air condition OPEL MERIVA 2015.5 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2015.5, Model line: MERIVA, Model: OPEL MERIVA 2015.5Pages: 251, PDF Size: 7.87 MB
Page 111 of 251

Instrumenten en bedieningsorganen109Boordinformatie
Berichten worden voornamelijk weer‐ gegeven op het Driver Information
Centre (DIC); in sommige gevallen
samen met een waarschuwingszoe‐
mer.
Druk op de toets SET/CLR, MENU of
draai aan het stelwiel om een bericht te bevestigen.
Boordinformatie op
Midlevel-display
De boordinformatie verschijnt in de
vorm van cijfercodes.
Nr.Boordinformatie2Geen handzender herkend,
trap de koppeling in om
opnieuw te starten3Koelvloeistofpeil te laag4Airconditioning UIT5Stuurwiel is geblokkeerdNr.Boordinformatie6Trap de rem in om de elektri‐
sche handrem los te zetten7Draai aan het stuurwiel, schakel
de ontsteking uit en weer in9Draai aan het stuurwiel, start de motor opnieuw12Auto overbeladen13Compressor oververhit15Derde remlicht defect16Remlicht defect17Koplampverstelling defect18Linker dimlicht defect19Mistachterlicht defect20Rechter dimlicht defect21Zijmarkeringslicht links defect22Zijmarkeringslicht rechts defect23Achteruitrijlicht defect24Kentekenverlichting defect25Richtingaanwijzer linksvoor
defect
Page 112 of 251

110Instrumenten en bedieningsorganen
Nr.Boordinformatie26Richtingaanwijzer linksachter
defect27Richtingaanwijzer rechtsvoor
defect28Richtingaanwijzer rechtsachter
defect29Controleer remlicht aanhanger30Controleer achteruitrijlicht
aanhanger31Controleer linker richtingaan‐
wijzer aanhanger32Controleer rechter richtingaan‐
wijzer aanhanger33Controleer mistachterlicht
aanhanger34Controleer achterlicht
aanhanger35Vervang batterij in handzender48Reinig blindehoekdetectiesys‐
teem53Draai tankdop vast54Water in dieselbrandstoffilterNr.Boordinformatie55Roetfilter is vol 3 14556Ongelijke bandenspanning op
vooras57Ongelijke bandenspanning op
achteras58Banden zonder TPMS-
sensoren herkend59Open en sluit portierruit
bestuurder60Open en sluit portierruit voor‐
passagier61Open en sluit portierruit links‐
achter62Open en sluit portierruit rechts‐
achter65Poging tot diefstal66Service diefstalalarmsysteem67Service stuurslot68Service stuurbekrachtiging69Service wielophanging70Service niveauregelingNr.Boordinformatie71Service achteras74Service AFL75Service airconditioning76Service blindehoekdetectiesys‐
teem79Vul motorolie bij81Service versnellingsbak82Vervang motorolie binnenkort83Service adaptieve cruise
control84Motorvermogen verminderd89Onderhoud spoedig94Parkeerstand inschakelen
voordat u de auto verlaat95Service airbag128Motorkap open134Storing parkeerhulp, reinig
bumper136Service parkeerhulp
Page 132 of 251

130Klimaatregeling
■Verwarming achterruit Ü inschake‐
len.
■ Zijdelingse luchtroosters openen naar wens en op de zijruiten rich‐
ten.
Let op
Als de instellingen voor ontwasemen en ontdooien zijn geselecteerd, is er
geen Autostop mogelijk.
Als de instellingen voor ontwasemen en ontdooien zijn geselecteerd ter‐
wijl de motor in een Autostop is, zal
de motor automatisch herstarten.
Stop/Start-systeem 3 142.Airconditioning
Naast het verwarmings- en ventilatie‐
systeem kunnen de volgende functiesvia het airconditioningssysteem wor‐den geregeld:
n=koeling4=luchtrecirculatie
Verwarmde stoelen ß 3 42, Ver‐
warmd stuurwiel * 3 85.
Koeling n
Druk op
n om naar koeling om te
schakelen. De activering wordt aan‐
geduid door de LED in de toets. Koe‐ ling werkt alleen bij een draaiende
motor en ingeschakelde ventilator
van de klimaatregeling.
Druk opnieuw op n om koeling uit te
schakelen.
De airconditioning koelt en ontvoch‐
tigt (droogt) de lucht wanneer de bui‐
tentemperatuur iets boven het vries‐
punt ligt. Er kan zich dan condens vormen en onder de auto op de grond
druppelen.
Page 137 of 251

Klimaatregeling135
Luchtdebiet Z
Druk op de onderste knop om de ven‐
tilatorsnelheid te verlagen of op de
bovenste knop om deze te verhogen,
zoals afgebeeld in de illustratie. U
herkent de aanjagersnelheid aan het
aantal segmenten op het display.
Wanneer u de onderste toets langer
indrukt: de aanjager en koeling wor‐
den uitgeschakeld.
Wanneer u de bovenste toets langer
indrukt: de aanjager draait met de
maximumsnelheid.
Automatische modus opnieuw in‐
schakelen: AUTO indrukken.
Luchtverdeling s, M , K
Druk op de desbetreffende knop voor
de gewenste afstelling. De activering
wordt aangeduid door de LED in de
toets.
s=naar de voorruit en de voorste
zijruiten.M=naar hoofdhoogte via de verstel‐ bare luchtroosters.K=naar de voetenruimte.
Alle combinaties zijn mogelijk.
Automatische modus opnieuw in‐
schakelen: AUTO indrukken.
Koeling n
Druk op
n om naar koeling om te
schakelen. De activering wordt aan‐
geduid door de LED in de toets. Koe‐ ling werkt alleen bij een draaiende
motor en ingeschakelde ventilator
van de klimaatregeling.
Druk opnieuw op n om koeling uit te
schakelen.
De airconditioning koelt en ontvoch‐
tigt (droogt) de lucht vanaf een be‐
paalde buitentemperatuur. Er kan
zich dan condens vormen en onder
de auto op de grond druppelen.
Page 140 of 251

138KlimaatregelingOnderhoud
Luchtinlaat
De luchtinlaat naar de motorruimte
onder aan de voorkant van de voorruit moet voor voldoende luchttoevoer
vrijgehouden worden. Bladeren, vuil
of sneeuw verwijderen.
Pollenfilter
Filtering lucht
passagierscompartiment Als de auto is uitgevoerd met een ver‐
warmings- en ventilatiesysteem of
met een airconditioningssysteem,
wordt de lucht in de cabine door mid‐
del van een deeltjesfilter gezuiverd
van vaste deeltjes als pollen, stof,
schimmel en bacteriën.
Als de auto is uitgevoerd met een
elektronisch klimaatregelsysteem,
wordt de lucht in de cabine door mid‐
del van een actieve-koolstoffilter ge‐
zuiverd van vaste deeltjes als pollen,
stof, schimmel en bacteriën. Een ex‐
tra laag actieve koolstof neemt on‐
aangename geurtjes weg.Airconditioning regelmatig
aanzetten
Om te zorgen dat het systeem goed
blijft werken, moet de koeling een‐
maal per maand, ongeacht de weers‐
gesteldheid of het seizoen, enkele mi‐
nuten worden ingeschakeld. Bij te
lage buitentemperaturen kan de koe‐
ling niet worden ingeschakeld.
Service
Om de koeling optimaal te laten wer‐
ken, is het raadzaam het klimaatre‐
gelsysteem jaarlijks te laten controle‐
ren, te beginnen 3 jaar na aflevering
van de nieuwe auto, te weten:
■ functie- en druktest
■ werking van de verwarming
■ lektest
■ controle van de aandrijfriemen
■ afvoer van condensor en verdam‐ per reinigen
■ prestatietest
Page 146 of 251

144Rijden en bediening
Herstarten van de motor doorhet stop-startsysteem De keuzehendel moet in neutraal
staan om automatisch herstarten mo‐
gelijk te maken.
Als een van de volgende omstandig‐
heden zich voordoet tijdens een Au‐
tostop, dan zal de motor automatisch
door het Stop/Start-systeem worden
herstart.
■ Het stop-startsysteem is manueel uitgeschakeld.
■ De motorkap is open.
■ De veiligheidsgordel van de be‐ stuurders is losgemaakt en het be‐
stuurdersportier is geopend.
■ De motortemperatuur is te laag. ■ Het oplaadniveau van de accu is onder een bepaald niveau.
■ Het remvacuüm is niet voldoende.
■ De auto reed minstens stapvoets.
■ Het klimaatregelsysteem vereist het starten van de motor.
■ De airconditioning wordt handmatig
ingeschakeld.Als de motorkap niet volledig geslo‐
ten is, verschijnt een waarschuwings‐
bericht op het Driver Information Cen‐
ter.
Als een elektrisch accessoire, bijv.
een draagbare cd-speler op de elek‐
trische aansluiting is aangesloten,
merkt u mogelijk een korte span‐
ningsdaling tijdens het herstarten.
Parkeren9 Waarschuwing
■Parkeer de auto niet op een licht
ontvlambaar oppervlak. Door de
hoge temperatuur van het uit‐
laatsysteem kan het oppervlak
ontbranden.
■ Trek altijd de handrem aan. Trek gedurende ongeveer
één seconde aan schakelaar
m .
De elektrische handrem is aan‐
getrokken wanneer controle‐
lamp m oplicht 3 99.
■ Zet de motor af.
■ Wanneer de auto vlak of op een
oplopende helling staat, dan
vóór het verwijderen van de
contactsleutel de eerste ver‐
snelling inschakelen of de keu‐ zehendel in stand P zetten. Op
een oplopende helling boven‐
dien de voorwielen van de
stoeprand wegdraaien.
Wanneer de auto op een aflo‐
pende helling staat, dan vóór
het verwijderen van de contact‐
sleutel de achteruitversnelling
inschakelen of de keuzehendel
in stand P zetten. Bovendien de
voorwielen naar de stoeprand toedraaien.
■ De contactsleutel verwijderen. Stuurwiel verdraaien totdat het
stuurslot merkbaar vergrendelt.
Bij auto's met automatische ver‐ snellingsbak kan de sleutel al‐
leen worden verwijderd met de
keuzehendel in stand P.
Vergrendel de auto en activeer het
alarmsysteem.
Page 196 of 251

194Verzorging van de auto
Nr.Stroomkring1Startmotor2–3Brandstoffilter/koelen4Claxon5Contact 306Motorregelmodule/transmissie‐
regelmodule7Mistlamp8Motorkoeling9Motorkoeling10Vacuümpomp11Contact/voorverwarming12Koplampverstelling13Airconditioning/contact 1514Transmissieregelmodule15Grootlicht rechts16Grootlicht links17Motorregelmodule18Motorregelmodule/contact 15Nr.Stroomkring19Airbag20Motorregelmodule21Motorregelmodule/contact 87
Page 197 of 251

Verzorging van de auto195
Nr.Stroomkring22Elektrische handrem23Bandenreparatieset24Brandstofpomp25ABS26Verwarmbare achterruit27ABS28Aanjager29Aansteker30Airconditioning31Elektrische voorruit, links32Elektrische voorruit, rechts33Spiegelverwarming34ABS35AirbagZekeringenkast
instrumentenpaneel
Bij auto's met het stuurwiel links zit
het zekeringenkastje achter het op‐
bergvak in het instrumentenbord.
Open het opbergvak, druk de borglip‐
pen in, klap het opbergvak omlaag en
verwijder het.
Bij rechtsgestuurde auto's zit de ze‐ keringenkast achter een deksel in het
handschoenenkastje. Open het
handschoenenkastje, til het op en
verwijder het.
Page 238 of 251
![OPEL MERIVA 2015.5 Gebruikershandleiding (in Dutch) 236Technische gegevensVoertuiggewichtRijklaargewicht, basisuitvoering zonder enige optiesMotorHandgeschakelde versnellingsbakAutomatische versnellingsbakmet/zonder airconditioning
[kg]B14XER1361/1376 OPEL MERIVA 2015.5 Gebruikershandleiding (in Dutch) 236Technische gegevensVoertuiggewichtRijklaargewicht, basisuitvoering zonder enige optiesMotorHandgeschakelde versnellingsbakAutomatische versnellingsbakmet/zonder airconditioning
[kg]B14XER1361/1376](/img/37/21673/w960_21673-237.png)
236Technische gegevensVoertuiggewichtRijklaargewicht, basisuitvoering zonder enige optiesMotorHandgeschakelde versnellingsbakAutomatische versnellingsbakmet/zonder airconditioning
[kg]B14XER1361/1376–B14NEL LPG1471/1486–B14NEL1393/14081471/1486B14NET1393/14081471/1486B16DTC1503/1518–B16DTL1503/1518–B16DTN1503/1518–B16DTH1503/1518–B16DTE1503/1518–A13DTC1393/1408–A13DTE1393/1408–A17DTI–1503/1518
Extra uitrusting en accessoires verhogen het leeggewicht.
Beladingsinformatie 3 82.
Page 246 of 251

244TrefwoordenlijstAAanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............225, 229
Aanduidingen op banden ..........199
Aanhangerkoppeling ..................168
Aanhanger trekken ....................169
Aansteker .................................... 91
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 173
Accu ........................................... 179
Accu, starthulp gebruiken ...........217
Achterdeuren ............................... 26
Achterklep..................................... 27 Achterlichten .............................. 187
Achterruitverwarming ................... 34
Achteruitkijkcamera ...................158
Achteruitrijlichten .......................125
Actieve hoofdsteunen ..................37
Adaptief remlicht .........................150
Adaptief rijlicht (AFL) .........123, 184
Adaptive Forward Lighting .........102
Afmetingen auto ........................237
Afstandsbediening ........................21
Airbag deactiveren ....................... 55
Airbag-deactivering ...................... 98
Airbag en gordelspanners ...........97
Airbaglabel.................................... 50
Airbagsysteem ............................. 50
Airconditioning ........................... 130Airconditioning regelmatig
aanzetten ............................... 138
Alarmknipperlichten ...................124
Algemene informatie .................. 168
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 139
Andere auto slepen ...................219
Antiblokkeersysteem .................150
Antiblokkeersysteem (ABS) .........99
Anti-vries..................................... 176
Armsteun ................................ 41, 45
Armsteun met opbergruimte ........65
Asbakken ..................................... 91
Autogegevens ............................ 229
Autokrik....................................... 197
Automatische dimfunctie .............31
Automatische verlichting ............ 121
Automatische versnellingsbak ...147
Automatisch vergrendelen ...25, 103
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 218
Auto stallen ................................. 173
B Bagageruimte ........................ 27, 75
Bagageruimte-afdekking .............77
Banden- en wielmaat, verwisselen ............................. 204
Bandenreparatieset ...................205
Bandenspanning .......................199