display JEEP WRANGLER UNLIMITED 2018 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2018, Model line: WRANGLER UNLIMITED, Model: JEEP WRANGLER UNLIMITED 2018Pages: 384, PDF Size: 5.91 MB
Page 191 of 384

De LED in de ParkSense schakelaar gaat aan
als ParkSense is uitgeschakeld of service
vereist. De LED in de ParkSense schakelaar
gaat uit als het systeem is ingeschakeld. Als
de ParkSense schakelaar wordt ingedrukt, en
het systeem service vereist, knippert de LED
in de ParkSense schakelaar kort, en vervol-
gens blijft de LED aan.
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van
ParkSense
OPMERKING:
• Zorg ervoor dat de achterbumper vrij is van
sneeuw, ijs, modder en vuil om te zorgen
dat het ParkSense systeem correct werkt.
• Drilboren, grote vrachtwagens en andere
bronnen van trillingen kunnen de werking
van ParkSense nadelig beïnvloeden.
• Wanneer u de ParkSense parkeerhulp uit-
schakelt, wordt op het display in het instru-
mentenpaneel de melding "PARKSENSE
OFF" (parkeerhulp uitgeschakeld) weerge-
geven. ParkSense blijft uitgeschakeld tot-
dat u het opnieuw inschakelt, zelfs als u het
contact uit- en weer inschakelt.• ParkSense, indien ingeschakeld, zal het
volume van de radio verlagen wanneer het
systeem een geluidssignaal voortbrengt.
• Reinig de ParkSense sensoren regelmatig,
maar let daarbij op dat u geen krassen of
andere schade toebrengt. De sensoren mo-
gen niet bedekt zijn met ijs, sneeuw, mod-
der, vuil of afval. Verontreiniging van de
sensoren kan ertoe leiden dat het systeem
niet goed werkt. Het ParkSense systeem
kan obstakels achter de auto/bumper over
het hoofd zien of abusievelijk aangeven dat
er een obstakel achter de auto/bumper aan-
wezig is.
• Gebruik de ParkSense schakelaar om het
ParkSense systeem uit te schakelen wan-
neer voorwerpen, zoals fietsendragers, trek-
haken, enz., op minder dan 30 cm
(12 inch) vanaf de achterkant/
achterbumper worden geplaatst. Als dit wel
het geval is, zal het systeem een nabijgele-
gen object mogelijk interpreteren als een
sensorprobleem en wordt de melding
"PARKSENSE UNAVAILABLE SERVICE
REQUIRED" (parkeerhulp niet beschikbaar,
onderhoud noodzakelijk) weergegeven op
het display in de instrumentengroep.• De werking van de sensoren achter wordt
automatisch uitgeschakeld wanneer de
elektriciteitsstekker van de aanhanger in de
contactdoos van de trekhaak van het voer-
tuig wordt gestoken. De sensoren achter
worden automatisch weer ingeschakeld
wanneer de stekker van de aanhangerkabel
uit de contactdoos wordt gehaald.
WAARSCHUWING!
• Ga altijd voorzichtig te werk tijdens het
achteruitrijden, ook als u ParkSense ge-
bruikt. Controleer het gebied achter de
auto altijd zorgvuldig, kijk naar achteren
en wees bedacht op voetgangers, dieren,
andere voertuigen, obstakels en dode
hoeken, voordat u achteruitrijdt. U bent
verantwoordelijk voor de veiligheid en
dient uw aandacht voortdurend op de
omgeving te richten. Anders bestaat er
een risico op ernstig of zelfs dodelijk
letsel.
• Het wordt sterk aanbevolen de afneem-
bare trekhaak te verwijderen voordat u
ParkSense gaat gebruiken, wanneer u de
trekhaak niet nodig heeft. Als u dit niet
189
Page 195 of 384

LET OP!
• Bij gebruik van een ongeschikte brand-
stofvuldop kan schade aan het brand-
stofsysteem of aan het emissieregelsys-
teem ontstaan. Door een slecht
passende dop kan vuil in het brandstof-
systeem terechtkomen. Door een slecht
passende, achteraf aangeschafte brand-
stofvuldop kan het storingslampje gaan
branden, omdat er brandstofdampen uit
het systeem ontsnappen.
