ESP OPEL VIVARO B 2015.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2015.5, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2015.5Pages: 149, PDF Size: 1.94 MB
Page 121 of 149

Telefoon121TelefoonAlgemene aanwijzingen.............121
Verbinding .................................. 124
Bluetooth-verbinding ..................126
Noodoproep ............................... 131
Bediening ................................... 132
Mobiele telefoons en
CB-zendapparatuur ..................142Algemene aanwijzingen
Het handsfree-telefoonsysteem biedt
u de mogelijkheid om via de micro‐
foon en luidsprekers van de auto mo‐ biele telefoongesprekken te voeren
en met het infotainmentsysteem de
belangrijkste functies van de mobiele telefoon te bedienen.
Om het handsfree-telefoonsysteem
te kunnen gebruiken, moet de mo‐
biele telefoon via Bluetooth aangeslo‐
ten zijn.
Niet alle functies van het handsfree-
telefoonsysteem worden door elke mobiele telefoon ondersteund. Welke telefoonfuncties mogelijk zijn, hangtaf van de desbetreffende mobiele te‐
lefoon en van de netwerkprovider.
Raadpleeg de bedieningsinstructies
voor uw mobiele telefoon of uw net‐
werkprovider.Belangrijke informatie voor de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Het gebruik van het handsfree-te‐
lefoonsysteem tijdens het rijden
kan gevaarlijk zijn omdat uw con‐
centratie afneemt tijdens het tele‐
foneren. Parkeer de auto voordat
u het handsfree-telefoonsysteem
gebruikt.
Volg de voorschriften van het land op waarin u rijdt.
Volg ook de speciale voorschriften die in sommige gebieden gelden
op en zet uw mobiele telefoon al‐
tijd uit als mobiel telefoneren ver‐ boden is, als de mobiele telefoon
storing veroorzaakt of als zich ge‐
vaarlijke situaties kunnen voor‐
doen.
Page 122 of 149

122Telefoon9Waarschuwing
Mobiele telefoons hebben invloed
op uw omgeving. Daarom zijn vei‐ ligheidsvoorschriften opgesteld
waarvan u zich op de hoogte moet stellen voordat u de telefoon ge‐
bruikt.
Bluetooth
Het telefoonportal is gecertificeerddoor de Bluetooth Special Interest
Group (SIG).
Meer informatie over de specificatie
vindt u op internet op
http://www.bluetooth.com
Telefoonbedieningselementen
De belangrijkste telefoonbedienings‐
elementen zijn de volgende:
Bedieningslementen op het infotain‐
mentsysteem of de stuurkolom:
■ Toets 6TEL
- of -
■ Toets TEL
- of -
■ TELEFOON op het ; startmenu‐
scherm (NAVI 50)
- of -
TELEFOON op het hoofdmenu‐
scherm (NAVI 80)
Druk hierop om het menu
Telefoon te openen.
Bedieningselementen op de stuurko‐ lom:
■ 7, 8 : Gesprek aannemen, gesprek
beëindigen/weigeren.
- of -
■ MODE/OK : Gesprek aannemen,
gesprek beëindigen/weigeren, een
handeling bevestigen.
■ 5: Stemherkenning in-/uitschake‐
len.Afhankelijk van het infotainmentsys‐
teem kunnen sommige functies van het handsfree-telefoonsysteem ook
met stemherkenning worden bediend 3 119.
Bediening van displayscherm R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Bediening van displayscherm
■ In het display omhoog/omlaag be‐ wegen: Draai aan de draaiknop
OK .
■ Handelingen bevestigen: Druk op de draaiknop OK.
■ Handelingen annuleren (en terug naar vorige menu): Druk op de
toets /.
Page 123 of 149

Telefoon123
CD35 BT USB - Bediening van
displayscherm
■ In het display omhoog/omlaag be‐ wegen: Draai aan de centrale
draaiknop.
