radio OPEL ASTRA K 2018.5 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2018.5, Model line: ASTRA K, Model: OPEL ASTRA K 2018.5Pages: 333, PDF Size: 9.51 MB
Page 24 of 333

22Sleutels, portieren en ruiten
1. Steek een platte schroeven‐draaier in de gleuf en duw de
achterkant van de afstandsbedie‐
ning los door de schroevendraaier
een klein stukje te draaien.
2. Verwijder de batterij en vervang deze. Gebruik een CR2032 of een
equivalente batterij. Let op de
installatiepositie.
3. Steek de afdekking bij het sleutel‐
blad in, klap hem naar beneden
en sluit hem.
Storing
Als de centrale vergrendeling niet met
de afstandsbediening kan worden
vergrendeld of ontgrendeld, kan dit
het gevolg zijn van het volgende:
● Storing in de afstandsbediening.
● Het bereik wordt overschreden.
● De accuspanning is te laag.
● Herhaald, opeenvolgend gebruik van de handzender buiten hetbereik, waardoor er opnieuw
gesynchroniseerd moet worden.
● Overbelasting van de centrale vergrendeling door herhaalde,
snel opeenvolgende activering
van de afstandsbediening, waar‐
door de stroomvoorziening voor korte tijd wordt onderbroken.
● Storing door radiogolven afkom‐ stig van externe zenders met eenhoog vermogen.
Handmatig ontgrendelen 3 24.Elektronisch sleutelsysteem
Voor een passieve bediening van de
volgende functies:
● centrale vergrendeling 3 24
● elektrische achterklep 3 31
● contact inschakelen en motor starten 3 169
De bestuurder hoeft alleen de elek‐
tronische sleutel bij zich te dragen.
De elektronische sleutel bevat ook de
functionaliteit van de handzender
3 21.
Page 26 of 333

24Sleutels, portieren en ruiten● De accuspanning is te laag.
● Overbelasting van de centrale vergrendeling door herhaalde,
snel opeenvolgende activering
van de afstandsbediening, waar‐
door de stroomvoorziening voor korte tijd wordt onderbroken.
● Storing door radiogolven afkom‐ stig van externe zenders met eenhoog vermogen.
Om de storing te verhelpen, de positie
van de elektronische sleutel verande‐ ren.
Handmatig ontgrendelen 3 24.
Opgeslagen instellingen
Bij iedere uitschakeling van het
contact worden de volgende instellin‐ gen automatisch door de afstandsbe‐
diening of elektronische sleutel opge‐ slagen:
● automatische klimaatregeling
● verlichting
● Infotainmentsysteem
● centrale vergrendeling
● comfortinstellingenDe opgeslagen instellingen in het
geheugen van de afstandsbediening
3 166 of elektronische sleutel 3 22
worden automatisch toegepast
wanneer het contact de volgende
keer wordt ingeschakeld.
Een voorwaarde is dat Personalisatie
door bestuurder geactiveerd is in de
persoonlijke instellingen van het
Info-Display. Dit moet worden inge‐
steld voor elke afstandsbediening of
elektronische sleutel die wordt
gebruikt. De gewijzigde status is pas
beschikbaar nadat de auto is vergren‐
deld en ontgrendeld.
De in het geheugen opgeslagen
stand van de elektrisch bediende
stoelen wordt automatisch ingeno‐
men wanneer het contact wordt inge‐ schakeld en wanneer Automatisch
oproepen geheugen wordt geacti‐
veerd op het Info-Display voor de
opgeslagen afstandsbediening of
elektronische sleutel.
Elektrisch verstelbare stoel 3 52.
Persoonlijke instellingen 3 130.Centrale vergrendeling
Ontgrendelt en vergrendelt portieren,
bagageruimte en tankvulklep.
Door aan de binnenste portierhand‐
greep te trekken wordt het desbetref‐
fende portier ontgrendeld. Door nog
eens aan de handgreep te trekken
gaat het portier open.
Let op
Bij een ongeval waarbij de airbags of gordelspanners in werking treden,
wordt het voertuig automatisch
ontgrendeld.
Let op
Wanneer na ontgrendeling met de
afstandsbediening geen van de
portieren word geopend, worden
deze na korte tijd automatisch
opnieuw vergrendeld. Een voor‐
waarde is dat de instelling is geacti‐
veerd in de persoonlijke instellingen
3 130.
Page 41 of 333

