gas type Seat Alhambra 2018 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: SEAT, Model Year: 2018, Model line: Alhambra, Model: Seat Alhambra 2018Pages: 340, PDF Size: 7.15 MB
Page 257 of 340
Trekhaak voor aanhangwagen en aanhangwagen
●
De el ektri
sche apparaten van de aanhang-
wagen ontvangen bij draaiende motor voe-
ding. Aanhangwagen beladen
Lijnstrekkingsbelasting/kogeldruk
De lijn
s
trekkingsbelasting is de belasting die
de wagen kan trekken ››› . De kogeldruk is
de druk die in v
erticale stand van bovenaf op
de stang met kogelkop van de trekhaak voor
de aanhangwagen wordt uitgeoefend ››› pag.
258.
De gegevens over het aanhangwagengewicht
en de kogeldruk op het typeplaatje van de
trekhaak zijn slechts testwaarden in het ap-
paraat. De voor de wagen geldende waarden
die vaak onder deze waarden liggen, vindt u
in uw wagenpapieren. U moet altijd uitgaan
van de gegevens uit de officiële wagendocu-
mentatie.
Voor een goede verkeersveiligheid raad SEAT
aan altijd te profiteren van de maximum toe-
laatbare kogeldruk. Een te geringe kogeldruk
kan het rijgedrag van de wagen met aan-
hangwagen negatief beïnvloeden.
Door de kogeldruk neemt het gewicht op de
achteras toe, waardoor de nuttige last van de
wagen vermindert. Gewicht van de combinatie
Het tr
ein
gewicht is het gewicht van de bela-
den wagen samen met de beladen aanhang-
wagen.
Aanhangwagen beladen
De wagen en de aanhangwagen samen moe-
ten evenwichtig beladen zijn. Profiteer van de
maximum toelaatbare kogeldruk en overbe-
last het voorste noch het achterste gedeelte
van de aanhangwagen:
● Verdeel de lading in de aanhangwagen zo-
danig dat
zware voorwerpen zo dicht moge-
lijk bij of boven de as liggen.
● Maak de lading in de aanhangwagen cor-
rect
vast.
Bandenspanning
Pomp de bandenspanning van de aanhang-
wagen volgens de aanbevelingen van de
aanhangwagenfabrikant op.
Pomp de banden van de trekkende wagen op
tot de maximum toelaatbare druk ››› pag.
303. ATTENTIE
Als de maximum toelaatbare lading op de as-
sen, de kog el
druk of het totale gewicht van
de trekkende wagen/aanhangwagen over-
schreden wordt, kan dit leiden tot een ernstig
ongeval. ●
Over s
chrijd de aangeduide waarden nooit.
● Bij het huidige gewicht op de voor- en ach-
tera
s mag de lading nooit de maximum toe-
laatbare lading op de assen overschrijden.
Het gewicht op het voorste en achterste ge-
deelte mag het maximum toelaatbare totaal-
gewicht van de wagen nooit overschrijden. ATTENTIE
Als de lading schuift, heeft dat aanzienlijk
v eel in
vloed op de stabiliteit en veiligheid
van de wagen/aanhangwagen en kan dit tot
een ernstig ongeval leiden.
● Belaad de aanhangwagen altijd correct.
● Maak de lading altijd met onbeschadigde
ges
chikte touwen of bevestigingsbanden
vast. Rijden met aanhangwagen
Koplampen afstellen
A
l
s
u een aanhangwagen trekt, is het moge-
lijk dat de voorkant van de wagen omhoog
komt en het dimlicht andere bestuurders ver-
blindt. Verlaag de lichtbundel daarom met de
lichtbundel-hoogteverstelling. Als de wagen
niet is uitgerust met lichtbundel-hoogtever-
stelling, laat de koplampen dan door een ge-
specialiseerde werkplaats afstellen. Wagens
met gasontladingslampen passen zich auto-
matisch aan waardoor ze niet gewijzigd hoe-
ven te worden. »
255
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 282 of 340
Aanwijzingen
●
Sch ak
el steeds uw mobiele telefoon en ra-
dio-installatie of andere elektronische appa-
raten uit voordat u begint te tanken. Elektro-
magnetische golven kunnen vonken
produceren en brand veroorzaken.
● Stap nooit in de wagen terwijl u tankt. Als
het abso
luut nodig zou zijn om in te stappen,
sluit dan het portier en raak een metalen op-
pervlak aan voordat u het vulpistool opnieuw
aanraakt. Op deze manier voorkomt u dat er
vonken ontstaan door elektrostatische ontla-
ding. Tijdens het tanken kunnen vonken
brand veroorzaken.
● Het tanken of vullen van jerrycans in de
buurt
van open vuur, vonken of voorwerpen
die langzaam branden (bijvoorbeeld sigaret-
ten) is ten strengste verboden.
● Voorkom elektrostatische ladingen en elek-
tromagneti
sche straling tijdens het tanken.
