phone OPEL VIVARO B 2019 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2019, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2019Pages: 141, PDF Size: 2.11 MB
Page 45 of 141
Inleiding45De volgende instellingensubmenu's
verschijnen onderaan het scherm:
● Audio :
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Geluidsinstellingen" 3 41 en
"Volume-instellingen" 3 43.
● Display : Zie hieronder.
● Connectiviteit : Zie hieronder.
● Systeem : Zie hieronder.Beeldscherm
Selecteer Display voor de volgende
opties:
● Helderheid (Laag/Normaal/
Hoog)
● Kaartmodus (Auto/Dag/Nacht)
● Auto : De dag- en nachtmo‐
dus schakelen automatisch
om.
● Dag : Het kaartscherm wordt
altijd met heldere kleuren
weergegeven.
● Nacht : Het kaartscherm
wordt altijd met donkere kleu‐
ren weergegeven.
● Achtergrond (Donker/Licht)
Beschikbaar afhankelijk van de
versie. Schakelen tussen een
donkere en lichte weergavemo‐
dus (beschikbaar afhankelijk van
de auto).Connectiviteit
Selecteer Connectiviteit voor de
volgende opties:
● Bluetooth-apparatenlijst bekijken
● Bluetooth-apparaat zoeken
● Extern apparaat goedkeuren●Wachtwoord wijzigen (om Blue‐
tooth-apparaten met het Infotain‐ mentsysteem te koppelen)
● Smartphone
Beschikbaar afhankelijk van de
versie.
Voor hulp met activeren en
bedienen van stembediening
kunt u "Stemherkenning" raad‐ plegen 3 114.
Raadpleeg voor meer informatie over
Bluetooth-instellingen
(NAVI 50 IntelliLink) "Streaming
audio via Bluetooth" 3 71 en "Blue‐
tooth-verbinding" in het hoofdstuk
"Telefoon" 3 123.Systeem
Selecteer Systeem voor de volgende
opties:
● Taal
Wijzig de displaytaal en de taal
van de gesproken aanwijzingen
voor het navigatiesysteem. Druk
op OK om de keuze te bevesti‐
gen.
Page 67 of 141
USB-poort67USB-poortAlgemene aanwijzingen...............67
Opgeslagen audiobestanden
afspelen ....................................... 68Algemene aanwijzingen
Afhankelijk van de versie bevindt zich
in het Infotainmentsysteem (of op het instrumentenpaneel) een USB-
aansluiting M waarmee externe audi‐
obronnen kunnen worden aangeslo‐
ten.
Let op
Deze poort moet u altijd schoon- en
drooghouden.
Op de USB-poort kunt u een MP3-
speler, USB-opslagstation, iPod of
smartphone aansluiten.
Deze apparaten worden bediend via
de bedieningselementen en menu's
van het infotainmentsysteem.
OpmerkingenMp3-speler en USB-opslagapparaten ● De aangesloten mp3-speler en USB-opslagapparaten moeten
aan de USB MSC-specificatie
voldoen (USB Mass Storage
Class).
● Alleen mp3-spelers en USB- opslagapparaten met een sector‐omvang van 512 bytes en een
clusteromvang die kleiner dan of
gelijk is aan 32 kB in het FAT32-
bestandssysteem, worden
ondersteund.
● Vaste-schijfstations (HDD) worden niet ondersteund.
● De volgende beperkingen gelden
voor de gegevens die opgesla‐
gen zijn op een mp3-speler of
een USB-opslagapparaat:
Alleen mp3-, wma- en (afhanke‐
lijk van het Infotainmentsysteem) acc-bestanden kunnen wordengelezen. Wav-bestanden en alle
Page 78 of 141
78Externe apparatenExterne apparatenAfbeeldingen weergeven.............78
Films afspelen .............................. 78
Smartphone-applicaties
gebruiken ..................................... 79Afbeeldingen weergeven
NAVI 80 IntelliLink - Afbeeldingen
weergeven
Om vanuit de startpagina naar
"Afbeeldingen" te gaan, raakt u
MENU aan, gevolgd door
Multimedia en Afbeeldingen .
Let op
Afspelen is alleen mogelijk wanneer de auto stilstaat.
Selecteer het aangesloten bronappa‐
raat (bijv. SD-kaart of USB) om naar
afzonderlijke foto's te gaan of een
diavoorstelling van alle compatibele
foto's op het apparaat te tonen.
Het display beschikt over de
volgende opties:
● N of O: Ga naar vorige/volgende
foto.
