OPEL MOVANO_B 2019 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2019, Model line: MOVANO_B, Model: OPEL MOVANO_B 2019Pages: 261, PDF Size: 6.4 MB
Page 11 of 261
Kort en bondig9SpiegelverstellingBinnenspiegel
U verstelt de spiegel door het spie‐
gelhuis in de gewenste richting te
verplaatsen.
Binnenspiegel, groothoekspiegel
3 43.
Buitenspiegels
Handmatig verstellen
Spiegel in gewenste richting draaien.
Buitenspiegels 3 41.
Elektrisch verstelbare buitenspiegels
Betreffende buitenspiegel selecteren
en afstellen door de knop de zwen‐
ken.
Bolronde buitenspiegels 3 41.
Elektrisch verstellen 3 41.
Inklapbare buitenspiegels 3 42.
Verwarmbare buitenspiegels 3 42.
Page 12 of 261
10Kort en bondigStuurwiel instellen
Hendel omlaagbewegen, stuurwiel
instellen, hendel omhoogbewegen en
vergrendelen.
Stuurwiel uitsluitend bij stilstaande
auto en ontgrendeld stuurslot verstel‐ len.
Airbagsysteem 3 63.
Contactslotstanden 3 141.
Page 13 of 261
Kort en bondig11Overzicht instrumentenpaneel
Page 14 of 261
12Kort en bondig1Vaste luchtroosters ............137
2 Koplampreikwijdte
instellen .............................. 116
Parkeerhulp ......................... 174
Traction Control-systeem ...165
Elektronische stabiliteits‐
regeling ............................... 166
3 Zijdelingse luchtroosters ....136
4 Lichtschakelaar ..................114
Richtingaanwijzers .............117
Groot licht en dimlicht,
lichtsignaal ......................... 115
Stadslichten ........................ 114
Automatische verlichting ....114
Omgevingsverlichting ......... 121
Mistlampen ......................... 118
Mistachterlicht ....................118
Grootlichtassistentie ............ 115
5 Instrumenten ........................ 95
Versnellingsbakdisplay .........98Driver Information Centre .... 107
Boordcomputer ...................110
6 Claxon .................................. 89
Bestuurdersairbag ...............66
7 Afstandsbediening op
stuurwiel ................................ 89
Cruisecontrol ...................... 168
8 Voorruitwissers,
voorruitsproeiers ..................90
Boordcomputer ...................110
9 Munthouder .......................... 77
10 Elektrische aansluiting,
USB-aansluiting ....................93
11 Middelste luchtroosters ......136
12 Opbergvak ............................ 77
13 Info-Display ......................... 108
14 Passagiersairbag ..................66
15 Opbergvak ........................... 77
16 Handschoenenkastje ...........78
17 Gordelwaarschuwing ..........101
Passagiersairbag
deactiveren ........................... 67
18 Bekerhouders ....................... 7819Verwarming en ventilatie ...122
Elektronische
klimaatregeling (ECC) .........124
20 Aansteker ............................. 94
Elektrische aansluiting .........93
21 Schakelhendel,
handgeschakelde
versnellingsbak ...................158
Geautomatiseerde
versnellingsbak ...................158
22 Cruisecontrol ...................... 168
Snelheidsbegrenzer ...........170
Geautomatiseerde
versnellingsbak, winter-
en beladingsmodus .............161
Stationairregeling ................143
Stop/Start-systeem .............143
Modus ECO ........................ 140
23 Contactslot met stuurslot ...141
24 Stuurkolomknoppen .............89
25 Stuurwiel instellen ................89
26 Ontgrendelingshandgreep
motorkap ............................ 188
Page 15 of 261
Kort en bondig1327Hulpverwarming ..................130
28 Opbergvak ........................... 77
Zekeringenkast ..................207Rijverlichting
Buitenste lichtschakelaar draaien:
7:uit0:zijmarkeringslichten9 P:dimlicht of grootlichtAUTO:automatische verlichting:
koplampen worden automa‐ tisch in- en uitgeschakeld.
Verlichting 3 114.
Automatische verlichting 3 114.
Waarschuwing brandende koplam‐
pen 3 109.
Bochtverlichting 3 117.
Mistlampen en mistachterlicht
Binnenste lichtschakelaar draaien:
>:mistlampenø:mistachterlichten
Mistlampen 3 118.
Mistachterlichten 3 118.
Page 16 of 261
14Kort en bondigLichtsignaal, grootlicht en dimlicht
Trek de hendel naar u toe.
Groot licht 3 115.
Lichtsignaal 3 116.