Sleutels, portieren en ruiten39
Elektronisch sleutelsysteem: Bij het
ontgrendelen van de auto met de
knop op één van de buitenkrukken
wordt het diefstalalarmsysteem
gedeactiveerd.
De elektronische sleutel moet zich
binnen een bereik van ongeveer één
meter van het betreffende portier
buiten de auto bevinden.
Het systeem wordt niet gedeactiveerd door het bestuurdersportier te
ontgrendelen met de sleutel of met de
centrale vergrendelingsknop in het
interieur.
Alarm
Bij het activeren klinkt de alarmclaxon
en gaan de alarmknipperlichten tege‐ lijkertijd knipperen. Het aantal en de
duur van de alarmsignalen zijn voor‐
geschreven door de wetgever.
Het diefstalalarmsysteem kan
worden gedeactiveerd door c in te
drukken, op de schakelaar op de portierhandgreep te drukken (met
elektronisch sleutelsysteem) of door
het contact in te schakelen.
Wanneer het alarm is afgegaan
zonder dat de bestuurder het heeft
uitgeschakeld, geven de alarmknip‐
perlichten dat aan. Ze lichten bij het
ontgrendelen van de auto met de
handzender driemaal kort achtereen
op. Bovendien verschijnt er na
inschakeling van het contact een
waarschuwingsbericht op het Driver
Information Center.
Boordinformatie 3 129.
Als de accu van de auto moet worden
ontkoppeld (bijv. voor onderhouds‐
werkzaamheden), moet de alarmsi‐
rene als volgt worden gedeactiveerd:schakel het contact in en uit en
ontkoppel de accu van de auto binnen 15 seconden.
Startbeveiliging Het systeem is onderdeel van de
contactschakelaar en het controleert
of de auto met de gebruikte sleutel
mag worden gestart.
De startbeveiliging activeert zichzelf
automatisch nadat u de sleutel uit de
contactschakelaar hebt gehaald.
Knippert controlelamp d nadat het
contact is ingeschakeld, dan is er een
storing in het systeem: de auto kan
niet worden gestart. Contact uitscha‐
kelen en opnieuw proberen te starten.
Als de controlelamp d blijft knippe‐
ren, kunt u proberen om de motor met
de reservesleutel te starten en
daarna de hulp van een werkplaats
inroepen.
Let op
RFiD-tags (Radio Frequency Identi‐
fication) kunnen de werking van de
sleutel storen. Houd de tag bij het
starten uit de buurt van de sleutel.
Page 268 of 333

266Verzorging van de autoNr.Stroomkring34Parkeerhulp/dodehoeksysteem/
Infotainmentsysteem/USB-
aansluiting35OnStar36Info-Display/instrumenten‐
groep/cd-speler37Infotainmentsysteem, radio
Klik na het vervangen van doorge‐
brande zekeringen het deksel van de
zekeringenkast weer vast.
Auto's met elektriciteitsstekker: 1. Breng de afdekking aan de rech‐ terkant aan.
2. Klap de linkerkant van de afdek‐ king naar voren. Geleid de beves‐
tigingsklem omlaag; zie de illu‐
stratie.
Zekeringenkast in bagageruimte
De zekeringenkast zit links in de
bagageruimte achter een deksel.
Verwijder het deksel.
Maak het deksel van de zekeringen‐
kast los en verwijder het.
Page 314 of 333

