warning OPEL MOKKA X 2018 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2018, Model line: MOKKA X, Model: OPEL MOKKA X 2018Pages: 261, PDF Size: 6.49 MB
Page 13 of 261
Kort en bondig111Centrale vergrendeling .........24
2 Elektrisch bediende ruiten ....35
3 Buitenspiegels ......................33
4 Lichtschakelaar ...................122
5 Cruisecontrol ....................... 161
Snelheidsbegrenzer ............163
Frontaanrijdingswaar‐ schuwing ............................. 164
6 Zijdelingse luchtroosters .....138
7 Richtingaanwijzers ..............129
Lichtsignaal ......................... 124
Groot licht en dimlicht .........123
Knoppen voor Driver
Information Center ..............102
8 Instrumenten ......................... 88
9 Stuurbedieningsknoppen .....81
10 Voorruitwissers,
voorruitsproeiers ...................82
Achterruitwisser, achter‐
ruitsproeier ............................ 84
11 Middelste luchtroosters .......138
12 Status-LED alarmsysteem ...31
13 Info-Display ........................ 10714Bedieningsorganen voor
Info-Display ......................... 107
15 Handschoenenkastje ...........62
16 Systeem voor
gecontroleerde afdaling ........99
Brandstofkeuzeschakelaar ...90
Stop/Start-systeem .............147
17 Verwarming en ventilatie ....133
18 Elektronische stabiliteits‐
regeling (ESC) ....................159
19 Controlelampje
airbag-deactivering ...............98
20 Opbergruimte voor ................63
Stroomaansluiting .................87
USB-poort, AUX-aansluiting
21 Schakelpook,
handgeschakelde
versnellingsbak ..................155
Keuzehendel,
automatische
versnellingsbak ..................152
22 Handrem ............................. 157
23 Alarmknipperlichten ...........12824Parkeerhulp ........................ 167
Lane Departure Warning ....175
25 Contactslot met stuurslot ...143
Aan/Uit-knop ....................... 143
26 Claxon .................................. 82
Bestuurdersairbag ...............50
27 Stuurwiel instellen ................81
28 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 189
29 Opbergruimte voor ................63
Zekeringenkast ..................202
Page 82 of 261
80Instrumenten en bedieningsorganenInstrumenten en
bedieningsorganenBedieningsorganen ......................81
Stuurwielverstelling ...................81
Stuurbedieningsknoppen ...........81
Verwarmd stuurwiel ...................81
Claxon ....................................... 82
Wis-/wasinstallatie voorruit ........82
Wis-/wasinstallatie achterruit .....84
Buitentemperatuur .....................84
Klok ........................................... 85
Elektrische aansluitingen ...........87
Waarschuwingslampen, meters
en controlelampen .......................88
Snelheidsmeter ......................... 88
Kilometerteller ........................... 88
Dagteller .................................... 88
Toerenteller ............................... 89
Brandstofmeter .......................... 89
Brandstofkeuzeschakelaar ........90
Koelvloeistoftemperatuurme‐ ter ............................................. 91
Service-display .......................... 91
Controlelampjes ........................92
Richtingaanwijzer ......................96
Gordelverklikker ........................97Airbag en gordelspanners .........97
Airbag-deactivering ...................98
Laadsysteem ............................. 98
Storingsindicatielamp ................98
Rem- en koppelingssysteem .....98
Antiblokkeersysteem (ABS) .......98
Schakelen .................................. 99
Systeem voor gecontroleerde afdaling ..................................... 99
Lane Departure Warning ...........99
Elektronische stabiliteitsregeling UIT ..............99
Elektronische stabiliteitsregeling en Traction Control-systeem ....99
Traction Control-systeem UIT ...99
Voorverwarming ........................99
Bandenspanningscontrolesys‐ teem ....................................... 100