● Neem de veiligheidsvoorschriften van het
tanks
tation in acht.
● Mors nooit brandstof in de wagen of de ba-
gageruimt
e. ATTENTIE
SEAT raadt u in verband met de veiligheid aan
geen j err
ycan in de wagen mee te nemen.
Vooral bij een ongeval kan brandstof of res-
ten van brandstof uit de jerrycan lopen en
ontsteken, ook wanneer de jerrycan leeg is.
Dit kan leiden tot explosies, brand en licha-
melijk letsel. ●
Indien het ab so
luut nodig zou zijn brand-
stof in een jerrycan te moeten vervoeren,
houd dan rekening met het volgende:
–Plaats de jerrycan voor het vullen nooit in
of op de wagen (bijv. in de bagageruimte
of op de achterklep). Tijdens het vullen
kunnen de gassen van de brandstof ont-
steken door de elektrostatische lading.
– Zet de jerrycan altijd op de grond wan-
neer u deze vult.
– Steek het vulpistool zo ver mogelijk in de
vulopening van de jerrycan.
– Als u een metalen jerrycan gebruikt, dan
moet het vulpistool de jerrycan aanraken
wanneer deze gevuld wordt, om elektro-
statische ladingen te voorkomen.
– Neem de wettelijke voorschriften over het
gebruik, de opslag en het vervoer van jer-
rycans in acht.
– Let erop dat de jerrycan voldoet aan de
fabricagenormen, bijv. ANSI of
ASTM F852-86. VOORZICHTIG
● Ver w
ijder onmiddellijk gemorste brandstof
op de wagenlak om de wielkast, band en lak
niet te beschadigen.
● Het tanken van benzine in een dieselmotor
of v
ice versa kan de motor en het brandstof-
systeem ernstig beschadigen. Dergelijke sto-
ringen zijn niet inbegrepen in de SEAT-garan-
tie. Indien u bij vergissing een verkeerd
brandstoftype tankt, mag u in geen geval de motor starten. Zelfs als u maar een kleine
hoeveelheid
v
an de verkeerde brandstof ge-
tankt hebt. Roep de hulp van vakmensen in.
Als de motor draait, kan de samenstelling van
de verkeerde brandstof ervoor zorgen dat het
brandstofsysteem en de motor ernstig be-
schadigd raken.
● In wagens met dieselmotor mag nooit ben-
zine, ker
osine, verwarmingsolie of eender
welk ander brandstoftype dat niet uitdrukke-
lijk goedgekeurd is voor dieselmotoren ge-
tankt, of ermee gereden worden. Andere
brandstoftypen kunnen de motor en het
brandstoftoevoercircuit ernstig beschadigen,
waarvoor de SEAT-garantie elke verantwoor-
delijkheid afwijst. Milieu-aanwijzing
Brandstoffen kunnen het milieu verontreini-
gen. V
ang uitgelopen vloeistoffen op en lever
deze bij de desbetreffende inzamelingspun-
ten in. Let op
Bevat geen enkel noodmechanisme om de
tankk l
ep te ontgrendelen. Roep indien nodig
de hulp in van gespecialiseerd personeel. 280
Page 303 of 340
Controleren en bijvullen
klimaat en bij oudere accu's regelmatig wor-
den g ec
ontr
oleerd. Voor het overige is voor
de accu's geen onderhoud vereist.
De auto's met start-stopwerking ( ››› pag. 219)
zijn uitgerust met een speciale accu, waarop
het opschrift "AGM" ingeslagen is. Om tech-
nische redenen kan in die accu's het zuurpeil
niet gecontroleerd worden.
Voorbereidingen
● Bereid de wagen voor op werkzaamheden
in de motorruimte ›
›› pag. 287.
● Open de motorkap ›››
pag. 287.
Openen van de afdekking van de accu
Naargelang het motortype kunnen de afdek-
kingen van de wagenaccu verschillen:
● In het geval van een afdekking: druk ge
sp
››› afb. 249 A in pijlrichting in en trek de af-
dekk in
g n
aar boven los.
● In het geval van een afdekking: neem de af-
dekkin
g weg door ze opzij te klappen ››› afb.
250.
Accuzuurpeil controleren
● Zorg ervoor dat voldoende verlichting aan-
wezig i
s om de kleuren duidelijk te herken-
nen. Gebruik nooit vlammen of blinkende
voorwerpen als lichtbron. ●
De kl
eurweergave in het ronde kijkglas aan
de bovenzijde van de accu hangt af van het
zuurtepeil.
Kleurweerga-
veNodige handelingen
Lichtgeel of
TransparantHet accuvloeistofpeil is te laag. Laat
de accu in een gespecialiseerde
werkplaats nakijken en zo nodig ver-
vangen.
ZwartHet accuvloeistofpeil is juist. ATTENTIE
Het werken aan de accu kan corrosie, explo-
sie s
en elektrische schokken veroorzaken.