● Miniaturen : Omschakelen tussen
volledig scherm en geminimali‐
seerde weergave.● Nieuwe selectie : Kies een andere
foto van het aangesloten bronap‐ paraat.
● <: Open het pop-upmenu om het
bronapparaat te wijzigen of naar
de foto-instellingen te gaan.
Tijdens de weergave van een
foto/diavoorstelling kunt u met
het pop-upmenu ook het zoom‐
niveau instellen en alle foto's in
miniatuurformaat bekijken.
Foto-instellingen: raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Systeeminstel‐
lingen" 3 44.
Films afspelen
NAVI 80 IntelliLink - Video's
afspelen
Om vanuit de startpagina naar het
menu "Video's" te gaan, raakt u
MENU aan, gevolgd door
Multimedia en Video .
Let op
Afspelen is alleen mogelijk wanneer
de auto stilstaat.
Page 79 of 141
Externe apparaten79Selecteer het aangesloten bronappa‐
raat (bijv. SD-kaart of USB) om naar
afzonderlijke of naar alle compatibele video's op het apparaat te gaan.
Het display beschikt over de
volgende opties:
● t of v: Ga naar vorige/
volgende video.
● =: Video pauzeren.
● Schuifbalk voor verstreken tijd: Door video's bladeren.
● Nieuwe selectie : Kies een andere
video van het aangesloten bron‐ apparaat.
● Volledig scherm : Omschakelen
naar weergave op volledig
scherm.
● r: Terug naar vorige scherm.
● <: Open het pop-upmenu om het
bronapparaat te wijzigen of naar
de video-instellingen te gaan.
Tijdens het afspelen van een
video kunt u met het pop-upmenu
ook terugkeren naar de lijst met
video's.Video-instellingen: raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Systeeminstel‐
lingen" 3 44.
Smartphone-applicaties
gebruiken
De smartphone-applicaties Apple CarPlay™ en Android Auto™ geven
de geselecteerde apps van uw smart‐ phone weer op het displayscherm. U
kunt ze bedienen met de bedienings‐ organen van het Infotainmentsys‐
teem.
Controleer bij de fabrikant van het
apparaat of deze functie op uw smart‐
phone kan worden gebruikt en of de
applicatie beschikbaar is in het land
waar u zich bevindt.
Android Auto is beschikbaar voor
NAVI 50 IntelliLink en
NAVI 80 IntelliLink. Apple CarPlay is beschikbaar voor NAVI 50 IntelliLink.NAVI 50 IntelliLink -
Telefoonweergave
De smartphone voorbereiden
Android-telefoon: Download de
Android Auto-app naar uw smart‐
phone vanaf de Google Play ™ Store.
iPhone: Controleer of Siri ®
op uw
smartphone geactiveerd is.
Mobiele telefoon verbinden
Sluit de smartphone aan op de USB- poort 3 67.
Telefoonweergave starten
Android-telefoon: Tik op de knop
Android Auto op het hoofdscherm van het Infotainmentsysteem en accep‐
teer de verzoeken op de smartphone
om de app Android Auto te gebruiken.
iPhone: Tik op de knop CarPlay op
het hoofdscherm van het Infotain‐
mentsysteem.
Het getoonde telefoonweergave‐
scherm is afhankelijk van uw smart‐ phone en de softwareversie.
Page 80 of 141
80Externe apparatenGa voor een instructievideo over de
connectiviteit van smartphones naar
het menu Instelling(en) , kies
Connectiviteit en blader de lijst door.
Let op
Bij gebruik van navigatie- en
muziekapplicaties via de telefoon‐
weergave komen deze in de plaats
voor soortgelijke geïntegreerde
applicaties van het Infotainmentsys‐
teem.
Teruggaan naar het startscherm
Tik op de Home-toets.
NAVI 80 IntelliLink -
Telefoonweergave
De smartphone voorbereiden
Download de Android Auto-app naar
uw smartphone vanaf de Google
Play™ Store.
Telefoonweergave activeren 1. Sluit de smartphone aan op de USB-poort 3 67.
2. Accepteer het verzoek op het scherm van het display.3. Tik û op het scherm van het
display en accepteer de bepalin‐
gen inzake vertrouwelijkheid. Kijk
bij het eerste gebruik of er op uw
mobiele apparaat systeemver‐
zoeken om door te gaan verschij‐
nen.
4. Tik û nogmaals aan.
Telefoonweergave kan nu worden
gebruikt.
Telefoonweergave gebruiken ● Tik û op het scherm van het
display aan om naar het Android
Auto-menu van de verbonden
smartphone te gaan.
