MPG TOYOTA COROLLA HATCHBACK 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: COROLLA HATCHBACK, Model: TOYOTA COROLLA HATCHBACK 2022Pages: 758, PDF Size: 160.97 MB
Page 233 of 758

231
4 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
WAARSCHUWING
●Er wordt gereden op andere wegen dan
autowegen en snelwegen.
●Bij het rijden met een aanhangwagen of
tijdens het slepen in een noodgeval
■Voorkomen van storingen in het LTA-
systeem en onbedoeld uitgevoerde
handelingen
●Breng geen wijzigingen aan de koplam-
pen aan en plak geen stickers op het
lampglas.
●Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging, enz. aan. Als onderdelen van
de wielophanging moeten worden ver-
vangen, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
●Monteer of plaats geen voorwerpen op
de motorkap of de grille. Monteer ook
geen accessoires aan de voorzijde van
de auto (bullbars, enz.).
●Als uw voorruit gerepareerd moet wor-
den, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
■Omstandigheden waaronder de func-
ties mogelijk niet goed werken
In de volgende situaties werken de func-
ties mogelijk niet goed, waardoor de auto
zijn rijstrook zou kunnen verlaten. Houd
om veilig te rijden de omgeving steeds
goed in de gaten, bedien het stuurwiel om
de rijrichting van de auto te corrigeren en
vertrouw niet uitsluitend op de werking van
het systeem.
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
(Blz. 236) en de voorligger van rij-
strook wisselt. (Uw auto volgt mogelijk
de voorligger en wisselt ook van rij-
strook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
(Blz. 236) en de voorligger slingert.
(Mogelijk gaat uw auto dienovereen-
komstig ook slingeren en verlaat moge-
lijk de rijstrook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
(Blz. 236) en de voorligger zijn rij-
strook verlaat. (Uw auto volgt mogelijk
de voorligger en verlaat mogelijk de rij-
strook.)
●Wanneer het display voor rijden met de
volgregeling wordt weergegeven
(Blz. 236) en de voorligger zeer dicht
op de rijstrookmarkering links/rechts
rijdt. (Uw auto volgt mogelijk de voorlig-
ger en verlaat mogelijk de rijstrook.)
●Er wordt gereden in een scherpe bocht.
●Er bevinden zich naast de weg objecten
die onterecht kunnen worden aangezien
voor witte (gele) lijnen (vangrails, reflec-
terende palen, enz.).
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 231 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 234 of 758

2324-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
●Er wordt met de auto gereden op een
plaats waar de weg zich splitst, wegen
samenkomen, enz.
●Vanwege wegwerkzaamheden bevin-
den zich asfaltreparatiemarkeringen,
witte (gele) lijnen enz. op de weg.
●Er zijn schaduwen op de weg die paral-
lel lopen aan de witte (gele) lijnen of
deze bedekken.
●Er wordt met de auto gereden in een
gebied zonder witte (gele) lijnen, zoals
voor een tolboom of kaartautomaat of
op een kruising.
●De witte (gele) lijnen zijn onderbroken of
er zijn verhoogde rijstrookmarkeringen
of stenen aanwezig.
●De witte (gele) lijnen zijn niet of moeilijk
te zien door zand, enz.
●Er wordt met de auto gereden op een
wegdek dat nat is door regen, plassen,
enz.
●De verkeerslijnen zijn geel (waardoor ze
mogelijk moeilijker te herkennen zijn
dan witte lijnen).
●De witte (gele) lijnen lopen over een
stoeprand, enz.
●Er wordt met de auto gereden op een
helder oppervlak, zoals beton.
●Als de rand van de weg niet duidelijk of
niet recht is.
●Er wordt met de auto gereden op een
oppervlak dat helder is als gevolg van
gereflecteerd licht, enz.
●Er wordt met de auto gereden in een
gebied waar de helderheid plotseling
verandert, zoals bij in- en uitgangen van
tunnels.
●Licht van de koplampen van een tegen-
ligger, de zon, enz. dringt de camera
binnen.
●Er wordt gereden op een helling.
●Er wordt gereden op een weg die naar
links of rechts helt of op een bochtige
weg.
●Er wordt gereden op een onverharde of
ongelijkmatige weg.
●De rijstrook is zeer smal of breed.
●De auto helt sterk over door het vervoe-
ren van zware bagage of door een
onjuiste bandenspanning.
●De afstand tot de voorligger is extreem
kort.
●De auto beweegt vaak op en neer ten
gevolge van de wegomstandigheden tij-
dens het rijden (slechte wegen of naden
in het wegdek).
●Wanneer u met uitgeschakelde koplam-
pen in een tunnel of in het donker rijdt of
wanneer een koplamp gedimd wordt
doordat het lampglas vuil of niet goed
uitgelijnd is.
●De auto heeft last van zijwind.
●De auto krijgt een windstoot door een
passerend voertuig op een naastgele-
gen rijstrook.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 232 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 242 of 758

