sensor TESLA MODEL S 2018 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TESLA, Model Year: 2018, Model line: MODEL S, Model: TESLA MODEL S 2018Pages: 214, PDF Size: 5.49 MB
Page 5 of 214

Vergrendelen en ontgrendelen
z
onder sleutel
De Model S kan heel gemakkelijk worden
vergrendeld en ontgrendeld. Ondanks het feit
dat u een geldige sleutel bij u moet dragen,
hoeft u deze niet te gebruiken. Model S heeft
sensoren rond het portier van de bestuurder
die de aanwezigheid van de sleutel detecteren
binnen een afstand van ongeveer
Page 38 of 214

Werking van airbags
Airbags w orden opgeblazen wanneer
sensoren een botsing detecteren die de
drempels voor activering overschrijdt. Deze
drempels bestaan om de ernst van een
botsing op tijd te voorspellen zodat de
airbags de inzittenden van de auto kunnen
beschermen.
Een airbag wordt met een luide knal in een
fractie van een seconde opgeblazen. De
airbag zorgt er samen met de
veiligheidsgordel voor dat de inzittenden niet
naar voren schieten en beperken zo de kans
op ernstig letsel.
Frontairbags zijn zodanig ontworpen dat ze
gewoonlijk niet afgaan bij aanrijdingen van
achteren, bij het over de kop slaan van de
auto, bij kleinere aanrijdingen van voren en
van opzij, bij een noodstop, noch bij het rijden
over drempels of gaten. Het kan daardoor
voorkomen dat de auto ernstig beschadigd
raakt terwijl de airbags niet afgaan en
omgekeerd, dat de schade relatief beperkt
blijft maar de airbags wel geactiveerd worden.
Neem contact op met Tesla als u de auto
zodanig wilt aanpassen voor een persoon met
een handicap dat dit van invloed zou kunnen
zijn op de werking van de airbags. Soorten airbags
Model S heeft de v
olgende typen airbags:
Page 70 of 214

Werking van parkeerhulp
Model S is uit
gerust met diverse sensoren die
objecten detecteren. Als u langzaam voor- of
achteruit rijdt (bijvoorbeeld tijdens parkeren),
waarschuwen deze sensoren u voor eventuele
objecten in de directe nabijheid van de
Model S. Er worden alleen objecten in de
gekozen rijrichting gedetecteerd: objecten
v
Page 71 of 214

Wordt de Camera-app op het touchscreen
w eergegeven terwijl u rijdt, dan kunt u
overschakelen naar het beeld van de
parkeerhulp wanneer u minder dan 8 km/h
rijdt. Tik op de knop in de linkerbovenhoek van
het venster van de Camera-app. Dit is handig
als u hulp nodig hebt bij fileparkeren.
Als het geluid is ingeschakeld (zie Hoorbar
e
feedback regelen op pagina 70), hoort u een
waarschuwingssignaal tijdens het
manoeuvreren. U kunt dit geluid tijdelijk
uitschakelen door op het scrollwieltje links op
het stuur te drukken, of door op de dempknop
te tikken in de linkerbenedenhoek van het
parkeerhulpbeeld.
Opmerking: Als een sensor geen signaal
doorgeeft, verschijnt er een waarschuwing op
het instrumentenpaneel. Let op!: Z
org ervoor dat sensoren schoon
zijn en vrij van sneeuw, modder en vuil.
Richt een hogedrukspuit niet rechtstreeks
op de sensoren en reinig ze niet met een
scherp of schurend voorwerp, dat
veroorzaakt krassen en kan het oppervlak
beschadigen. Let op!: Plak geen s
tickers op de
parkeersensoren en monteer ook geen
accessoires voor de sensoren.
Hoorbare feedback regelen U k
unt de parkeerhulp met en zonder
geluidssignaal gebruiken. Om het geluid in of
uit te schakelen, tikt u op Controls >
Settings > Safety & Security > Park Assist
Chimes.
U kunt het geluid tijdelijk uitschakelen door op
het scrollwieltje links op het stuur te drukken,
of door op de dempknop te tikken in de
linkerbenedenhoek van het parkeerhulpbeeld.
Het geluid blijft uitgeschakeld tot u de
selectiehendel in een andere stand zet of tot u
harder rijdt dan 8 km/h.
Beperkingen en valse
waarschuwingen
In de volgende omstandigheden functioneert
de parkeerhulp mogelijk niet naar behoren:
Page 78 of 214

Plaats van camera
Model S is uit gerust met een
achteruitrijcamera die zich boven de
kentekenplaat achter bevindt. Zodra de selectiehendel in stand R (Achteruit)
w
ordt gezet, wordt het beeld van de camera
op het touchscreen weergegeven. Lijnen laten
uw traject zien op basis van de positie van het
stuur. Deze lijnen worden aangepast in
overeenstemming met uw stuurbewegingen.
Opmerking: Onder het camerabeeld wordt
visuele feedback van de parkeersensoren
weergegeven op het instrumentenpaneel (zie
Parkeerhulp op pagina 69).
Opmerking: Afhankelijk van de bouwdatum en
de gekozen opties bij de aankoop van de
Model S, is de auto al dan niet uitgerust met
parkeersensoren. Attentie: Bepaal nooit op basis v
an de
achteruitrijcamera of de zone achter u vrij
is van voorwerpen en/of mensen wanneer
u achteruitrijdt. Houd in gedachten dat
obstakels die letsel of schade zouden
kunnen veroorzaken, mogelijk buiten het
bereik van de camera vallen. Daarnaast
kunnen verschillende externe factoren de
prestaties van de camera be
Page 79 of 214

