alarm CITROEN DS5 HYBRID 2013 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2013, Model line: DS5 HYBRID, Model: CITROEN DS5 HYBRID 2013Pages: 364, PDF Size: 11.25 MB
Page 5 of 364
58 Instrumentenpaneel
59 Verklikkerlampjes
68Meters
72 Regelknoppen
74 Datum en tijd instellen
74 Klokje
76Boordcomputer
80Elektronische sleutel - afstandsbediening
81 "Keyless entry and start"-systeem
88Achterklep
89 Alarm
9
1Elektrisch bedienbare ruiten
93 Cockpit roof
95Brandstoftank
96 Vulpistoolrestrictie (diesel)
100 Voorstoelen
105 Achterbank
108Spiegels
109Stuurwielverstelling
110Voor zieningen interieur
114 Voor zieningen van de
bagageruimte
115Gevarendriehoek (opbergen)
116 Verwarming en ventilatie
118Automatische airconditioning met gescheiden regeling
122Achterruitverwarming
28 Presentatie
31 Starten / afzetten
35 Controlelampje Ready
35 Keuzeschakelaar Hybrid4
38 Energiemeter
40Weergave van de energiestromen van hethybridesysteem
43 Veelgestelde vragen Hybrid4
46 Eco off
47Eco-rijden
49Verbruik
50 Tractiebatterij
54 Autowasstraat
55Slepen
001001002002003003COMFORT TOEGANG TOT
DE AUTO CONTROLE TIJDENS
HET RIJDEN HYBRIDESYSTEEM
Page 16 of 364
Het branden van een controlelampje geeft aan of de bijbehorende functie is in- of uitgeschakeld.
Schakelaars
Openen van de brandstoftankklep.
Openen van de achterklep.
95
89
Uitschakelen van het inbraakalarm.
88
Elektrisch bediende handrem geactiveerd.
126
Keyless starten en afzetten van de motor.
31, 35
Geforceerd starten van de dieselmotor.
46
Uitschakelen parkeerhulp.
148
Elektrische kinderbeveiliging.
181
Uitschakelen van het CDS/ASR-systeem.
189
Inschakelen van de Automatischeschakeling grootlicht/dimlicht.
15713
9
Inschakelen van het Lane Departure
Warning System.
87
Ver
grendelen/ontgrendelen van het
interieur.
Page 18 of 364
14 . Schakelaars ruiten / elektrisch bediendekindersloten / centrale vergrendeling.
15. Bedieningspaneel van eMyWay.
16.Selectiehendel.
17. Keuzeschakelaar Hybrid4-systeem.
18
. Bedieningspaneel ver warming/
airconditioning.
19.Autoradio.
20.Alarmknipperlichten.21. Display.
22.Middelste verstelbare en afsluitbareventilatieroosters.
23.Klokje.
24.Starten met START/STOP-knop.
25. Lezer van de elektronische sleutel.
26. Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/boordcomputer.
Cockpit
1.
Hendel motorkapontgrendeling.2.
Koplampverstelling. 3.
Verstelbare en afsluitbarezijventilatieroosters. 4.
Ontwaseming van de voorportierruiten.
5.
Ontwaseming voorste zijruiten.
6.Head-up display.7. Voorruitontwaseming.8.Airbag passagier.9.
Dashboardkastje / Uitschakeling passagiersairbag. 10.12V-aansluiting.11.
Bediening ruiten achter.12.Middenarmsteun met opbergvakken
USB/Jack-aansluiting. 13.Elektrisch bediende handrem.
27. Bediening van de autoradio vanaf hetstuurwiel.28.
Airbag bestuurder.
Claxon.
29. Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer.
30.
Schakelaarpaneel (zie vorige pagina). 31.Afstellen buitenspiegels.32.
Schakelaar verlichting enrichtingaanwijzers. 33.
Instrumentenpaneel.34.Controlelampjes veiligheidsgordels enairbags.35.Plafonnier.36.Bediening head-up display.37.
