park assist OPEL GRANDLAND X 2018.75 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2018.75, Model line: GRANDLAND X, Model: OPEL GRANDLAND X 2018.75Pages: 283, PDF Size: 7.64 MB
Page 14 of 283
12Kort en bondigRijverlichtingAUTO:automatische verlichting
schakelt automatisch
tussen dagrijlicht en
koplamp8:zijmarkeringslichten9:dimlicht of groot licht
Automatische verlichting 3 117.
Mistlampen
Druk op de knop in de lichtschake‐
laar:
>:mistlampenø:mistachterlichtGrootlichtsignalen en groot lichthendel naar u
toe trekken:lichtsignaalhendel van u af
duwen:groot licht
Groot licht 3 117.
Grootlichtassistentie 3 118.
Lichtsignaal 3 117.
Led-koplampen 3 118.
Richtingaanwijzershendel omhoog:richtingaanwijzer
rechtshendel omlaag:richtingaanwijzer
links
Richtingaanwijzers 3 122.
Parkeerlichten 3 123.
Page 82 of 283
80Instrumenten en bedieningsorganenInstrumenten en
bedieningsorganenBedieningsorganen ......................81
Stuurwielverstelling ...................81
Stuurbedieningsknoppen ...........81
Verwarmd stuurwiel ...................81
Claxon ....................................... 82
Wis- en wasinstallatie voorruit ...82
Wis- en wasinstallatie achterruit .................................. 84
Buitentemperatuur .....................84
Klok ........................................... 85
Elektrische aansluitingen ...........86
Inductief opladen .......................88
Aansteker .................................. 88
Asbakken ................................... 89
Waarschuwingslampen, meters
en controlelampen .......................89
Instrumentengroep ....................89
Snelheidsmeter ......................... 92
Kilometerteller ........................... 92
Dagteller .................................... 92
Toerenteller ............................... 92
Brandstofmeter .......................... 93
Koelvloeistoftemperatuurme‐ ter ............................................. 93Peilsensor motorolie..................93
Service-display .......................... 94
Controlelampen ......................... 95
Richtingaanwijzers ....................95
Gordelverklikker ........................95
Airbag en gordelspanners .........96
Airbag-deactivering ...................96
Laadsysteem ............................. 96
Storingsindicatielamp ................96
Service-indicatie ........................97
Schakel motor uit .......................97
Systeemcontrole ........................97
Rem- en koppelingssysteem .....97
Elektrische handrem ..................97
Elektrische parkeerrem defect ...98
Antiblokkeersysteem (ABS) .......98
Schakelen .................................. 98
Lane Departure Warning ...........98
Lane keep assist .......................98
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ....99
Koelvloeistoftemperatuur ...........99
Voorverwarming ........................99
Uitlaatfilter ................................. 99
AdBlue ....................................... 99
Drukverliesdetectiesysteem ....100
Motoroliedruk ........................... 100
Te laag brandstofpeil ...............100
Autostop .................................. 100
Rijverlichting ............................ 101Dimlicht.................................... 101
Groot licht ................................ 101
Grootlichtassistentie ................101
LED-koplampen .......................101
Mistlampen voor ......................101
Mistachterlicht ......................... 101
Regensensor ........................... 101
Cruise control .......................... 101
Adaptieve cruise control ..........101
Voorligger gedetecteerd ..........101
Dodehoeksysteem ...................102
Actieve noodrem .....................102
Snelheidsbegrenzer ................102
Portier open ............................. 102
Displays ..................................... 102
Driver Information Center ........102
Info-Display ............................. 104
Boordinformatie ......................... 106
Geluidssignalen .......................106
Batterijspanning .......................107
Persoonlijke instellingen ............107
Telematicaservice ......................111
OnStar ..................................... 111
Page 93 of 283
Instrumenten en bedieningsorganen91OverzichtORichtingaanwijzers
3 95XGordelverklikker 3 95vAirbags en gordelspan‐
ners 3 96VAirbag deactiveren
3 96pLaadsysteem 3 96ZStoringsindicatielamp
3 96HLaat auto spoedig
nakijken 3 97STOPPENSchakel motor uit
3 97JSysteemcontrole 3 97RRem- en koppelingssys‐
teem 3 97m ,
oElektrische parkeerrem
3 97EStoring elektrische
handrem 3 98uAntiblokkeersysteem
(ABS) 3 98RSchakelen 3 98)Lane Departure
Warning 3 98LLane Keep Assist
3 98bElektronische stabili‐
teitsregeling en Traction
Control-systeem 3 99W oKoelvloeistoftempera‐
tuur te hoog 3 99!Voorverwarmen 3 99%Uitlaatfilter 3 99YAdBlue 3 99wSpanningsverliesde‐
tectie 3 100IMotoroliedruk 3 100Y oTe laag brandstofpeil
3 100DAutostop 3 1008Buitenverlichting 3 1019Dimlicht 3 101CGroot licht 3 101fGrootlichtassis‐
tentie 3 101>Mistlampen voor 3 101øMistachterlicht 3 101
3 102hPortier open 3 102
Page 100 of 283
98Instrumenten en bedieningsorganenBrandtAutomatische bediening is geacti‐
veerd of werkt niet. Activeer de auto‐
matische bediening opnieuw of laat
het probleem verhelpen door een
garage in geval van een storing.
