lock FIAT TALENTO 2018 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: FIAT, Model Year: 2018, Model line: TALENTO, Model: FIAT TALENTO 2018Pages: 244, PDF Size: 4.75 MB
Page 16 of 244

Ontgrendeling opengaande delen
Voor voertuigen waarvan ontgrendeling
niet is beperkt tot het
bestuurdersportier, druk op knop 2
fig. 6om alle opengaande delen te
ontgrendelen.
Voor voertuigen waarvan ontgrendeling
is beperkt tot het bestuurdersportier,
druk op knop 2 om het
bestuurdersportier te ontgrendelen.
Druk binnen 20 seconden na de eerste
keer nogmaals op de knop om alle
portieren te ontgrendelen.
Druk kort op knop 3 (voor bepaalde
versies/markten) fig. 7om de
achterportieren te openen en,
afhankelijk van de versie, de
zijschuifportieren.Ontgrendeling wordt aangeduid door
het knipperen van de richtingaanwijzers.
OPMERKING Als binnen 2 minuten na
ontgrendeling met de
afstandsbediening geen portieren
worden geopend, worden de portieren
automatisch weer vergrendeld.
Vergrendeling opengaande delen
Druk eenmaal op knop 2 fig. 8om alle
opengaande delen te vergrendelen.
Druk kort op knop 4 (voor bepaalde
versies/markten) fig. 8om de
achterportieren te sluiten en, afhankelijk
van de versie, de zijschuifportieren.
Vergrendeling wordt aangeduid door
het knipperen van de richtingaanwijzers.Als een portier openstaat of niet goed
dicht zit, kunnen de opengaande delen
snel worden geopend en weer
gesloten, zonder dat de
richtingaanwijzers gaan knipperen.
Centrale portiervergrendeling
(DEAD LOCK)
2)
Als het voertuig is voorzien van centrale
portiervergrendeling kunt u de
opengaande delen vergrendelen en
voorkomen dat de portieren met de
handgrepen in het interieur worden
geopend (voor als het glas wordt
gebroken in een poging een portier van
binnenuit te openen).
Om de centrale vergrendeling te
activeren, druk twee keer achter elkaar
op knop 1 fig. 9- fig. 10.
6T103A
7T25028-18T25028
14
KENNIS VAN HET VOERTUIG
Page 17 of 244

De richtingaanwijzers knipperen vijf keer
om aan te geven dat de portieren zijn
vergrendeld.
OPMERKING De centrale dead
lock-vergrendeling is niet mogelijk als
de alarmknipperlichten of de
stadslichten van het voertuig branden.Batterij van de afstandsbediening
vervangen
1)
Draai schroef 1 fig. 11los om de
afdekking van de afstandsbediening te
nemen.
BELANGRIJK Batterijen zijn verkrijgbaar
bij het Fiat Servicenetwerk en hebben
een levensduur van ongeveer twee jaar.
Zorg ervoor dat er geen inktresten op
de batterij zitten: daardoor bestaat het
risico op een onjuist elektrisch contact.
Vervang batterij 2 fig. 12met
inachtneming van de polariteit die in de
afdekking gedrukt staat.OPMERKING Raak tijdens het
vervangen van de batterij het
elektronische circuit in de afdekking van
de sleutel niet aan.
BELANGRIJK Zorg er tijdens het
terugplaatsen van de afdekking voor
dat de afdekking correct wordt
geplaatst en de schroef wordt
vastgedraaid.
9T26519-1
10T25028-2
11T29999
12T31574
13T26913
15
Page 21 of 244

De alarmknipperlichten gaan knipperen
en duiden de status van de
opengaande achterportieren aan:
twee keer knipperen betekent dat de
opengaande achterste delen
vergrendeld zijn;
één keer knipperen betekent dat de
opengaande achterste delen
ontgrendeld zijn.
BELANGRIJK Nadat het voertuig met
de knoppen op de elektronische sleutel
is vergrendeld/ontgrendeld, wordt de
vergrendel- en ontgrendelmodus "easy
access" uitgeschakeld. Start de motor
opnieuw, om "easy access" weer in te
schakelen.Centrale portiervergrendeling
(DEAD LOCK)
Als het voertuig is voorzien van centrale
portiervergrendeling, kunt u de
opengaande delen vergrendelen en
voorkomen dat de portieren met de
handgrepen in het interieur worden
geopend (voor als het glas wordt
gebroken in een poging een portier van
binnenuit te openen).
2)
Centrale portiervergrendeling
inschakelen:
Druk tweemaal snel op knop 2
fig. 24;
of:
Als het voertuig is afgesloten, kunt u
ook twee keer snel op knop 3 fig. 25 op
het bestuurdersportier,
passagiersportier of, afhankelijk van het
voertuig, de achterklep of het
achterportier drukken.In beide gevallen gaan de
alarmknipperlichten vijf keer knipperen
om aan te geven dat het portier is
vergrendeld.
Centrale portiervergrendeling
uitschakelen:ontgrendel het voertuig
met knop 1 fig. 24 op de elektronische
sleutel. De alarmknipperlichten
knipperen eenmaal om te bevestigen
dat het voertuig open is.
23T26787-2
24T26787-3
25T36508-1
26T26860
19
Page 22 of 244

