center console OPEL CORSA 2015.75 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2015.75, Model line: CORSA, Model: OPEL CORSA 2015.75Pages: 271, PDF Size: 7.66 MB
Page 45 of 271

Stoelen, veiligheidssystemen43
Let op
Zorg dat de veiligheidsgordels niet
door schoenen of voorwerpen met
scherpe randen beschadigd raken
klem komen te zitten. Oprolautoma‐
ten vrijhouden van vuil.
Gordelverklikker Elke stoel is met een gordelverklikkeruitgerust, aangegeven voor de be‐
stuurdersstoel als controlelamp X in
de toerenteller 3 93 en voor de pas‐
sagiersstoel voor als controlelamp
k in de middenconsole 3 91.
Voor zitplaatsen achterin wordt de
gordelverklikker aangegeven door
symbolen X op het Driver Information
Center (DIC) 3 99.
Gordelkrachtbegrenzers
De gordelkrachtbegrenzers van de
voorstoelen en de buitenste zitplaat‐
sen achterin beperken de krachten
die inwerken op de inzittenden, door‐ dat de gordels tijdens een botsing ge‐
leidelijk worden ontspannen.Gordelspanners
De gordelsloten van de voorstoelen
worden bij een voldoende zware fron‐ tale botsing of bij een aanrijding van
achteren strakgetrokken.9 Waarschuwing
Onjuist handelen (bijv. het verwij‐
deren of aanbrengen van gordels) kan de gordelspanners in werking
stellen.
Geactiveerde gordelspanners zijn te
herkennen aan de voortdurend bran‐
dende controlelamp v 3 94.
Geactiveerde gordelspanners door een werkplaats laten vervangen. Gor‐ delspanners worden slechts eenmaal geactiveerd.
Let op
Bevestig of monteer geen accessoi‐ res of andere voorwerpen die de
werking van de gordelspanners kun‐
nen verstoren. Geen aanpassingen
aan onderdelen van de gordelspan‐
ners aanbrengen, anders vervalt de typegoedkeuring van de auto.
Driepuntsgordel
Bevestiging
Gordel uit de oprolautomaat trekken,
zonder te verdraaien voor u langs ha‐
len en de gesp in het slot steken.
Heupgordel tijdens het rijden van tijd
tot tijd strak trekken door aan de
schoudergordel te trekken.
Sportstoel: Steek bij het vastmaken
van de gordel deze door de gordel‐
bevestiging op de rugleuning.
Page 95 of 271

Instrumenten en bedieningsorganen93
Controlelampen in de
middenconsole
Richtingaanwijzer
O brandt of knippert groen.
Brandt kort De parkeerlichten worden ingescha‐
keld.
Knippert Een richtingaanwijzer of de alarm‐knipperlichten worden geactiveerd.
Snel knipperen: richtingaanwijzer of
bijbehorende zekering kapot.
Gloeilamp vervangen 3 201, zeke‐
ringen 3 209.
Richtingaanwijzers 3 119.
Gordelverklikker
Gordelverklikker op de
voorstoelen X van de bestuurdersstoel brandt of
knippert rood op de toerenteller.
k van de passagiersstoel voorin
brandt of knippert rood op de midden‐ console wanneer de stoel bezet is.
Brandt
Na het inschakelen van het contact
totdat de veiligheidsgordel is vastge‐
maakt.
Knippert
Na het starten van de motor gedu‐ rende maximaal 100 seconden totdat
de gordel is vastgemaakt.
Veiligheidsgordel omdoen 3 43.
Gordelstatus op de achterbank
X op het Driver Information Center
knippert of brandt.
Page 148 of 271

146Rijden en bediening
■ Speciale programma's passen bijklimmen en dalen de schakelmo‐
menten automatisch aan.
■ Bij het wegrijden op sneeuw of ij of op andere gladde ondergronden
schakelt de elektronische transmis‐ sieregeling automatisch een ho‐gere versnelling in.
Kickdown
Bij het geheel intrappen van het gas‐
pedaal in de automatische modus
schakelt de transmissie afhankelijk van het motortoerental naar een la‐
gere versnelling.
Storing
Bij een storing brandt controlelamp
g . Ook verschijnt er een bericht op
het Driver Information Center (DIC).
Boordinformatie 3 107.
De versnellingsbak schakelt niet lan‐ ger automatisch. Verder rijden is mo‐ gelijk door handmatig te schakelen.
Alleen de hoogste versnelling is be‐
schikbaar. In de handgeschakelde
modus kan, afhankelijk van de sto‐ring, ook de 2e versnelling beschik‐ baar zijn. Schakel alleen wanneer de
auto stilstaat.
Oorzaak van de storing onmiddellijk
door een werkplaats laten verhelpen.
Stroomonderbreking
Bij een stroomonderbreking kan de
keuzehendel niet uit stand P worden
gehaald. U kunt de contactsleutel niet uit de contactschakelaar verwijderen.
Bij een lege accu hulpstartkabels ge‐
bruiken 3 234.
Is de accu niet de oorzaak van de sto‐
ring, ontgrendel dan de keuzehendel.
1. Trek de handrem aan.
2. Maak de kap van de keuzehendel
los van de middenconsole; steek
een vinger in de lederen mof vóór de keuzehendel en duw de kap
van onderen omhoog bij de voor‐
ste rand zoals afgebeeld in de il‐
lustratie. Draai de kap naar links.