airbag OPEL MOKKA X 2019 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2019, Model line: MOKKA X, Model: OPEL MOKKA X 2019Pages: 269, PDF Size: 6.8 MB
Page 10 of 269
8Kort en bondigHoofdsteunverstelling
Hoofdsteun omhoogtrekken. Druk op
de pal (1) om de hoofdsteun los te
zetten en omlaag te drukken.
Hoofdsteunen 3 39.
Veiligheidsgordel
Veiligheidsgordel afrollen en in
gordelsluiting vastmaken. De veilig‐
heidsgordel mag niet gedraaid zitten
en moet strak tegen het lichaam
aanliggen. De rugleuningen mogen
niet te ver naar achteren hellen (maxi‐ maal ca. 25°).
Om de gordel los te maken, de rode
knop van de gordelsluiting indrukken.
Stoelpositie 3 40.
Veiligheidsgordels 3 44.
Airbagsysteem 3 47.
Spiegelverstelling
Binnenspiegel
U verstelt de spiegel door het spie‐
gelhuis in de gewenste richting te
verplaatsen.
Spiegel met handmatige dimfunctie
3 34.
Spiegel met automatische dimfunctie
3 35.
Page 11 of 269
Kort en bondig9Buitenspiegels
Desbetreffende buitenspiegel selec‐
teren en verstellen.
Bolronde buitenspiegels 3 33.
Elektrisch verstellen 3 33.
Inklapbare buitenspiegels 3 33.
Verwarmbare buitenspiegels 3 34.
Stuurwiel instellen
Hendel omlaagbewegen, stuurwiel
instellen, hendel omhoogbewegen en
vergrendelen.
Stuurwiel uitsluitend bij stilstaande
auto en ontgrendeld stuurslot verstel‐ len.
Airbagsysteem 3 47.
Contactslotstanden 3 142.
Page 13 of 269
Kort en bondig111Centrale vergrendeling .........24
2 Elektrisch bediende ruiten ....35
3 Buitenspiegels ......................33
4 Lichtschakelaar ...................120
5 Cruisecontrol ....................... 163
Snelheidsbegrenzer ............165
Frontaanrijdingswaar‐ schuwing ............................. 166
6 Zijdelingse luchtroosters .....137
7 Richtingaanwijzers ..............127
Lichtsignaal ......................... 122
Groot licht en dimlicht .........121
Knoppen voor Driver
Information Center ..............100
8 Instrumenten ......................... 85
9 Stuurbedieningsknoppen .....78
10 Voorruitwissers,
voorruitsproeiers ...................79
Achterruitwisser, achter‐
ruitsproeier ............................ 81
11 Middelste luchtroosters .......137
12 Status-led alarmsysteem .....31
13 Info-Display ........................ 10514Bedieningselementen
voor display ......................... 105
15 Handschoenenkastje ...........59
16 Systeem voor
gecontroleerde afdaling ........96
Brandstofkeuzeschakelaar ...87
Stop/Start-systeem .............146
17 Verwarming en ventilatie ....132
18 Elektronische stabiliteits‐
regeling (ESC) ....................161
19 Controlelampje airbag-
deactivering .......................... 95
20 Opbergruimte voor ................60
Stroomaansluiting .................84
USB-poort, AUX-aansluiting
21 Schakelpook,
handgeschakelde
versnellingsbak ..................157
Keuzehendel,
automatische
versnellingsbak ..................154
22 Handrem ............................. 159
23 Alarmknipperlichten ...........12724Parkeerhulp ........................ 169
Lane Departure Warning ....177
25 Contactslot met stuurslot ...142
Aan/Uit-knop ....................... 143
26 Claxon .................................. 79
Bestuurdersairbag ...............50
27 Stuurwiel instellen ................78
28 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 192
29 Opbergruimte voor ................60
Zekeringenkast ..................206
Page 26 of 269
24Sleutels, portieren en ruiten● Storing in elektronische sleutel.
● De elektronische sleutel is buiten
ontvangstbereik.
● De accuspanning is te laag.
● Overbelasting van de centrale vergrendeling door herhaalde,
snel opeenvolgende activering
van de handzender, waardoor de stroomvoorziening korte tijd
wordt onderbroken.
● Storing door radiogolven afkom‐ stig van externe zenders met een
hoog vermogen.