Bediening zonnescherm cockpit roof. 38.Oproep naar Citroën Urgence met
lokalisering - Oproep naar Citroën Assistance met lokalisering.
Page 83 of 364
81Toegang tot de auto
Openen van de auto
"Keyless entry and start"-systeem
Systeem waarmee de auto geopend, gesloten en gestar t kan worden zonder dat u deelektronische sleutel tevoorschijn hoeft te halen.
Volledig ontgrendelen
)
Als u de elektronische sleutel op zak hebt binnen de detectiezone A, kunt u de
auto ontgrendelen door uw hand op de
achterzijde van de por tiergreep te leggen. Trek ver volgens aan de por tiergreep om
het por tier te openen.
Ook uw passagiers kunnen de por tieren
openen als de elektronische sleutel zich in
de detectiezone bevindt.
Selectief ontgrendelen
U kunt dit instellen via hetconfiguratiemenu.
Standaard staat de auto ingesteld op
volledig ontgrendelen.
)Wanneer u de elektronische sleutel op zakhebt en u alleen het bestuurdersportier wilt
ontgrendelen, legt u uw hand achter de
portiergreep van het bestuurdersportier en trektu aan de por tiergreep om het por tier te openen. )Wanneer u met de elektronische sleutel
op zak de volledige auto wilt ontgrendelen,
legt u uw hand achter de portiergreep vaneen passagiersportier aan de zijde waar
zich de elektronische sleutel bevindt en
trekt u ver volgens aan de por tiergreep om het portier te openen.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers.
Tegelijker tijd worden de buitenspiegelsuitgeklapt.
Wanneer het alarm actief is, zal hetgeluidssignaal dat te horen is tijdens hetopenen van een van de portieren met desleutel geïntegreerd in de afstandsbedieningstoppen, zodra de motor wordt gestart.
Vuil (vocht, stof, modder, zout, ...) op de binnenzijde van
de portiergreep kan de detectie negatief beïnvloeden.
Als na het reinigen van de binnenzijde van deportiergreep met een doek het probleem niet is
verholpen, raadpleeg dan het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Plotseling contact met water (waterstraal,hogedrukspuit, ...) kan door het systeem worden
beschouwd als een verzoek om ontgrendelen van de auto.
Kan ook worden gebruikt als afstandsbediening; zie de rubriek "Elektronische sleutel /
afstandsbediening".
Page 91 of 364
OFF
89Toegang tot de auto
Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en
diefstal. Het systeem bestaat uit de volgende
typen beveiliging:
Alarm
- Omtrekbeveiliging
Dit systeem houdt de te openen carrosseriedelen van de auto in de gaten.
Het alarm gaat af als iemand een por tier, de
achterklep of de motorkap probeert te openen.
- Interieurbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er bewegingen in het interieur worden waargenomen.
Het alarm gaat af als er een ruit wordt ingeslagen,
als iets of iemand de auto binnendringt of als iets
of iemand in de auto beweegt.
- Wegsleepbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er veranderingen in de wagenhoogte worden waargenomen.
Het alarm gaat af als de auto wordt opgetild,
verplaatst of aangestoten.
Automatische beveiligingsfunctie
Dit systeem treedt in werking als iemandprobeert het alarm te saboteren.Het alarm gaat af als iemand probeert de accu, de knop of de kabels van de sirene uit te schakelen of te beschadigen.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaatsalvorens wijzigingen aan het alarmsysteem aan te brengen.
Vergrendelen van de auto met
volledig ingeschakeld alarm
Inschakelen
)
Zet het contact af en verlaat de auto.
)Druk op de vergrendelknop van de
afstandsbediening of vergrendel
de auto met het "Keyless entry and start"-systeem.
Het alarmsysteem is geactiveerd: het controlelampje van de knop zal één keer per seconde knipperen.
Nadat de vergrendelknop van de
afstandsbediening is ingedrukt of nadat de
auto met het "Keyless entry and star t"-systeem
vergrendeld is, wordt de uitwendige beveiliging
na 5 seconden, de interieurbeveiliging na45 seconden en de wegsleepbeveiliging na
1 minuut en 30 seconden geactiveerd.