● Houd 5 op het stuurwiel of de
knoppen op de stuurkolom in om
naar spraakbediening te gaan.
Let op
Bij gebruik van navigatie- en
muziekapplicaties via de telefoon‐
weergave komen deze in de plaats
voor soortgelijke geïntegreerde
applicaties van het Infotainmentsys‐
teem.Teruggaan naar het scherm van het
display
Druk op ;.
Page 114 of 141
114StemherkenningStemherkenningAlgemene aanwijzingen.............114
Bediening navigatie ...................115
Telefoonregeling ........................116Algemene aanwijzingen
De stemherkenningsfunctie biedt u
de mogelijkheid om bepaalde functies door middel van gesproken instruc‐
ties te bedienen.
Om te voorkomen dat tijdens een
gesprek in de auto onbedoeld een
van de opgeslagen contacten wordt
gebeld, moet u eerst de stemherken‐
ningsfunctie activeren met 5 op het
stuurwiel/de stuurkolom.
Overzicht bedieningselementen 3 7.
NAVI 50 IntelliLink
De stemherkenningsfunctie van het
handsfree-telefoonsysteem is
beschikbaar afhankelijk van de versie en biedt u de mogelijkheid om
bepaalde functies van een compati‐
bele smartphone via gesproken
instructies te bedienen.
Raadpleeg het hoofdstuk "Telefoon" in dit hoofdstuk 3 116.
Om te bevestigen dat een gekop‐
pelde en aangesloten smartphone
compatibel is met de stemherken‐
ningsfunctie, tikt u 7 aan, gevolgd
door ÿInstelling(en) .Selecteer vervolgens Connectiviteit
en Bluetooth-apparatenlijst bekijken .
In de lijst staan de gekoppelde appa‐ raten en 5 verschijnt naast de naam
van de smartphone om compatibiliteit
aan te geven.
Let op
Indien dit ondersteund wordt, wordt
de taal op uw smartphone automa‐
tisch door het Infotainmentsysteem
gebruikt voor stemherkenning.
Het navigatiesysteem kan ook met
stembediening worden bediend.
Raadpleeg het hoofdstuk "Bediening
navigatie" in dit hoofdstuk 3 115.
Voorwaarden
Er moet aan de volgende voorwaar‐
den worden voldaan:
● De Bluetooth-functie van het Infotainmentsysteem moet geac‐tiveerd zijn.
Raadpleeg "Bluetooth-verbin‐ ding" in het hoofdstuk "Telefoon"
3 123.
● De Bluetooth-functie van de Bluetooth-compatibele smart‐phone moet geactiveerd zijn en
Page 115 of 141
Stemherkenning115de smartphone moet een 3G-,
4G- of wifi-verbinding hebben (zie de bedieningsinstructies van
de smartphone).
● Afhankelijk van de smartphone kan het nodig zijn om het appa‐
raat op "zichtbaar" in te stellen
(zie de bedieningsinstructies van de smartphone).
● De smartphone moet aan/op het Infotainmentsysteem gekoppeld
en aangesloten zijn.
Help
Voor informatie over en hulp bij het
activeren en gebruiken van de stem‐
bediening tikt u 7 aan, gevolgd door
ÿ Instelling(en) en daarna
Connectiviteit .
Selecteer Smartphone uit de lijst
(gebruik S/R om in de lijst te zoeken)
en selecteer dan l om hulp op te
roepen.
Een serie schermen wordt weergege‐
ven die het gebruik van de stemher‐
kenningsfunctie en informatie over
het volgende uitleggen:● in-/uitschakelen met knoppen op stuurwiel/stuurkolom
● compatibele telefoons
● bedieningsmethoden
● beschikbare functies en beschrij‐
vingen
● gebruiksvoorwaarden
NAVI 80 IntelliLink
De stemherkenningsfunctie biedt u
de mogelijkheid om bepaalde functies door middel van gesproken instruc‐
ties te bedienen, zoals:
● Navigatie
Raadpleeg het hoofdstuk "Bedie‐ ning navigatie" in dit hoofdstuk
3 115.
● Telefoon
Raadpleeg het hoofdstuk "Tele‐
foon" in dit hoofdstuk 3 116.