■ Handelingen bevestigen: Druk op de centrale draaiknop.
■ Handelingen annuleren (en terug naar vorige menu): Druk op detoets /.
NAVI 50 - Bediening van
displayscherm
Om naar het menuscherm Telefoon
te gaan, drukt u op de knop Start ;,
gevolgd door TELEFOON op het dis‐
playscherm.
De volgende submenu's zijn beschik‐
baar:
■ Telefoonboek
■ Gesprekkenlijsten
■ Bellen
Druk op S in de linkerbovenhoek om
tussen submenu's te wisselen.■ In het display omhoog/omlaag be‐ wegen: Druk op R of S.
■ Handelingen bevestigen: Druk op OK .
■ Handelingen annuleren (en terug naar vorige menu): Druk op r.
NAVI 80 - Bediening van
displayscherm
Om het menu "Telefoon" te openen
vanuit de startpagina, drukt u op
MENU , gevolgd door Telefoon op het
displayscherm.
De volgende submenu's zijn beschik‐ baar:
■ Telefoonboek
■ Gesprekkenlijsten
■ Een nummer kiezen
■ Voicemail
■ Instellingen■ In het display omhoog/omlaag be‐
wegen: Druk op 4 of 1.
■ Handelingen annuleren (en/of te‐ rug naar vorige menu): Druk op r.
■ Pop-upmenu openen ( bijv. om con‐
tactpersonen toe te voegen aan
een favorietenlijst): Druk op <.
Let op
U hebt op elk moment toegang tot de
favorieten door op de startpagina op f te drukken.
Toetsenborden op het display
bedienen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Toetsenborden op het display
bedienen
Binnen het numerieke toetsenbord op
het displayscherm bewegen en te‐
kens erop invoeren: Draai de draai‐ knop OK en druk deze in.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken ←.
Page 125 of 149

Telefoon125
Tijdens een automatisch verbinding
schakelt de conversatie automatisch
naar de microfoon en luidsprekers
van de auto als een gesprek reeds
aan de gang is.
Als de verbinding mislukt: ■ Controleer of de telefoon ingescha‐
keld is,
■ Controleer of de batterij van de te‐ lefoon niet leeg is,
■ Controleer of de telefoon reeds ge‐
koppeld is.
De Bluetooth-functie van de mobiele
telefoon en van het handsfree-tele‐
foonsysteem moet ingeschakeld zijn
en de mobiele telefoon moet geconfi‐
gureerd zijn om het verbindingsver‐
zoek van het systeem te accepteren.
Handmatige verbinding
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Handmatige verbinding
Om de op het handsfree-telefoonsys‐
teem aangesloten telefoon te veran‐
deren, drukt u op de toets TEL en se‐lecteert u het menu Selecteer
apparaat . De apparatenlijst toont de
telefoons die al gekoppeld zijn.
Selecteer de gewenste telefoon uit de lijst en bevestig door de draaiknop
OK in te drukken. Een displaybericht
bevestigt de telefoonverbinding.
CD35 BT USB - Handmatige
verbinding
Om de op het handsfree-telefoonsys‐
teem aangesloten telefoon te veran‐
deren, drukt u op de toets
SETUP / TEXT en selecteert u
Bluetooth-verbinding (of drukt u op de
toets TEL als er geen apparaat ver‐
bonden is). De apparatenlijst toont de
telefoons die al gekoppeld zijn.
Selecteer de gewenste telefoon uit de lijst en bevestig door de centrale
draaiknop te draaien en in te drukken.
Een displaybericht bevestigt de tele‐
foonverbinding.
NAVI 50 - Handmatige verbinding
U kunt de telefoon die met het hands‐ free-telefoonsysteem is verbonden
wijzigen door op de knop Start ; tedrukken, gevolgd door
INSTELLINGEN op het display‐
scherm.
Selecteer vervolgens Bluetooth en
Bluetooth-apparatenlijst bekijken . De
apparatenlijst toont de telefoons die
al gekoppeld zijn.