Automatische bediening 3 156.
Elektrische parkeerrem defect
E brandt geel.
Brandt Storing in de elektrische parkeerrem
3 156.9 Waarschuwing
Oorzaak van de storing onmiddel‐
lijk door een werkplaats laten
verhelpen.
Antiblokkeersysteem (ABS)
u brandt geel.
Brandt na het inschakelen van het
contact enkele seconden. Het
systeem is na het doven van het
controlelampje klaar voor gebruik.
Als de controlelamp na enkele secon‐
den niet dooft of als tijdens de rit gaat branden, dan zit er een storing in het
ABS-systeem. Het remsysteem blijft
normaal werken, maar zonder ABS-
regeling.
Antiblokkeersysteem 3 155.
Schakelen R met het getal van een hogere
versnelling verschijnt wanneer wordt
aanbevolen om vanwege de brand‐
stofbesparing op te schakelen.
Lane Departure Warning ) brandt groen of knippert geel.
Brandt groen Systeem wordt ingeschakeld en is
gebruiksklaar.Knippert geel
Systeem herkent een onbedoelde
verandering van rijstrook.
Lane Departure Warning 3 195.
Lane keep assist a brandt groen of geel, of knippert
geel.
Brandt groen Het systeem wordt ingeschakeld en is
gebruiksklaar.
Brandt geel
Het systeem nadert een waargeno‐
men rijstrookmarkering, zonder dat
de richtingaanwijzer naar die kant is
ingeschakeld.
Knippert geel
Het systeem herkent dat de auto de
rijstrook grotendeels heeft verlaten.
Lane Keep Assist 3 197.
Page 140 of 283
138Rijden en bedieningRijden en bedieningRijtips......................................... 139
Controle over de auto ..............139
Sturen ...................................... 139
Starten en bediening .................139
Nieuwe auto inrijden ................139
Contactslotstanden ..................139
Aan/Uit-knop ............................ 140
Stroomspaarmodus .................141
Motor starten ........................... 142
Uitrol-brandstofafsluiter ...........143
Stop/Start-systeem ..................144
Parkeren .................................. 146
Uitlaatgassen ............................. 147
Uitlaatfilter ............................... 147
Katalysator .............................. 148
AdBlue ..................................... 148
Automatische versnellingsbak ...151
Versnellingsbakdisplay ............151
Keuzehendel ........................... 152
Handmatige modus .................153
Elektronische rijprogramma's ..153
Storing ..................................... 153
Stroomonderbreking ................154
Handgeschakelde versnellings‐
bak ............................................. 154Remmen.................................... 155
Antiblokkeersysteem ...............155
Handrem .................................. 156
Remassistentie ........................158
Hellingrem ............................... 158
Rijregelsystemen .......................159
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ..159
Selective Ride Control .............160
Sportmodus ............................. 161
Bestuurdersondersteuningssys‐
temen ......................................... 162
Cruise control .......................... 162
Snelheidsbegrenzer ................165
Adaptieve cruise control ..........167
Frontaanrijdingswaarschu‐ wing ........................................ 174
Actieve noodrem .....................176
Voetgangersbescherming vóór ........................................ 180
Parkeerhulp ............................. 181
Geavanceerde parkeerhulp .....184
Blindehoeksysteem .................189
Panoramazichtsysteem ...........191
Achteruitkijkcamera .................194
Lane Departure Warning .........195
Lane keep assist .....................197
Vermoeidheidsdetectie ............199Brandstof ................................... 201
Brandstof voor benzinemotoren .....................201
Brandstof voor dieselmotoren . 201
Tanken .................................... 202
Trekhaak .................................... 204
Algemene informatie ...............204
Rijgedrag en aanhangertips ....204
Aanhanger trekken ..................204
Aanhangerstabilisatie ..............208
Page 160 of 283
158Rijden en bedieningHet uitschakelen van de automati‐
sche bediening van de elektrische
parkeerrem wordt bevestigd door o
dat brandt op de instrumentengroep
3 97. De elektrische parkeerrem kan
alleen handmatig worden aangetrok‐ ken en losgezet.
