phone OPEL ASTRA K 2018 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2018, Model line: ASTRA K, Model: OPEL ASTRA K 2018Pages: 177, PDF Size: 3.08 MB
Page 6 of 177
6InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen.................6
Antidiefstalfunctie ........................... 7
Overzicht bedieningselementen ....8
Gebruik ........................................ 13Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u
eersteklas infotainment voor in uw
auto.
Met de FM-, AM-, of DAB-radiofunc‐
ties kunt u op diverse favorietenpagi‐
na's een groot aantal zenders
opslaan.
Daarnaast kunt u op de favorietenpa‐ gina's muzieknummers, telefoon‐
nummers, bestemmingen of geluids‐ instellingen opslaan.
Met de cd-speler kunt u genieten van
audio- en mp3/wma-cd's.
U kunt externe gegevensopslagappa‐ raten als andere audiobronnen op hetInfotainmentsysteem aansluiten; via
een kabel of via Bluetooth ®
.
Het navigatiesysteem met dynami‐
sche routeplanning brengt u veilig
naar uw bestemming en kan, desge‐
wenst, files of andere knelpunten
omzeilen.
Ook is het infotainmentsysteem uitge‐
voerd met een Telefoonportaal waar‐
mee u uw mobiele telefoon comforta‐ bel in de auto kunt gebruiken.Met de telefoonweergavefunctie kunt
u specifieke applicaties op uw smart‐
phone via het infotainmentsysteem
bedienen.
Via de shop app kunt u meer apps
naar het Infotainmentsysteem down‐
loaden.
Als optie kan het infotainmentsys‐ teem worden gebruikt met de bedie‐
ningselementen op het stuurwiel of
via het spraakherkenningssysteem.
Door het goed doordachte design van
de bedieningselementen, het
aanraakscherm en de heldere
displays kunt u het systeem gemak‐
kelijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen beschikbare opties en functies.
Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Page 14 of 177
14InleidingAls de mobiele telefoon is verbonden,druk dan op HOME en selecteer
TELEFOON om het hoofdmenu van
de telefoonportal weer te geven.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van de werking van de mobiele tele‐ foon via het infotainmentsysteem
3 77.
Telefoonweergave
Maak verbinding met uw smartphone
om specifieke apps van uw smart‐
phone op het Infotainmentsysteem weer te geven.
Druk op HOME en selecteer vervol‐
gens PROJECTIE om de weergave‐
functie te starten.
Afhankelijk van de smartphone die is
verbonden, verschijnt er een hoofd‐
menu met verschillende apps die u
kunt selecteren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 44.
App shop
Selecteer om nog meer apps naar het
Infotainmentsysteem te downloaden
SHOP .Voor een gedetailleerde beschrijving
3 45.
OnStar
Select OnStar om een menu met de
OnStar Wi-Fi-instellingen te openen.
Zie de Gebruikershandleiding voor
een gedetailleerde beschrijving.
Page 41 of 177
Externe apparaten41Externe apparatenAlgemene informatie....................41
Audio afspelen ............................. 42
Films afspelen .............................. 43
Smartphone-applicaties
gebruiken ..................................... 44
Apps gebruiken ............................ 45Algemene informatie
Er zit een USB-poort voor het aanslui‐ ten van externe apparaten in de
middenconsole achter de handrem of
onder de armsteun.
Aan de achterkant van de midden‐
console bevinden zich twee USB-
aansluitingen die speciaal zijn
bestemd voor oplaadapparaten.
Let op
U moet de USB-poort altijd schoon
en droog houden.
USB-poort
Op de USB-poort kunt u een MP3-
speler, USB-apparaat of smartphone
aansluiten.
Het infotainmentsysteem kan de
muziekbestanden en films afspelen
die op deze randapparatuur staan.
Eenmaal aangesloten op de USB-
poort, werken de bovengenoemde
apparaten via de toetsen en menu's
van het infotainmentsysteem.Let op
Niet alle aanvullende apparaten
worden ondersteund door het Info‐
tainmentsysteem. In de lijst op onze
website kunt u controleren welke
modellen geschikt zijn.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Sluit het USB-apparaat aan op de
USB-poort.