Selecteer de gewenste telefoon uit de lijst en bevestig door op OK te druk‐
ken.
NAVI 80 - Handmatige verbinding
Om vanuit de startpagina de telefoon
te wijzigen die met het handsfree-te‐
lefoonsysteem is verbonden, drukt u
op MENU , gevolgd door Telefoon en
Instellingen op het displayscherm.
Selecteer vervolgens Apparaten
beheren . De apparatenlijst toont de
telefoons die al gekoppeld zijn. Kies
de gewenste telefoon uit de lijst.
Telefoon ontkoppelen
Wanneer de mobiele telefoon uitge‐
schakeld wordt, wordt de telefoon van het handsfree-telefoonsysteem ont‐
koppeld.
Page 126 of 149

126Telefoon
Als tijdens het ontkoppelen een ge‐
sprek reeds aan de gang is, wordt de conversatie automatisch naar de mo‐biele telefoon geschakeld.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoon ontkoppelen
Voor het ontkoppelen van een tele‐
foon van het Infotainmentsysteem drukt u op de toets TEL (of de toets
SETUP ) en selecteert u Bluetooth-
verbinding . Selecteer het gewenste
apparaat uit de apparatenlijst en se‐
lecteer vervolgens Apparaat
loskoppelen door de draaiknop OK te
draaien en in te drukken. Een display‐
bericht bevestigt het ontkoppelen van de telefoon.
CD35 BT USB - Telefoon
ontkoppelen
Voor het ontkoppelen van een tele‐ foon van het Infotainmentsysteem
drukt u op de toets SETUP / TEXT en
selecteert u Bluetooth-verbinding .
Selecteer het gewenste apparaat uit
de apparatenlijst en selecteer vervol‐
gens Apparaat loskoppelen door decentrale draaiknop te draaien en in te
drukken. Een displaybericht bevestigt
het ontkoppelen van de telefoon.
NAVI 80 - Telefoon ontkoppelen
Om vanuit de startpagina een tele‐
foon te ontkoppelen van het infotain‐
mentsysteem, drukt u op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer vervolgens Apparaten
beheren . Selecteer in de getoonde
lijst de verbonden telefoon die ont‐
koppeld moet worden.
Telefoon met voorrang
definiëren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Telefoon met voorrang definiëren
De telefoon met voorrang is de laatst
verbonden telefoon.
Na het inschakelen van het contact
zal het handsfree-telefoonsysteem
eerst naar de telefoon met voorrangs‐
koppeling gaan zoeken. Het zoeken
gaat door tot een gekoppelde tele‐
foon is gevonden.CD35 BT USB - Telefoon met
voorrang definiëren
De telefoon met voorrang is de laatst
verbonden telefoon.
Na het inschakelen van het contact
zal het handsfree-telefoonsysteem
eerst naar de telefoon met voorrangs‐ koppeling gaan zoeken. Het zoeken
gaat door tot een gekoppelde tele‐
foon is gevonden.
Bluetooth-verbinding Bluetooth is een radiografische norm
voor het draadloos verbinden van
bijv. een telefoon met andere appa‐
ratuur.
Informatie zoals een contactlijst voor
de mobiele telefoon en gesprekken‐
lijsten kunnen worden overgedragen. Welke functies er beschikbaar zijn,hangt af van het model telefoon.
Voorwaarden
Aan de volgende voorwaarden moet
worden voldaan om een Bluetooth-
compatibele mobiele telefoon via hetInfotainmentsysteem te regelen:
Page 131 of 149

Telefoon131
NAVI 80 - Een mobiele telefoon
ontkoppelen
Om te ontkoppelen, d.w.z. dat een te‐
lefoon uit het geheugen van het
handsfree-telefoonsysteem wordt
verwijderd, gaat u naar het scherm
Apparaten beheren .
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en Instellingen
op het displayscherm.
