airbag off Hyundai Santa Fe 2005 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2005, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2005Pages: 244, PDF Size: 10.07 MB
Page 11 of 244

UW AUTO IN ÉÉN OOGOPSLAG
Waarschuwingslamp 4-Wielaandrijving (Indien gemonteerd)
Waarschuwingslamp Snelheidsregeling(Indien gemonteerd)
Storingscontrolelamp
Onderhoudsindicatie (SRI) Van Airbagsysteem
Controlelamp Geopende Achterklep
Controlelamp Benzine- Reserve
Controlelamp Voor niet Goed Gesloten Portieren
Controlelamp Andrijfregelsysteem(Indien gemonteerd)
Controlelamp ABS
Controlelamp Richtingaanwijzers
B255A01O-AXT WAARSCHUWINGS- EN CONTROLELAMPEN OP HET INSTRUMENTENPANEEL
* Een gedetailleerde uitleg van deze onderdelen treft u aan op pagina 1-42. Controlelamp Grootlicht Controlelamp Oliedruk Controlelamp Handrem / Remvloeistofpeil Controlelamp Laadstroom
Controlelamp Voorgloeien (Dieselmotor) Waarschuwingslamp Water In Brandstoffilter (Dieselmotor)
Waarschuwingslamp Oliepeil (Dieselmotor)
Controlelamp Immobilizer (Diefstalbeveiliging)
Controelamp Limited Slip Differentieel (Indien gemonteerd)
Page 52 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 41
!
B240C01HP
WAARSCHUWING:
o Als wijzigingen worden uitgevoerd aan de diverse componenten en de bedradingvan het airbagsysteem, inclusief het aanbrengen van voorwerpen op het stootvlak van het stuurwielof wijzigingen worden uitgevoerd aan het stuurwiel, kan de werking van het airbagsysteem wordenbeïnvloed en persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
o Plaats geen objecten (paraplu,tas enz.) tussen het voorportier en de voorstoel. Dergelijkeobjecten kunnen gevaarlijke projectielen worden of extra verwondingen veroorzaken als dezij-airbag in werking treedt.
o Om ongewild in werking treden van de zij-airbag en daardoor verwondingen te voorkomen, moeten schokken tegen debotsingssensor voor de zij-airbag bij aangezet contact worden voorkomen. B240C01HP-GXT Onderhoud van het airbagsysteem Het airbagsysteem is praktisch
onderhoudsvrij; het is niet toegestaan zelf werkzaamheden eraan uit te voeren. Het gehele airbagsysteemmoet 10 jaar na de productiedatum van de auto door een officiële Hyundai dealer worden gecontroleerd.
Alle werkzaamheden aan het
airbagsysteem, zoals het verwijderen, aanbrengen, repareren of werkzaamheden aan het stuurwielmoeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde Hyundai monteur. Onvakkundig uitgevoerdewerkzaamheden aan het airbagsysteem kunnen ernstig persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
Page 53 of 244

1- 42 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
o Als componenten van het
airbagsysteem tot schroot worden verwerkt, of als de wagen tot schroot wordt verwerkt,moeten bepaalde veiligheidsvoorschriften worden opgevolgd. Uw Hyundai dealeris met deze veiligheidsvoorschriften bekend en kan u de noodzakelijkeinformatie verstrekken. Als deze voorschriften en procedures niet worden opgevolgd, kan ditpersoonlijk letsel tot gevolg hebben.
o Bij verkoop van de wagen moet de nieuwe eigenaar van deze belangrijke informatie op de hoogte worden gebracht en moet deze handleiding in de wagenachterblijven als deze aan de nieuwe eigenaar wordt overhandigd.o Aan de diverse componenten enaan de bedrading van het airbagsysteem mogen geen werkzaamheden wordenuitgevoerd, terwijl deze ook niet mogen worden losgemaakt. Als dit wel gebeurt, kan ditpersoonlijk letsel tot gevolg hebben omdat de airbag abusievelijk in werking kantreden of niet in werking kan treden.
o Op de rechter voorstoel mag geen veiligheidssysteem voorkinderen worden gemonteerd. Op de voorstoel mag nooit een kinderstoeltje worden geplaatst. Het kind kan letsel oplopen als de airbag bij een aanrijding wordt geactiveerd.o Het stootvlak kan worden gereinigd met een zachte, droge doek of een doek die vochtig is gemaakt met water zonder enigetoevoeging. Oplosmiddelen of reinigingsmiddelen kunnen een negatief effect hebben op hetstootvlak van het stuurwiel alsmede op de goede werking van systeem.
o Er mogen geen voorwerpen over of bij de airbageenheden op hetstuurwiel, het instrumentenpaneelof de afdekking boven het dashboardkastje aan passagierszijde worden geplaatst, omdat een dergelijk voorwerp letsel kan veroorzakenbij een aanrijding die ernstig genoeg is om de airbags in werking te laten treden.
o Als de airbag in werking is getreden, moet deze wordenvervangen door een officiëleHyundai dealer.
Page 58 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 47
1. Waarschuwingslamp 4-Wielaandrijving
(Indien gemonteerd)
2. Comtrolelamp limited slip differentieel
(Indien gemonteerd)
3. Controlelamp ABS systeem
4. Toerenteller
5. Controlelamp richtingaanwijzers
6. Koelvloeistoftemperatuurmeter
7. Verlichting schakelkwadrant van automatische
transmissie (Indien gemonteerd)
8. Controlelamp benzinereserve
9. Benzinemeter
10. Snelheidsmeter
11. Controlelamp elektronische motorregeling (MIL)
12. Controlelamp geopende achterklep
13. Controlelamp andrijfregelsysteem (TCS) (Indien gemonteerd) 14. Controlelamp startblokkering
15. Controlelamp laadstroom
16. Controlelamp niet goed gesloten portieren
17. Controlelamp remsysteem/aangetrokken handrem
18. Controlelamp oliedruk
19. Controlelamp voorgloeien
20. Kilometertotaalteller/Dagteller/
Boordcomputer (Indien gemonteerd)
21. Controlelamp grootlicht
22. Airbag systeem
23. Waarschuwingslamp water in brandstoffilter
24. Controlelamp automatische snelheidsregeling (Indien gemonteerd)
25. Waarschuwingslamp Oliepeil
Page 62 of 244

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 51
B260N02FC-GXT
Storingscontrolelamp
Deze lamp brandt als er een storing is geregistreerd die invloed heeft op de uitlaatgassen; hiermee wordt aangegeven dat de storing in hetsysteem een negatieve invloed heeft op de uitstoot van schadelijke uitlaatgassen. Hij gaat brandenwanneer het contact wordt aangezet en hij gaat vervolgens uit na het starten van de motor. Als hij gaatbranden tijdens het rijden of wanneer hij niet gaat branden als het contact wordt aangezet, moet u het systeemdoor de dichtstbijzijnde HYUNDAI dealer laten controleren.
B260Q01O-DXT Waarschuwingslamp
snelheidsregeling (Indien gemonteerd)
Deze waarschuwingslamp in het
instrumentenpaneel gaat branden als de ON/OFF-toets wordt ingedrukt.
De waarschuwingslamp gaat niet B260T01O-GXT
Waarschuwingslamp 4-wielaandrijving(Indien gemonteerd)
Als het contact in de stand "ON" wordt gezet, gaat dewaarschuwingslamp 4-wielaandrijving branden en dooft na enkele seconden.
!WAARSCHUWING:
Als de waarschuwingslamp 4- wielaandrijving onder het rijden gaat branden, geeft dit aan dat er een storing in het systeem is.In dit geval moet u uw auto zo snelmogelijk bij een HYUNDAI dealerlaten controleren.
branden als de ON/OFF-toets nogmaals wordt ingedrukt. De beschrijving van de automatischesnelheidsregeling begint op bladzijde 1-89.
B260B01HP-GXT
Onderhoudsindicatie (SRI) van airbagsysteem
De SRS onderhoudsindicatie (SRI) in het instrumentenpaneel knippert ca. 6 seconden nadat de contactsleutel in de stand "ON" is gedraaid of nadat demotor is gestart en dooft vervolgens.Dit lampje gaat ook branden wanneerhet SRS niet naar behoren werkt. Alshet lampje niet knippert, of continu blijft branden na de zes seconden knipperen na inschakelen van het con-tact, dan wel de motor wordt gestart, of gaat branden tijdens het rijden, laat SRS dan direct door een HYUNDAIdealer inspecteren.
Page 241 of 244

10- 2 INHOUD
A AANBEVOLEN BANDENSPANNING .......................... 8-3
AANDRIJFREGELSYSTEEM (TCS) ..........................2-16
AANJAGERSCHAKELAAR .........................................1-93
ACCU CONTROLEREN .............................................. 6-30
ACHTERBANK ........................................................... 1-19
ACHTERKLEP ............................................................ 1-80
ACHTERRUITVERWARMING ..................................... 1-64
AFTAPPEN VAN WATER IN HET BRANDSTOFFILTER .............................................. 6-32
AIRBAGSYSTEEM ..................................................... 1-36
AIRCONDITIONING .................................................... 1-99
ALGEMENE CONTROLES ...... .................................... 6-5
ALS DE MOTOR NIET AANSLAAT ........................... 3-2
ALS DE MOTOR TE HEET WORDT ......................... 3-4
ANTENNE ................................................................. 1-113
ANTI BLOKKEERSYSTEEM (ABS) ..........................2-15
ANTI VERBLINDINGSSTAND VAN DE ACHTERUITKIJKSPIEGEL ....................................1-79
ARMLEUNING ............................................................ 1-87
ASBAK ....................................................................... 1-70
AUTOMATISCHE SNELHEIDSREGELING ................1-89
AUTOMATISCHE TRANSM ISSIE ..............................2-11
AUTOMATISCHE VERWARMINGS EN KOELINGS SYSTEEM ........................................ 1-101BBAGAGENET
............................................................. 1-82
BANDEN ...................................................................... 8-2
BANDEN VERVANGEN .............................................. 8-5
BEDIENING VERWARMING EN KOELING ..............1-92
BEHANDELING VAN DE CD's ................................1-110
BEKERHOUDER ........................................................ 1-71
BENZINEMETER ........................................................ 1-54
BIJ VERLIES VAN SLEUTELS .................................3-14
BOUGIES ................................................................... 6-14
BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN ................................. 1-2
BRILLENVAK ............................................................. 1-76
BUITENSPIEGEL ....................................................... 1-77
BUITENSPIEGEL OMKLAPPEN ...............................1-79
BUITENSPIEGEL VERWARMING .............................1-79
CCENTRALE DEURVERGRENDELING .......................1-11
CLAXON ..................................................................... 1-87
CONSTANTE 4-WIELAANDRIJVING (4WD) ..............2-18
CORROSIE VOORKOMEN . ........................................ 4-2
DDAKRAIL .................................................................... 1-83
DASHBOARDKASTJE ................................................ 1-76
DIEFSTALBEVEILIGINGSINSTALLATI E ...................1-11