Om de automatische bediening weer
in te schakelen moet u bovenstaande stappen herhalen.
Werkingstest
Wanneer de auto niet beweegt, kan
de elektrische parkeerrem automa‐
tisch worden ingeschakeld. Dit wordt
gedaan om het systeem te testen.
Storing
De storingsmodus van de elektrische
parkeerrem wordt aangeduid door
controlelampje j en een bericht op
het Driver Information Center.
Boordinformatie 3 106.
Trek de elektrische handrem aan:
houd de schakelaar m meer dan
5 seconden uitgetrokken. Als contro‐
lelampje m brandt, is de elektrische
parkeerrem aangetrokken.Zet de elektrische handrem los: houd de schakelaar m meer dan
2 seconden ingedrukt. Als controle‐ lampje m dooft, is de elektrische
parkeerrem losgezet.
Controlelampje m knippert: elektri‐
sche parkeerrem is niet helemaal
aangetrokken of losgezet. Knippert
de lamp continu, zet de elektrische
parkeerrem dan los en probeer deze
weer aan te trekken.
Remassistentie
Bij het snel en krachtig intrappen van
het rempedaal remt het systeem
automatisch met maximale kracht.
Het werken van de remassistentie
blijkt mogelijk uit het pulseren van het rempedaal en een grotere weerstand
bij het intrappen van het rempedaal.
Blijf het rempedaal voor het maken van een noodstop gelijkmatig intrap‐
pen. Bij het loslaten van het rempe‐
daal neemt de maximale remkracht
automatisch af.Hellingrem
Het systeem voorkomt onbedoeld
bewegen bij het wegrijden op hellin‐
gen.
Wanneer u het rempedaal loslaat
nadat u op een helling bent gestopt, blijft de rem nog 2 seconden lang
ingeschakeld. Bij het optrekken van
de auto werken de remmen automa‐
tisch niet meer.
Page 179 of 283
Rijden en bediening177Het is alleen bedoeld als aanvul‐
ling om de rijsnelheid vóór een
botsing te verlagen.
Het systeem reageert mogelijk
niet op dieren. Na een plotselinge
verandering van rijstrook, heeft
het systeem enige tijd nodig om de
nieuwe voorligger te detecteren.
De bestuurder moet altijd gereed
zijn om actie te ondernemen en te remmen en sturen om aanrijdin‐
gen te voorkomen.
Gebruiksvoorwaarden
Indien alleen uitgerust met frontca‐
mera werkt de actieve noodrem in
vooruitversnellingen boven wandel‐
tempo tot 85 km/h. Met radarsensor
en frontcamera werkt de actieve
noodrem in vooruitversnellingen in
het bereik van wandeltempo tot
140 km/h.
Inschakelen
Een voorwaarde is dat de frontaanrij‐
dingswaarschuwing met het frontca‐
merasysteem niet is gedeactiveerd in
het menu Persoonlijke instellingen en
dat de veiligheidsgordels van de inzit‐ tenden voorin zijn omgedaan 3 107.
Werking
Het systeem omvat: ● anticiperend remsysteem
● automatisch noodstopsysteem
● anticiperend remassistentiesys‐ teem
● intelligente remassistentie (alleen bij radarsensor)
● frontaanrijdingswaarschuwing
● voetgangersbescherming vóór
Anticiperend remsysteem Bij het naderen van een voorligger ofeen voetganger met een zodanige
snelheid dat een aanrijding waar‐
schijnlijk is, zet het anticiperend
remsysteem een lichte remactie in.
Dit verkort de responstijd, wanneer
remmen vereist is.Automatisch noodstopsysteem
Na het activeren van het remvoorbe‐
reidingssysteem en net voor het
moment van aanrijding past deze
functie automatisch beperkte remac‐
tie toe om de snelheid te verlagen of
een botsing te voorkomen. Als de
actieve noodrem werkt, knippert m
op de instrumentengroep. Afhankelijk
van de situatie kan de auto automa‐
tisch iets of krachtig afremmen. Dit
automatisch remmen voor is alleen
mogelijk als er een voorligger wordt
gedetecteerd 3 174. Bij auto's met
voetgangersbescherming vóór kan
het automatische remsysteem vóór
ook gaan werken na detectie van een
voetganger vóór de auto 3 180.