Selecteer Apparaten beheren en druk
op < om een pop-upmenu te openen.
Selecteer vervolgens Verwijderen en
verwijder het geselecteerde apparaat van de lijst.
Noodoproep9 Waarschuwing
Het tot stand brengen van de ver‐
binding kan niet onder alle om‐
standigheden worden gegaran‐
deerd. Vertrouw daarom niet al‐
leen op een mobiele telefoon bij
gesprekken van levensbelang
(bijv. bij het inroepen van medi‐
sche hulp).
Voor sommige netwerken kan het
noodzakelijk zijn dat er op de juiste manier een geldige simkaart in de
mobiele telefoon is aangebracht.9 Waarschuwing
Denk eraan dat u met uw mobiele
telefoon alleen kunt bellen en ont‐ vangen indien u zich in een gebied
bevindt met een voldoende sterk
signaal.
Onder bepaalde omstandigheden
kunnen nooddiensten niet op alle
mobiele telefoonnetwerken wor‐
den gebeld; mogelijkerwijs kun‐
nen deze oproepen ook niet ge‐
daan worden wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoon‐
functies actief zijn. Raadpleeg uw
netwerkprovider voor meer infor‐
matie.
Het alarmnummer verschilt afhan‐ kelijk van het land of de regio. Wij
raden u aan het juiste alarmnum‐
mer voor het relevante land of de
relevante regio van tevoren op te
vragen.
Kies het alarmnummer (zie "Bedie‐
ning" 3 132); er wordt verbinding ge‐
maakt met de alarmcentrale.
Beantwoord de vragen van het per‐
soneel over de noodoproep.
9 Waarschuwing
Beëindig het gesprek pas als de
alarmcentrale u daarom vraagt.
NAVI 50
Druk op de knop Start ; en kies
KAART op het displayscherm om het
alarmnummer voor de huidige locatie
te bekijken.
Druk op Opties en vervolgens op
Waar ben ik? .
Page 132 of 149

132Telefoon
Wanneer het scherm Waar ben ik?
verschijnt, drukt u op Opties, gevolgd
door Landinformatie op het display‐
scherm: Het alarmnummer ( bijv. 112)
verschijnt op het display.
Bediening Inleiding Wanneer een Bluetooth-verbinding
tot stand is gebracht tussen uw mo‐ biele telefoon en het handsfree-tele‐
foonsysteem, kunnen bepaalde func‐ ties van uw mobiele telefoon via de
bedieningselementen van het info‐
tainmentsysteem of het display wor‐
den bediend.
Het is bijvoorbeeld mogelijk om de contacten en telefoonnummers die in
uw mobiele telefoon zijn opgeslagen, in het handsfree-telefoonsysteem te
importeren.
Nadat de verbinding tot stand is ge‐
bracht, worden de gegevens van de
mobiele telefoon naar het handsfree-
telefoonsysteem gezonden. Afhanke‐ lijk van het model telefoon kan dit
enige tijd duren. Tijdens deze periodeis het bedienen van de mobiele tele‐
foon via het Infotainmentsysteem
slechts beperkt mogelijk.
Let op
Niet elke mobiele telefoon onder‐
steunt de functies van het hands‐
free-telefoonsysteem. Daarom kan
het bereik aan beschreven functies afwijken.
Menu Telefoon
Het Telefoon -menu weergeven:
■ Druk op de toets 6TEL
- of -
■ Druk op de toets TEL
- of -
■ Druk op de knop Start ;, gevolgd
door TELEFOON op het display‐
scherm (NAVI 50)
■ Druk vanuit de startpagina op MENU , gevolgd door Telefoon op
het displayscherm (NAVI 80).Volumeregeling
R15 BT, R16 BT USB, CD16 BT,
CD18 BT USB - Volumeregeling
Draai tijdens een oproep aan de draaiknop m of druk op ! of # (op de
knoppen op de stuurkolom) om het
volume van de oproep te wijzigen.