• Voorkom morsen en overlopen van
brandstof.
OPMERKING:
• Wanneer het mondstuk aan de vulslang
klikt of afsluit, is de brandstoftank vol.
• Draai de brandstofvuldop circa een kwart-
slag vast totdat u één klik hoort. De klik
geeft aan dat de dop goed is vastgedraaid.
• Als de brandstofvuldop niet goed is dicht-
gedraaid, gaat het storingslampje branden.
Zorg ervoor dat de dop iedere keer dat u
bijtankt, goed wordt dichtgedraaid.
Bericht brandstofvuldop los
Na het tanken kan het diagnosesysteem van
de auto vaststellen of de brandstofvuldop
loszit, onjuist is aangebracht of is bescha-
digd. Wanneer het systeem een storing waar-
neemt, verschijnt de melding “gASCAP”
(brandstofvuldop) op het display van de kilo-
meterteller. Draai de brandstofvuldop vast tot
u een "klikgeluid" hoort. De klik geeft aan dat
de brandstofvuldop goed is vastgedraaid.
Druk op de resetknop van de kilometerteller
om de melding te wissen. Als het probleem
zich opnieuw voordoet, verschijnt de melding
de volgende keer dat de auto wordt gestart
opnieuw. Dit kan op een defecte vuldop dui-
den. Als het probleem tweemaal achtereen
wordt vastgesteld, zal het systeem het sto-
ringslampje laten branden. Nadat het pro-
bleem is verholpen, gaat het storingslampje
uit.
BRANDSTOF TANKEN —
DIESEL
De brandstofvuldop bevindt zich aan de be-
stuurderszijde van het voertuig. Als de brand-
stofvuldop zoekgeraakt of beschadigd is,
moet de vervangende dop geschikt zijn voor
dit voertuig.
Brandstofvulklep
193
Page 197 of 384

componenten van de lucht die wij inademen.
U kunt in uw auto rijden met het geruststel-
lende idee dat uw voertuig bijdraagt aan een
schoner en gezonder milieu voor de huidige
én komende generaties.
Systeemoverzicht
Deze auto is uitgerust met een UREUM-
inspuitsysteem en een SCR-katalysator om te
voldoen aan de emissie-eisen.
Het UREUM-inspuitsysteem bestaat uit de
volgende onderdelen:
• UREUM-tank
• UREUM-pomp
• UREUM-verstuiver
• Elektrisch verwarmde UREUM-leidingen
• NOx-sensoren
• Temperatuursensoren
• SCR-katalysator
Het UREUM-inspuitsysteem en de SCR-
katalysator zorgen ervoor dat aan de
dieselemissie-eisen wordt voldaan met be-
houd van een uitstekend brandstofverbruik,
rijgedrag, koppel en vermogen.Raadpleeg de paragraaf "Display in de instru-
mentengroep" in het hoofdstuk "Uw Instru-
mentenpaneel leren kennen" voor systeembe-
richten en waarschuwingen.
OPMERKING:
• Uw auto is uitgerust met een UREUM-
inspuitsysteem. Af en toe hoort u mogelijk
een klikkend geluid bij stilstand dat onder
de auto vandaan komt. Dit is normaal.
• De UREUM-pomp blijft gedurende enige
tijd na het uitschakelen van de motor in
werking om het UREUM-systeem door te
spoelen. Dit is de normale werking en het is
mogelijk hoorbaar vanaf de achterkant van
de auto.
Opslag van AdBlue (UREUM)
AdBlue (UREUM) wordt beschouwd als een
zeer stabiel product met een lange houdbaar-
heid. Als AdBlue (UREUM) wordt bewaard bij
temperaturen tussen -12 °C en 32 °C (10 °F
en 90 °F), is het ten minste één jaar houd-
baar.AdBlue (UREUM) kan bij de laagste tempe-
raturen bevriezen. AdBlue (UREUM) kan bij-
voorbeeld bevriezen bij een temperatuur van
of onder -11 °C (12 °F). Het systeem is
ontworpen voor gebruik in deze omgeving.