Let op
Bij het verbinden van een niet-lees‐
baar USB-apparaat verschijnt er een
bijbehorende foutmelding en scha‐
kelt het Infotainmentsysteem auto‐
matisch terug naar de vorige functie.
Ontkoppel het USB-apparaat door
een andere functie te selecteren en
dan het USB-opslagapparaat te
verwijderen.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het
afspelen niet los. Hierdoor kan het toestel of het Infotainmentsysteem
beschadigd raken.
Page 44 of 177
44Externe apparatenLet op
Films kunnen alleen worden afge‐
speeld als de handrem aangetrok‐
ken is.
Functietoetsen
Pauze in weergave
Selecteer = om afspelen te pauzeren.
Selecteer l om afspelen te hervat‐
ten.
Naar het vorige of volgende bestand
gaan
Druk op t of v om het vorige of
volgende filmbestand af te spelen.
U kunt ook aan MENU draaien om
naar vorige of volgende filmbestan‐
den te gaan.
Snel vooruit of achteruit gaan
Houd t of v ingedrukt om snel
voor- of achteruit te spoelen.
Of verschuif de schuifbalk op de tijd‐
balk.
Videomenu
Selecteer MENU op de interactieve
selectiebalk om het videomenu weer te geven.
Smartphone-applicaties
gebruiken
De smartphone-applicaties Apple
CarPlay™ en Android™ Auto geven de geselecteerde apps van uw smart‐
phone weer op het Infotainments‐
cherm. U kunt ze bedienen met de
bedieningsorganen van het Infotain‐
mentsysteem.
Controleer bij de fabrikant van het
apparaat of deze functie op uw smart‐ phone kan worden gebruikt en of de
applicatie beschikbaar is in uw land.De smartphone voorbereiden
Android-telefoon: Download de
Android Auto-app naar uw smart‐
phone vanaf de Google Play ™ Store.
iPhone ®
: Controleer of Siri ®
op uw
smartphone geactiveerd is.
Telefoonweergave activeren in
het instellingenmenu
Druk op ; om het startscherm weer
te geven en selecteer vervolgens
INSTELLINGEN .
Blader door de lijst en selecteer
Apple CarPlay of Android Auto . Er
verschijnt een submenu.
Zorg ervoor dat de desbetreffende
applicatie is geactiveerd.
Selecteer Apparaten beheren om een
lijst met alle opgeslagen apparaten
voor deze functie weer te geven.
Mobiele telefoon verbinden
Sluit de smartphone aan op de USB-
poort 3 41.
Page 45 of 177
Externe apparaten45Telefoonweergave startenDruk op ; en selecteer vervolgens
PROJECTIE om de telefoonweerga‐
vefunctie te starten.
Let op
Als de toepassing door het infotain‐
mentsysteem wordt herkend, kan
het toepassingspictogram wijzigen
in Apple CarPlay of Android Auto .
U kunt ook enkele seconden ; inge‐
drukt houden om de functie te starten.
Het getoonde telefoonweergave‐
scherm is afhankelijk van uw smart‐
phone en de softwareversie.
Teruggaan naar het
infotainmentscherm
Druk op ;.
Apps gebruiken
Via de app SHOP kunt u externe apps
naar het Infotainmentsysteem down‐
loaden.Gebruikersregistratie
Bij het eerste gebruik van de applica‐
tie SHOP is een gebruikersregistratie vereist.
Druk op HOME en selecteer vervol‐
gens SHOP .
Volg de instructies op het scherm: 1. Start het registratieproces.
2. Voer uw voor- en achternaam in.
3. Kies uw land.
4. Accepteer de gebruiksvoorwaar‐ den en de privacyverklaring.
Let op
Bekijk om de gebruiksvoorwaarden
en de privacyverklaring te lezen de
tekst op het scherm of verzend deze naar uw e-mailaccount.