Om de storing te verhelpen, de positie
van de elektronische sleutel verande‐ ren.
Handmatig ontgrendelen 3 24.
Opgeslagen instellingen
Bij uitschakeling van het contact
worden bepaalde functie-instellingen
mogelijk automatisch door de
afstandsbediening opgeslagen:
● verlichting
● Infotainmentsysteem● centrale vergrendeling
● comfortinstellingen
Voorwaarde is wel dat Pers. inst. voor
bestuurder is geactiveerd in de
persoonlijke instellingen van het
Info-Display. Dit moet worden inge‐
steld voor elke handzender of elek‐
tronische sleutel die wordt gebruikt.
Persoonlijke instellingen 3 108.
Centrale vergrendeling Ontgrendelen en vergrendelen van
portieren, bagageruimte en tankvul‐
klep.
Door aan de binnenste portierhand‐
greep te trekken wordt het desbetref‐
fende portier ontgrendeld. Door nog
eens aan de handgreep te trekken
gaat het portier open.
Let op
Bij een ongeval waarbij de airbags of gordelspanners in werking treden,
wordt het voertuig automatisch
ontgrendeld.Let op
Wanneer na ontgrendeling met de
afstandsbediening geen van de
portieren word geopend, worden
deze na korte tijd automatisch
opnieuw vergrendeld. Een voor‐
waarde is dat de instelling is geacti‐
veerd in de persoonlijke instellingen
3 108.
Werking van handzender
Ontgrendelen
c indrukken.
Page 41 of 269
Stoelen, veiligheidssystemen39Stoelen,
veiligheidssysteme
nHoofdsteunen .............................. 39
Voorstoelen .................................. 40
Stoelpositie ................................ 40
Stoelverstelling .......................... 41
Verwarming ............................... 43
Veiligheidsgordels .......................44
Driepuntsgordel ......................... 45
Airbagsysteem ............................. 47
Frontaal airbagsysteem .............50
Zijdelings airbagsysteem ...........51
Gordijnairbagsysteem ...............52
Airbag deactiveren ....................52
Kinderveiligheidssystemen ..........53
Inbouwposities kinderveilig‐ heidssystemen ......................... 56Hoofdsteunen
Stand9 Waarschuwing
Alleen met correct ingestelde
hoofdsteunen rijden.
De bovenzijde van de hoofdsteun moet op gelijke hoogte zijn als de
bovenzijde van het hoofd. Is dit bij
zeer lange personen niet mogelijk,
dan de hoofdsteun in de hoogste
stand zetten (bij zeer kleine personen
de hoofdsteun juist in de laagste
stand zetten).
Instellen
Hoofdsteunen van voorstoelen
Hoogteverstelling
Om de hoofdsteun hoger te zetten
moet u deze omhoogtrekken.
Probeer de hoofdsteun te bewegen
om er zeker van te zijn dat de hoofd‐ steun vergrendeld staat.
Om de hoofdsteun lager te zetten
moet u de pal indrukken en de hoofd‐ steun omlaagduwen. Probeer nadat u
Page 42 of 269
40Stoelen, veiligheidssystemende pal hebt losgelaten de hoofdsteun
te bewegen om er zeker van te zijn
dat de hoofdsteun vergrendeld staat.
Horizontale verstelling
Trek de hoofdsteun naar voor als u
deze horizontaal wilt afstellen. Deze klikt vast in drie posities.
U zet deze weer helemaal naar
achteren door deze geheel naar
voren te trekken en los te laten.
Hoofdsteunen van achterbank
Hoogteverstelling
Hoofdsteun omhoogtrekken.
Voor lager zetten, de pal (1) indruk‐ ken en de hoofdsteun omlaag duwen.
Verwijderen
Zet de hoofdsteun geheel omhoog.
Druk tegelijkertijd de pallen (1) en (2) in.
Trek de hoofdsteun omhoog.
Voorstoelen
Stoelpositie9 Waarschuwing
Alleen met een correct ingestelde
stoel rijden.
9 Gevaar
Altijd op minstens 25 cm afstand
van het stuurwiel zitten zodat de
airbag veilig in werking kan treden.
9 Waarschuwing
Stoelen nooit tijdens het rijden
verstellen, omdat ze ongecontro‐
leerd kunnen bewegen.