Druk op 5 op het stuurwiel/de stuur‐
kolom om het hoofdmenu
Stembediening te openen. Zeg na de
toon de naam van het menu dat u wilt openen.Als de stemherkenning is geacti‐
veerd, verschijnt het hoofdmenu
Stembediening en geeft de stemher‐
kenningsindicator in de rechter
bovenhoek de systeemstatus en opti‐
malisatieniveaus aan:Groen:optimale stemherkenningOranje:goede stemherkenningRood:middelmatige stemherken‐
ningMicrofoon é:Het systeem is
gereed voor een
gesproken opdrachtLuidspreker
l:Het systeem geeft op
dit moment gespro‐
ken aanwijzingenLaadpicto‐
gram:Bezig met laden van
gegevens
Bediening navigatie
NAVI 50 IntelliLink
Stemherkenning inschakelen
De stemherkenningsfunctie activeren
tijdens navigatie:
Page 116 of 141
116StemherkenningDruk op 5 op de knoppen op het
stuurwiel/de stuurkolom; 5 verschijnt
in rechterbenedenhoek van het
display samen met informatie over
het audiosysteem.
Let op
Tijdens het gebruik van de stemher‐ kenningsfunctie wordt het afspelen
van de audiobron onderbroken.
Voor een leidraad voor het gebruik
van gesproken opdrachten kunt u
(NAVI 50 IntelliLink) "Hulp" in het
hoofdstuk "Algemene informatie"
raadplegen 3 114.
NAVI 80 IntelliLink
Stemherkenning inschakelen
De stemherkenningsfunctie active‐
ren:
Druk op 5 op het stuurwiel/de stuur‐
kolom om het hoofdmenu
Stembediening te openen.
Geef na het geluidssignaal het commando " Bestemming" om een
nieuw adres in te voeren. Geef het
commando " Adres" en geef vervol‐gens alle gegevens van het nieuwe
adres (huisnummer, straatnaam,
plaats/stad).
Het door het systeem herkende adres wordt weergegeven. Bevestig de
bestemming wanneer daar om wordt
gevraagd om de begeleiding te star‐
ten.
Daarnaast kunt u na het geluidssig‐ naal het commando " Recente
bestemmingen " geven om naar een
lijst met de meest recente bestem‐
mingen te gaan, waar u de gewenste bestemming kunt selecteren.
Let op
Voor de stemherkenning van het
navigatiesysteem moet u een
compatibele SD Card plaatsen.
Ga voor meer informatie naar
(NAVI 80 IntelliLink) "Invoer van de
bestemming" in het hoofdstuk "Navi‐
gatie" 3 98.Telefoonregeling
NAVI 50 IntelliLink
Stemherkenning inschakelen
De stemherkenningsfunctie active‐
ren:
Druk op 5 op de knoppen op het
stuurwiel/de stuurkolom om het menu Smartphone te openen; u hoort een
pieptoon en 5 verschijnt op het
display, wat activering aangeeft.
Voor gebruik van stemherkenning
raakt u 5 op het display aan (of druk
op 5).
Let op
Tijdens de bediening van de stem‐
herkenningsfunctie zijn de functies
Radio en Media niet beschikbaar
voor gebruik.
Voor deactiveren raakt u 5 op het
display aan en houdt u deze ingedrukt
(of druk op 5).
Voor een leidraad voor het gebruik
van gesproken opdrachten kunt u
(NAVI 50 IntelliLink) "Hulp" in het
hoofdstuk "Algemene informatie"
raadplegen 3 114.
Page 124 of 141
124TelefoonNAVI 50 IntelliLink - Bluetoothactiveren
Tik 7 aan, gevolgd door
ÿ INSTELLING(EN) .
Selecteer Connectiviteit voor de
volgende opties:
● Bluetooth-apparatenlijst bekijken
● Bluetooth-apparaat zoeken
● Extern apparaat goedkeuren
● Wachtwoord wijzigen
● Smartphone
Beschikbaar afhankelijk van de
versie. Voor hulp met activeren
en bedienen van stembediening
kunt u "Stemherkenning" raad‐
plegen 3 114.
Als het scherm voor Connectiviteit
wordt weergegeven, kunnen appara‐
ten met ingeschakelde Bluetooth aan
het Infotainmentsysteem worden gekoppeld.
NAVI 80 IntelliLink - Bluetooth
activeren
Om vanuit de startpagina naar het
menu Telefooninstellingen te gaan,
tikt u MENU aan, gevolgd door
g Telefoon en Instellingen .De volgende opties worden getoond:
● Apparaten beheren
● Geluidsniveaus
● Voicemail
● Bluetooth activeren
● Telefoongegevens automatisch
downloaden (aan/uit)
Selecteer Bluetooth inschakelen om
het vakje ☑ ernaast aan te vinken.
Apparaten met ingeschakelde Blue‐
tooth kunnen nu met het Infotain‐
mentsysteem worden gekoppeld.
