display CITROEN DS3 2016 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2016, Model line: DS3, Model: CITROEN DS3 2016Pages: 410, PDF Size: 17.09 MB
Page 50 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Configuratie display
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de
volgende parameters worden geselecteerd:
-
i
nstellen lichtsterkte-video,
-
i
nstellen datum en tijd,
-
k
iezen van eenheden.Wanneer het brandstofverbruik in
mpg wordt weergegeven, wordt de
op het display getoonde informatie
met betrekking tot de snelheid en de
afstand in respectievelijk mph en mijlen
weergegeven. In verband met de veiligheid mag de
bestuurder de instellingen aan het
multifunctionele display alleen bij
stilstaande auto verrichten.
Ta a l k e u z e
Als dit menu is geselecteerd, kan de taal van
de weergave van het display worden gewijzigd
door een keuze te maken uit de lijst met
beschikbare talen.
Als uw Autoradio is ingeschakeld en dit menu
is geselecteerd, kunt u uw handsfree set
configureren (koppelen), de verschillende
telefoonindexen (gesprekkenlijst, diensten, ...)
raadplegen en uw telefoongesprekken voeren
(gesprek aannemen, gesprek beëindigen, duo-
gesprek, functie ruggespraak, ...).
Raadpleeg de rubriek "Autoradio" voor meer
informatie over de toepassing "Telefoon".
Menu "Telefoon"
Datum en tijd instellen
F
Sel ecteer de functie " Instellen datum en
tijd " met de toets " 5" of " 6".
F
D
ruk op "OK" om te bevestigen.
F
S
tel de parameters één voor één in met de
toetsen " 7" en " 8" en bevestig vervolgens
met de toets "OK" .
F
Sel
ecteer vervolgens de optie "OK" op het
scherm en bevestig.
Page 56 of 410

DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Boordcomputer
Monochroom display A
Weergave van de informatie
F Druk herhaaldelijk op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar
om de verschillende informatie van de
boordcomputer weer te geven. De boordcomputer kan de volgende informatie
weergeven:
-
actieradius,
-
m
omenteel brandstofverbruik,
-
d
e teller van het Stop & Start-systeem,
- af gelegde afstand,
-
g
emiddeld brandstofverbruik,-
g
emiddelde snelheid.
F
D
ruk nogmaals op de toets om terug te
keren naar de oorspronkelijke weergave.
De boordcomputer geeft actuele informatie over het rijden (actieradius, brandstofverbruik...).
Op 0 stellen
F Druk langer dan 2
seconden op de toets
om de afgelegde afstand, het gemiddelde
brandstofverbruik en de gemiddelde
snelheid op 0
te zetten.
Page 57 of 410

55
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Monochroom display C
Weergave van de informatie
F Druk herhaaldelijk op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar
om de verschillende standen van de
boordcomputer weer te geven: -
D
e momentele informatie:
● actieradius,
● momenteel
br
andstofverbruik,
● nog af te leggen afstand of
d
e teller van het
Stop & Start-systeem.
-
H
et traject "1"
:
● afgelegde afstand,
● gemiddeld
br
andstofverbruik,
● gemiddelde snelheid
v oor het eerste traject.
-
H
et traject "2":
● afgelegde
afstand,
● gemiddeld
br
andstofverbruik,
● gemiddelde
snelheid
v
oor het tweede traject.
F
D
ruk nogmaals op de toets om terug te
keren naar het vorige scherm.
Traject op nul zetten
F Druk de knop op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar langer dan
2
seconden in zodra het gewenste traject
wordt aangegeven.
De trajecten "1" en "2" zijn onafhankelijk en
hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "1" kan bijvoorbeeld gebruikt worden
voor een dagelijks verbruik en traject "2" voor
een maandelijks verbruik.
Controle tijdens het rijden
Page 59 of 410

57
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Boordcomputer, enkele definities
Actieradius
(km of miles)
Huidig verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Stop & Start-teller
(minuten/seconden of
uren/minuten)
Deze waarde kan variëren door een
gewijzigde rijstijl of het rijden op een
helling, waardoor het momentele
brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats als
tijdens het rijden de streepjes continu
worden weergegeven.
Als de actieradius minder dan 30 km bedraagt,
verschijnen streepjes op het display. Na het
tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de
actieradius opnieuw berekend en weergegeven
als deze meer dan 100 km bedraagt.
Nog af te leggen
afstand
(km of mijlen)
Aantal kilometers dat u nog met de resterende
hoeveelheid brandstof kunt rijden (berekend
op basis van het gemiddelde verbruik over de
laatste afgelegde kilometers).
Berekend over de laatste verstreken seconden.
Dit is de nog af te leggen afstand tot de
eindbestemming. Deze afstand kan door de
gebruiker worden ingevoerd.
Als de afstand niet wordt ingevoerd,
verschijnen er streepjes in plaats van cijfers.
Als uw auto is uitgerust met Stop & Start,
registreert een teller hoelang de
STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd.
De teller wordt, elke keer als u het contact met
de sleutel aanzet, weer op nul gezet.
Afgelegde afstand
(km of miles)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens. Deze functie wordt alleen weergegeven
bij snelheden vanaf 30 km/h.
Controle tijdens het rijden
Page 64 of 410

