reset Peugeot 207 CC 2010 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2010, Model line: 207 CC, Model: Peugeot 207 CC 2010Pages: 207, PDF Size: 10.01 MB
Page 3 of 207
!!
i
IN EEN OOGOPSLAG
Wegklapbaar dak Tijdens het wassen van uw auto:
- vergrendel de auto,
-
sproei niet in de richting van het
bovenste gedeelte van de ruiten,
- houd bij het wassen van de auto met een hogedrukreiniger
het uiteinde van de lans min-
stens 1 meter bij de ruiten en
de portierrubbers vandaan.
Wacht na het wassen van uw auto
of na een regenbui tot het dak is op-
gedroogd alvorens het te openen.
De bediening van het dak is vol-
ledig voor eigen risico van de be-
stuurder.
Let erop dat er zich, tijdens het
openen of sluiten van het dak,
geen personen in de buurt van
het bedieningsmechanisme bevin-
den; hiermee wordt risico op letsel
voorkomen.
Het is sterk af te raden het dak te
bedienen bij harde wind. Het is raadzaam het dak bij draai-
ende motor te bedienen.
Dit is mogelijk als de wagensnel-
heid lager is dan 10 km/h.
Bij afgezette motor kunt u het dak
maximaal twee keer bedienen, om
te voorkomen dat de accu ontla-
den raakt.
Voorwaarden
Zet het contact aan.
Verzeker u ervan dat:
- de auto zich niet in de eco-mode bevindt (zie het desbetreffende
hoofdstuk),
- de accuspanning voldoende is (het verklikkerlampje op de bedienings-
schakelaar van het dak brandt),
- de zekering van het dak in orde is (zie het desbetreffende hoofdstuk),
- de ruitbediening is gereset (zie het desbetreffende hoofdstuk),
- de buitentemperatuur hoger is dan -15 °C.
Voorzorgsmaatregelen vóór het
bedienen van het dak
Zet de auto stil op een horizontale
ondergrond.
Controleer of er geen voorwerpen
zijn die het bewegen van het dak
kunnen hinderen:
- er mogen geen voorwerpen op de beweegbare hoedenplank 1 of op
het bagageafdekscherm 2 zijn ge-
plaatst,
- eventuele bagage mag het afdek- scherm niet omhoogdrukken.
Zorg ervoor dat het bagageafdek-
scherm 2 goed is vastgemaakt.
Sluit het kofferdeksel op de juiste
manier.
Onderhoud
Open en sluit het dak minstens
één keer per maand volledig om
het systeem in perfecte staat te
houden.
Page 24 of 207
i
i
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
27
Als u na deze handeling de accu
wilt loskoppelen, vergrendel dan de
auto en wacht minimaal 5 minuten.
Het op 0 zetten van de onderhouds-
indicator zal anders niet worden
opgeslagen.
Op 0 zetten van de
onderhoudsindicator
De onderhoudsindicator moet na elke
onderhoudsbeurt op 0 gezet worden.
Voer dit als volgt uit:
zet het contact af,
druk op de resetknop van de dagtel-
ler en houd deze ingedrukt,
zet het contact aan; de kilometertel-
ler begint terug te tellen,
laat de knop los als het display
"=0" aangeeft; de sleutel verdwijnt.
De factor tijd kan worden mee-
gewogen bij de nog af te leggen
kilometers, afhankelijk van de rijge-
woonten van de bestuurder.
De sleutel kan ook gaan branden
als het interval van twee jaar is
overschreden.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is overschreden Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende
5 seconden
de sleutel knipperen om aan te
geven dat de onderhoudswerkzaamheden zo
spoedig mogelijk uitgevoerd moeten worden.
Voorbeeld: u hebt de afstand tot de eerstvol-
gende onderhoudsbeurt met 300 km over-
schreden.
Als het contact wordt aangezet, geeft het dis-
play gedurende 5 seconden het volgende aan:
5 seconden na het aanzetten van het
contact treedt de kilometerteller weer in
werking en blijft de sleutel branden .