Indien een por tier o
f de achterklep niet goed
is gesloten, wordt de auto niet vergrendeld,
maar wordt de uitwendige beveiliging na
45 seconden wel ingeschakeld.
)Druk op de ontgrendelknop van de afstandsbediening of ontgrendel
de auto met het "Keyless entryand start"-systeem.
Uitschakelen van de interieurbeveiliging
De interieurbeveiliging wordt uitgeschakeld; het controlelampje
van de knop gaat uit.
Page 92 of 364
OFF
OFF
OFF
Vergrendelen van de auto
met alleen de uitwendige
beveiliging ingeschakeld
Schakel de interieur- en wegsleepbeveiliging uit
om te voorkomen dat het alarm onnodig wordt
ingeschakeld als bijvoorbeeld:
- een ruit op een kier blijft staan,
- de auto wordt gewassen,
- een wiel wordt ver wisseld,
- de auto wordt gesleept,
- de auto op een boot wordt ver voerd.
Uitschakelen van de interieur- en
wegsleepbeveiliging
) Zet het contact af en druk binnen
10 seconden op deze knop tot
het controlelampje blijft branden. ) Verlaat de auto.
)
Druk onmiddellijk op de
vergrendelknop van de
afstandsbediening of vergrendel
de auto met het "Keyless entryand start"-systeem.
Alleen de uitwendige beveiliging wordt ingeschakeld;
het controlelampje van de knop zal één keer per
seconde knipperen.De interieur- en wegsleepbeveiliging worden uitsluitend uitgeschakeld als deze procedure elke
keer na het afzetten van het contact wordt uitgevoerd.
Opnieuw inschakelen van deinterieur- en wegsleepbeveiliging
Afgaan van het alarm
Als het alarm afgaat, treedt de sirene in werkingen knipperen de richtingaanwijzers gedurende
dertig seconden.
Als het alarm voor de 11 ekeer afgaat, worden
de alarmsystemen uitgeschakeld.
) Druk op de ontgrendelknop van deafstandsbediening of ontgrendel
de auto met het "Keyless entry and start"-systeem om de
omtrekbeveiliging uit te schakelen.
)Druk op de vergrendelknop van de afstandsbediening of vergrendel de auto met het "Keyless entry and start"-systeem om alle alarmsystemen in te schakelen.
Het controlelampje van de knop
zal opnieuw één keer per seconde
knipperen.
Als het controlelampje van de knop snel knipper t bij het ontgrendelen van
de auto met de afstandsbediening of
met het "Keyless entry and start"-
systeem, is het alarm tijdens uw afwezigheid
afgegaan. Het lampje stopt met knipperen als
het contact wordt aangezet.
Storing afstandsbediening
Om de alarmsystemen uit te schakelen:
)Ontgrendel de auto met de sleutel (in deafstandsbediening) in het slot van het
bestuurdersportier.
)Open het por tier; het alarm gaat af. )Zet het contact aan, het alarm stopt. Hetcontrolelampje van de knop gaat uit.
Vergrendelen van de auto zonder
het alarm in te schakelen
gg
)Vergrendel de auto of schakel de super vergrendeling in met de sleutel (in
de afstandsbediening) in het slot van hetbestuurdersportier.
Storing
Als bij het aanzetten van het contact hetcontrolelampje van de knop blijft branden, duidt dit op een storing in het systeem.
Laat het systeem controleren door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
*
Volgens land van bestemming.
Automatisch inschakelen *
Het systeem wordt 2 minuten nadat het laatsteportier of de achterklep is gesloten, automatisch ingeschakeld. )Om het afgaan van het alarm bij het
openen van een portier of de achterklep te
voorkomen, moet eerst op de ontgrendelknop
van de afstandsbediening worden gedrukt
of moet de auto ontgrendeld worden met het"Keyless entry and start"-systeem.