TOYOTA C_HR HYBRID 2021 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: C_HR HYBRID, Model: TOYOTA C_HR HYBRID 2021Pages: 810, PDF Size: 97.19 MB
Page 421 of 810

4204-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E■
Automatisch uitschakelen van de constante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende
situaties:
● Actuele rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde rijsnel-
heid.
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 30 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de constante-snelheidsregelmodus om een andere dan de hierboven genoemde
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem aanwezig
zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ De Dynamic Radar Cruise Control met Road Sign Assist werkt mogelijk niet goed
wanneer
De Dynamic Radar Cruise Control met Road Sign Assist werkt mogelijk niet goed in
situaties waarbij de RSA mogelijk niet goed werkt of niet goed signaleert
(→ blz. 404). Controleer daarom, wanneer u deze functie gebruikt, het weergegeven
verkeersbord met de snelheidslimiet.
In de onderstaande gevallen wordt de ingestelde snelheid mogelijk niet gewijzigd in de
herkende snelheidslimiet door het ingedr ukt houden van de schakelaar +RES/-SET:
● Als er geen informatie over de snelheidslimiet beschikbaar is
● Wanneer de herkende snelheidslimiet gelijk is aan de ingestelde snelheid
● Wanneer de herkende snelheidslimiet buiten het snelheidsbereik van het Dynamic
Radar Cruise Control-systeem ligt
■ Werking van de remmen
Er kan een geluid van de remmen hoorbaar zijn en de reactie van het rempedaal kan
veranderen, maar dit duidt niet op een storing.
■ Waarschuwingsmeldingen en zoemers vo or de Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik
Waarschuwingsmeldingen en zoemers wo rden gebruikt om een systeemstoring aan te
geven of om de bestuurder te informeren dat hij tijdens het rijden extra moet opletten.
Lees de op het multi-informatiedisplay weergegeven waarschuwingsmelding en volg
de aanwijzingen op. ( →blz. 363, 693)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 0 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 422 of 810

4214-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E■
Omstandigheden waarin de sensor voorligg ers mogelijk niet op de juiste manier
signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandigheden het rempe-
daal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gaspedaal wanneer
moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert, wordt er
mogelijk geen naderingswaarschuwing ( →blz. 416) gegeven.
● Auto's die plotseling voor u invoegen
● Auto's die met lage snelheden rijden
● Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
● Voertuigen met een relatief kleine achterzijde (aanhangwagens zonder lading, enz.)
● Motorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
● Als door omringend verkeer opgeworpen water of sneeuw de signalering door de
sensor hindert
●Als de achterzijde van de auto ver ingezakt is
(omdat er zware lading in de bagageruimte
vervoerd wordt, enz.)
● De voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 1 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 423 of 810

4224-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E■
Omstandigheden waaronder de afstandsregelmodus mogelijk niet goed werkt
Bedien indien nodig in onderstaande gevallen het rempedaal (of, afhankelijk van de
situatie, het gaspedaal).
Doordat de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste manier signaleert, werkt het
systeem mogelijk niet goed.
● Als uw voorligger plotseling decelereert
● Bij het rijden op een weg omringd door een constructie, zoals een tunnel of een brug
● Als de rijsnelheid afneemt tot de ingestelde snelheid na acceleratie van de auto door
intrappen van het gaspedaal.
●
Als de weg erg bochtig is of de rijstroken erg
smal zijn
● Als u veelvuldig stuurcorrecties moet uitvoe-
ren of frequent van rijstrook wisselt
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 2 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 424 of 810

423
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
Cruise control*
Met de cruise control kan een ingestelde snelheid worden vastgehouden zon-
der dat hiervoor het gaspedaal hoeft te worden ingetrapt.Controlelampjes
Ingestelde snelheid
Cruise control-schakelaar
∗: Indien aanwezig
Overzicht van functies
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 3 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 425 of 810

4244-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
Druk op de toets ON-OFF om de
cruise control in te schakelen.
Het controlelampje cruise control wordt
weergegeven op het multi-informatie-
display.
Druk nogmaals op de toets om de
cruise control uit te schakelen.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar de
gewenste rijsnelheid (hoger dan
ongeveer 30 km/h) en druk de hen-
del naar beneden om de snelheid
op te slaan.
Het controlelampje cruise control SET
en de ingestelde snelheid worden
weergegeven op het multi-informatie-
display.
De rijsnelheid op het moment dat de hendel wordt losgelaten, wordt de ingestelde
snelheid.
Instellen van de rijsnelheid
1
2
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 424 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 426 of 810

4254-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
Bedien, om de ingestelde snelheid te wijzigen, de hendel totdat de gewenste
snelheid wordt bereikt.Verhogen van de snelheid
Verlagen van de snelheid
Fijnafstelling: Beweeg de hendel kort
in de gewenste richting.
Ruime afstelling: Houd de hendel in
de gewenste richting gedrukt.
De ingestelde snelheid wordt als volgt
verhoogd of verlaagd:
Fijnafstelling: Ongeveer 1 km/h (0,6 mph)*1 of 1 mph (1,6 km/h)*2, telkens als de
hendel wordt bediend
Ruime afstelling: De ingestelde snelheid wordt continu verhoogd of verlaagd totdat
de hendel wordt losgelaten.
*1: Wanneer de ingestelde snelheid wordt getoond in “km/h”
*2: Wanneer de ingestelde snelheid getoond wordt in “MPH”
Door de hendel naar u toe te trek-
ken wordt de constante-snelheids-
regeling uitgeschakeld.
De snelheidsregeling wordt eveneens
uitgeschakeld als het rempedaal wordt
ingetrapt.
Door de hendel omhoog te druk-
ken wordt de constante-snelheids-
regeling hervat.
Hervatten is echter mogelijk vanaf een rijsnelheid van hoger dan ongeveer
30 km/h.
Wijzigen van de ingestelde snelheid
Uitschakelen en hervatten van de constante-snelheidsregeling
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 5 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 427 of 810

