display Hyundai Azera 2009 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2009, Model line: Azera, Model: Hyundai Azera 2009Pages: 288, PDF Size: 11.36 MB
Page 70 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
58INDICATOR EN WAARSCHUWINGSLAMP
B260F01A-AXT Controlelamp grootlicht
Deze controlelamp gaat branden zodra het grootlicht wordt ingeschakeld of als een lichtsignaal wordt gegeven.
B260D01A-AXT Controlelamp
richtingaanwijzers
Als de richtingaanwijzers worden ingeschakeld gaat deze groenecontrolelamp knipperen. Als de lamp wel brandt, maar niet knippert, sneller knippert dan normaal of niet brandt,geeft dit een storing in de richtingaanwijzerinstallatie aan.
B260G02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B260G01TG-AXT
Controlelamp oliedruk
LET OP:
Als deze lamp bij draaiende motor gaat branden moet de motor direct worden afgezet teneinde ernstige motorschade te voor-komen. Dezecontrolelamp gaat branden als de oliedruk te laag is. De lamp gaat branden zodra het contact wordt aangezet, maar moet doven als de motor is gestart. Blijft deze lamp bijdraaiende motor branden, dan bevindt zich een ernstige storing in het smeer-systeem van de motor.Is dit het geval, dan moet de motor direct worden afgezet en moet het oliepeil worden gecontroleerd. Alshet oliepeil te laag is, moet de voorgeschreven olie worden bijgevuld en moet de motor opnieuwworden gestart. Als de controlelamp blijft branden moet de motor direct worden afgezet. Raadpleeg in datgeval een officiële Hyundai dealer.
!
Page 72 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
60
B260J02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B260L01TG-GXT
Controlelamp voor niet
goed gesloten portieren
Als een portier niet geheel gesloten is gaat deze controlelamp branden.
B260L02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B260K01TG-AXT
Controlelamp niet goed gesloten achterklep
Deze lamp gaat branden in het geval de achterklep niet goed is gesloten.B260K02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
Page 73 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
61
B260M01TG-AXT Controlelamp
benzine-reserve
Deze lamp gaat branden zodra de reserve-inhoud van de tank wordtbereikt. Tank in dit geval zo spoedig mogelijk. Als de naald van de benzinemeter op "E" of lager staat, kandit het overslaan van de motor en daarmee een storing aan de katalysator tot gevolg hebben.
B260M02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, danwordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 secondenaanwezig. Als de RESET-knop achter het stuurwielwordt ingedrukt, dan verdwijnt dewaarschuwing. B260S01TG-GXT
Waarschuwingslamp laag ruitensproeiervl-oeistofniveau
De waarschuwingslamp laag ruitensproeiervloeistofniveau gaat branden als het vloeistofreservoir vrijwel leeg is. Als de lamp gaat branden, vul dan zo snel mogelijk bij metruitensproeiervloeistof.
B260S02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het display herhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
Page 75 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
63
B260B01JM-AXT Onderhoudsindicatie (SRI) Van airbag-systeem
De SRS service indicator (SRI) brandt gedurende 6 seconden nadat het contact is aangezet of nadat de motor is gestart.Hierna dooft hij.
B260N02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing. B230T02NF-GAT
"Passagiersairbag off"- lamp (Indien gemonteerd)
De "passagiersairbag OFF"-lamp gaat gedurende ongeveer 4 seconden branden nadat het contactslot in de stand "ON" is gezet of nadat de motoris gestart. Vervolgens dooft de lamp na 3 seconden. De "passagiersairbag OFF"-lamp gaatook branden als de AAN/UIT-schakelaar voor de passagiersairbag in de stand "OFF" staat en brandt niet als de AAN/UIT-schakelaar voor de passagiersairbag in de stand "ON" staat.
! LET OP:
o Als langere tijd wordt gereden met een brandende waarschuwingslamp voor het emissie-regelsysteem, dan kan hetemissie-regelsysteem beschadigen. Dit kan van invloed zijn op de rij-eigenschappen ofhet brandstofverbruik. Als de waarschuwingslamp van het emissie-regelsysteem gaatknipperen, dan is het mogelijk dat de katalysator wordt beschadigd, waardoor het motorvermogenlager kan worden. Laat het emissie-regelsysteem zo snel mogelijk door de Hyundai dealercontroleren.
o Als de waarschuwingslamp
knippert, laat dan het roetfilterbinnen 50 km controleren door de Hyundai dealer (Dieselmotor). Deze lamp gaat ook branden als het SRS niet correct werkt. Als de SRI bijhet aanzetten van het contact niet gaat branden of blijft branden nadat de lamp gedurende ca. 6 seconden heeftgeknipperd of tijdens het rijden gaat branden, laat het SRS dan door een geautoriseerde Hyundai dealercontroleren.