Motoroliedruk ........................... 100
Te laag brandstofpeil ...............100
Startbeveiliging ........................101
Rijverlichting ............................ 101
Grootlicht ................................. 101
Grootlicht-assistent ..................101
Adaptive Forward Lighting .......101
Mistlamp .................................. 101
Mistachterlicht ......................... 101
Cruise control .......................... 101
Voorligger gedetecteerd ..........101
Snelheidsbegrenzer ................102Verkeersbordherkenning .........102
Portier open ............................. 102
Informatiedisplays ......................102
Driver Information Center ........102
Info-Display ............................. 107
Boordinformatie ......................... 109
Geluidssignalen .......................109
Batterijspanning .......................110
Persoonlijke instellingen ............110
Telematicaservice ......................115
OnStar ..................................... 115
ERA GLONASS .......................119
Page 98 of 261
96Instrumenten en bedieningsorganenControlelampjes in de
middenconsole
Overzicht
ORichtingaanwijzer 3 96XGordelverklikker, bestuurder
3 97kGordelverklikker, voorpassa‐
gier 3 97vAirbags en gordelspanners
3 97V /
*Airbag deactiveren 3 98pLaadsysteem 3 98ZStoringsindicatielamp 3 98RRem- en koppelingssysteem
3 98uAntiblokkeersysteem (ABS)
3 98RSchakelen 3 99uSysteem voor gecontroleerde
afdaling 3 99)Lane Departure Warning
3 99nElektronische stabiliteitsrege‐
ling UIT 3 99bElektronische stabiliteitsrege‐
ling en Traction Control-
systeem 3 99kTraction Control-systeem uit
3 99!Voorverwarmen 3 99wBandenspanningscontrole‐
systeem 3 100IMotoroliedruk 3 100YTe laag brandstofpeil 3 100dStartbeveiliging 3 1018Buitenverlichting 3 101CGroot licht 3 101fGrootlicht-assistent 3 101fAdaptief rijlicht (AFL) 3 101>Mistlamp 3 101rMistachterlicht 3 101mCruisecontrol 3 101AVoorligger gedetecteerd
3 101LSnelheidsbegrenzer 3 102LVerkeersbordherkenning
3 102hPortier open 3 102
Richtingaanwijzer
O brandt of knippert groen.
Brandt korte tijd De parkeerlichten zijn ingeschakeld.
Knippert
Een richtingaanwijzer of de alarm‐
knipperlichten zijn geactiveerd.
Page 101 of 261
Instrumenten en bedieningsorganen99Brandt na het inschakelen van de
ontsteking enkele seconden. Het systeem is na het doven van het
controlelampje klaar voor gebruik.
Als de controlelamp na enkele secon‐
den niet dooft of als tijdens de rit gaat
branden, dan zit er een storing in het
ABS-systeem. Het remsysteem blijft
normaal werken, maar zonder ABS-
regeling.
Antiblokkeersysteem 3 156.
Schakelen R of S met het getal van een hogere
of lagere versnelling verschijnt
wanneer wordt aanbevolen om
vanwege de brandstofbesparing op of terug te schakelen.
Systeem voor gecontroleerde afdaling
u brandt of knippert groen.
Brandt groen Het systeem is gebruiksklaar.Knippert groen
Het systeem is in gebruik.
Lane Departure Warning
) brandt groen of knippert geel.
Brandt groen Systeem wordt ingeschakeld en is
gebruiksklaar.
Knippert geel
Systeem herkent een onbedoelde
verandering van rijstrook.
Lane Departure Warning 3 175.
Elektronische
stabiliteitsregeling UIT
n brandt geel.
Het systeem wordt gedeactiveerd.
Elektronische stabiliteitsre‐ geling en Traction Control- systeem
b brandt of knippert geel.Brandt
Er zit een storing in het systeem.
Verder rijden is mogelijk. De rijstabili‐ teit kan echter afhankelijk van de
staat van het wegdek verslechteren.
Oorzaak van de storing onmiddellijk
door een werkplaats laten verhelpen.
Knippert
Het systeem grijpt actief in. Het
motorvermogen kan worden
begrensd en de auto kan automatisch iets worden afgeremd.
Elektronische stabiliteitsregeling
(ESC) 3 159, Traction Control-
systeem 3 158.
Traction Control-systeem UIT
k brandt geel.
Het systeem wordt gedeactiveerd.
Voorverwarming ! brandt geel.
