air filter Hyundai Terracan 2005 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2005, Model line: Terracan, Model: Hyundai Terracan 2005Pages: 245, PDF Size: 10.61 MB
Page 12 of 245
UW AUTO IN ÉÉN OOGOPSLAG
B255A01HP-GXT WAARSCHUWINGS- EN CONTROLELAMPEN OP HET INSTRUMENTENPANEEL * Een gedetailleerde uitleg van deze onderdelen treft u aan op pagina 1-52.
Controlelamp Richtingaanwijzers
Controlelamp ABS (Indien gemonteerd) Controlelamp Grootlicht Controlelamp Oliedruk
Controlelamp Handrem/Remvloeistofpeil Controlelamp Laadstroom
Controlelamp Geopende AchterklepControlelamp Voor Niet Goed Gesloten Portieren
Controlelamp Benzinereserve Controlelamp Mistlampen, Voor
Controlelamp Overdrive (Alleen automatische transmissie)
Controlelamp immobilizer (Diefstalbeveiliging) (Allen dieselmotor)
Onderhoudsindicatie (SRI) Van Airbagsysteem Waarschuwingslamp Veiligheidsgordels Controlelamp Cruise Control (Indien gemonteerd)
Storingscontrolelamp
Waarschuwingslamp Vloeistoftemperatuur A/T (Allen automatische transmissie)
Waarschuwingslamp 4WD LOW Controlelamp Ingeschakeld 4WD HIGH (Alleen part-time 4WD)
Waarschuwingslamp 4WD Ingeschakeld (Alleen full-time 4WD)
Waarschuwingslamp Water In Brandstoffilter (Alleen dieselmotor)
Rem vacuüm Waarschuwlampje (Alleen dieselmotor)
Controlelamp Voorgloeien (Alleen dieselmotor)
Page 63 of 245
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
51
1. Toerenteller
2. Controlelamp richtingaanwijzers
3. Koelvloeistoftemperatuurmeter
4. Benzinemeter
5. Snelheidsmeter
6. Controlelamp startblokkering
7. Controlelamp voorgloeien
8. Controlelamp ABS systeem (Indien gemonteerd)
9. Controlelamp airbag systeem
10.Waarschuwingslamp water in brandstoffilter 11.Rem vacuüm waarschuwlampje
12.Controlelamp oliedruk
13.Controlelamp remsysteem/aangetrokken handrem
14.Controlelamp laadstroom
15.Waarschuwingslamp vloeistoftemperatuur automatische transmissie (Indien gemonteerd)
16.Controlelamp overdrive uitgeschakeld (Indien gemonteerd) 17.Controlelamp grootlicht
18.Controlelamp mistlampen, voor
19.Verlichting schakelkwadrant van automatische transmissie
(Indien gemonteerd)
20.Controlelamp Cruise Control (Indien gemonteerd)
21.Controlelamp ingeschakelde 4WD LOW
22.Controlelamp ingeschakelde 4WD HIGH(Part-time 4WD) /Waarschuwingslamp 4-wielaandrijving (Full-time 4WD)
23.Controlelamp elektronische motorregeling (MIL)
24.Reiskilometerteller
25.Kilometerteller
26.Terugstelknop reiskilometerteller
27.Controlelamp geopende achterklep
28.Controlelamp niet goed gesloten portieren
29.Waarschuwingslamp veiligheidsgordels
30.Controlelamp benzinereserve
Page 120 of 245
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
108
!
LET OP:
o Het filter elke 15000 km of één keer per jaar vervangen. Indien de auto wordt gebruiktonder zware omstandigheden zoals stoffige, onverharde wegen, moet het filter van deairconditioning vaker worden gecontroleerd en vervangen.
o Als de luchttoevoer afneemt, moet het systeem door eengeautoriseerde dealer worden gecontroleerd.
B760A01Y
B760A06A-GXT FILTER AIRCONDITIONING (VOOR VERDAMPER- ENAANJAGERUNIT)(Indien gemonteerd) Het filter voor de airconditioning bevindt zich vóór de verdamperunit achter hetdashboardkastje. Het heeft tot doel om te voorkomen dat vervuiling uit de buitenlucht in hetinterieur komt.