Page 75 of 207
!
i
i
TOEGANG TOT DE AUTO
70
Bediening van de vier ruiten
Met deze bediening kunnen alle ruiten
worden geopend of gesloten. Resetten
Nadat de accukabels los zijn geweest
of na een storing moet de ruitbediening
worden gereset:
laat de schakelaar los en trek hem
opnieuw omhoog totdat de ruit vol-
ledig is gesloten,
houd de schakelaar na het sluiten
nog ongeveer 1 seconde vast,
druk op de schakelaar om de ruit
automatisch te openen,
druk als de ruit volledig is geopend
nogmaals op de schakelaar en houd
deze nog ongeveer 1 seconde vast. Neem bij het verlaten van de auto,
zelfs voor een korte periode, altijd
de sleutel uit het contact.
Wanneer tijdens het bedienen van
de ruit iets tussen de ruit en de
sponning bekneld raakt, moet de
ruit weer worden geopend. Druk
daarvoor op de desbetreffende
schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit
aan passagierszijde bedient, moet
deze ervan verzekerd zijn dat niets
het correcte sluiten van de ruit ver-
hindert.
De bestuurder moet ervan verze-
kerd zijn dat de passagiers op de
juiste manier gebruik maken van
de elektrische ruitbediening.
Zorg ervoor dat kinderen zich tij-
dens het bedienen van de ruit niet
kunnen bezeren.
Druk op schakelaar 3 en laat deze
weer los. De ruiten openen volledig.
Door opnieuw op de schakelaar te
drukken, stoppen de ruiten.
of
Trek aan schakelaar 3 en houd deze
vast. De ruiten sluiten volledig.
Als u de schakelaar loslaat voordat
de ruiten volledig gesloten zijn, stop-
pen ze.
Het inschakelen van deze bediening
geschiedt onder volledige verant-
woordelijkheid van de bestuurder. Met deze procedure wordt de wer-
king van de ruitbediening en de au-
tomatische functie bij het openen
van de portieren ruiten gereset.
Page 147 of 207
!
i
PRAKTISCHE INFORMATIE
137
Maak de accupoolklemmen niet los
bij draaiende motor.
Laad de accu niet op zonder de ac-
cupoolklemmen los te nemen.
Accu's bevatten schadelijke stof-
fen, zoals zwavelzuur en lood. Ac-
cu's moeten volgens de wettelijke
voorschriften worden afgevoerd en
mogen in geen geval bij het huis-
vuil terechtkomen.
Lever lege batterijen en accu's in
bij een speciaal afvalstoffendepot.
Laden met behulp van een
acculader
Maak de accupoolklemmen los.
Volg de aanwijzingen van de fabri-
kant van de acculader.
Sluit de accukabels weer aan, te be-
ginnen met de (-) kabel.
Controleer of de accupolen en de
klemmen schoon zijn. Indien ze be-
dekt zijn met een (witte of groene)
oxidatielaag, neem dan de accuka-
bels los en reinig de polen en klem-
men.
Het is raadzaam de accu los te
koppelen als uw auto langer dan
een maand buiten gebruik is. Vóór het loskoppelen van de
accukabels
Wacht 2 minuten na het afzetten
van het contact.
Sluit de ruiten, het wegklapbare
dak en de voorportieren.
Na het weer aansluiten van de
accukabels
Zet het contact aan en wacht 1 mi-
nuut alvorens de motor te starten
zodat de elektronische systemen
geïnitialiseerd kunnen worden.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
als er zich na deze handeling toch
nog problemen voordoen.
Raadpleeg het desbetreffende
hoofdstuk voor het zelf resetten
van:
- de sleutel met afstandsbedie-
ning,
- de elektrische bedienbare rui- ten en de automatische functie
voor het iets openen van de
portierruiten,
- het GPS navigatiesysteem.
Accukabels loskoppelen
Weer aansluiten van de kabels
Plaats de geopende accupoolklem
1 op de pluspool (+) van de accu.
Druk verticaal op de accupoolklem 1
om hem goed tegen de accu aan te
drukken.
Zet de accupoolklem vast door de
hendel 2 omlaag te duwen.
Forceer de hendel niet, aangezien de
accupoolklem niet kan worden vergren-
deld als deze niet correct is geplaatst;
herhaal de procedure.
Trek de vergrendelingshendel zo
ver mogelijk omhoog.