Hoe het werkt
Uw Model S is uit gerust met de volgende componenten voor Driver Assistance, die actief de weg
rondom de auto bewaken: 1.
Er is een camer
a boven de kentekenplaat achter gemonteerd.
2. Ultrasone sensoren in de voor- en achterbumper.
3. Er is een camera in elke deurstijl gemonteerd.
4. Er zijn drie camera
Page 94 of 214

Als uw Model S is uitgerust met Driver
As
sistance-componenten (zie Over Driver
Assistance op pagina 78) en u het optionele
Enhanced Autopilot- of Full Self-Driving
Capability-pakket hebt aangeschaft, gebruikt
Autopark informatie van de ultrasone
sensoren en het GPS-systeem voor het
volgende:
Page 96 of 214

Gebruik van Summon
Opmerking: Summon is een BET A-functie.
Summon is uitsluitend bedoeld voor gebruik
op eigen terrein, waar de omgeving vertrouwd
en voorspelbaar is. Wanneer u Summon
gebruikt, moet u voortdurend op de auto
letten. De bestuurder is verantwoordelijk voor
een veilig en verantwoord gebruik van deze
functie, in overeenstemming met het beoogde
gebruiksdoel.
Met Summon kunt u de Model S laten in- en
uitparkeren van buiten het voertuig met
behulp van de mobiele app. Summon maakt
gebruik van de informatie van de ultrasone
sensoren om de Model S vooruit of achteruit
in een parkeerplek te manoeuvreren. Wanneer
het parkeren is voltooid, schakelt Summon de
Model S in de stand P (Parkeren). Het
parkeren is voltooid wanneer:
Page 169 of 214

Op nieuwere versies van de Model S worden
de TPMS-sensor
en automatisch opnieuw
ingesteld nadat er gedurende meer dan 10
minuten sneller is gereden dan 25 km/h. Voor
oudere versies gaat u als volgt te werk:
1. Breng alle banden op hun aanbevolen
spanning, zoals vermeld op de sticker met
de relevante informatie op de middenstijl.
2. Rijd tien minuten en tik dan op Controls >
Settings > Service & Reset > Tire Pressure
Monitor > Reset Sensors.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm. Let op!: Het kie
zen van de verkeerde
wielmaat kan leiden tot onterechte
waarschuwingen over de
bandenspanning. Als er een
waarschuwing over de
bandenspanning verschijnt, stap dan
uit, sluit de klep van de bagageruimte
achter en alle portieren, wacht tot het
touchscreen uit gaat, stap weer in en
selecteer de juiste wielmaat voordat u
op Reset Sensors tikt.
Opmerking: W
anneer u op sommige oudere
versies van de Model S kiest voor 21" velgen,
kan het TPMS onterecht waarschuwingen in
verband met de bandenspanning genereren.
Breng de Model S naar een Tesla Service
Center voor verdere afstelling. Attentie: S
tel de TPMS-sensoren niet
opnieuw in om de waarschuwingen over
de bandenspanning te proberen te
wissen.
Een bandenspanningsensor vervangen
Neem c
ontact op met een Tesla Service
Center als het TPMS-controlelampje
regelmatig brandt om te laten controleren of
er een bandenspanningsensor vervangen
moet worden. Als een ander bedrijf de band
vervangt of repareert, zal de
bandenspanningsensor mogelijk niet werken
tot de set-upprocedure door Tesla is
uitgevoerd.
TPMS-storing
Model S is tevens voorzien van een
storingsindicator voor het TPMS-systeem dat
een melding weergeeft wanneer het systeem
niet naar behoren functioneert. Het TPMS-controlelampje heeft
daarv
oor een extra functie, naast het
melden van de bandenspanning. Als
er een storing in het systeem wordt
geconstateerd, knippert het TPMS-
controlelampje gedurende
Page 174 of 214

gebruik van verkeerde ruitenwisserbladen
k an de werking van de regensensor
hinderen en leiden tot schade aan het
ruitenwissersysteem en de voorruit.
Ruitensproeiers reinigen
De ruit
ensproeiers zijn in de fabriek afgesteld
en hoeven in principe nooit bijgesteld te
worden.
Gebruik een dunne draad of een naald om een
verstopte ruitensproeier weer te openen. Attentie: Gebruik de ruit
ensproeiers niet
bij het reinigen van de Model S.
Ruitensproeiervloeistof kan de ogen en
huid irriteren. Lees de aanwijzingen van
de fabrikant op de verpakking. Ruitenwissers en -sproeiers
Onderhoud
173