CD35 BT USB - Volumeregeling
Om het volume voor gesprekken,
stemherkenning of de beltoon vooraf
in te stellen, drukt u op de toets
SETUP / TEXT en selecteert u Tele‐
fooninstellingen uit het instellingen‐
menu, gevolgd door Volume.
Selecteer de gewenste optie (bijv.
Beltoonvolume ) en stel het volume af
met de centrale draaiknop.
Draai tijdens een oproep aan de vo‐
lumedraaiknop of druk op ! of # (op
de knoppen op de stuurkolom) om het
volume van de oproep te wijzigen.
NAVI 50 - Volumeregeling
Druk tijdens een gesprek op de knop
< of ] van het infotainmentsysteem
om het gespreksvolume te wijzigen.
Page 133 of 149

Telefoon133
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op de toets ! of #.
NAVI 80 - Volumeregeling
Draai tijdens een gesprek aan de
draaiknop X van het infotainmentsys‐
teem om het gespreksvolume te wij‐
zigen.
Druk eventueel (met de knoppen op
de stuurkolom) op de toets ! of #.
Een telefoonnummer bellen
Er zijn verschillende opties beschik‐
baar voor het bellen van telefoon‐
nummers, waaronder het bellen van
een contact in het telefoonboek of
vanuit een gesprekkenlijst. Nummers kunnen natuurlijk ook handmatig wor‐
den gekozen.
Handmatig een nummerinvoeren
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Handmatig een nummer invoeren
Terwijl het Telefoon-menu wordt
weergegeven, selecteert u Kiezen uit
de lijst.Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord ( 3 121)
en selecteer 7 om het kiezen te star‐
ten.
Kies het laatste nummer opnieuw
door de toets TEL ingedrukt te hou‐
den.
CD35 BT USB - Handmatig een
nummer invoeren
Terwijl het Telefoon-menu wordt
weergegeven, selecteert u Nummer
kiezen uit de lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord ( 3 121)
en selecteer het pictogram y op het
display. Druk op de centrale draai‐ knop om het kiezen te starten.
NAVI 50 - Handmatig een nummer
invoeren
Als het menu Telefoon wordt weerge‐
geven, drukt u op S in de linkerbo‐
venhoek en selecteert u Kiezen uit de
lijst.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en selec‐
teer g om het kiezen te starten.Raadpleeg (NAVI 50) "Toetsenbor‐
den op het display bedienen" in het
hoofdstuk "Algemene informatie"
3 121.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken k. Houd k ingedrukt om
alle nummers tegelijk te wissen.
NAVI 80 - Handmatig een nummer invoeren
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en Een nummer
kiezen op het displayscherm.
Voer het gewenste nummer in met
het numerieke toetsenbord en druk
op Bellen om het kiezen te starten.
Ingevoerde gegevens kunnen wor‐
den gecorrigeerd met het toetsen‐
bordteken k.
Page 136 of 149

136Telefoon
Gesprekkenlijsten
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Gesprekkenlijsten
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen (bijv. gekozen num‐
mers, ontvangen oproepen, gemiste
oproepen), selecteert u de relevante optie, bijv. Recente oproepen uit het
menu Gesprekkenlijst . Selecteer het
gewenste contact en druk op de
draaiknop OK om het kiezen te star‐
ten.
CD35 BT USB - Gesprekkenlijsten Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten (bijv. gekozen nummers, ont‐
vangen oproepen, gemiste oproe‐ pen) te kiezen, selecteert u de rele‐
vante optie, bijv. Gekozen nummers
uit het menu Geschiedenis . Selecteer
het gewenste contact en druk op de
centrale draaiknop om het kiezen te
starten.NAVI 50 - Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het in‐
fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,
ontvangen oproepen en gemiste op‐
roepen in de mobiele telefoon auto‐
matisch naar het handsfree-telefoon‐
systeem verzonden.