Wanneer het registratieproces
voltooid is, verschijnt de hoofdpagina
van de app shop.
Let op
U kunt de apps in de app shop alleen
downloaden als het infotainment‐
systeem met internet verbonden is.Internetverbinding
U hebt een internetverbinding nodig,
via de Wi-Fi Hotspot van OnStar in de
auto of via een extern apparaat, zoals een smartphone.
Druk op HOME en selecteer vervol‐
gens INSTELLINGEN . Selecteer Wi-
Fi om naar het wifi-menu te gaan.
Zorg dat Wi-Fi geactiveerd is en
selecteer vervolgens Wifi-netwerken
beheren .
Selecteer Ander netwerk toevoegen
om een nieuwe verbinding te maken.
Volg de instructies op het scherm.
Een app downloaden
Voordat u de externe apps op het
Infotainmentsysteem kunt gebruiken,
moet u ze downloaden.
Druk op HOME en selecteer vervol‐
gens SHOP . Ga naar het tabblad
Browsen om naar alle apps die
kunnen worden gedownload te gaan. Selecteer de gewenste app om de
beginpagina ervan weer te geven en
start dan het downloadproces.
Page 69 of 177
Spraakherkenning69commando's soms verkeerd zal
begrijpen en dus niet de juiste hande‐
ling uitvoert.
Let op
Als u de spraakherkenning start, kan het een voordeel zijn om de Meer
bevestigen -instelling te gebruiken.
Als u meer ervaring hebt met het
systeem, d.w.z weet hoe u de
commando's moet uitspreken zodat
de spraakherkenning u goed
begrijpt, kan het handiger zijn om de
Minder bevestigen -instelling te
gebruiken.Lengte waarschuwing
De lengte en gedetailleerdheid van
de vragen en meldingen van het
spraakherkenningssysteem kunnen in het bijbehorende submenu worden
aangepast.Snelheid audiomelding
De snelheid waarmee het spraakher‐ kenningsmenu vragen stelt en
meldingen doet kan in het correspon‐
derende submenu worden ingesteld.
Kiest u Medium , dan komt de spreek‐
snelheid van het systeem overeen
met natuurlijke spraak.Let op
Als u de spraakherkenning start, kan het een voordeel zijn om de Lang-
instelling te gebruiken. Als u meer
ervaring hebt met het systeem, kan
het voordelen hebben om de instel‐
ling Kort te gebruiken.Tips "Wat kan ik zeggen?" weergeven
Zet afhankelijk van of uw mogelijke
spraakcommando's op het scherm
wilt laten weergeven Tips "Wat kan ik
zeggen?" weergeven op Aan of Uit.
Spraakdoorschakel-toepassing
Via de spraakdoorschakel-toepas‐sing van het infotainmentsysteem
hebt u toegang tot de spraakherken‐
ningscommando's op uw smart‐
phone.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw smartphone.
Bezoek onze website voor meer infor‐
matie over de compatibiliteit.
Gebruik
Geïntegreerde spraakherkenning
Spraakherkenning activeren Let op
Tijdens een actief telefoongesprek is
spraakherkenning niet beschikbaar.Activeren door de knop w op het stuur
in te drukken
Druk op w op het stuurwiel.
Het audiosysteem wordt onderdrukt,
u wordt geïnstrueerd om een
commando te geven en op het Info-
Display of op het Driver Information
Center verschijnen helpmenu's met
de belangrijkste commando's die
momenteel beschikbaar zijn.
Zodra de spraakherkenning gereed is voor gesproken commando's, klinkt
er een pieptoon. Het spraakherken‐
ningssymbool in de rechter boven‐
hoek van het helpmenu verandert van
wit naar rood.
U kunt nu een spraakcommando geven om een systeemfunctie te star‐ ten (bijvoorbeeld een vooraf inge‐
stelde radiozender afspelen).
Page 75 of 177
Telefoon754. Activeer het zoekproces in het tekoppelen Bluetooth-apparaat.