Richtingaanwijzershendel omhoog:richtingaanwijzer
rechtshendel omlaag:richtingaanwijzer
links
Richtingaanwijzers 3 117.
Alarmknipperlichten
Om in te schakelen ¨ indrukken.
Alarmknipperlichten 3 117.
Page 17 of 261
Kort en bondig15Claxon
j indrukken.
Claxon 3 89.
Wis-/wasinstallatie
Voorruitwissers0:uitP / AUTO:intervalwissen of auto‐
matisch wissen met
regensensor1:langzaam2:snel
Voorruitwissers 3 90.
Wisserblad vervangen 3 196.
Voorruitsproeiers
Hendel naar u toe trekken.
kort trekken:wisser maakt één
slag en er wordt
sproeiervloeistof
tegen de voorruit
gespotenlang trekken:wisser maakt
enkele slagen en
er wordt sproeier‐
vloeistof tegen de
voorruit gespoten
Voorruitsproeiers 3 90.
Sproeiervloeistof 3 192.
Page 18 of 261
16Kort en bondigKlimaatregelingVerwarmbare achterruit
Ü indrukken om de verwarming in te
schakelen.
Verwarmbare achterruit 3 46.
Verwarmbare buitenspiegels
Met Ü schakelt u ook de verwarm‐
bare buitenspiegels in.
Verwarmbare buitenspiegels 3 42.
Ruiten ontwasemen en ontdooien
Verwarming en ventilatie
● Draaiknop voor temperatuur in hoogste stand zetten.
● Luchtdebiet in hoogste stand zetten.
● Luchtverdeelschakelaar op V
zetten.
● Verwarming achterruit Ü inscha‐
kelen.
● Schakelaar koeling A/C AAN.
● Zijdelingse luchtroosters openen naar wens en op de zijruiten rich‐ten.
Verwarming en ventilatie 3 122.
Page 19 of 261
Kort en bondig17Elektronische klimaatregeling (ECC)
V indrukken.
Temperatuur en luchtverdeling
worden automatisch ingesteld en de ventilator draait op een hoog toeren‐
tal.
Elektronisch klimaatregelsysteem
3 124.
Versnellingsbak
Handgeschakelde
versnellingsbak
Achteruit: vanuit stilstand na het
intrappen van het koppelingspedaal
de ring op de keuzehendel omhoog
trekken en de versnelling inschake‐
len.
Kan de versnelling niet worden inge‐
schakeld, dan het koppelingspedaal
in de neutrale stand laten opkomen
en weer intrappen; vervolgens
nogmaals schakelen.
Handgeschakelde versnellingsbak
3 158.
Geautomatiseerde
versnellingsbakN:neutrale stando:rijstand+:hogere versnelling-:lagere versnellingA/M:wisselen tussen automatische
en handgeschakelde modusR:achteruitversnelling. Uitslui‐
tend inschakelen als de auto
stilstaat.
Geautomatiseerde versnellingsbak
3 158.
Page 20 of 261
18Kort en bondigVoordat u wegrijdt
Voor het wegrijden controleren ● Bandenspanning 3 212 en -staat
3 240.
● Motoroliepeil en vloeistofniveaus 3 189.
● Ruiten, spiegels, buitenverlich‐ ting en kentekenplaat: vrij van
vuil, sneeuw of ijs en gebruiks‐
klaar.
● Juiste positie van spiegels 3 41, stoelen 3 50 en veilig‐
heidsgordels 3 60.
● Werking van remsysteem (bij lage snelheid), vooral bij vochtige
remmen.Motor starten
● Draai de sleutel naar stand 1.
● Stuurwiel iets verdraaien om het stuurslot te ontgrendelen.
● Trap de koppeling en rem in.
● Trap het gaspedaal niet in.
● Sleutel naar stand 2 draaien om
voor te verwarmen en wachten
totdat controlelampje ! op het
Driver Information Center dooft.
● Draai de sleutel naar stand 3 en
laat deze los.
Motor starten 3 142.
Stop/Start-systeem
Als controlelamp Ï op de instrumen‐
tengroep groen brandt, duidt dit op een Autostop.
Handgeschakelde versnellingsbak Als de auto langzaam rijdt of stilstaat
en er bepaalde voorwaarden zijn vervuld, activeer dan een Autostop
zoals hieronder beschreven:
● trap het koppelingspedaal in● zet de keuzehendel in neutraal
● laat het koppelingspedaal los
Trap om de motor weer te starten,
met de keuzehendel op Neutraal, het koppelingspedaal in.