9 Waarschuwing
Nooit voorwerpen onder de stoe‐
len plaatsen.
Page 49 of 269
Stoelen, veiligheidssystemen47Gebruik van de stoel bij
zwangerschap9 Waarschuwing
De heupgordel moet zo laag
mogelijk over het bekken lopen
om druk op de buik te voorkomen.
Airbagsysteem
Het airbagsysteem bestaat uit meer‐
dere afzonderlijke systemen afhanke‐
lijk van de omvang van de uitrusting.
Bij het activeren worden de airbags
binnen enkele milliseconden gevuld.
Ook het leeglopen van de airbags
verloopt zo snel, dat dit tijdens een
aanrijding vaak niet eens wordt opge‐ merkt.9 Waarschuwing
Het airbagsysteem ontplooit
explosief, laat reparaties alleen
door deskundig personeel verrich‐ ten.
9 Waarschuwing
Bij het aanbouwen van accessoi‐
res die het frame van de auto, het
bumpersysteem, de hoogte, de
voorkant of de zijbeplating veran‐ deren werkt het airbagsysteem
mogelijk niet goed. De werking
van het airbagsysteem kan ook
nadelig worden beïnvloed door het wijzigen van onderdelen van de
voorstoelen, de veiligheidsgor‐
dels, de airbagsensor- en diagno‐
semodule, het stuurwiel, het
instrumentenpaneel, de portier‐
rubbers aan de binnenkant, waar‐
onder de luidsprekers, een van de
airbagmodules, de hemel- of stijl‐
bekleding, de frontsensoren, de
zij-impactsensoren of de airbag‐
bedrading.
Let op
Ter hoogte van de middenconsole
zitten de regelelektronica van het
airbagsysteem en de gordelspan‐
ners. In dit gebied geen magneti‐
sche voorwerpen plaatsen.
Bevestig geen voorwerpen op de
afdekkingen van de airbags en
bedek ze niet met andere materia‐
len. Laat beschadigde afdekkingen
vervangen door een werkplaats.
Elke airbag treedt slechts eenmaal
in werking. Geactiveerde airbags
onmiddellijk laten vervangen door
een werkplaats. Ook moeten even‐
tueel het stuurwiel, het
Page 50 of 269
48Stoelen, veiligheidssystemeninstrumentenbord, plaatwerk, de
portierafdichtingen, handgrepen en
de stoelen worden vervangen.
Geen aanpassingen in het airbag‐ systeem aanbrengen, anders
vervalt de typegoedkeuring van de auto.
Controlelamp v voor airbagsystemen
3 94.
Kinderveiligheidssystemen op de
passagiersstoel met
airbagsystemen
Waarschuwing conform ECE R94.02 :EN: NEVER use a rearward-facing
child restraint on a seat protected by
an ACTIVE AIRBAG in front of it;
DEATH or SERIOUS INJURY to the
CHILD can occur.
DE: Nach hinten gerichtete Kinder‐
sitze NIEMALS auf einem Sitz
verwenden, der durch einen davor
befindlichen AKTIVEN AIRBAG
geschützt ist, da dies den TOD oder
SCHWERE VERLETZUNGEN DES
KINDES zur Folge haben kann.
FR: NE JAMAIS utiliser un siège d'en‐
fant orienté vers l'arrière sur un siège
protégé par un COUSSIN GONFLA‐
BLE ACTIF placé devant lui, sous
peine d'infliger des BLESSURES
GRAVES, voire MORTELLES à l'EN‐ FANT.
ES: NUNCA utilice un sistema de
retención infantil orientado hacia
atrás en un asiento protegido por un
AIRBAG FRONTAL ACTIVO. Peligro
de MUERTE o LESIONES GRAVES para el NIÑO.
RU: ЗАПРЕЩАЕТСЯ
устанавливать детское
удерживающее устройство лицом
назад на сиденье автомобиля,оборудованном фронтальной
подушкой безопасности, если
ПОДУШКА НЕ ОТКЛЮЧЕНА! Это
может привести к СМЕРТИ или
СЕРЬЕЗНЫМ ТРАВМАМ
РЕБЕНКА.