Als het menu Telefoon wordt weerge‐
geven, drukt u op S in de linkerbo‐
venhoek en selecteert u
Gesprekkenlijsten uit de lijst.
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen, selecteert u een van
de volgende opties op het display:
■ Alle : Toont een overzicht van alle
oproepen in de onderstaande lijs‐
ten.
■ a: Gekozen nummers.
■ c: Ontvangen oproepen.
■ ê: Gemiste oproepen.
De meest recente oproepen worden
bovenaan weergegeven. Selecteer
het gewenste contact uit de gekozen
lijst om het kiezen te starten.NAVI 80 - Gesprekkenlijsten
Nadat de mobiele telefoon aan het in‐ fotainmentsysteem is gekoppeld,
wordt de lijst met gekozen nummers,
ontvangen oproepen en gemiste op‐
roepen in de mobiele telefoon auto‐
matisch naar het handsfree-telefoon‐
systeem verzonden.
Let op
Het delen van gegevens moet wor‐
den toegestaan op uw telefoon.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van uw mobiele telefoon of neem
contact op met uw netwerkprovider.
De functie "Telefoongegevens auto‐ matisch downloaden" moet even‐
eens worden ingeschakeld in het
menu Telefooninstellingen van het
infotainmentsysteem. Raadpleeg
(NAVI 80) "Telefooninstellingen"
hieronder.
Druk in de startpagina op MENU, ge‐
volgd door Telefoon en
Gesprekkenlijsten op het display‐
scherm.
Page 137 of 149

Telefoon137
Om een nummer uit de gesprekken‐
lijsten te kiezen, selecteert u een van de volgende opties op het display:
■ Alle : Toont een overzicht van alle
oproepen in de onderstaande lijs‐
ten.
■ c: Ontvangen oproepen.
■ c : Gemiste oproepen.
■ a: Gekozen nummers.
De meest recente oproepen worden
bovenaan weergegeven. U kunt ook
op 4 of 1 drukken om in het display
omhoog of omlaag te bladeren.
Selecteer het gewenste contact uit de
gekozen gesprekkenlijst om het kie‐
zen te starten.
Let op
Druk indien nodig op < (om een pop-
upmenu te openen) en selecteer
Telefoongegevens bijwerken om de
gesprekkenlijsten bij te werken.Voicemailbox
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB,
CD35 BT USB - Voicemailbox
Wanneer de mobiele telefoon is ver‐
bonden, kunt u voicemailberichten
van de telefoon beluisteren via het in‐
fotainmentsysteem. Selecteer hier‐
voor het menu Voicemailbox.
NAVI 80 - Voicemailbox
Om voicemailberichten van de mo‐
biele telefoon via het infotainmentsys‐
teem te beluisteren als de telefoon is verbonden, drukt u in de startpagina
op MENU , gevolgd door Telefoon en
Voicemail op het displayscherm.
Het configuratiescherm verschijnt als
de voicemailbox nog niet is geconfi‐
gureerd. Voer het nummer in op het
numerieke toetsenbord en bevestig
de invoer.Inkomende oproepen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Inkomende oproepen
Het gesprek aannemen, afhankelijk
van de configuratie van de auto:
■ Druk kort op de knop 7 (op de
knoppen op de stuurkolom)
■ Selecteer het pictogram 7 op het
display (door de draaiknop OK te
draaien en in te drukken)
Het gesprek niet aannemen, afhan‐
kelijk van de configuratie van de auto:
■ Houd de knop 8 (op de knoppen op
de stuurkolom) ingedrukt
■ Selecteer het pictogram } op het
display (door de draaiknop OK te
draaien en in te drukken)
Wanneer een oproep wordt ontvan‐ gen, kan het nummer van de beller
worden weergegeven op het display‐
scherm van het infotainmentsysteem.
Wanneer het nummer is opgeslagen
in het systeemgeheugen, wordt in dat