Page 143 of 261
Rijden en bediening141Rijden en bedieningRijtips......................................... 142
Controle over de auto ..............142
Sturen ...................................... 142
Starten en bediening .................142
Nieuwe auto inrijden ................142
Contactslotstanden ..................143
Aan/Uit-knop ............................ 143
Vertraagde uitschakeling stroom .................................... 145
Motor starten ........................... 145
Uitrol-brandstofafsluiter ...........147
Stop/Start-systeem ..................147
Parkeren .................................. 149
Uitlaatgassen ............................. 150
Roetfilter .................................. 150
Katalysator .............................. 151
Automatische versnellingsbak ...152
Versnellingsbakdisplay ............152
Keuzehendel ........................... 152
Handmatige modus .................153
Elektronische rijprogramma's ..153
Storing ..................................... 154
Stroomonderbreking ................154
Handgeschakelde versnellings‐ bak ............................................. 155Rijsystemen............................... 156
All-wheel drive ......................... 156
Remmen .................................... 156
Antiblokkeersysteem ...............156
Handrem .................................. 157
Remassistentie ........................157
Hellingrem ............................... 158
Rijregelsystemen .......................158
Traction Control .......................158
Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) ...................................... 159
Systeem voor gecontroleerde afdaling ................................... 160
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ......................................... 161
Cruisecontrol ........................... 161
Snelheidsbegrenzer ................163
Frontaanrijdingswaarschu‐ wing ........................................ 164
Indicatie afstand tot voorligger 166
Parkeerhulp ............................. 167
Achteruitkijkcamera .................169
Verkeersbordherkenning .........171
Lane Departure Warning .........175
Brandstof ................................... 176
Brandstof voor benzinemotoren .....................176
Brandstof voor dieselmotoren . 177
Brandstof voor rijden op LPG ..178Tanken .................................... 178
Brandstofverbruik - CO 2-uitstoot
........................... 182
Trekhaak .................................... 183
Algemene informatie ...............183
Rijgedrag en aanhangertips ....183
Aanhanger trekken ..................183
Page 177 of 261
Rijden en bediening175De hulpsystemen ontnemen de
bestuurder niet zijn verantwoorde‐
lijkheid voor het besturen van de
auto.
Lane Departure Warning
Het Lane Departure Warning-
systeem houdt via een frontcamera
de belijning in het oog van de rijstrook
waarin u rijdt. Het systeem detecteert veranderingen van rijstrook en waar‐
schuwt u met visuele en akoestische signalen wanneer u onbedoeld van
rijstrook verandert.
De criteria voor een onbedoelde
verandering van rijstrook zijn:
● geen gebruik van de richtingaan‐
wijzers
● geen gebruik van het rempedaal
● geen gebruik van het gaspedaal of snelheidsverhoging
● geen actieve stuurbeweging
Wanneer de bestuurder actief is,
waarschuwt het systeem niet.
Activeren
U activeert het Lane Departure
Warning-systeem door ) in te druk‐
ken. Het brandende led-lampje in de
toets geeft aan dat het systeem is
ingeschakeld.
Wanneer het controlelampje ) in de
instrumentengroep groen brandt, is
het systeem klaar voor gebruik.
Het systeem werkt alleen bij snelhe‐
den hoger dan 56 km/h en wanneer
een wegbelijning aanwezig is.
Wanneer het systeem een onbe‐ doelde verandering van rijstrook
herkent, dan wordt het controle‐
lampje ) geel en knippert deze.
Tegelijkertijd hoort u een geluidssig‐
naal.
Page 178 of 261
176Rijden en bedieningDeactiveren
U deactiveert het systeem door ) in
te drukken. Het led-lampje in de knop
gaat dan uit.
Bij snelheden lager dan 56 km/h
werkt het systeem niet.
Storing
Het Lane Departure Warning-
systeem werkt mogelijkerwijs niet
goed wanneer:
● de voorruit niet schoon is
● de omgevingsomstandigheden ongunstig zijn, zoals zware
regenval, sneeuw, direct zonlicht
of schaduwen
Het systeem kan niet werken als het
geen rijstrookmarkering waarneemt.Brandstof
Brandstof voorbenzinemotoren
Gebruik alleen loodvrije brandstof die voldoet aan de Europese norm
EN 228 of gelijkwaardig.
De motor kan draaien op brandstof
met een ethanolgehalte van maxi‐
maal 10% (bijv. E10).
Brandstof met het aanbevolen
octaangetal gebruiken. Bij een lager
octaangetal kunnen het motorvermo‐
gen en -koppel lager zijn en neemt het brandstofverbruik iets toe.Voorzichtig
Gebruik geen brandstof of brand‐
stofadditieven die metalen
bestanddelen bevatten, zoals
additieven op mangaanbasis. Dat
kan motorschade veroorzaken.
Voorzichtig
Gebruik van brandstof die niet
voldoet aan EN 228 of gelijkwaar‐
dig kan leiden tot afzettingen of
motorschade.
Voorzichtig
Gebruik van brandstof met een
lager octaangetal dan het laagst
mogelijke octaangetal kan onge‐
controleerde verbranding en
motorschade veroorzaken.
Voor de motorspecifieke vereisten
met betrekking tot het octaangetal
verwijzen we u naar het overzicht
motorgegevens 3 238. Eventuele
andere informatie op een label op de
tankvulklep heeft altijd prioriteit.