DS3_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2015
Na het losnemen en weer aansluiten van de
accukabels, het vervangen van de batterij
van de afstandsbediening of een storing in de
afstandsbediening kan de auto niet meer met
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendeld
en gelokaliseerd worden.
F
O
ntgrendel of vergrendel de auto eerst met
de sleutel in het slot.
F
S
ynchroniseer vervolgens de
afstandsbediening.
Raadpleeg zo snel mogelijk het CITROËN-
netwerk als de storing niet is verholpen.
Storing afstandsbediening
Synchroniseren
F Zet het contact af.
F Z et de sleutel in de stand 2 (Contact).
F
D
ruk zo snel mogelijk gedurende enkele
seconden op de vergrendelknop (gesloten
hangslot) van de afstandsbediening.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel
uit het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer.
Batterij vervangen
Batterij ref.: CR1620 / 3 V. F W ip het huis los door een muntstuk in de
opening te steken en dit vervolgens te
verdraaien.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
S
chuif de nieuwe batterij in de juiste
richting op zijn plaats.
F
K
lik eerst het huis vast en daarna het
verchroomde deel.
F
S
ynchroniseer de afstandsbediening.
Als de batterij van de
afstandsbediening leeg is, wordt u
gewaarschuwd door dit waarschuwingslampje
op het dashboard, een geluidssignaal, en een
melding op het multifunctionele display.
F
K
lap de sleutel uit.
F
O
ntgrendel het verchroomde deel door op
het nokje A te drukken.
F
H
oud het nokje A ingedrukt en schuif het
verchroomde deel 45° uit.
Page 68 of 410

DS3_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2015
Portieren
Openen
Van buitenaf
F Ontgrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel en trek aan
de portiergreep.
Van binnenuit
F Trek aan de portiergreep van het portier om het te openen; de auto wordt dan
volledig ontgrendeld.
Sluiten
Als een portier niet goed is gesloten:
-
b
ij draaiende motor gaat dit
lampje branden in combinatie
met een melding die enkele
seconden op het multifunctionele
display verschijnt,
-
ti
jdens het rijden (snelheid hoger
dan 10
km/h) gaat dit lampje branden in
combinatie met een geluidssignaal en een
melding die gedurende enkele seconden
op het multifunctionele display verschijnt.
Page 70 of 410

DS3_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2015
Inschakelen
F Druk langer dan 2 seconden op de knop A.
Op het multifunctionele display verschijnt een
melding ter bevestiging, in combinatie met een
geluidssignaal.
Uitschakelen
F Druk nogmaals langer dan 2 seconden op de knop A .
Op het multifunctionele display verschijnt een
melding ter bevestiging, in combinatie met een
geluidssignaal. Hiermee kunt u de portieren mechanisch
vergrendelen en ontgrendelen in het geval van
een storing in de centrale vergrendeling of van
de accu.
Noodbediening
Vergrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de sleutel in het slot en draai deze
rechtsom.
Ontgrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de sleutel in het slot en draai deze linksom.
Vergrendelen van het
passagiersportier
F Ver wijder de zwarte dop aan de zijkant van het portier, met behulp van de sleutel.
F
S
teek de sleutel in de uitholling en draai de
sleutel tot de aanslag.
F
V
er wijder de sleutel en plaats de dop.
Ontgrendelen van het
passagiersportier
F Trek aan de portiergreep aan de binnenzijde.
Bij een storing in de centrale
vergrendeling moet u de accukabels
losnemen om de auto volledig, inclusief
de achterklep, te kunnen vergrendelen.
Page 71 of 410

69
DS3_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2015
Achterklep
Openen
F Ontgrendel de auto, druk op de schakelaar voor het openen van de achterklep en trek
de achterklep omhoog.
Sluiten
F Trek de achterklep omlaag met behulp van de handgreep aan de binnenzijde.
Als de achterklep niet goed is gesloten:
-
b
ij draaiende motor gaat het
verklikkerlampje branden in
combinatie met een melding
op het multifunctionele display
gedurende enkele seconden,
-
ti
jdens het rijden (snelheid hoger dan
10 km/h) gaat het verklikkerlampje branden
in combinatie met een geluidssignaal en
een melding op het multifunctionele display
gedurende enkele seconden. Hiermee kan bij een lege accu of een eventuele
storing in de centrale vergrendeling de
achterklep mechanisch ontgrendeld worden.
Noodbediening
Ontgrendelen
F Klap de achterbank naar voren om bij het
slot in de bagageruimte te komen,
F
S
teek een kleine schroevendraaier in de
opening A van het slot om de achterklep te
ontgrendelen.
Toegang tot de auto
Page 88 of 410