2404-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
■Voordat u het LDA-systeem gebruikt
●Vertrouw niet uitsluitend op het LDA-
systeem. Het LDA-systeem is geen sys-
teem dat de auto automatisch bestuurt
of de hoeveelheid aandacht die moet
worden besteed aan het gebied vóór de
auto beperkt. De bestuurder dient altijd
volledige verantwoordelijkheid te nemen
voor een veilig rijgedrag door de omge-
ving steeds goed in de gaten te houden
en het stuurwiel te bedienen om de rij-
richting van de auto te corrigeren. De
bestuurder moet ook zorgen voor vol-
doende pauzes als hij moe is, bijvoor-
beeld als hij langere tijd heeft gereden.
●Als u niet op de juiste manier rijdt en niet
goed oplet, kan dat leiden tot een onge-
val met dodelijk of ernstig letsel tot
gevolg.
●Als u het LDA-systeem niet gebruikt, zet
het systeem dan uit met de toets LDA.
■Situaties die niet geschikt zijn voor
gebruik van het LDA-systeem
Gebruik in de volgende gevallen de toets
LDA om het systeem uit te schakelen. Als
u dat niet doet, kan dat leiden tot een
ongeval met dodelijk of ernstig letsel tot
gevolg.
●Er wordt gereden op een wegdek dat
glad is door regenachtig weer, sneeuw-
val, vorst, enz.
●Er wordt gereden op een met sneeuw
bedekte weg.
●Witte (gele) lijnen zijn moeilijk te zien
door regen, sneeuw, mist, stof, enz.
●Er is/zijn een reservewiel, sneeuwkettin-
gen, enz. gemonteerd.
●Als de banden erg versleten zijn of als
de bandenspanning te laag is.
●Als er een andere maat banden dan
voorgeschreven is gemonteerd
●Er wordt gereden op andere wegen dan
autowegen en snelwegen.
●Bij het rijden met een aanhangwagen of
tijdens het slepen in een noodgeval
■Voorkomen van storingen in het LDA-
systeem en onbedoeld uitgevoerde
handelingen
●Breng geen wijzigingen aan de koplam-
pen aan en plak geen stickers op het
lampglas.
●Breng geen wijzigingen aan de wielop-
hanging, enz. aan. Als onderdelen van
de wielophanging moeten worden ver-
vangen, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
●Monteer of plaats geen voorwerpen op
de motorkap of de grille. Monteer ook
geen accessoires aan de voorzijde van
de auto (bullbars, enz.).
●Als uw voorruit gerepareerd moet wor-
den, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
■Omstandigheden waaronder de func-
ties mogelijk niet goed werken
In de volgende situaties werken de func-
ties mogelijk niet goed, waardoor de auto
zijn rijstrook zou kunnen verlaten. Houd
om veilig te rijden de omgeving steeds
goed in de gaten, bedien het stuurwiel om
de rijrichting van de auto te corrigeren en
vertrouw niet uitsluitend op de werking van
het systeem.
●Er wordt gereden in een scherpe bocht.
●Er bevinden zich naast de weg objecten
die onterecht kunnen worden aangezien
voor witte (gele) lijnen (vangrails, reflec-
terende palen, enz.).
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 240 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 243 of 758