BELANGRIJK Nadat de knop 2
fig. 24 is gebruikt om de centrale dead
lock-vergrendeling te activeren, wordt
de "easy access"-vergrendel- en
ontgrendelfunctie uitgeschakeld. Start
de motor opnieuw om de functie "easy
access" weer in te schakelen.
De batterij vervangen
Vervang de batterij van de elektronische
sleutel, wanneer het bericht op het
instrumentenpaneel wordt
weergegeven.
Druk op knop 1 fig. 26, trek de extra
sleutel 2 uit fig. 26 en haak de
afdekking 3 fig. 27 los met behulp van
de tong 4 fig. 27. Verwijder de batterij
door er aan één kant op te drukken
(beweging A) en de andere kant
omhoog te tillen (beweging B) en
vervang de batterij met inachtneming
van de polariteit die op de afdekking
3 is aangegeven.Ga in omgekeerde volgorde te werk om
de batterij aan te brengen en druk
vervolgens in de buurt van het voertuig
vier keer op de knoppen van de kaart:
als u de motor weer start, verdwijnt het
bericht.
OPMERKING Raak tijdens het
vervangen van de batterij niet het
elektronische circuit en de contacten in
de buurt van de elektronische sleutel
aan.
BELANGRIJK Controleer of de
afdekking correct is aangesloten.
BELANGRIJK Batterijen zijn verkrijgbaar
bij het Fiat Servicenetwerk en hebben
een levensduur van ongeveer twee jaar.
Zorg ervoor dat er geen inktresten op
de batterij zitten: daardoor bestaat het
risico op een onjuist elektrisch contact.
Onregelmatige werking
Als de batterij te leeg is om goed te
werken, kunt u toch de motor starten
(plaats de elektronische sleutel in delezer) en de portieren vergrendelen/
ontgrendelen (zie de paragraaf
"Portieren vergrendelen/ontgrendelen"
in het hoofdstuk "Kennismaking met uw
voertuig").
1)
BELANGRIJK
1)Laat het voertuig nooit onbeheerd achter
met de elektronische sleutel en een kind,
een gehandicapt persoon of een dier in het
voertuig, zelfs niet voor korte tijd. Hierdoor
zou uw eigen veiligheid en die van anderen
in gevaar kunnen komen, als de motor
wordt gestart of systemen in werking
worden gesteld, zoals de elektrisch
bediende ruiten of zelfs de
portiervergrendeling. Bovendien loopt de
temperatuur in warm en/of zonnig weer
snel op. Gevaar voor dodelijk of ernstig
letsel.
2)Gebruik nooit de centrale
portiervergrendeling als er nog iemand in
het voertuig zit.
BELANGRIJK
1)Gebruikte batterijen kunnen schadelijk
zijn voor het milieu als ze niet op de juiste
wijze als afval verwerkt worden. Ze moeten
overeenkomstig de wet in speciale bakken
gedeponeerd worden. Ze kunnen ook
ingeleverd worden bij het Fiat
Servicenetwerk dat voor hun verwerking zal
zorgen.
27T26862
28T26913
20
KENNIS VAN HET VOERTUIG
Page 135 of 244