Interieur
Verdamperblok Luchtfilter Aanjager
InterieurluchtBuitenlucht
Page 184 of 245
5ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN
6
F030C08HP-GXT V : Vervangen C : Controleren en reinigen, afstellen, repareren of zonodig vervangen N.B. : (1) Elke 24 maanden of 45000 km., naar gelang het eerst bereikt wordt: "V" DESCRIPTION
ALGEMEEN ONDERHOUD KOELSYSTEEM KOELVLOEISTOF OLIE VERSNELLINGSBAK VLOEISTOF AUTOMATISCHE TRANSMISSIE REMSLANGEN EN REMLEIDINGEN REMVLOEISTOF, KOPPELINGVLOEISTOF REMTROMMELS, ACHTER/REMVOERINGEN/HANDREM REMBLOKKEN, REMKLAUWEN EN REMSCHIJVENUITLAATPIJP EN UITLAATDEMPER BEVESTIGINGSBOUTEN WIELOPHANGING STUURHUIS, VERBINDINGEN EN MANCHETTEN/ONDERSTE FUSEEKOGELS STUURBEKRACHTIGINGSPOMP EN SLANGEN AANDRIJFASSEN EN HOEZEN KOELMIDDEL AIRCONDITIONING OLIE VERDEELBAK OLIE AANGEDREVEN AS CARDANAS REINIGEN, BOUTEN NATREKKEN FILTER AIRCONDITIONING (VOOR VERDAMPER EN AANJAGERUNIT)
NO.
1
2 3 45 6 78 9
10 11 12 1314 15 1617 18
120
96
CV
C C C C C C C C C C C C C C C
V
105
84
C C C C C C C C C C C C CV V
90 72
CV
C
V
CC C C C C C C C C C C C
V
75 60
C C C C C C C C C C C C C CV
6048
CV
CC C C C C C C C C C C C
V
C
V
45 36
C C C C C C C C C C C C C CV
3024
CV
CC C C C C C C C C C C C C C
V
15 12
C C C C C C C C C C C C CV V
KILOMETERS X 1000 MONTHS
Zie N.B. (1)BENZINEMOTOR DIESELMOTOR
Page 185 of 245
5
ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN
7
F040A07HP-GXT Onderstaande componenten moeten met kortere tussenpozen worden onderhouden als de wagen onder zware bedrijfsomstandigheden wordt gebruikt. Raadpleeg de tabel hieronder voor de desbetreffende onderhoudsintervallen.
BESCHRIJVING
Motorolie en oliefilter Luchtfilterelement Bougies (Benzinemotor)DistributieriemRemblokken, remklauwen en remschijven Remtrommels en remvoeringen, achter Stuurstangen en stofkappenAandrijfassen en manchettenOlie versnellingsbakVloeistof automatische transmissie Olie verdeelbak *1 Olie aangedreven as *1Filter airconditioning (voor verdamper en aanjagerunit) ONDERHOUD
V V VV
CCC C V VVVV ONDERHOUDSINTERVAL
Elke 7500 km of 6 maanden Met kortere tussenpozen Met kortere tussenpozenElke 60000 km of 48 maanden Met kortere tussenpozen Met kortere tussenpozenMet kortere tussenpozenElke 15000 km of 12 maandenElke 100000 km Elke 45000 km Elke 100000 kmMet kortere tussenpozenMet kortere tussenpozen BEDRIJFSOMSTANDIGHEDEN
A, B, C, D, E, F, G, H, I, KA, B, F, G, H, I, JC, EG, H, I, JD, E, F, GC, D, E, G, H, I C, D, E, G, H, I C, D, E, FC, D, E, FA, C, D, E, F, G, H, I, JA, C, E, F, G, H, IC, E, G, H, I C, E, G, H, I C,E
ONDERHOUD ONDER ZWARE BEDRIJFSOMSTANDIGHEDEN
V : Vervangen C : Controleren en reinigen, afstellen, repareren of zonodig vervangen
Benzinemotor Dieselmotor
*1 : Verdeelbakolie en differentieelolie moeten altijd worden gecontroleerd (en indien nodig vervangen) wanneer de auto door water dieper dan 40cm is gereden.
ZWARE BEDRIJFSOMSTANDIGHEDEN
A - Herhaaldelijk rijden van korte afstanden minder dan 8 km bij normaletemperaturen of minder dan 16 km bij winterse omstandigheden.
B - Langdurig stationair draaien of het rijden van een grote afstand met een lage snelheid.
C - Rijden op hobbelige, stoffige, modderige, niet geplaveide gravel wegen of wegen waar zout gestrooid is.