241
4 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
WAARSCHUWING
●Er wordt met de auto gereden op een
plaats waar de weg zich splitst, wegen
samenkomen, enz.
●Vanwege wegwerkzaamheden bevin-
den zich asfaltreparatiemarkeringen,
witte (gele) lijnen enz. op de weg.
●Er zijn schaduwen op de weg die paral-
lel lopen aan de witte (gele) lijnen of
deze bedekken.
●Er wordt met de auto gereden in een
gebied zonder witte (gele) lijnen, zoals
voor een tolboom of kaartautomaat of
op een kruising.
●De witte (gele) lijnen zijn onderbroken of
er zijn verhoogde rijstrookmarkeringen
of stenen aanwezig.
●De witte (gele) lijnen zijn niet of moeilijk
te zien door zand, enz.
●Er wordt met de auto gereden op een
wegdek dat nat is door regen, plassen,
enz.
●De verkeerslijnen zijn geel (waardoor ze
mogelijk moeilijker te herkennen zijn
dan witte lijnen).
●De witte (gele) lijnen lopen over een
stoeprand, enz.
●Er wordt met de auto gereden op een
helder oppervlak, zoals beton.
●Als de rand van de weg niet duidelijk of
niet recht is.
●Er wordt met de auto gereden op een
oppervlak dat helder is als gevolg van
gereflecteerd licht, enz.
●Er wordt met de auto gereden in een
gebied waar de helderheid plotseling
verandert, zoals bij in- en uitgangen van
tunnels.
●Licht van de koplampen van een tegen-
ligger, de zon, enz. dringt de camera
binnen.
●Er wordt gereden op een helling.
●Er wordt gereden op een weg die naar
links of rechts helt of op een bochtige
weg.
●Er wordt gereden op een onverharde of
ongelijkmatige weg.
●De rijstrook is zeer smal of breed.
●De auto helt sterk over door het vervoe-
ren van zware bagage of door een
onjuiste bandenspanning.
●De afstand tot de voorligger is extreem
kort.
●De auto beweegt vaak op en neer ten
gevolge van de wegomstandigheden tij-
dens het rijden (slechte wegen of naden
in het wegdek).
●Wanneer u met uitgeschakelde koplam-
pen in een tunnel of in het donker rijdt of
wanneer een koplamp gedimd wordt
doordat het lampglas vuil of niet goed
uitgelijnd is.
●De auto heeft last van zijwind.
●De auto is net van rijstrook gewisseld of
een kruising overgestoken.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 241 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 464 of 758

4627-1. Onderhoud en verzorging
OPMERKING
■Aantasting van de lak en corrosie
van de carrosserie en onderdelen
(lichtmetalen velgen, enz.) voorko-
men
●Was de auto zo spoedig mogelijk:
• Na het rijden in een kustgebied
• Na het rijden over gepekelde wegen
• Als er zich teer of boomsappen op de
lak bevinden
• Als er zich dode insecten, insecten- of
vogelpoep op de lak bevinden
• Na het rijden in gebieden waar sprake is
van veel rook, stof, ijzerdeeltjes of che-
mische stoffen
• Als de auto erg vuil is geworden van stof
of modder
• Als er brandstof op de lak is gemorst
●Als de lak is geschilferd of bekrast, laat
deze dan direct herstellen.
●Verwijder vuil van de velgen en berg ze
op een droge plaats op om te voorko-
men dat de velgen tijdens de opslag
gaan corroderen.
■Schoonmaken van de verlichting aan
de buitenzijde
●Was deze met de nodige voorzichtig-
heid. Gebruik geen organische oplos-
middelen en borstel ze ook niet af met
een harde borstel.
Dit kan het oppervlak van de lampen
beschadigen.
●Breng geen was aan op de lenzen.
Was kan het lampglas beschadigen.
■Voorkomen van beschadiging van de
ruitenwisserarmen voor
Trek eerst de ruitenwisserarm aan de
bestuurderszijde omhoog en daarna die
aan de passagierszijde. Begin, als u de
ruitenwisserarmen weer in hun oorspron-
kelijke stand terugzet, aan de passagiers-
zijde.
■Wassen in een wasstraat (auto's met
ruitenwissers met regensensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in stand
OFF. Als de ruitenwisserschakelaar in
stand AUTO staat, kunnen de ruitenwis-
sers in werking treden waardoor de ruiten-
wisserbladen beschadigd kunnen raken.
■Reinigen met een hogedrukreiniger
●Auto's met Rear View Monitor-systeem:
Stel de camera of de omgeving ervan tij-
dens het wassen van de auto niet bloot
aan sterke waterstralen uit een hoge-
drukreiniger. Door de kracht van de
waterstralen werkt het apparaat moge-
lijk niet goed meer.
●Houd de sproeierkop uit de buurt van
hoezen (rubberen of kunststof afdekkin-
gen), stekkers of de volgende onderde-
len. Wanneer onderdelen in aanraking
komen met sterke waterstralen, kunnen
ze beschadigd raken.
• Aan tractie gerelateerde onderdelen
• Onderdelen stuurinrichting
• Onderdelen wielophanging
• Onderdelen remsysteem
●Houd de sproeierkop op ten minste 30
cm van de carrosserie. Anders kunnen
kunststof delen, zoals lijsten en bum-
pers, vervormd of beschadigd raken.
Houd de sproeierkop ook niet de hele
tijd op dezelfde plek.
●Spuit niet continu met water op het
onderste gedeelte van de voorruit. Daar
bevindt zich de luchtinlaatopening voor
de airconditioning en als daar water
doorheen komt, werkt de airconditioning
mogelijk niet goed.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 462 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 500 of 758