Het automatische noodstopsysteem
remt de auto mogelijk tot stilstand af
om een mogelijke botsing te helpen voorkomen. Als dit gebeurt, schakelt
het automatische noodstopsysteem mogelijk de elektrische parkeerrem in om de auto staande te houden. Druk
om de elektrische parkeerrem los te
zetten op de knop of trap het gaspe‐
daal krachtig in.
Page 279 of 283
277Beladingsinformatie .....................78
Beslagen lampglazen ................123
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 162
Beveiliging van de auto ................35
Binnenspiegels ............................. 39
Binnenverlichting ...............124, 223
Blindehoeksysteem ....................189
BlueInjection ............................... 148
Bolle vorm .................................... 38
Boordgereedschap .....................227
Boordinformatie .........................106
Brandstof .................................... 201
Brandstofmeter ............................ 93
Brandstof voor benzinemotoren 201
Brandstof voor dieselmotoren ...201
Buitenspiegels .............................. 38
Buitentemperatuur .......................84
Buitenverlichting .........................116
C Centrale vergrendeling ................24
Claxon ................................... 13, 82
Conformiteitsverklaring ...............264
Contactslotstanden ....................139
Controlelampen ............................ 95
Controlelampjes............................ 92
Controle over de auto ................139
Controles .................................... 211
Cruise control ....................101, 162D
Dagrijlicht ................................... 118
Dagteller ...................................... 92
Dak ............................................... 44
Dakbelasting ................................. 78
Dakdrager .................................... 78
DEF ............................................ 148
Detectiesystemen .......................181
Diefstalalarmsysteem ..................36
Dieselbrandstofsysteem ontluchten .............................. 216
Dieseluitlaatvloeistof ...................148
Dimlicht ....................................... 101
Dimlicht of groot licht ..................116
Dodehoeksysteem ......................102
Driepuntsgordel ........................... 55
Driver Information Center ...........102
Drukverliesdetectiesysteem 100, 230
E Eerste hulp ................................... 77
Elektrisch bediende ruiten ...........40
Elektrische aansluitingen .............86
Elektrische handrem .............97, 155
Elektrische parkeerrem............... 156
Elektrische parkeerrem defect ......98
Elektrische stoelverstelling ..........50
Elektrische verstelling ..................38
Elektrisch systeem...................... 223Elektronische hulpsystemen bij het rijden ................................. 159
Elektronische rijprogramma's ....153
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ..
.......................................... 99, 159
Elektronisch klimaatregelsysteem ..............130
Elektronisch sleutelsysteem .........23
Erkenning van software ..............267
Event Data Recorders (EDR) .....272
F Frontaal airbagsysteem ...............60
Frontaanrijdingswaarschuwing ...174
G
Geavanceerde parkeerhulp ........184
Gebruik van deze handleiding .......3
Gedeponeerde handelsmerken ..271
Geluidssignalen .........................106
Gereedschap ............................. 227
Gevaar, Waarschuwing en Voorzichtig ................................. 4
Gevarendriehoek .........................77
Gloeilamp vervangen ................217
Gordelverklikker ........................... 95
Gordijnairbagsysteem .................. 61
Groot licht .......................... 101, 117
Grootlichtassistentie ...................101
Page 280 of 283
278HHalogeenkoplampen .................217
Handgeschakelde versnellingsbak ......................154
Handmatige dimfunctie ................39
Handmatige modus ...................153
Handmatige stoelverstelling .........48
Handrem .................................... 156
Handschoenenkastje ...................70
Handzender ................................. 22
Hellingrem ................................. 158
Hoofdsteunen .............................. 46
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 135
I Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 66
Inductief opladen ..........................88
Info-Display................................. 104
Inhouden ................................... 261
Inklapbare spiegels .....................38
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 125 Instrumentengroep ......................89
Interieurverlichting ......................123
K
Katalysator ................................. 148
Kentekenverlichting ...................223
Keuzehendel ............................. 152Kilometerteller .............................. 92
Kindersloten ................................. 29 Kinderveiligheidssystemen ...........63
Klimaatregeling ............................ 15
Klimaatregelsystemen ................126
Klok............................................... 85
Koeling handschoenenkastje ....136
Koelvloeistof .............................. 213
Koelvloeistof en antivries ............250
Koelvloeistoftemperatuur .............99
Koelvloeistoftemperatuurmeter ...93
Koplampinstelling in het buitenland .............................. 118