NL: Gebruik NOOIT een achterwaarts
gericht kinderzitje op een stoel met een ACTIEVE AIRBAG ervoor, om
DODELIJK of ERNSTIG LETSEL van het KIND te voorkomen.
DA: Brug ALDRIG en bagudvendt
autostol på et forsæde med AKTIV
AIRBAG, BARNET kan komme i
LIVSFARE eller komme ALVORLIGT
TIL SKADE.
SV: Använd ALDRIG en bakåtvänd
barnstol på ett säte som skyddas med en framförvarande AKTIV AIRBAG.
DÖDSFALL eller ALLVARLIGA
SKADOR kan drabba BARNET.
FI: ÄLÄ KOSKAAN sijoita taaksepäin
suunnattua lasten turvaistuinta istui‐
melle, jonka edessä on AKTIIVINEN
TURVATYYNY, LAPSI VOI KUOLLA
tai VAMMAUTUA VAKAVASTI.
NO: Bakovervendt barnesikringsut‐
styr må ALDRI brukes på et sete med AKTIV KOLLISJONSPUTE foran, da
Page 51 of 269
Stoelen, veiligheidssystemen49det kan føre til at BARNET utsettes for
LIVSFARE og fare for ALVORLIGE
SKADER.
PT: NUNCA use um sistema de
retenção para crianças voltado para
trás num banco protegido com um AIRBAG ACTIVO na frente do
mesmo, poderá ocorrer a PERDA DE
VIDA ou FERIMENTOS GRAVES na CRIANÇA.
IT: Non usare mai un sistema di sicu‐
rezza per bambini rivolto all'indietro
su un sedile protetto da AIRBAG
ATTIVO di fronte ad esso: pericolo di
MORTE o LESIONI GRAVI per il
BAMBINO!
EL: ΠΟΤΕ μη χρησιμοποιείτε παιδικό
κάθισμα ασφαλείας με φορά προς τα
πίσω σε κάθισμα που προστατεύεται
από μετωπικό ΕΝΕΡΓΟ ΑΕΡΟΣΑΚΟ, διότι το παιδί μπορεί να υποστεί
ΘΑΝΑΣΙΜΟ ή ΣΟΒΑΡΟ
ΤΡΑΥΜΑΤΙΣΜΟ.
PL: NIE WOLNO montować fotelika
dziecięcego zwróconego tyłem do
kierunku jazdy na fotelu, przed
którym znajduje się WŁĄCZONA
PODUSZKA POWIETRZNA. Niezas‐
tosowanie się do tego zaleceniamoże być przyczyną ŚMIERCI lub
POWAŻNYCH OBRAŻEŃ u
DZIECKA.
TR: Arkaya bakan bir çocuk emniyet
sistemini KESİNLİKLE önünde bir
AKTİF HAVA YASTIĞI ile korun‐
makta olan bir koltukta kullanmayınız. ÇOCUK ÖLEBİLİR veya AĞIR
ŞEKİLDE YARALANABİLİR.
UK: НІКОЛИ не використовуйте
систему безпеки для дітей, що
встановлюється обличчям назад,
на сидінні з УВІМКНЕНОЮ
ПОДУШКОЮ БЕЗПЕКИ, інакше це
може призвести до СМЕРТІ чи
СЕРЙОЗНОГО ТРАВМУВАННЯ
ДИТИНИ.
HU: SOHA ne használjon hátrafelé
néző biztonsági gyerekülést előlről
AKTÍV LÉGZSÁKKAL védett ülésen,
mert a GYERMEK HALÁLÁT vagy
KOMOLY SÉRÜLÉSÉT okozhatja.
HR: NIKADA nemojte koristiti sustav
zadržavanja za djecu okrenut prema
natrag na sjedalu s AKTIVNIM ZRAČ‐ NIM JASTUKOM ispred njega, to bi
moglo dovesti do SMRTI ili OZBILJN‐
JIH OZLJEDA za DIJETE.SL: NIKOLI ne nameščajte otroškega
varnostnega sedeža, obrnjenega v
nasprotni smeri vožnje, na sedež z
AKTIVNO ČELNO ZRAČNO
BLAZINO, saj pri tem obstaja nevar‐
nost RESNIH ali SMRTNIH
POŠKODB za OTROKA.