DS3_nl_Chap03_confort_ed01-2015
Automatische airconditioningDe airconditioning werkt bij draaiende motor en, bij auto’s met een Stop & Start-systeem, ook in de STOP-stand.
Automatische werking
1. Automatisch programma Comfort
Druk op de toets "AUTO" . Het symbool
"AUTO" wordt weergegeven. Met het oog op uw comfort worden
de instellingen van de airconditioning
de volgende keer dat de auto wordt
gestart, gehandhaafd.
Om bij koude motor de toevoer van
koude lucht te beperken, wordt de
ventilatie geleidelijk op het optimale
niveau gebracht.
2. Temperatuurregeling
De op het display weergegeven waarde heeft
betrekking op een bepaald comfortniveau en niet op de
werkelijke temperatuur in graden Celsius of Fahrenheit.
Als de temperatuur in de auto bij
het instappen veel lager of hoger
is dan de ingestelde waarde, heeft
het geen zin om voor een optimale
temperatuur de ingestelde waarde te
wijzigen. Het systeem compenseert
automatisch en zo snel mogelijk het
temperatuurverschil.
Druk op de toetsen " 5" en " 6" om
deze waarde te wijzigen. Instelling
op ongeveer 21
biedt een optimaal
comfort. Desgewenst kunt u een
andere waarde instellen, waarbij
het raadzaam is deze niet lager dan
18
en niet hoger dan 24
in te stellen.
3. Automatisch programma Zicht
In sommige gevallen kan het
automatisch programma Comfort
niet toereikend blijken om de voorruit
en zijruiten snel condens- en ijsvrij
te maken (vocht, veel inzittenden,
vorst...).
Bij auto’s met een Stop & Start-systeem geldt
dat zolang de voorruitontwaseming in werking
is, de STOP-functie niet beschikbaar is.
Kies dan het automatisch programma Zicht.
Het controlelampje in de toets 3 gaat branden.
Het systeem regelt automatisch de
airconditioning en de luchtopbrengst en zorgt
voor een optimale luchttoevoer naar de voorruit
en zijruiten. De luchtrecirculatie 5
wordt door
het systeem automatisch uitgeschakeld.
Druk nogmaals op de toets 3
of op "AUTO"
om
dit programma af te sluiten. Het controlelampje
in de toets gaat uit en het symbool "AUTO"
wordt weergegeven.
Het is raadzaam deze stand te gebruiken:
het systeem regelt de temperatuur, de
luchtopbrengst, de luchtverdeling naar
de luchtroosters en de luchtrecirculatie
automatisch en optimaal aan de hand van de
door u ingestelde waarde.
Het systeem kan tijdens alle seizoenen effectief
gebruikt worden, mits de ruiten zijn gesloten.
Page 96 of 410

DS3_nl_Chap03_confort_ed01-2015
jACK-aansluitingUSB-box
Tijdens het gebruik van draagbare
apparatuur wordt deze automatisch
opgeladen.
12V-aansluiting
F Verwijder het afdekkapje en sluit
een geschikte adapter aan als u een
12V-accessoire wilt aansluiten (max. 120 W).
De muziekbestanden worden beheerd
via het draagbare apparaat.
Deze aansluiting bevindt zich in de "AUX "
-unit
in de middenconsole.
Hierop kunt u draagbare apparatuur
aansluiten, zoals een iPod
®, om vervolgens
muziekbestanden via de geluidsinstallatie van
de auto te kunnen beluisteren.
Raadpleeg voor meer informatie over het
gebruik van deze uitrusting de rubriek "Audio
en datacommunicatie".
Raadpleeg voor meer informatie over het
gebruik van deze uitrusting de rubriek "Audio
en datacommunicatie".
Deze aansluitmodule bevindt zich in de "AUX "-unit op
de middenconsole.
Hierop kan draagbare apparatuur worden
aangesloten, zoals een iPod
® van de 5e generatie of
hoger of een USB-stick.
Dankzij de USB-BOX kunt u de audiobestanden
(mp3, ogg, wma, wav, ...) op uw draagbare apparatuur
beluisteren via de luidsprekers van uw autoradio.
U kunt deze bestanden beheren met de
stuurkolomschakelaars of het bedieningspaneel van
de autoradio en ze weergeven op het multifunctionele
display.
Het aansluiten van elektrische
apparatuur die niet door CITROËN
is goedgekeurd, zoals een lader
met USB-aansluitingen, kan leiden
tot storingen in de werking van de
elektrische componenten van de auto,
zoals een slechte radio-ontvangst
of storingen in de weergave van de
displays.