Page 77 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
65
B260P02TG
Als uw auto is uitgerust met een regeleenheid/instrumentenpaneel, dan wordt de waarschuwing op het displayherhaald. De waarschuwing blijft gedurende ongeveer 20 seconden aanwezig. Als de RESET-knop achterhet stuurwiel wordt ingedrukt, dan verdwijnt de waarschuwing.
B265C01NF-AXT Controlelampen elektronischstabiliteitsprogramma
De controlelampen van het elektronisch stabiliteitsprogramma treden in werking afhankelijk van de stand van decontactsleutel en of het systeem is ingeschakeld of niet. Ze gaan branden als het contact wordtaangezet, maar moeten na drie seconden doven. Indien de controlelampen van het ESP of ESP-OFF blijven branden, ga dan naar een geautoriseerde Hyundai dealer en laat het systeem controleren. Zie hoofdstuk2 voor meer informatie over het ESP.B260Q01NF-GXT Cruise control controlelamp(Indien gemonteerd)
De CRUISE-waarschuwingslamp in het instrumentenpaneel gaat branden als de AAN/UIT-schakelaar van desnelheidsregeling op het stuur wordt ingedrukt. De lamp gaat niet branden als de AAN/UIT-schakelaar nogmaals wordt ingedrukt. Vanaf pagina 1-109 wordt informatie verstrekt over het gebruikvan de automatische snelheidsregeling.
B260R01TG-GXT Indicator ingeschakelde cruise controle(Indien gemonteerd)
De SET-controlelamp in het instrumentenpaneel gaat branden als de "-/SET"- of de "RES/+"-schakelaarwordt ingedrukt. De SET-controlelamp gaat niet branden als de "CANCEL"- schakelaar van de snelheidsregelingwordt ingedrukt of als het systeem is uitgeschakeld. Zie pagina 1-110 "Snelheidsregeling uitschakelen".
Page 82 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
70
Druk de RESET-schakelaar langer dan 1 seconde in, zodat de weergegeven informatie, zoals de afgelegde afstand, gemiddelde snelheid, rijtijd en gemiddeldbrandstofverbruik op nul wordt gezet. B400B03TG
RESETSCHAKELAAR
MODESCHAKELAAR
N.B.:
o Als de auto is uitgerust met een
conventioneel instrumenten- paneel, dan geeft de unit alleen degemiddelde snelheid en het gemiddelde verbruik aan.
o Elk onderdeel kan, afhankelijk van de markt, ook met de eenheid"MILE" worden aangegeven.
B400B02TG
Als de MODE-schakelaar wordt ingedrukt, dan wijzigt het display op de volgende manier:
DAGTELLER
RESTERENDE AFSTAND
GEMIDDELDE SNELHEID RIJTIJD
GEMIDDELD
BRANDSTOFVERBRUIK
Page 128 of 288

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
116
B970B02TG
AUTOMATISCHE VERWARMINGS EN KOELINGS SYSTEEM
B970A01Y-AXT Deze auto is uitgerust met een klimaat beheers systeem welk de gewenste(ingestelde) temperatuur aanhoud. B970B01TG-GXT Bediening verwarming en koeling
1. Toets temperatuurregeling
(Bestuurder)
2. Schakelaar ontwaseming
3. Schakelaar voor voor-/ achterruitverwarming
4. Aanjagerschakelaar
5. Schakelaar luchttoevoer
6. Schakelaar luchttoevoer
7. Toets temperatuurregeling (Voor passagier) 8. Display (Bestuuder)
9. Schakelaar AUTO
(automatische regeling)
10. Uitschakelaar (OFF)
11. Schakelaar luchtverdeling
12. Schakelaar airconditioning
13. Dual-schakelaar voor gescheiden temperatuurregeling
14. Display (voorpassagier)
Page 129 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
117
HTG2095-1
Lichtsensor
B970C01TG-GXT Automatische werking Het FATC (Full Automatic Tempera- ture Control = volledig automatische temperatuurregeling) systeem regelt automatisch de verwarming en dekoeling op de volgende wijze:
1. Druk de toets "AUTO" in. De
controlelamp gaat branden om aan te geven dat de luchttoevoer naar het bovenlichaam, de beenruimtenen/of de stand Bi-Level (boven- onder), evenals de aanjagersnelheid en deairconditioning automatisch worden geregeld. 2. Druk de "TEMP" toets in om de
gewenste temperatuur in te stellen. Als de toets aan de bovenzijde wordt ingedrukt neemt de temperatuur toe tot een maximum waarde van 32°C(90°F). Telkens als de toets wordt ingedrukt neemt de temperatuur toe in stappen van 0,5°C (1°F).Als de toets aan de onderzijde wordt ingedrukt neemt de temperatuur af tot een minimum waarde van 17°C(62°F). Telkens als de toets wordt ingedrukt neemt de temperatuur af in stappen van 0,5°C (1°F). N.B.: Als de accu ontladen of losgekoppeld is geweest, dan wordt een
standaardwaarde van 23 °C ingesteld.Dit is de normale stand; de temperatuurinstelling in graden Fahr- enheit kan als volgt worden ingesteld:Druk de DUAL schakelaar 3 seconden of langer in terwijl de MODE schakelaar ingedrukt wordtgehouden. Op het display wordt aangegeven dat de temperatuureenheid is ingesteld opgraden Celsius of Fahrenheit.