D - Rijden in gebieden waar veel strooizout of ander corrosief material wordt gebruikt of bij zeer lage temperaturen. E - Rijden in zandgebieden.
F - Rijden in gebieden met druk verkeer boven 32°C.
G - Rijden in bergachtig terrein.
H - Het rijden met een aanhanger, caravan of bagagebox op de
dakdrager.
I - Gebruik als politieauto, taxi, voor besteldiensten of als sleepauto.
J - Rijden met snelheden boven 170 km/h.
K - Rijden met veel optrekken en afremmen.
Page 187 of 245
7EMISSIE REGELSYSTEEM
2UITSTOOT BEHEERSSYSTEEM
ZH010A1-FX Uw Hyundai is uitgerust met een uitstoot beheerssysteem om te voorzien in alle eisen van de voor uwland van toepassing zijnde overheidseisen. Er zijn drie uitstoot beheerssystemen, nl.:
1. Carterdamp beheerssysteem (Voor een Benzinemotor)
2. Brandstofdamp beheerssysteem
(Voor een Benzinemotor)
3. Uitlaatgas beheerssysteemOm er zeker van te zijn dat dit regelsysteem optimaal blijft functioneren moet uw wagen overeenkomstig hetonderhoudsschema in deze handleiding door een Hyundai dealer worden onderhouden. ZH010B1-AX
1. CARTERVENTILATIE
SYSTEEM ; Voor een Benzinemotor
Het gesloten carterventilatiesysteem
is ontworpen teneinde te voorkomen dat carterdampen in de atmosfeer terecht komen.
Dit systeem zorgt er voor dat het
carter via het luchtfilter wordt geventileerd. Deze verse lucht vermengt zich met de carterdampen waarna deze lucht via de positievecarterventilatieklep naar het inlaatsysteem van de motor wordt teruggevoerd. ZH010C1-AX
2. BEHEERSINGSSYSTEEM
DAMPUITSTOOT ; Voor een Benzinemotor
Het beheersingssysteem van de
dampuitstoot is ontworpen om te voorkomen dat brandstofdampen ontsnappen naar de buitenlucht. Actief koolfilter
Als de motor niet "Draait", ontstaat
brandstofdamp in de tank, die in het actief koolfilter geabsorbeerd en opgeslagen wordt. Als de motor"Draait", wordt de brandstofdamp opgeslagen in het actief koolfilter, afgezogen via de elektrisch bediendeklep. Elektrisch bediende klep
De elektrisch bediende klep wordt
"Gestuurd" door de Elektronische Bedieningseenheid; als de motorkoelvloeistoftemperatuur laag is, en tijdens stationair draaien van demotor is de klep gesloten, waardoor géén brandstofdamp in de inlaatbuis van het luchtinlaatsysteem komt.
Page 196 of 245
10INHOUD
2
A ACCU CONTROLEREN ...... ..................................6-27
ACHTERKLEP ....................................................... 1-80
ACHTERRUITVERWARMING ...............................1-66
AFSTANDSBEDIENING .......... ..............................1-15
AIRBAGSYSTEEM ................................................ 1-42
AIRCONDITIONING .............................................. 1-99
ALGEMENE CONTROLES ..................................... 6-4
ALS DE MOTOR NIET AANSLAAT ........................ 3-2
ALS DE MOTOR TE HEET WORDT ..................... 3-4
ALS UW AUTO MOET WORDEN GESLEEPT .... 3-14
ANTENNE ............................................................ 1-114
ANTI VERBLINDINGSSTAND VAN DE ACHTERUITKIJKSPI EGEL ................................. 1-79
ANTIBLOKKEERSYSTEEM (ABS) .......................2-23
ASBAK ................................................................... 1-69
AUTOMATISCHE SNELHEIDSREGELING ..........1-89
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE .........................2-10
AUTOMATISCHE VERWARMINGS EN KOELINGS SYSTEEM ...................................... 1-102
B BAGAGENET ......................................................... 1-81
BANDEN .................................................................. 8-2
BEDIENING VERWARMING EN KOELING .........1-92
BEKERHOUDER ................................................. 1-70 BEHANDELING VAN DE CD'S ...........................1-111
BESCHRIJVING ZEKERINGHOUDER .................6-37
BOUGIES ............................................................... 6-12BRANDSTOFVOORS
CHRIFTEN ............................ 1-2
BUITENSPIE GEL .................................................. 1-77
BUITENSPIEGEL VERWARMI NG ........................1-78
BUITENSPIEGELS OMKLAPPEN ........................1-79