5. Bevestig de koppelprocedure: ● Als SSP (secure simple pairing) wordt ondersteund:
Vergelijk de pincode (indien
vereist) en bevestig de
meldingen op het infotain‐ mentsysteem en het Blue‐
tooth-apparaat.
● Als SSP (secure simple pairing) niet wordt onder‐
steund:
Selecteer PIN instellen als u
de pincode van het infotain‐
mentsysteem wilt wijzigen.
Er verschijnt een toetsen‐ blok. Voer de nieuwe
pincode in en bevestig uw
invoer.
Voer de pincode van het Info‐
tainmentsysteem op het
Bluetooth-apparaat in en
bevestig uw invoer.
6. Het infotainmentsysteem en het apparaat zijn verbonden en de
apparaatlijst wordt weergegeven.Let op
Bij problemen met de Bluetooth-
verbinding verschijnt er een
storingsmelding op het scherm van
het Infotainmentsysteem.
7. Indien aanwezig op het Bluetooth-
apparaat, worden het telefoon‐
boek en de bellijsten naar het info‐ tainmentsysteem gedownload.
Bevestig indien nodig de melding
op uw smartphone.
Let op
Voor het lezen van de contacten
door het Infotainmentsysteem
moeten deze zijn opgeslagen in het
telefoongeheugen van de mobiele
telefoon.
Wordt deze functie niet door het
Bluetooth-apparaat ondersteund,
dan verschijnt er een bijbehorend
bericht op het infotainmentsys‐
teem.
Koppelen via de Telefoon-toepassing 1. Druk HOME en selecteer vervol‐
gens het pictogram TELEFOON.
2. Selecteer Apparaat verbinden .3.Ga verder met stap 3 van "Koppe‐
len via de toepassing Instellingen"
(zie hierboven).
4. Als het koppelen van het apparaat
voltooid is, wordt het telefoon‐
menu weergegeven.
Let op
Bij problemen met de Bluetooth-
verbinding verschijnt er een
storingsmelding op het scherm van
het Infotainmentsysteem.
Een gekoppeld apparaat
verbinden
1. Druk HOME en selecteer vervol‐
gens het pictogram
INSTELLINGEN .
Selecteer BlueTooth om het
betreffende submenu weer te
geven.
2. Selecteer Apparaatbeheer om de
apparaatlijst weer te geven.
3. Selecteer het Bluetooth-apparaat dat u wenst te koppelen.
4. Het apparaat is verbonden en wordt getoond in het Verbonden-
veld van de apparaatlijst.
Page 90 of 177
90Recente bestemmingen............55
Routebegeleiding ......................61
Routebegeleidingsmenu ...........61
Routelijst ................................... 61
Schermtoets OVERZICHT ........48
TMC-zenders ...................... 47, 61
Trip met routepunten .................55
Verkeersincidenten ...................61
Noodoproep .................................. 76
Nuttige plaatsen............................ 55
O
Omgekeerde bladerrichting ..........29
Overzicht bedieningselementen .....8
P Persoonlijke POI's ........................48
PIN vergeten................................. 29
R Radio Categorielijst ............................. 33
DAB ........................................... 36
DAB-berichten ........................... 36
DAB-menu................................. 36
Digital Audio Broadcasting ........36
Favorieten ................................. 20
FM menu ................................... 34
Frequentielijst ............................ 33
Golfband.................................... 33
Intellitext .................................... 36L-Band....................................... 36
Radio Data System ...................34
RDS........................................... 34
Regio ......................................... 34
Regio-instelling.......................... 34
TP.............................................. 34
Verkeersinformatie ....................34
Zender zoeken .......................... 33
Zenderlijst.................................. 33
Radio activeren............................. 33
Radio Data System (RDS) ........... 34 Regio ............................................ 34
Regio-instelling ............................. 34
Routebegeleiding .........................61
Routelijst ....................................... 61
Routevoorkeur .............................. 61
S Schermtoets OVERZICHT............ 48Schermtoets RESET ....................48
Selectie van golfband ...................33
Shop ............................................. 45
Smartphone Telefoonweergave ....................44