(°C °F of °F °C)
B970C03TG B970C04TG
N.B.: Plaats nooit voorwerpen op de temperatuur sensor.
Page 143 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
131
9. Toets SET UP Druk op deze toets om de functie RDS of de modus TEXT SCROLL of deafstelmodus van het audiosysteem in te schakelen. Als er gedurende 5 seconden nadat de toets is ingedruktgeen toets wordt ingedrukt, keert het systeem terug naar de afspeelmodus. (In de instellingsmodus kunt u met defuncties links, rechts en drukken van de toets TUNE tussen de verschillende onderdelen schakelen.)De onderdelen van de instellingsmodus worden weergegeven in de volgorde TEXT SCROLL ➟ AF ➟ RDS NEWS ➟
REGION ➟ TA VOL...
10. Knop TUNE/ENTER Draai deze knop één tikje rechtsom om de huidige frequentie met 0,05 MHz te verhogen.Draai deze knop één tikje linksom om de huidige frequentie met 0,05 MHz te verlagen. Druk op deze knop terwijl u de toetsSET UP ingedrukt houdt om hetonderdeel te activeren/te deactiveren. Selecteer het in te stellen onderdeel met de functie links en rechts van deknop TUNE. Door op de toets TUNE/ENTER te drukken, kunt u schakelen tussen de BASS, MIDDLE, TREBLE, FADER of BALANCE-modi.De geselecteerde modus wordt weergegeven op het display. Draai de audioknop na het selecterenvan de modus rechtsom of linksom.
o Instelling BASS Draai de knop rechtsom om de instelling voor BASS te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling MIDDLE Draai de knop rechtsom om de instellingvoor MIDDLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling TREBLE Draai de knop rechtsom om de instellingvoor TREBLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling FADER Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers achter te versterken(het geluid van de luidsprekers vóór wordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers vóórte versterken (het geluid van de luidsprekers achter wordt gedempt).
o Instelling BALANCE Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers rechts te versterken(het geluid van de luidsprekers links wordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers linkste versterken (het geluid van de luidsprekers rechts wordt gedempt).
Page 147 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
135
De geselecteerde modus wordt weergegeven op het display.Draai de audioknop na het selecteren van de modus rechtsom of linksom.
o Instelling BASS Draai de knop rechtsom om de instelling voor BASS te verhogen en linksom omde instelling te verlagen.
o Instelling MIDDLE Draai de knop rechtsom om de instelling voor MIDDLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling TREBLE Draai de knop rechtsom om de instellingvoor TREBLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen.
o Instelling FADER Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers achter te versterken(het geluid van de luidsprekers vóór wordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers vóórte versterken (het geluid van de luidsprekers achter wordt gedempt). 10. Toets SCAN Hiermee worden de eerste 10 seconden van elk muziekstuk op de cd afgespeeld.Druk nogmaals op de toets om de modus uit te schakelen.
o Instelling BALANCE Draai de knop rechtsom om het geluidvan de luidsprekers rechts te versterken (het geluid van de luidsprekers links wordt gedempt). Draai de knop linksomom het geluid van de luidsprekers links te versterken (het geluid van de luidsprekers rechts wordt gedempt). 8. Toets REPEAT Wanneer de toets gedurende maximaal 0,8 seconde wordt ingedrukt, wordt hethuidige muziekstuk herhaald. Wanneer de toets gedurende ten minste 0,8 seconde wordt ingedrukt, wordt dehuidige map herhaald. (Als er geen map is, wordt de hele CD herhaald.) 9. Toets RANDOM Hiermee wordt het in willekeurige volgorde afspelen van demuziekstukken van de huidige CD in-/ uitgeschakeld. Druk nogmaals op de toets om demodus uit te schakelen.
!
OPMERKING BIJ GEBRUIK VANAPPARATEN MET USB-AANSLUITING
o Zorg dat u het USB-apparaat pas aansluit nadat u de motor hebt gestart.
o Als u de motor start terwijl het USB-apparaat is aangesloten, kanhet apparaat beschadigd raken. (De USB-aansluiting is nietbeveiligd tegen piekspanningen.)
o Als u de motor start of afzet terwijl
het externe USB-apparaat isaangesloten, functioneert het apparaat mogelijk niet.
o Niet-originele MP3- of WMA- bestanden kunnen mogelijk nietworden afgespeeld.