312KlantinformatieKlantinformatieKlantinformatie........................... 312
Conformiteitsverklaring ............312
REACH .................................... 316
Erkenning van software ...........316
Software-update ......................319
Gedeponeerde handelsmerken .......................320
Registratie van voertuigdata en
privacy ....................................... 321
Event Data Recorders (EDR) ..321
Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 324Klantinformatie
Conformiteitsverklaring Radiozendsystemen
Deze auto heeft systemen die radio‐
golven conform 2014/53/EU verzen‐
den en/of ontvangen. Deze systemen
voldoen aan de essentiële vereisten
en alle andere relevante bepalingen
van 2014/53/EU. Exemplaren van de
originele Conformiteitsverklaringen
vindt u op onze website.
Antenne
Laird
8100 Industrial Park Drive, Grand
Blanc, MI, 48439, USA
Bedrijfsfrequentie: n.v.t.
Maximum uitgangsvermogen: n.v.t.
Antenne
Kathrein Automotive North America,
Inc.
3967 W. Hamlin Rd., Rochester Hills,
MI 48309, USA
Bedrijfsfrequentie: n.v.t.
Maximum uitgangsvermogen: n.v.t.Elektronische sleutel
Denso Coperation
Waldeckerstraße 11, 64546 Mörfel‐
den-Walldorf, Germany
Bedrijfsfrequentie: 433,92 MHz
Maximum uitgangsvermogen:
-5,88 dBm
Elektronische sleutelmodule
Denso Coperation
Waldeckerstraße 11, 64546 Mörfel‐ den-Walldorf, Germany
Bedrijfsfrequentie: 125 kHz
Maximum uitgangsvermogen:
-0,14 dBm
Frontradareenheid
Continental Automotive GmbH
ADC Automotive Distance Control
Systems GmbH, Peter-Dornier-
Straße 10, 88131 Lindau, Germany
Bedrijfsfrequentie: 76-77 GHz
Maximum uitgangsvermogen:
30 EIRP dBm
Startbeveiliging
Bosch
Page 325 of 333

Klantinformatie323het gebruik van online services
afhankelijk van de door u geselec‐
teerde instellingen.
Integratie met smartphones, bijv.
Android Auto of Apple CarPlay
Als uw auto is uitgerust met een van
de genoemde systemen, kunt uw
smartphone of een ander mobiel
apparaat verbinden met de auto
waarna u de smartphone of het appa‐ raat kunt bedienen via de bedienings‐ elementen in de auto. De beelden en
het geluid van de smartphone zijn in
het gegeven geval weer te geven via
het multimediasysteem in de auto. Er
wordt tegelijkertijd specifieke infor‐
matie naar uw smartphone gestuurd.
Afhankelijk van het type integratie,
bestaat dergelijke informatie uit posi‐
tiegegevens, dag-/nachtmodus en
andere algemene informatie over de
auto. Zie voor meer informatie de
bedieningsinstructies van de auto /
het Infotainmentsysteem.
De integratie maakt het gebruik van
bepaalde smartphone-apps mogelijk,
zoals navigatie of het spelen van muziek. Er is geen verdere integratiemogelijk tussen een smartphone en
de auto, in het bijzonder geen actieve
toegang tot autogegevens. De aard
van verdere gegevensverwerking
hangt af van de aanbieder van de
gebruikte app. Of u instellingen kunt
verrichten, en zo ja, welke, hangt af van de desbetreffende app en van het besturingssysteem van uw smart‐
phone.
Online services Als uw auto een verbinding heeft met
een radionetwerk, kunnen gegevens
uitgewisseld worden tussen uw auto en andere systemen. De verbinding
met het radionetwerk wordt mogelijk
gemaakt door een zender in uw auto
of door een van uw mobiele appara‐ ten (bijv. een smartphone). Via deze
verbinding met het radionetwerk zijn
online functies te gebruiken. Derge‐
lijke functies omvatten online services
en applicaties / apps die u zijn gele‐
verd door de fabrikant of andere aanbieders.Services van de fabrikant
In het geval van de online services
van de fabrikant, worden de relevante functies beschreven door de fabrikant op een geëigende locatie (bijv.
gebruikershandleiding, internetsite
van de fabrikant) en de desbetref‐ fende informatie met betrekking tot
gegevensbescherming worden
verstrekt. Er worden mogelijk
persoonlijke gegevens gebruikt voor het aanbieden van online services.
Uitwisseling van gegevens voor dit
doel vindt plaats via een beveiligde verbinding, bijv. gebruikmakend van
de specifieke IT-systemen van de
fabrikant. Het verzamelen, verwerken en gebruiken van persoonlijke gege‐
vens ter voorbereiding op het aanbie‐
den van services vindt uitsluitend plaats op basis van wettelijke
toestemming, bijv. in het geval van
het eCall-noodoproepsysteem of een contractuele verplichting of op basis
van toestemming.
U kunt de services en functies (waar‐
voor tot op zekere hoogte kosten in
rekening worden gebracht) en, in
Page 326 of 333