Koplampverstelling ....................118
L
Laadsysteem ............................... 96
Lane Departure Warning ......98, 195
Lane keep assist ..................98, 197
LED-koplampen ..........101, 118, 219
Leeslampen ............................... 124
Lekke band ................................. 237
Lichtschakelaar .......................... 116
Lichtsignaal ................................ 117 Luchtinlaat ................................. 136
Luchtroosters .............................. 135
M
Meters........................................... 92
Mistachterlicht ...........101, 122, 219
Mistlampen voor ........101, 122, 219Motorgegevens .......................... 257
Motor-ID...................................... 253
Motorkap .................................... 212
Motorolie .................... 212, 250, 254
Motoroliedruk ............................. 100
Motor starten ............................. 142
N Nieuwe auto inrijden ..................139
O
Olie, motor .......................... 250, 254
OnStar ........................................ 111
Ontlaadbeveiliging accu ............125
Opbergruimte................................ 70
Opbergvakken .............................. 70
Opbergvak middenconsole ..........71
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Panne ......................................... 242
Panoramadak .............................. 44
Panoramazichtsysteem ..............191
Parkeerhulp ............................... 181
Parkeerlichten ............................ 123
Parkeren .............................. 19, 146
Partikelfilter ................................. 147
Peilsensor motorolie .....................93
Persoonlijke instellingen ............107
Portieren ....................................... 31
Portier open ............................... 102
Page 281 of 283
279Prestaties ................................... 259
Profieldiepte ............................... 231
Q
Quickheat ................................... 135
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 275
REACH ....................................... 267
Regelbare instrumentenverlichting ...........123
Regensensor .............................. 101
Registreren van autogegevens en privacy ................................ 272
Remassistentie .......................... 158
Rem- en koppelingssysteem .......97
Rem- en koppelingsvloeistof ......250
Remmen ............................ 155, 214
Remvloeistof .............................. 215
Reparatie ongevalsschade .........267
Reservewiel ............................... 237
Richtingaanwijzers ............... 95, 122
Rolschermen ............................... 43
Ruiten ........................................... 40
Rijgedrag en aanhangertips ......204
Rijverlichting ........................ 12, 101
S Schakelen ..................................... 98
Schakel motor uit ..........................97Selectieve katalysatorreductie ....148
Selective Ride Control ................160
Service ............................... 137, 248
Service-display ............................ 94
Service-indicatie ..........................97
Service-informatie ...................... 248
Sjorogen ...................................... 75
Sleutels ........................................ 21
Sleutels, sloten ............................. 21
Sneeuwkettingen .......................232
Snelheidsbegrenzer ...........102, 165
Snelheidsmeter ............................ 92
Software-update .........................271
Spiegelverstelling ..........................9
Sportmodus ............................... 161
Sproeiervloeistof ........................214
Startbeveiliging ............................ 38
Starten en bedienen ...................139
Starthulp gebruiken ...................241
Stoelpositie .................................. 47
Stoelverstelling .............................. 7
Stoelverwarming ........................... 52
Stoelverwarming, achter ...........53
Stop/Start-systeem .....................144
Storing ....................................... 153
Storingsindicatielamp ..................96
Stroomonderbreking ..................154
Stroomspaarmodus ....................141
Sturen ......................................... 139
Stuurbedieningsknoppen .............81Stuurwiel instellen .......................... 9
Stuurwielverstelling ...................... 81
Symbolen ....................................... 4 Systeemcontrole ........................... 97
T
Tanken ....................................... 202
Te laag brandstofpeil .................100
Toerenteller ................................. 92
Trekhaak .................................... 205
Trekken............................... 204, 242
Trekstang.................................... 204
Typeplaatje ................................ 252
U Uitlaatfilter............................. 99, 147
Uitlaatgassen ............................. 147
Uitrol-brandstofafsluiter .............143
Uitstapverlichting .......................125
Ultrasoonparkeerhulp .................181
Uw autogegevens ..........................3
V Valetmodus................................. 104
Van banden- en velgmaat veranderen ............................. 232
Vaste luchtroosters ....................136
Veiligheidsgordel ...........................8
Veiligheidsgordels .......................53
Veiligheidsnet .............................. 75
Velgen en banden .....................228