131)Als een kinderzitje wordt gebruikt dat
niet geschikt is voor dit voertuig, wordt het
kind niet naar behoren beschermd. U loopt
het risico dat het kind ernstig of dodelijk
letsel oploopt.ACTIEVE
VEILIGHEIDS-
SYSTEMEN
Afhankelijk van de versie kunnen ze
bestaan uit:
bij het antiblokkeersysteem (ABS);
elektronische stabiliteitsregeling
(ESC) met onderstuur- en
tractieregeling;
assistentie tijdens het rijden met een
aanhangwagen;
assistentie bij remmen in
noodgevallen;
gripregeling;
assistentie bij wegrijden op hellingen.
ABS (Anti-lock Braking
System)
132) 133) 134) 135)
Als plotseling wordt geremd, voorkomt
het ABS dat de wielen blokkeren en
regelt op die manier de remafstand en
houdt het voertuig onder controle.
Onder deze omstandigheden kunt u
zelfs manoeuvres verrichten als u de
rem volledig intrapt. Bovendien
optimaliseert het systeem de
remafstand, vooral op een glad wegdek
(nat wegdek, enz.)
U zult het iedere keer dat u deze
inrichting activeert merken, omdat het
rempedaal erdoor gaat trillen. Het ABS
verbetert geen "fysieke" prestaties
geassocieerd met de grip van het wiel
op het wegdek.De verkeersregels moeten worden
opgevolgd (veiligheidsafstand tussen
voertuigen, enz.).
BELANGRIJK In noodgevallen, raden
we u aan een sterke, constante druk op
het rempedaal uit te oefenen. U hoeft
niet met het rempedaal te pompen. Het
ABS moduleert de kracht die op de
remmen wordt uitgeoefend.
Onregelmatige werking:
Afhankelijk van het voertuig,
betekenen het aangaan van
en
op het instrumentenpaneel in
combinatie met de weergave van een
bijbehorend bericht: het ABS, de ESC
en de stuurbekrachtiging voor
noodgevallen zijn uitgeschakeld. Er
wordt gegarandeerd geremd;
het aangaan vanen
STOPop het instrumentenpaneel in
combinatie met de weergave van een
bijbehorend bericht op het display,
betekent dat er een storing in de
remmen is.
Neem in beide gevallen contact op met
het Fiat Servicenetwerk.
133
Page 241 of 244

ALFABETISCH
REGISTER
ABS (Anti-lock Braking System). . .133
Accu....................182
Accu opladen...............168
Achterste hoofdsteun...........28
Actieve veiligheidssystemen......133
AdBlue (Ureum) additief tank......45
Alarmlichten................151
Autoradio..................69
Bagage-afdekplaat............70
Banden...................198
Bandenopblaaskit............164
Bedieningspaneel en
boordinstrumenten...........88
Binnenverlichting.............39
Buitenspiegels...............35
Buitenverlichting..............36
Dagrijlichten..............36
Dimlicht.................37
Grootlicht................37
Hoogteregeling koplampen.....38
Mistachterlicht.............37
Mistvoorlichten.............37
Richtingaanwijzers..........38
Stadslicht................36
Camera achterzijde...........58
Cargo volumes..............208
Carrosserie................187CO2-Emissies..............227
Cruisecontrol (snelheidsregelaar)....70
De auto parkeren............143
Dieselversiespecifieke kenmerken . . .76
Display....................78
Door de klant gekochte
accessoires................5
Enkele achterstoelen...........30
ESC-systeem (Electronic Stability
Control).................134
Filters...................182
Frontairbags................99
Airbags aan bestuurderszijde en
passagierszijde.............99
Frontairbag passagierszijde en
kinderzitje...............100
Gebruik van de versnellingsbak. . .142
Gebruik van het voertuig onder
zware omstandigheden
(geprogrammeerd
onderhoudsschema).........177
Geprogrammeerd onderhoud.....172
Gordelspanners..............99
Handbediende klimaatregeling....50
Handrem..................143
Heuvelopwaarts wegrijden met
behulp van Hill Holder........135
Hoofdsteun.................28
Huls......................63
Identificatiegegevens..........192Installatie elektrische en
elektronische systemen.........5
Interieur..................189
Interieuruitrusting.............63
Zonnekleppen.............63
Kinderzitjes
ISOFIX-bevestigingssysteem . . .120
Kinderen veilig vervoeren......104
Kinderzitje monteren met de
veiligheidsgordels..........106
Klimaatregeling...........47,219
Lamp binnenverlichting
vervangen...............151
Lamp buitenverlichting vervangen . .153
Luchtroosters................49
Maat....................199
Milieubescherming............75
Motor....................193
Motorkap..................61
Onderhoudsprocedure........177
Onderhoudsschema..........173
Opbergvak.................63
Parkeerradar................56
PBA-systeem (Panic Brake Assist) . .134
Periodieke controles
(geprogrammeerd
onderhoudsschema).........177
Portieren...................21
Achterklep...............24