Brandstofadditieven buiten
Europa
Brandstof moet reinigende additieven
bevatten die voorkomen dat de motor en het brandstofsysteem aankoeken.
Page 205 of 261
Verzorging van de auto203Nr.Stroomkring1Carrosserieregelmodule2Carrosserieregelmodule3Carrosserieregelmodule4Carrosserieregelmodule5Carrosserieregelmodule6Carrosserieregelmodule7Carrosserieregelmodule8Carrosserieregelmodule9Contactslot10Diagnosemodule veiligheid11Datalinkconnector12Verwarming en ventilatie13Achterklep14Centrale gateway-module15Lane Departure Warning/
binnenspiegel16Adaptief rijlicht (AFL)17Stuurslot18Module ultrasoonparkeerhulpNr.Stroomkring19Carrosserieregelmodule/gere‐
gelde spanningsregeling20Stuurwiel21–22Aansteker/gelijkstroomaanslui‐
ting voor accessoires (voor)23Aansteker/gelijkstroomaanslui‐
ting voor accessoires (achter‐
kant middenconsole)24Reserve25Module telematicaservice26Verwarmd stuurwiel27Instrumentengroep/infotain‐
mentsysteem/schakelaar hulp‐
verwarming28Anhangeraansluiting29Display/infotainmentsysteem30Transmissieregelmodule31Instrumentengroep32InfotainmentsysteemNr.Stroomkring33Anhangeraansluiting34Module passieve ontgrendeling/
passieve start
Zekeringen S/B
Nr.Stroomkring01Schakelaar elektrisch bediende
stoelen02Reserve03Elektrisch bediende ruiten voor04Elektrisch bediende ruiten
achter05Logistieke modus06Schakelaar elektrisch bediende
stoelen07Reserve08Reserve
Midi-zekering
Nr.StroomkringM01PTC
Page 258 of 261
256Hoofdsteunen .............................. 39
Hoofdsteunverstelling ....................8
Hulpverwarming.......................... 138
I
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 57
Indicatie afstand tot voorligger ...166
Info-Display................................. 107 Info-Displays ............................... 102
Inhouden ................................... 242
Inklapbare spiegels .....................33
Inleiding ......................................... 3
Instapverlichting ......................... 131
Interieurverlichting ......................130
ISOFIX- kinderveiligheidssystemen ........60
K Katalysator ................................. 151
Kentekenverlichting ...................199
Keuzehendel ............................. 152
Kilometerteller .............................. 88
Kindersloten ................................. 29 Kinderveiligheidssystemen ...........53
Klimaatregeling ............................ 15
Klimaatregelingen .......................133
Klok............................................... 85
Koelvloeistof .............................. 191
Koelvloeistof en antivries ............230
Koelvloeistoftemperatuurmeter ...91Koplampinstelling in het
buitenland .............................. 125
Koplampverstelling ....................125
L
Laadsysteem ............................... 98
Lane Departure Warning ......99, 175
Leeslampen ............................... 131
Lekke band ................................. 217
Lichtschakelaar .......................... 122
Lichtsignaal ................................ 124
LPG .............................. 90, 178, 235
Luchtinlaat ................................. 139
M Meters........................................... 88Midlevel-display .......................... 102
Mistachterlicht .................... 101, 129 Mistlamp .................................... 101
Mistlampen ................................ 197
Mistlampen voor ........................129
Motorgegevens .......................... 238
Motor-ID...................................... 234
Motorkap .................................... 189
Motorolie .................... 190, 230, 235
Motoroliedruk ............................. 100
Motor starten ............................. 145
N Nieuwe auto inrijden ..................142O
Obstakeldetectiesystemen .........167
Olie, motor .......................... 230, 235
OnStar ........................................ 115
Ontlaadbeveiliging accu ............132
Opbergruimte voor........................ 63
Opbergvakken .............................. 62
Opbergvak middenconsole ..........64
Opbergvak onder passagiersstoel 63
Opgeslagen instellingen ...............24
Overzicht instrumentenpaneel .....10
P Parkeerhulp ............................... 167
Parkeren .............................. 18, 149
Partikelfilter ................................. 150
Pech ........................................... 223
Persoonlijke instellingen ............110
Pollenfilter .................................. 139
Portieren ....................................... 30
Portier open ............................... 102
Prestaties ................................... 240
Profieldiepte ............................... 212
R Radiofrequentie-identificatie (RFID) ..................................... 252
REACH ....................................... 247
Regelbare instrumentenverlichting ...........130