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Telefooninstellingen" in het hoofd‐
stuk "Bediening" voor meer informatie 3 127.
Mobiele telefoon koppelen aan
het handsfree-telefoonsysteem
Om uw handsfree-telefoonsysteem te
kunnen gebruiken, moet er een
verbinding tot stand worden gebracht tussen de mobiele telefoon en het
systeem via Bluetooth, d.w.z. de
mobiele telefoon moet vóór gebruik
aan de auto gekoppeld worden.
Daarom moet de mobiele telefoonBluetooth ondersteunen. Raadpleeg
de bedieningsinstructies van uw
mobiele telefoon.
Om een Bluetooth-verbinding tot
stand te brengen, moet het hands‐
free-telefoonsysteem ingeschakeld
en moet Bluetooth op de mobiele tele‐ foon geactiveerd zijn.
Let op
Als een andere telefoon tijdens een
nieuwe koppelingsprocedure auto‐
matisch wordt aangesloten, wordt
deze automatisch losgekoppeld om
de nieuwe koppelingsprocedure te laten plaatsvinden.
Door het koppelen kan het handsfree-
telefoonsysteem een mobiele tele‐
foon herkennen en in de apparaten‐
lijst opslaan. Er kunnen maximaal
5 mobiele telefoons gekoppeld en in
de apparatenlijst opgeslagen worden,
maar er kan er maar één tegelijkertijd
verbonden zijn.
Let op
Afhankelijk van de versie van
NAVI 50 IntelliLink kunnen maxi‐
maal acht mobiele telefoons worden
gekoppeld.
Page 139 of 141
139Radiobedieningselementen..........50
Radio Data System (RDS) ........... 55
Radiofuncties .......................... 54, 55
Radio-ontvangst ........................... 50
Radiotekst..................................... 55
RDS .............................................. 55
Recente bestemmingen ...............98
Regio ............................................ 55
Ritgegevens.................................. 32
Route ............................................ 84
Route bewerken ......................... 105
Route-informatie .........................105
Route-instellingen .........................84
Routeplanningsmethode ..............84
Rijstrookbeelden ........................... 84
Rijstijllampje Brandstofverbruikmeter .............32
S SD Card .................................. 81, 84
Selectie van frequentiebereik .......50
Services ........................................ 32
Simulcast ...................................... 55
Smartphone Telefoonweergave ....................79
Smartphone-applicaties gebruiken .................................. 79
Snelheidsafhankelijk volume ........43
Snelmenu ..................................... 84
Snel terugspoelen ........................61Snel vooruit................................... 61
Softwareversie ............................ 127
Spraaklabels ............................... 116
Standaardinstellingen herstellen ..32
Stekkeringang............................... 65
Stembediening ........................... 115
Stemherkenning .................114, 116
Stemherkenning inschakelen .....115
Stemvoorkeuren ........................... 84
Symbolenoverzicht ....................113
Systeeminstellingen...................... 44
Systeemtaal wijzigen ..............32, 44
T
Taal............................................... 32
Tekstinformatie (cd-tekst of id3- tag) ............................................ 61
Tekstinformatie (radiotekst) ..........55
Telefoon...................................... 118
Telefoonaansluiting ....................120
Telefoonbedieningselementen ...118
Telefoonboek .............................. 127
Telefooninstellingen ...................127
Telefoonkoppeling verbreken .....120
Telefoon met voorrang definiëren 120
Telefoonnummer bellen ..............127
Telefoonregeling .........................116
Telefoonweergave ........................79
Thuisadres .................................... 98
Thuislocatie .................................. 84Thuislocatie wijzigen..................... 84
Toetsenborden op het display 84, 118
Treble ........................................... 41
Tijd ................................................ 32
Tijd instellen.................................. 32
U
USB-aansluiting ............................ 68
USB-geheugenstick ......................81
USB-opslagapparaat ....................67
USB-opslagapparaten ..................68
USB-poort ..................................... 67
USB-stick ...................................... 84
V Veiligheidswaarschuwingen .........84
Verbinding .................................. 120
Verkeersberichten ......................105
Verkeersberichten (TA) ................55
Verkeersinformatie .......................81
Verkeersveiligheid ..................4, 118
Video's .......................................... 78
Voer een adres in .........................98
Voertuiginformatie ........................32
Voicemailbox .............................. 127
Volume ................................. 41, 116
Aanpassing volume km/u ..........43
Achter UIT ................................. 41
Contourfunctie ........................... 41
Snelheidsafhankelijk volume..
............................................ 32, 43