug
in de rijrichting" plaatsen, behalve
in het geval van een storing in het
airbagsysteem (verklikkerlampje
airbags brandt). Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de frontairbag
aan passagierszijde in te schakelen.
Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting".
Page 29 of 410

27
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Waarschuwingslampjes
Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van
de volgende waarschuwingslampjes gaat branden,
wijst dit op een storing in het desbetreffende
systeem en moet de bestuurder actie ondernemen.Lees in het geval van een storing waarbij een waarschuwingslampje gaat branden
de aanvullende informatie, die via een melding op het multifunctionele display wordt
weergegeven.
Raadpleeg indien nodig het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Controlelampje brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
STOP permanent, alleen of
in combinatie met een
ander controlelampje,
een geluidssignaal
en een bericht op het
display. Dit controlelampje brandt bij
een ernstige storing aan het
remsysteem of bij een te hoge
koelvloeistoftemperatuur.
Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats,
omdat de motor onder het rijden kan afslaan.
Zet het contact af en neem contact op met het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Service tijdelijk. Er is een kleine storing
opgetreden waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de storing met behulp van de melding op
het display zoals bijvoorbeeld:
-
he
t motorolieniveau,
-
he
t niveau van de ruitensproeiervloeistof,
-
d
e batterij van de afstandsbediening,
-
v
ervuiling van het roetfilter, bij uitvoeringen met
dieselmotor (zie de rubriek "Roetfilter (diesel)").
Raadpleeg in andere gevallen het CITROËN-netwerk
of eengekwalificeerde werkplaats.
permanent. Er is een ernstige storing
opgetreden waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de storing met behulp van de melding op
het display en raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Controle tijdens het rijden
Page 30 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Remsysteempermanent, in
combinatie met het
STOP-lampje. Het remvloeistofniveau is te laag.
Stop onmiddellijk op een veilige plek.
Vul het niveau bij met remvloeistof voorzien van een
artikelnummer van CITROËN.
Als het probleem zich blijft voordoen, laat het systeem
dan controleren door het CITROËN-netwerk of door
eengekwalificeerde werkplaats.
+
permanent, in
combinatie met het
waarschuwingslampje
ABS en het STOP-lampje.Er is een storing in de elektronische
remdrukregelaar (EBD). Stop onmiddellijk op een veilige plek.
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Controlelampje
brandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Antiblokkeersysteem
(ABS)permanent.Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Dynamische
stabiliteitscontrole
(ESP/ASR)knippert.
Het systeem is bezig in te grijpen. Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt voor een
betere koersstabiliteit.
permanent, in
combinatie met het
verklikkerlampje van
de uitschakeltoets, een
geluidssignaal en een
melding. Storing in het ESP-/ASR-systeem of
de Hill Start Assist.
Laat dit nakijken door het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.