SR: NIKADA ne koristiti bezbednosni
sistem za decu u kome su deca okre‐
nuta unazad na sedištu sa AKTIVNIM VAZDUŠNIM JASTUKOM ispred
sedišta zato što DETE može da
NASTRADA ili da se TEŠKO
POVREDI.
MK: НИКОГАШ не користете детско
седиште свртено наназад на
седиште заштитено со АКТИВНО
ВОЗДУШНО ПЕРНИЧЕ пред него, затоа што детето може ДА ЗАГИНЕ
или да биде ТЕШКО ПОВРЕДЕНО.
BG: НИКОГА не използвайте
детска седалка, гледаща назад,
върху седалка, която е защитена
чрез АКТИВНА ВЪЗДУШНА
ВЪЗГЛАВНИЦА пред нея - може да се стигне до СМЪРТ или
СЕРИОЗНО НАРАНЯВАНЕ на
ДЕТЕТО.
Page 52 of 269
50Stoelen, veiligheidssystemenRO: Nu utilizaţi NICIODATĂ un scaun
pentru copil îndreptat spre partea din
spate a maşinii pe un scaun protejat de un AIRBAG ACTIV în faţa sa;
acest lucru poate duce la DECESUL
sau VĂTĂMAREA GRAVĂ a COPI‐
LULUI.
CS: NIKDY nepoužívejte dětský
zádržný systém instalovaný proti
směru jízdy na sedadle, které je chrá‐ něno před sedadlem AKTIVNÍM
AIRBAGEM. Mohlo by dojít k
VÁŽNÉMU PORANĚNÍ nebo ÚMRTÍ DÍTĚTE.
SK: NIKDY nepoužívajte detskú
sedačku otočenú vzad na sedadle
chránenom AKTÍVNYM AIRBAGOM,
pretože môže dôjsť k SMRTI alebo
VÁŽNYM ZRANENIAM DIEŤAŤA.
LT: JOKIU BŪDU nemontuokite atgal
atgręžtos vaiko tvirtinimo sistemos
sėdynėje, prieš kurią įrengta AKTYVI
ORO PAGALVĖ, nes VAIKAS GALI
ŽŪTI arba RIMTAI SUSIŽALOTI.
LV: NEKĀDĀ GADĪJUMĀ neizmanto‐
jiet uz aizmuguri vērstu bērnu sēde‐
klīti sēdvietā, kas tiek aizsargāta ar
tās priekšā uzstādītu AKTĪVUDROŠĪBAS SPILVENU, jo pretējā
gadījumā BĒRNS var gūt SMAGAS
TRAUMAS vai IET BOJĀ.
ET: ÄRGE kasutage tahapoole
suunatud lapseturvaistet istmel, mille
ees on AKTIIVSE TURVAPADJAGA
kaitstud iste, sest see võib põhjus‐
tada LAPSE SURMA või TÕSISE
VIGASTUSE.
MT: QATT tuża trażżin għat-tfal li
jħares lejn in-naħa ta’ wara fuq sit
protett b’AIRBAG ATTIV quddiemu; dan jista’ jikkawża l-MEWT jew
ĠRIEĦI SERJI lit-TFAL.
GA: Ná húsáid srian sábháilteachta
linbh cúil RIAMH ar shuíochán a
bhfuil mála aeir ag feidhmiú os a
chomhair. Tá baol BÁIS nó GORTÚ
DONA don PHÁISTE ag baint leis.
Gebruik afgezien van de waarschu‐
wing conform ECE R94.02 omwille
van de veiligheid nooit een kindervei‐
ligheidssysteem op de passagiers‐
stoel met een actieve frontairbag.9 Gevaar
Gebruik geen kinderveiligheids‐
systeem op de passagiersstoel
met actieve frontairbag.
U vindt het waarschuwingslabel aan beide zijden van de zonneklep aan
bijrijderszijde.
Airbag deactiveren 3 52.
Frontaal airbagsysteem Het frontairbagsysteem bestaan uit
een airbag in het stuurwiel en een
airbag in het instrumentenpaneel aan
de passagierskant voorin. Deze zijn
te herkennen aan het opschrift
AIRBAG .
Het frontairbagsysteem treedt in
werking bij een voldoende krachtige
aanrijding aan de voorzijde. Het
contact moet ingeschakeld zijn.