center console OPEL VIVARO B 2017.5 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2017.5, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2017.5Pages: 239, PDF Size: 5.39 MB
Page 67 of 239
Stoelen, veiligheidssystemen65
Het passagiersairbagsysteem kan via
een schakelaar aan de zijkant van het
instrumentenbord worden gedeacti‐ veerd. Open de passagiersdeur om
bij de schakelaar te komen.
Druk de schakelaar in en draai deze
om de positie te kiezen:* UIT:passagiersairbagsysteem
is gedeactiveerd en gaat
niet af bij een aanrijding.
Controlelamp *UIT brandt
ononderbroken in de
dakconsole 3 94, 3 97
en er verschijnt een bijbe‐
horend bericht op het Driver Information Center 3 102.Ó AAN:passagiersairbagsysteem
is actief.9 Gevaar
Deactiveer de passagiersairbag
uitsluitend bij gebruik van een
kinderveiligheidssystemen,
volgens de instructies en beper‐
kingen in de tabel 3 68.
Anders is er kans op dodelijk letsel voor een persoon op de passa‐
giersstoel met een gedeacti‐
veerde airbag.
Als controlelamp ÓAAN na het
inschakelen van het contact brandt
en controlelamp *UIT niet brandt,
gaat het passagiersairbagsysteem bij
een aanrijding af.
Als beide controlelampen ÓAAN en
* UIT tegelijk branden, is er een
systeemstoring. De systeemstatus
wordt niet aangeduid; er mag
niemand op de passagiersstoel
worden vervoerd. Onmiddellijk
contact opnemen met een werk‐
plaats.
Als controlelamp F 3 98 samen met
v 3 97 blijft branden, is er sprake
van een systeemstoring. De stand
van de schakelaar kan per ongeluk
zijn veranderd terwijl het contact aan
is. Draai het contact uit en weer aan
en zet de schakelaar weer in de juiste
stand. Als F en v toch nog blijven
branden, roep dan de hulp van een
werkplaats in.
Status alleen wijzigen tijdens stilstand met het contact uitgeschakeld. De
status blijft vervolgens tot de
volgende wijziging van kracht.
Controlelamp airbag deactiveren
3 97.
Page 105 of 239
Instrumenten en bedieningsorganen103Info-Display
Het centrale display op het Infotain‐
mentsysteem toont de tijd (en/of de
buitentemperatuur, afhankelijk van
de versie) en gegevens van het Info‐
tainmentsysteem.
Schakel het Infotainmentsysteem
met X in. Het schakelt eventueel
automatisch in wanneer het contact wordt ingeschakeld.
Afhankelijk van het systeem werkt het
Infotainmentsysteem via knoppen en
draaiknoppen op de console van het Infotainmentsysteem, de knoppen op
de stuurkolom, het stemherkennings‐
systeem (mits beschikbaar) of via het aanraakschermdisplay.
Bediening met aanraakscherm Gewenste optie uit de beschikbare
menu's en opties selecteren door het
displayscherm met de vinger aan te
raken.
Raadpleeg voor meer informatie de
handleiding Infotainment.Boordinformatie
Er verschijnen berichten op het Driver
Information Center en wellicht brandt
daarbij controlelamp F of C op de
instrumentengroep.
Informatieberichten
Informatieberichten m.b.t. bijv. start‐
problemen, het Stop/Start-systeem, het aantrekken van de handrem, de
centrale vergrendeling, het stuurslot
enz. melden de huidige status van
bepaalde boordfuncties en instructies voor het gebruik.
StoringsmeldingenStoringsmeldingen m.b.t. bijv. het
brandstoffilter, airbags, emissie enz.
verschijnen in combinatie met contro‐
lelamp F. Rijd voorzichtig door en
raadpleeg zo spoedig mogelijk een
werkplaats.
Druk op de knop aan het uiteinde van
de ruitenwisserhendel om storings‐
meldingen, bijv. " CONTROLEER
INSPUITING ", van het display te
wissen. Na enkele seconden