● Houd de accu nooit schuin. Door de openin-
gen v
oor de gassen kan het zuur vrijkomen,
met corrosie tot gevolg.
● Open een accu nooit.
● Raakt u bespat met het zuur, spoel dan on-
middellijk
en gedurende verscheidene minu-
ten uw ogen en huid met veel water. Ga ver-
volgens onmiddellijk naar een arts.
● Ga na inwendig gebruik van accuzuur direct
naar een art
s. De accu laden, vervangen, aansluiten
of
lo
sm
aken Accu laden
De dient
moet
in een gespecialiseerde werk-
plaats worden opgeladen omdat voor het la-
den van deze accu's een technologie wordt
toegepast waarvoor laden met spanningsbe-
grenzing vereist is ››› . SEAT raadt u aan de
Tec hni
sche Dienst te raadplegen.
Accu vervangen
De accu is overeenkomstig de inbouwplaats
ontwikkeld en met veiligheidssystemen uit-
gerust. Als de accu vervangen moet worden,
dient u zich vóór aankoop van de nieuwe ac-
cu bij een SEAT-garage te informeren over de
elektromagnetische compatibiliteit, grootte
en vereisten voor onderhoud, rendement en
veiligheid. SEAT adviseert de vervanging van
de accu uit te laten voeren in een SEAT-gara-
ge.
Gebruik alleen een accu die geen onderhoud
vereist volgens de normen TL 825 06 en VW 7
50 73. De versie van deze normen moet die
van april 2008 of later zijn.
De wagens met Start/Stop-functie ( ›››
pag.
219) zijn uitgerust met een speciale accu.
Om die reden mag die accu enkel vervangen
worden door een andere accu met dezelfde
kenmerken. »
301
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 335 of 340
Trefwoordenlijst
Stoelverwarming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 152
St off
erin
g: schoonmaken
kussens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 274
textiel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 273
textielbekledingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 274
Stopcontact . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 180 12 volt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 181
aanhangwagen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 253
storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 181
Storing achteruitrijsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 231
inparkeersysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 225
panoramadak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 134
parkeerhulp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 222
ruiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 132
Storingsgeheugen stekerverbinding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 264
uitlezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 264
Stuurwiel instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 60
Symbolen zie Waarschuwings- en controlelampjes . 34, 110
Symbool van steeksleutel . . . . . . . . . . . . . . . . . . 109
T Tankdop openen en sluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Tanken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 279 Brandstofvoorraadmeter . . . . . . . . . . . . . . . . . 281
tankklep openen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 281
vergissingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 280
waarschuwings- en controlelampjes . . . . . . . . 281
Tankklep openen en sluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Tashaak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 169 Technische gegevens
aanhang wagengewicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . 258
aslasten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 315
bandenspanning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 307
capaciteiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 299
dakbelasting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 171
gewichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 315
gewicht van de combinatie . . . . . . . . . . . . . . . 258
kogeldruk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 249
motoroliespecificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 291
Technische kenmerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 314 maten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 322
Technische wijzigingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 261
Tegensturingssysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 208
Telefoonbediening 3-toets module . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113
Textiel: schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 273
TIN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 311
tiptronic . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 204
Toegangshulp voor de derde zitrij . . . . . . . . . . . . 154
Toerenteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
Top Tether . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Top Tether-systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Tractie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 311
Transport rugleuning van de bijrijdersstoel neerklappen . . .156
Treadwear . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 311
Trekhaak controle van de functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 254
een fietsendrager monteren . . . . . . . . . . . . . . 252
elektrisch ontgrendelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 251
Trekhaak voor aanhangwagen . . . . . . . . . . . . . . 249
Trillingen besturing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 309
Typeplaatje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 314
Tyre Mobility System zie Bandenafdichtset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88 U
Uitklapb
aar tafelblad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 176
Uitlaatgasreinigingssysteem . . . . . . . . . . . . . . . . 211 waarschuwings- en controlelampjes . . . . . . . . 211
Uitneembaar prullenbakje . . . . . . . . . . . . . . . . . . 177
Uitparkeerhulp (RCTA) . . . . . . . . . . . . . . . . 236, 240 Controlelampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 237
Uitrustingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 260
Uitschakelen van apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . 302
Uitval gloeilampje zie Een lampje vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
USB/AUX-IN-ingang . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113, 172
V vak voor kaarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 174
Veiligheid bijrijdersairbag buiten werking stellen . . . . . . . 20
kinderzitjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
veiligheid van kinderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
veilig rijden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Veiligheidsaanwijzingen Gebruik van de kinderzitjes . . . . . . . . . . . . . 22, 78
Veiligheidsgordel met twee sluitingen gebogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
losgespen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
omgespen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Veiligheidsgordels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 beschermende werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
Controlelampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
doel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
gordelspanner . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
gordel verdraaid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
hoogteverstelling van de gordel . . . . . . . . . . . . 69
instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17, 67
met twee sluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Niet omgegespt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65 333