Smartphone-applicaties gebruiken .................................. 44
Spraakherkenning ........................67
Startscherm .................................. 17
Stemherkenning ........................... 67Streaming audio via Bluetooth
activeren.................................... 42
Systeeminstellingen...................... 29 Beeldscherm ............................. 29
Fabrieksinstellingen terugzetten 29
Taal ........................................... 29
Tijd en datum ............................ 29
Valetmodus ............................... 29
T TA ................................................. 34
Taal............................................... 29
Tekstberichten .............................. 80
Telefoon Beltoon ...................................... 77
Bluetooth ................................... 73
Bluetooth-verbinding .................74
Contacten .................................. 24
Favorieten ................................. 20
Handsfree-modus...................... 77
Noodoproepen .......................... 76
Recente oproepen ....................77
Tekstberichten........................... 80
Telefoonboek ...................... 24, 77
Telefoonboek .......................... 24, 77
Telefoongesprek Afwijzen ..................................... 77
Initiëren ..................................... 77
Opnemen .................................. 77
Telefoonportal activeren ...............77
Page 94 of 177
94InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen...............94
Antidiefstalfunctie ......................... 95
Overzicht bedieningselementen ..96
Gebruik ........................................ 99Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u
eersteklas infotainment voor in uw
auto.
Met de radiofuncties kunt u maximaal 25 zenders op vijf favorietenpagina's
instellen.
U kunt externe gegevensopslagappa‐
raten als andere audiobronnen op het Infotainmentsysteem aansluiten; via
kabel of via Bluetooth ®
.
Ook is het infotainmentsysteem uitge‐
voerd met een telefoonportal waar‐
mee u uw mobiele telefoon comforta‐
bel in de auto kunt gebruiken.
U kunt ook specifieke smartphone-
apps via het Infotainmentsysteem
bedienen.
Optioneel kunt u het infotainmentsys‐ teem bedienen met de knoppen op
het aanraakscherm of stuurwiel, of
door middel van spraakherkenning
(indien uw mobiele telefoon dit onder‐
steunt).Door het goed doordachte design van de bedieningselementen, het
aanraakscherm en de heldere
displays kunt u het systeem gemak‐
kelijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen beschikbare opties en functies.
Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Het Infotainmentsysteem moet
worden gebruikt zodat er te allen
tijde veilig met de auto kan worden gereden. Zet bij twijfel de auto aan de kant en bedien het Infotain‐
mentsysteem terwijl u stilstaat.
Page 100 of 177
100InleidingSelecteer Bron op het scherm om de
interactieve selectiebalk weer te
geven.
Om naar een andere audiomodus te
gaan: druk op een van de opties van de interactieve selectiebalk.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van:
● Radiofuncties 3 109
● Externe apparaten ( USB,
Bluetooth ) 3 118
Let op
Druk in de bovenste regel van een willekeurig scherm op A om snel
naar het audioscherm te gaan dat
momenteel actief is.
GALLERIJ
Selecteer GALLERIJ om het afbeel‐
dingen- en filmmenu te openen voor
de opgeslagen bestanden van een
extern apparaat, zoals een USB- apparaat of smartphone.
Selecteer l of m om het afbeeldin‐
gen- of filmmenu weer te geven.
Selecteer de gewenste afbeelding of
het filmbestand voor weergave op het display.Voor een gedetailleerde beschrijving
van:
● Afbeeldingsfuncties 3 119
● Filmfuncties 3 121
TELEFOON
Voordat u de telefoonportal kunt
gebruiken, moet een verbinding tot
stand worden gebracht tussen het
infotainmentsysteem en de mobiele telefoon.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van het opzetten en het tot stand
brengen van een Bluetooth-verbin‐
ding tussen het infotainmentsysteem
en een mobiele telefoon 3 125.
Als de mobiele telefoon is verbonden,
selecteer dan TELEFOON om het
hoofdmenu van de telefoonportal
weer te geven.