4264-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
■De cruise control kan worden gebruikt als
●De selectiehendel in stand D staat.
● De rijsnelheid hoger is dan 30 km/h.
■ Accelereren na het instel len van de rijsnelheid
● Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto weer rij-
den met de ingestelde snelheid.
● De ingestelde snelheid kan zelfs worden verhoogd zonder de cruise control uit te
schakelen, door eerst naar de gewenste snelheid te accelereren en vervolgens de
hendel omlaag te drukken om de nieuwe snelheid in te stellen.
■ Automatisch uitschakelen van de cruise control
De cruise control wordt automatisch uitgeschakeld in een van de volgende situaties:
● De werkelijke rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde
snelheid.
In dit geval blijft de geprogrammeerde snelheid niet bewaard.
● Werkelijke rijsnelheid is lager dan ongeveer 30 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld door de schakelaar VSC OFF in te
drukken.
● De snelheidsbegrenzer is geactiveerd. (indien aanwezig)
■ Als “Check Cruise Control System Visit Your Dealer” (Controleer cruise control-
systeem. Ga naar uw dealer) wordt weer gegeven op het multi-informatiedisplay
Druk eenmaal op de toets ON-OFF om het systeem uit te schakelen en druk vervol-
gens opnieuw op de toets om het systeem in te schakelen.
Als er geen snelheid kan worden geprogrammeerd of de cruise control direct na het
activeren weer wordt uitgeschakeld, is er mogelijk een defect in het cruise control-sys-
teem aanwezig. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gek walificeerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 6 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 428 of 810

4274-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
WAARSCHUWING
■Onbedoeld inschakelen van de cruise control voorkomen
Schakel de cruise control uit met de toets ON-OFF als deze niet wordt gebruikt.
■ Situaties die niet geschikt zijn vo or gebruik van de cruise control
Gebruik de cruise control niet in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, verliest u mogelijk de controle waardoor een ongeval met ernstig
letsel kan ontstaan.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile afdalingen
Bij het afdalen van een steile helling kan de rijsnelheid de ingestelde snelheid over-
schrijden.
● Bij het rijden met een aanhangwagen of tijdens het slepen in een noodgeval
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 7 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 429 of 810

4284-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
Rijmodus selecteren
■Wijzigen van de rijmodus
Voer handelingen uit op het multi-informatiedisplay om de rijmodus te selec-
teren.
Druk op < of > van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel en
selecteer .
Druk op ∧ of ∨ van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel
en selecteer “Drive Mode” (rijmodus).
Druk op ∧ of ∨ van de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel
en selecteer de rijmodus.
■Rijmodi
● NORMAL-modus
Biedt een optimale balans tussen brandstofverbruik, laag geluidsniveau
en dynamische prestaties. Geschikt voor rijden in de stad.
● SPORT-modus
Regelt het hybridesysteem voor een snelle en soepele acceleratie. In
deze modus wordt ook het stuurgevoel gewijzigd, waardoor deze
modus geschikt is voor wanneer wendbaarheid is gewenst, bijvoorbeeld
bij het rijden op zeer bochtige wegen.
Wanneer de sportmodus wordt geselecteerd, gaat het controlelampje
SPORT op het multi-informatiedisplay branden.
Afhankelijk van de rijomstandigheden kan een van de 3 rijmodi worden
geselecteerd.
Selecteren van de rijmodus
1
2
3
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 8 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM
Page 430 of 810

4294-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E
●ECO-modus
Helpt de bestuurder op milieuvriendelijke wijze te accelereren en het
brandstofverbruik te verlagen door een gematigde afstelling van de
smoorklep en door het regelen van de werking van de airconditioning
(verwarmen/koelen).
Wanneer de ECO-modus wordt geselecteerd, gaat het controlelampje ECO
MODE op het multi-informatiedisplay branden.
Terwijl de airconditioning wordt gebruikt, schakelt het systeem automatisch
over naar de ECO-modus van de airconditioning ( →blz. 556), zodat er tijdens
het rijden nog minder brandstof wordt verbruikt.
■ Wanneer u de ECO-modus/ SPORT-modus uitschakelt
● Selecteer nogmaals de rijmodus. De SPORT-modus wordt automatisch uitgescha-
keld wanneer het contact UIT wordt gezet.
● De NORMAL-modus en de ECO-modus worden echter niet automatisch uitgescha-
keld totdat een andere rijmodus wordt geselecteerd, zelfs niet als het contact UIT
wordt gezet.
■ Wisselen van de rijmodus in de EV-modus
→blz. 310
C-HR_HV_OM_Europe_OM10701E.book Page 42 9 Wednesday, June 10, 2020 12:21 PM