324Klantinformatiesommige gevallen, de complete auto‐
verbinding met het radionetwerk acti‐
veren of deactiveren. Dit geldt echter
niet voor wettelijk verplichte functies
en services zoals eCall.
Services van derde partijen
Indien u gebruikmaakt van online
services van andere aanbieders
(derde partijen), zijn deze services
onderworpen aan de voorwaarden
met betrekking tot aansprakelijkheid
en gegevensbescherming en gebruik
van de desbetreffende aanbieder. De fabrikant heeft wat dat betreft veelal
geen invloed op de uitgewisselde
gegevens.
Let daarom op de aard van de
persoonlijke gegevens, de reikwijdte
ervan en het doel van de verzameling
binnen het kader van de services die
de desbetreffende derde partij
verstrekt.Radiofrequentie-
identificatie (RFID)
RFID-technologie wordt in sommige
voertuigen gebruikt voor functies
zoals de controle van de banden‐
spanning en beveiliging van het
ontstekingssysteem. Het wordt ook
samen gebruikt met apparaten zoals
radiogestuurde afstandsbedieningen
voor het vergrendelen/ontgrendelen
van de deuren en starten en zenders
in de auto voor het openen van gara‐ gedeuren. RFID-technologie in Opel-
voertuigen gebruikt geen persoonlijke
informatie, houdt ze niet bij of koppelt deze niet aan andere Opel-systemen
die persoonlijke informatie bevatten.
Page 331 of 333

329Opgeslagen instellingen...............24
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Parkeerhulp ............................... 213
Parkeerlichten ............................ 150
Parkeren .............................. 18, 174
Park pilot met ultrasoonsensoren 213
Partikelfilter ................................. 177
Pech ........................................... 287
Persoonlijke instellingen ............130
Pollenfilter .................................. 163
Portieren ....................................... 31
Portier open ............................... 120
Prestaties ................................... 304
Profieldiepte ............................... 275
Q Quickheat ................................... 162
R
Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 324
REACH ....................................... 316
Regelbare instrumentenverlichting ...........150
Registratie van voertuigdata en privacy ..................................... 321
Remassistentie .......................... 191
Rem- en koppelingssysteem .....115
Rem- en koppelingsvloeistof ......294Remmen ............................ 189, 247
Remvloeistof .............................. 247
Reservewiel ............................... 283
Richtingaanwijzers ............113, 149
Roetfilter .................................... 177
Ruiten ........................................... 42
Rijgedrag en aanhangertips ......237
Rijregelsystemen ........................192
Rijverlichting ........................ 12, 118
S Schakelen ................................... 116
Selectieve katalysatorreductie ....178
Service ............................... 164, 293
Service-display .......................... 112
Service-informatie ...................... 293
Sjorogen ...................................... 85
Slepen ................................ 236, 287
Sleutel, opgeslagen instellingen ...24
Sleutels ........................................ 20
Sleutels, sloten ............................. 20
Sneeuwkettingen .......................277
Snelheidsbegrenzer ...........119, 197
Snelheidsmeter .......................... 108
Software-update .........................319
Spiegelverstelling ..........................9
Sportmodus ............................... 194
Sproeiervloeistof ........................247
Startbeveiliging ....................39, 118
Starten en bediening ..................166Starthulp gebruiken ...................286
Stoelpositie .................................. 49
Stoelverstelling .............................. 7
Stoelverwarming Stoelverwarming, achter ...........58
Stoelverwarming, voor ..............56
Stop/Start-systeem .....................171
Storing ............................... 184, 188
Storingsindicatielamp ................115
Stroomonderbreking ..................184
Sturen ......................................... 166
Stuurbedieningsknoppen .............95
Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 95
Symbolen ....................................... 4
T
Tanken ....................................... 234 Te laag brandstofpeil .................118
Toerenteller ............................... 110
Topsnelheid ................................ 270
Traction Control .........................192
Traction Control-systeem UIT..... 117
Trekhaak............................. 236, 238
Trekstang.................................... 236
Typeplaatje ................................ 297
U
Uitlaatgassen ............................. 176
Uitrol-brandstofafsluiter .............171
Uitstapverlichting .......................152