OPMERKING:
Bij het werken met AdBlue (UREUM) is het
volgende van belang:
• Alle reservoirs of onderdelen die in contact
komen met AdBlue (UREUM), moeten
compatibel zijn met AdBlue (UREUM)
(kunststof of roestvrij staal). Koper, mes-
sing, aluminium, ijzer of niet-roestvrij staal
moet worden vermeden, omdat ze onderhe-
vig zijn aan corrosie door AdBlue (UREUM).
• Als AdBlue (UREUM) wordt gemorst, moet
het volledig worden opgeveegd.AdBlue (UREUM) toevoegen
De AdBlue-meter (UREUM) (op het display in
de instrumentengroep) geeft het niveau van
de AdBlue (UREUM) aan die zich nog in het
reservoir bevindt. Raadpleeg de paragraaf
"Display in de instrumentengroep" in het
hoofdstuk "Uw Instrumentenpaneel leren
kennen" voor meer informatie hierover.
195
Page 242 of 384

GEPLAND ONDERHOUD
Correct onderhoud is cruciaal voor een lange
levensduur van de auto onder de beste om-
standigheden. Daarom heeft Jeep een reeks
controles en diensten gepland op vaste af-
standsintervallen en, waar van toepassing, op
vaste tijdsintervallen, zoals beschreven in het
onderhoudsschema. Om de auto in optimale
conditie te houden, zijn op de volgende pagi-
na's van het onderhoudsschema enkele extra
controles vermeld die vaker moeten worden
uitgevoerd dan volgens het normale schema
op basis van de inwisseling van tegoedbon-
nen. Gepland onderhoud wordt aangeboden
door alle erkende dealers op basis van vaste
tijds- of kilometerstandintervallen. Als tij-
dens elke bewerking naast de geplande be-
werkingen verdere vervangingen of reparaties
nodig blijken te zijn, kunnen deze enkel met
de uitdrukkelijke toestemming van de eige-
naar worden uitgevoerd.De monteurs bij de dealer kennen uw auto
het beste en hebben toegang tot informatie
van fabrieksgetrainde specialisten, originele
onderdelen van Mopar en speciaal ontworpen
elektronisch en mechanisch gereedschap
waarmee kostbare reparaties in de toekomst
kunnen worden voorkomen. Als uw auto vaak
wordt gebruikt voor sleepwerkzaamheden,
moet het interval tussen geplande onder-
houdswerkzaamheden worden verminderd.
Bij veeleisend gebruik, bijvoorbeeld door het
rijden in stoffige omgevingen of veel korte
ritten, is mogelijk meer onderhoud vereist.
OPMERKING:
Geplande onderhoudstaken worden bepaald
door de fabrikant. Als deze taken niet worden
uitgevoerd, kan de garantie vervallen. Het
verdient aanbeveling een erkende dealer op
de hoogte te brengen van geringe afwijkingen
in de werking zonder te wachten op de vol-
gende onderhoudsbeurt.
Gepland onderhoud — benzinemotor
De indicator voor olieverversing herinnert u
eraan dat de motorolie van uw auto moet
worden ververst.Bij auto's die zijn uitgerust met een display in
de instrumentengroep wordt "Oil Change Re-
quired" (Olie verversen vereist) weergegeven
en er klinkt een geluidssignaal om aan te
geven dat de olie moet worden ververst.
Bij auto's die niet zijn uitgerust met een
display in de instrumentengroep gaat
"Change Oil" (Olie verversen) knipperen in de
kilometerteller van de instrumentengroep en
er klinkt een geluidssignaal om aan te geven
dat de olie moet worden ververst.
Het bericht voor olieverversing wordt telkens
ongeveer 11.200 km (7000 mijl) na de laat-
ste olieverversing weergegeven. Laat het on-
derhoud zo snel mogelijk, binnen 800 km
(500 mijl), uitvoeren (behalve bij 2,0-liter
benzinemotor). Het eerder verversen van de
olie kan echter noodzakelijk zijn na
7.500 km (4.500 mijl) als de auto onder
zware omstandigheden wordt gebruikt, die
verderop in dit hoofdstuk worden beschre-
ven.