C CENTRALE DEURVERGRENDELING .................1-12
CLAXON ................................................................ 1-87
CORROSIE VOORKOMEN ..................................... 4-2
D DAG/NACHT BINNENSPIEGEL ............................1-79
DAKDRAGER ........................................................ 1-83
DASHBOARDKASTJE ........................................... 1-75
DIEFSTALBEVEILIGINGSI NSTALLATIE ..............1-13
DIGITALE KLOK .................................................... 1-67
DRAAISCHAKELAARS VOOR BEDIENING
VERWARMING /VENTILATIE .............................1-93
E ECONOMISCH RIJDEN ........................... ............. 2-25
EMISSIE REGEL SYSTEEM.................................... 7-1
ELEKTRISCH AANSLUITPUNT ............................1-69
ELEKTRISCH BEDIENDE
BESTUURDESSTOEL ......................................... 1-21
F FILTER AIRCONDITIONING
(VOOR VERDAMPEREN AANJAGERUNIT) .... 1-108
Page 200 of 245
Motorruimte.................................................................. 6-2
Algemene controles ..................................................... 6-4
Oliepeil controleren ...................................................... 6-5
Motorolie verversen en oliefilter vervangen ................ 6-8
Koelvloeistof controleren en verversen ....................... 6-9Bougies ...................................................................... 6-12
Luchtfilter vervangen ................................................. 6-13
Oliepeil in versnellingsbak controleren .....................6-16
Vloeistofpeil automatische transmissie controleren .. 6-17
Het remsysteem controleren ..................................... 6-19
Vloeistof voor de koppelingbediening controleren ... 6-21
Onderhoud airconditioning ........................................ 6-21
V-riemen controleren ................................................. 6-24
Zekeringen controleren en vervangen ...................... 6-25
Accu controleren ........................................................ 6-27
Vloeistofpeil stuurbekrachtiging ................................. 6-29
Brandstoffilter ............................................................. 6-30
Vervangen van de gloeilampen van de koplampen 6-31
Vermogen ................................................................... 6-36
Beschrijving zekeringhouder ...................................... 6-37
EENVOUDIG ONDERHOUD
6
6
Page 203 of 245
6EENVOUDIG ONDERHOUD
4ALGEMENE CONTROLES
G020A01A-AXT Motorruimte Onderstaande punten moeten regelmatig worden gecontroleerd:
o Motoroliepeil en conditie
o Versnellingsbakoliepeil en conditie
o Peil in remvloeistofreservoir
o Peil in koppelingvloeistofreservoir
o Koelvloeistofpeil
o Peil in sproeierreservoir
o Conditie van V-riem
o Conditie van koelvloeistofslangen
o Vloeistoflekkage (bij of onder componenten)
o Vloeistofpeil stuurbekrachtiging ZG020C1-AX
Buitenzijde
Onderstaande punten moeten
maandelijks worden gecontroleerd:
o Carrosserie
o Toestand van de velgen en de
bevestiging van de wielmoeren
o Conditie luchtfilterelement
o Toestand van de uitlaat
o Werking van de verlichting
o Conditie van de voorruit
o Conditie van de ruitenwissers
o Conditie van lak en eventuele corrosie
o Vloeistoflekkage
o Conditie van portier-en motorkapsloten
o Bandenspanning en conditie (incl. reservewiel) o Verlichting
o Ruitenwissers
o Claxon
o Werking van de aanjager
(en airconditioning, indien gemonteerd)
o Werking van de stuurinrichting
o Werking van de spiegels
o Werking van de richtingaanwijzers
o Werking van het gaspedaal
o Werking van remmen, incl. de handrem
o Werking van de versnellingsbak, incl. koppeling.
o Werking van de automatische transmissie, incl. het parkeermechanisme
o Bediening van de stoelen
o Bediening van de veiligheidsgordels en werking
o Bediening van de zonnekleppen
Als bij deze controles
onregelmatigheden/onjuisthedenworden aangetroffen, moet de hulp van een Hyundai dealer worden ingeroepen.
ZG020D1-AX
Interieur
Volgende punten moeten telkens
worden gecontroleerd voordat met dewagen wordt gereden: