infotainment OPEL MOKKA X 2017 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2017, Model line: MOKKA X, Model: OPEL MOKKA X 2017Pages: 167, PDF Size: 2.61 MB
Page 157 of 167

Telefoon157mobiel telefoneren verboden is,
als de mobiele telefoon interferen‐
tie veroorzaakt of als er zich
gevaarlijke situaties kunnen voor‐
doen.
Bluetooth
Het telefoonportal is gecertificeerddoor de Bluetooth Special Interest
Group (SIG).
Meer informatie over de specificatie
vindt u op internet op
http://www.bluetooth.com.
Bluetooth-verbinding
Bluetooth is een standaard voor het
draadloos verbinden van bijv.
mobiele telefoons of andere appara‐ ten.
Voor het maken van een Bluetooth-
verbinding met het infotainmentsys‐
teem moet de Bluetooth-functie van
het Bluetooth-apparaat geactiveerd
zijn. Voor nadere informatie verwijzen
wij u naar de gebruiksaanwijzing van
het Bluetooth-apparaat.
Via de telefoonportal worden Blue‐
tooth-apparaten met het infotain‐
mentsysteem gekoppeld (uitwisselen
van pincode tussen Bluetooth-appa‐
raat en infotainmentsysteem) en
verbonden.
Een apparaat koppelen
Opmerkingen ● Aan het systeem kunnen maxi‐ maal vijf apparaten worden
gekoppeld.
● Er kan slechts één gekoppeld apparaat tegelijk met het infotain‐
mentsysteem worden verbon‐
den.
● Koppelen is in de regel slechts één keer noodzakelijk, tenzij het
apparaat van de lijst met gekop‐
pelde apparaten wordt gewist.
Als het apparaat eerder verbon‐
den was, brengt het infotainment‐
systeem de verbinding automa‐
tisch tot stand.
● Bij werken via Bluetooth wordt de
accu van het apparaat aanzienlijk
belast. Sluit het apparaat daarom
aan op een USB-poort, zodat het wordt opgeladen.Het eerste apparaat koppelen
1. Druk op PHONE en selecteer
vervolgens Koppelen.
Op het infotainmentsysteem
verschijnt er een melding met de
naam en de pincode van het info‐ tainmentsysteem.
2. Activeer het zoekproces in het te koppelen Bluetooth-apparaat.
3. Koppeling bevestigen: ● Als SSP (secure simple pairing) wordt ondersteund:
Vergelijk de pincode (indien
vereist) en bevestig de
meldingen op het infotain‐ mentsysteem en het Blue‐
tooth-apparaat.
● Als SSP (secure simple pairing) niet wordt onder‐steund:
Voer de pincode van het info‐
tainmentsysteem op het
Bluetooth-apparaat in en
bevestig uw invoer.
Page 158 of 167

158Telefoon4. Het infotainmentsysteem en hetapparaat zijn gekoppeld. Het tele‐foonmenu verschijnt.
5. Indien aanwezig op het Bluetooth-
apparaat, worden het telefoon‐
boek en de bellijsten naar het info‐ tainmentsysteem gedownload.
Bevestig indien nodig de melding
op uw smartphone.
Let op
Om de contacten door het infotain‐
mentsysteem te laten lezen, moeten
ze zijn opgeslagen in het telefoon‐
geheugen van de mobiele telefoon.
Een ander apparaat koppelen
Druk op PHONE, blader door de lijst
en selecteer Bluetooth-apparaten .
Druk op Toevoegen om het koppe‐
lingsproces van een ander apparaat
te starten.
Ga verder met stap 2 van "Het eerste apparaat koppelen" (zie hierboven).
Een gekoppeld apparaat
verbinden
Druk op PHONE, blader door de lijst
en selecteer Bluetooth-apparaten .Kies het gewenste apparaat en selec‐
teer Verbinden .
Zo nodig wordt de verbinding met het
huidige apparaat verbroken. Het
geselecteerde apparaat wordt
verbonden.
Een apparaat loskoppelen
Druk op PHONE, blader door de lijst
en selecteer Bluetooth-apparaten .
Kies het apparaat dat momenteel is
verbonden en selecteer Verbreken.
De verbinding met het apparaat wordt
verbroken.
Een apparaat wissen Druk op PHONE, blader door de lijst
en selecteer Bluetooth-apparaten .
Kies het apparaat dat u uit de appa‐ ratenlijst wilt verwijderen en selecteer
Wissen .
Het apparaat is gewist.Noodoproep9 Waarschuwing
Het tot stand brengen van de
verbinding kan niet onder alle
omstandigheden worden gega‐
randeerd. Daarom is het belangrijk dat u bij gesprekken van levens‐
belang (bijv. bij het inroepen van
medische hulp) niet alleen op een
mobiele telefoon vertrouwt.
Voor sommige netwerken kan het
noodzakelijk zijn dat er op de juiste
manier een geldige simkaart in de
mobiele telefoon is aangebracht.
9 Waarschuwing
Denk eraan dat u met uw mobiele
telefoon kunt bellen en ontvangen indien u zich in een gebied bevindt
met een voldoende sterk signaal.
Onder bepaalde omstandigheden
kunnen nooddiensten niet op alle
mobiele telefoonnetwerken
worden gebeld; mogelijkerwijs
kunnen deze oproepen niet
Page 159 of 167

Telefoon159gedaan worden wanneer
bepaalde netwerkdiensten en/of
telefoonfuncties actief zijn. U kunt
hierover uw lokale netwerkexploi‐
tant raadplegen.
Het alarmnummer kan per land en regio variëren. Wij raden u aan het
juiste alarmnummer voor de rele‐
vante regio van tevoren op te
vragen.
Een noodoproep doen
Bel het alarmnummer (bijv. 112).
De telefoonverbinding met de alarm‐ centrale wordt tot stand gebracht.
Antwoord als het dienstdoende
personeel u vragen stelt over het
noodgeval.
9 Waarschuwing
Beëindig het gesprek pas als de
alarmcentrale u daarom vraagt.
Bediening
Zodra er een Bluetooth-verbinding
tussen uw mobiele telefoon en het
infotainmentsysteem tot stand is
gebracht, kunt u tal van functies van
uw mobiele telefoon via het infotain‐
mentsysteem bedienen.
Let op
Niet elke mobiele telefoon onder‐ steunt alle functies van de telefoon‐
portal. Daarom kan het bereik aan
hieronder beschreven functies afwij‐
ken.
Telefoongesprek initiëren
Toetsenblok
Druk op PHONE om het telefoon‐
menu weer te geven.
Blader door de lijst en selecteer
Toetsen . Het toetsenblok verschijnt.
Draai aan MENU om het cijfer dat u
wilt invoeren te markeren en druk op
MENU om het desbetreffende cijfer te
selecteren. Voer het gewenste
nummer in.
Selecteer k of druk op BACK om
cijfers te verwijderen.
Selecteer Bel om het telefoongesprek
te initiëren.
Contacten
Druk op PHONE om het telefoon‐
menu weer te geven.
Selecteer Contactpersonen . De
contactenlijst wordt getoond.
Blader door de lijst en selecteer de
gewenste contactpersoon. De
contactpersoon wordt weergegeven.
Selecteer een van de onder het
contact opgeslagen telefoonnum‐
mers. Het nummer wordt gebeld.
Page 161 of 167

Telefoon161Beëindigen van telefoongesprekken
De gesprekken kunnen één voor één
worden beëindigd.
Selecteer Einde. Het huidige gesprek
wordt beëindigd.
Tekstberichten
Tekstberichten die binnenkomen
wanneer de telefoon op het infotain‐
mentsysteem is aangesloten, kunnen op het infodisplay worden weergege‐
ven.
Voorwaarden
Er moet aan de volgende voorwaar‐
den worden voldaan:
● De Bluetooth-functie van de desbetreffende telefoon moet
geactiveerd zijn (zie gebruiks‐
aanwijzing van het apparaat).
● Afhankelijk van de telefoon moet het apparaat mogelijk op "zicht‐
baar" staan (zie gebruiksaanwij‐
zing van het apparaat).● De desbetreffende telefoon moet
aan/op het infotainmentsysteem gekoppeld en aangesloten zijn.Voor een gedetailleerde beschrij‐ ving 3 157.
● De desbetreffende telefoon moet
Bluetooth Message Access
Profile (BT MAP) ondersteunen.
Een bericht bekijken Let op
Bij een snelheid van meer dan 8 km/
h verschijnt het tekstbericht niet op
het scherm.
Als er een nieuw tekstbericht binnen‐
komt, verschijnt er een bericht.
Selecteer Bekijken om het bericht te
lezen.
Mobiele telefoons en
CB-zendapparatuur
Installatie-instructies en
bedieningsrichtlijnen
Bij de montage en het gebruik van
een mobiele telefoon moeten de
modelspecifieke montagehandlei‐
ding en de gebruiksvoorschriften van
de fabrikant van de telefoon en de
handsfree-carkit in acht genomen
worden. Anders kunt u de voertuigty‐
pegoedkeuring ongeldig maken (EU-
richtlijn 95/54/EC).
Aanbevelingen voor probleemloze
werking:
● De buitenantenne moet profes‐ sioneel worden geïnstalleerd om
het maximaal mogelijke bereik te krijgen.
● Maximaal zendvermogen 10 watt.
● De mobiele telefoon moet op een
geschikte plek worden geïnstal‐
leerd. Neem de desbetreffende
opmerking in de Gebruikers‐
handleiding, hoofdstuk
Airbagsysteem ter harte.
Page 164 of 167

164TrefwoordenlijstAAlgemene aanwijzingen .............156
Bluetooth-muziek ....................152
Infotainmentsysteem ...............136
Radio ....................................... 147
Telefoon .................................. 156
USB ......................................... 152
Algemene informatie ..........152, 155
Antidiefstalfunctie ......................137
Audio afspelen ............................ 153
Audiobestanden ......................... 152
Automatische volumeregeling ....144
Auto Set ...................................... 144
B BACK-toets ................................. 143
Basisbediening ........................... 143
Bedieningspaneel ...................143
Bediening.................................... 159 Bluetooth-muziek ....................153
Infotainmentsysteem ...............141
Menu ....................................... 143
Radio ....................................... 147
Telefoon .................................. 159
USB ......................................... 153
Bedieningselementen Infotainmentsysteem ...............138
Stuurwiel ................................. 138
Bedieningspaneel Infotainment ..138
Beltoon ....................................... 159Bestandsformaten
Audiobestanden ......................152
Bluetooth-muziek ........................152
Bluetooth-verbinding ..................157
C Categorielijst ............................... 147
D DAB ............................................ 150
DAB-koppeling............................ 150
Digital Audio Broadcasting .........150
F
Fabrieksinstellingen terugzetten. 144
Favoriete lijsten Zenders ophalen .....................148
Zenders opslaan .....................148
Favorietenlijst ............................. 148
Frequentielijst ............................. 147
G Gebruik ....................... 141, 147, 155
Bluetooth-muziek ....................153
Infotainmentsysteem ...............141
Menu ....................................... 143
Telefoon .................................. 159
USB ......................................... 153
Geluidsinstellingen .....................143
Page 165 of 167

165HHet infotainmentsysteem activeren.................................. 141
I
Infotainmentsysteem inschakelen ............................. 141
Intellitext ..................................... 150
K Koppelen .................................... 157
L L-Band ........................................ 150
M Maximaal inschakelvolume......... 144
Menubediening ........................... 143
MENU-knop ................................ 143
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur .................161
Mute............................................ 141
N Noodoproep ................................ 158
O Overzicht bedieningselementen. 138RRadio Categorielijst ........................... 147
DAB ......................................... 150
DAB-berichten ......................... 150
DAB-menu............................... 150
Digital Audio Broadcasting ......150
Favoriete lijsten .......................148
FM menu ................................. 149
Frequentiebereik .....................147
Frequentielijst .......................... 147
Intellitext .................................. 150
L-Band..................................... 150
Radio Data System .................149
RDS......................................... 149
Regio ....................................... 149
Regio-instelling........................ 149
TP............................................ 149
Verkeersinformatie ..................149
Zender zoeken ........................ 147
Zenderlijst................................ 147
Zenders ophalen .....................148
Zenders opslaan .....................148
Radio activeren........................... 147
Radio Data System (RDS) ......... 149
Regio .......................................... 149
Regio-instelling ........................... 149S
Selectie van frequentiebereik .....147
Spraakherkenning ......................155
Stemherkenning ......................... 155
Streaming audio via Bluetooth activeren.................................. 153
Systeeminstellingen.................... 144 Fabrieksinstellingen
terugzetten .............................. 144
Taal ......................................... 144
Tijd- en datuminstellingen .......144
Valetmodus ............................. 144
T
Taal............................................. 144
Tekstberichten ............................ 161
Telefoon Algemene aanwijzingen ..........156
Beltoon .................................... 159
Bluetooth ................................. 156
Bluetooth-verbinding ...............157
Handsfree-modus.................... 159
Noodoproepen ........................ 158
Recente oproepen ..................159
Tekstberichten......................... 161
Telefoonboek .......................... 159
Telefoonboek .............................. 159