SERVICE EN ONDERHOUD
240
Page 247 of 384

Afstand of verstreken tijd (wat het
eerst komt)
7500
15.000
22.500
30.000
37.500
45.000
52.500
60.000
67.500
75.000
82.500
90.000
97.500
105.000
112.500
120.000
127.500
135.000
142.500
150.000
Of maanden: 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120 132 144 156 168 180 192 204 216 228 240
Of kilometer:
12.000
24.000
36.000
48.000
60.000
72.000
84.000
96.000
108.000
120.000
132.000
144.000
156.000
168.000
180.000
192.000
204.000
216.000
228.000
240.000
PCV-klep controleren en zo nodig
vervangen. *****X
* Het feitelijke interval voor het verversen van
de olie en vervangen van het motoroliefilter is
afhankelijk van de gebruiksconditie van het
voertuig. Het wordt aangegeven door het
waarschuwingslampje of bericht (indien aan-
wezig) op het display van de instrumenten-
groep. Het mag niet groter zijn dan
16.000 km (10.000 mijl) of 12 maanden.
** Zie "Zwaar gebruik" in dit hoofdstuk.
*** DOT 4-remvloeistof is alleen op tijdbasis;
intervallen in afstand zijn niet van toepas-
sing.
**** Het vervangingsinterval van de bougies
wordt uitgedrukt in kilometers, niet in jaren.***** Dit onderhoud wordt aanbevolen door
de fabrikant, maar is niet vereist om de emis-
siegarantie te behouden.
WAARSCHUWING!
• U kunt ernstig letsel oplopen tijdens het
werken aan of bij een motorvoertuig.
Voer alleen werkzaamheden uit waarvan
u kennis hebt en waarvoor u over het
juiste gereedschap beschikt. Als u twij-
felt over uw kunde om een bepaalde
werkzaamheid uit te voeren, breng dan
uw auto naar een vakkundige monteur.
• Het niet correct inspecteren en onder-
houden van uw auto kan tot gevolg heb-
ben dat een onderdeel niet correct func-
WAARSCHUWING!
tioneert, wat de rijeigenschappen en
prestaties nadelig beïnvloedt. Dit kan
een aanrijding tot gevolg hebben.
245
Page 248 of 384

Zware omstandigheden
Ververs de motorolie en vervang het motor-
oliefilter elke 7500 km (4500 mijl) of elke
6 maanden wanneer u uw auto onder één van
de volgende zware omstandigheden gebruikt:
• Ritten met veelvuldig stoppen en optrek-
ken.
• Rijden in stoffige omgevingen.
• Korte ritten van minder dan 16 km
(10 mijl).
• Trekken van een aanhanger.
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
Gepland onderhoud — dieselmotor
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat de
motorolie van uw auto moet worden ververst.Bij auto's die zijn uitgerust met een display in
de instrumentengroep wordt "Oil Change Re-
quired" (Olie verversen vereist) weergegeven
en er klinkt een geluidssignaal om aan te
geven dat de olie moet worden ververst.
Bij auto's die niet zijn uitgerust met een
display in de instrumentengroep gaat
"Change Oil" (Olie verversen) knipperen in de
kilometerteller van de instrumentengroep en
er klinkt een geluidssignaal om aan te geven
dat de olie moet worden ververst.
Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven. Dit betekent dat uw
auto een onderhoudsbeurt nodig heeft. Om-
standigheden zoals frequente korte ritten,
gebruik van de trekhaak, zeer hoge of lage
omgevingstemperaturen zijn van invloed op
de weergave van het bericht "Oil Change
Required" (olieverversing vereist). Bij zware
bedrijfsomstandigheden kan het bericht voor
olie verversen eerder gaan branden dan vol-
gens de specificaties. Laat het onderhoud zo
snel mogelijk, binnen 805 km (500 mijl),
uitvoeren.OPMERKING:
•Het feitelijke interval voor het verversen van
de olie en vervangen van het motoroliefilter is
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden
van de auto. Het wordt aangegeven door het
waarschuwingslampje of bericht in de instru-
mentengroep. In geen geval mag twee jaar
worden overschreden. Als de auto hoofdzake-
lijk wordt gebruikt voor rijden in de stad,
vervangt u de motorolie en het filter elk jaar.
•Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof
verversen na 120 maanden of 240.000 km
(150.000 mijl), afhankelijk van wat eerst
komt.
•De distributieriem en hulpaandrijfriemen
moeten bij gebruik onder bijzonder zware
omstandigheden (stoffige omgevingen, koud
klimaat, stadsverkeer, langdurig stationair
draaien) om de 60.000 km (37.500 mijl) of
3 jaar worden vervangen. Deze onderhouds-
intervallen mogen onder geen beding worden
overschreden.
SERVICE EN ONDERHOUD
246
Page 295 of 384

MULTIMEDIA
CYBERVEILIGHEID..........295
TERREINRIJDENPAGINA'S — IN-
DIEN AANWEZIG...........296
Statusbalk terreinpagina's.........296
Aandrijflijn..................297
Hellingshoek en rol.............297
Accessoiremeters..............298
TIPS BEDIENINGSELEMENTEN EN
ALGEMENE INFORMATIE.....298
Stuurbedieningselementen
geluidsinstallatie..............298
Ontvangstkwaliteit..............299
Verzorging en onderhoud..........299
Beveiliging tegen diefstal.........299
UCONNECT 3 SYSTEEM MET
5–INCH DISPLAY — INDIEN AAN-
WEZIG...................300
Overzicht Uconnect 3 met 5-inch
display.....................300
Klok instellen................301
Audio-instelling...............301
Bediening van de radio..........302Gesproken tekstberichten beantwoorden
(niet compatibel met iPhone)......302
Apps — indien aanwezig..........304
UCONNECT 4 MET 7-INCH DIS-
PLAY ....................304
Overzicht Uconnect 4...........304
Menubalk slepen en neerzetten......306
Radio.....................307
Android Auto — indien aanwezig.....308
Integratie Apple CarPlay — indien
aanwezig...................310
Apps — indien aanwezig..........311
UCONNECT 4C/4C NAV MET 8,4-
INCH DISPLAY..............311
Overzicht Uconnect 4C/4C NAV.....311
Menubalk slepen en neerzetten......313
Radio.....................314
Android Auto — indien aanwezig.....315
Integratie Apple CarPlay — indien
aanwezig...................319
Apps — indien aanwezig..........322
INSTELLINGEN VAN
UCONNECT...............322
BEDIENING AUX/USB/MP3 — IN-
DIEN AANWEZIG............323
NAVIGATIESYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG................326
Volume van gesproken aanwijzingen van het
navigatiesysteem wijzigen.........326
Nuttige plaatsen vinden..........328
Een locatie vinden door de naam in te
voeren.....................328
Gesproken bestemming invoeren in één
stap......................328
Uw thuisadres instellen..........328
Home.....................329
Een tussenstop invoegen..........330
Een omleiding volgen............330
Kaartupdate.................330
UCONNECT PHONE..........331
Uconnect Phone (Handsfree bellen met
Bluetooth)..................331
MULTIMEDIA
293
Page 302 of 384

UCONNECT 3 SYSTEEM MET 5–INCH DISPLAY — INDIEN AANWEZIG
Overzicht Uconnect 3 met 5-inch display
Radiotoetsen Uconnect 3 met 5-inch display
1 — Toets RADIO
2 — Toets COMPASS (kompas)
3 — Toets SETTINGS (instellingen)
4 — Toets MORE (meer, voor meer functies)
5 — Toets BROWSE/ENTER (bladeren/invoeren) — toets TUNE/
SCROLL (afstemmen/scrollen)6 — Toets SCREEN OFF (scherm uit)
7 — Knop MUTE (dempen)
8 — Systeem Aan/Uit — volumeregelaar
9 — Toets Uconnect PHONE
10 — Toets MEDIA
MULTIMEDIA
300
Page 303 of 384

LET OP!
Bevestig GEEN voorwerpen aan het aanraak-
scherm. Anders kan het scherm beschadigd
raken.
Klok instellen
Ga als volgt te werk om de klok in te stellen:
1. Kies de toets "Settings" (instellingen) op
het front en kies vervolgens de scherm-
toets "Clock and Date" (klok en datum).
2. Kies de schermtoets "Set Time" (tijd
instellen).
3. Druk op de pijl omhoog of pijl omlaag om
de uren en minuten aan te passen, en kies
vervolgens de schermtoets "AM" of "PM".
U kunt ook de 12-uurs of 24-uurs tijdno-
tatie selecteren door de gewenste scherm-
toets te kiezen.
4. Kies de schermtoets "Done" (klaar) zodra
de tijd is ingesteld om het tijdscherm af te
sluiten.OPMERKING:
In het menu Clock Setting (klok instellen)
kunt u Display Clock (klok weergeven) selec-
teren. Met Display Clock (klok weergeven)
schakelt u de weergave van de klok in de
statusbalk in en uit.
Audio-instelling
1. Kies de toets "Settings" (instellingen) op
het front.
2. Scroll omlaag en kies de schermtoets "Au-
dio" om het menu Audio te openen.
3. Het menu Audio toont de volgende opties
om de audio-instellingen aan uw persoon-
lijke wensen aan te passen.
Equalizer
Kies de schermtoets "Equalizer" om de lage
tonen, middentonen en hoge tonen in te
stellen. Gebruik de schermtoets "+" en "-" om
de equalizer naar wens in te stellen.
Balans links/rechts - voor/achter
Kies de schermtoets "Balans/Fade" (balans
links/rechts - voor/achter) om het geluid van
de luidsprekers in te stellen. Kies de scherm-
toetsen met de pijl om het geluidsniveau vande luidsprekers voor en achter of rechts en
links in te stellen. Kies de schermtoets C
(Center, midden) om de balans links/rechts
en voor/achter terug te stellen op de fabrieks-
instellingen.
Snelheidsafhankelijke volumeregeling — in-
dien aanwezig
Druk op de schermtoets "Speed Adjusted
Volume" (snelheidsafhankelijke volumerege-
ling) om te kiezen tussen OFF (uit), 1, 2 of 3.
Hierdoor wordt het volume van de radio ver-
laagd wanneer de rijsnelheid afneemt.
Loudness (dynamiek) — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Loudness" (dynamiek)
om de dynamiekfunctie te selecteren. Als
deze functie is geactiveerd, wordt de geluids-
kwaliteit bij lagere volumes verbeterd.
Surround Sound — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Surround Sound" en
vervolgens On (aan) of Off (uit), gevolgd door
de schermtoets met de pijl naar links. Wan-
neer deze functie is geactiveerd, wordt een
ruimtelijke surround sound gesimuleerd.
301
Page 306 of 384

Om Siri te activeren, houdt u de toets
Uconnect Voice Recognition (spraakherken-
ning) op het stuurwiel ingedrukt en laat u
deze weer los. Nadat u twee pieptonen hebt
gehoord, kunt u Siri vragen podcasts en mu-
ziek af te spelen, routebeschrijvingen te ma-
ken, SMS-berichten voor te lezen en nog veel
meer.
Apps — indien aanwezig
Om de apps te openen, drukt u op de toets
"More" (meer), en drukt u vervolgens op de
toets "Apps" om naar de lijst met toepassin-
gen te gaan:
• EcoDrive
• MyCar
• TuneIn
• Deezer
• Reuters
• Twitter
• Facebook Check-In en nog veel meer.
UCONNECT 4 MET 7-INCH
DISPLAY
Overzicht Uconnect 4
LET OP!
Bevestig GEEN voorwerpen aan het aan-
raakscherm. Anders kan het scherm be-
schadigd raken.OPMERKING:
Uconnect schermafbeeldingen zijn uitslui-
tend ter illustratie en geven de software van
uw voertuig mogelijk niet exact weer.
De tijd instellen
• Voor Uconnect 4 schakelt u de eenheid in
en drukt u op de tijdweergave bovenaan in
het scherm. Druk op "Yes" (ja).
• Als de tijd niet bovenaan in het scherm
wordt weergegeven, kiest u de schermtoets
"Settings" (instellingen). Druk in het
scherm "Settings" (instellingen) op de
schermtoets "Clock & Date" (klok en datum)
en vink deze optie aan of uit.
• Druk op "+" of "–" naast Set Time Hours
(uren instellen) en Set Time Minutes (mi-
nuten instellen) om de tijd in te stellen.
• Als deze functies niet beschikbaar zijn,
schakelt u het vakje Sync Time (tijdsaan-
duiding synchroniseren) uit.
• Druk op "X" om uw instellingen op te slaan
en het scherm Clock Setting (klok instellen)
af te sluiten.
Radioscherm Uconnect 4 met 7-inch
display
MULTIMEDIA
304