4987-3. Zelf uit te voeren onderhoud
■Condensvorming aan de binnenzijde
van het lampglas
Het tijdelijk beslaan van de binnenzijde van
het koplampglas is normaal. Neem in de vol-
gende gevallen contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige voor meer informatie:
●Als er erg veel condens aan de binnenzijde
van het koplampglas zit.
●Als de binnenzijde van de koplamp nat is
en blijft.
■Bij het vervangen van lampen
Blz. 496
■Kentekenplaatverlichting
Hatchback
1Verwijder de lichtmodule.
Steek een platte schroevendraaier of een
dergelijk gereedschap in de opening naast
de lamp en verwijder deze zoals aange-
geven in de afbeelding.
Omwikkel de schroevendraaier met tape om
te voorkomen dat de auto wordt beschadigd.
2Draai de lamphouder linksom en
verwijder hem.
3Verwijder de lamp.
4Plaatsen: Herhaal de genoemde
stappen in omgekeerde volgorde.
Lampen vervangen
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 498 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 501 of 758

499
7 7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Wagon
1Verwijder het kapje.
Steek een sleufkopschroeven-
draaier of iets dergelijks in de ope-
ning aan de rechterzijde en maak
de klauw los.
Steek een sleufkopschroeven-
draaier of iets dergelijks in de ope-
ning aan de linkerzijde, maak de
klauw los en verwijder vervolgens
het deksel.
Omwikkel het uiteinde van de schroeven-
draaier met tape om te voorkomen dat de
auto wordt beschadigd.
2Steek een kleine sleufkopschroe-
vendraaier of iets dergelijks in een
van de gaten links of rechts in het
lampglas.
Lampglas3Verwijder het lampglas.
Duw de schroevendraaier gekanteld in de
richting van de pijl, zoals aangegeven in de
afbeelding, om de haak los te maken en ver-
wijder het lampglas.
Haak
4Verwijder de lamp.
5Plaats een nieuwe lamp.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 499 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 502 of 758

5007-3. Zelf uit te voeren onderhoud
6Plaats het lampglas.
1Plaats het lampglas in de haak
links of rechts.
2Druk het lampglas op zijn plaats.
7Controleer na het plaatsen of het
lampglas goed geplaatst is door er
voorzichtig aan te trekken.8Plaats het kapje.
1Steek het borglipje (aangegeven
met de stippellijn) op zijn plek,
waarbij de pijl naar de binnenzijde
van het deksel is gericht.
2Duw het onderste deel van het dek-
sel in de richting van de pijl, zoals
aangegeven in de afbeelding, om
de twee klauwen vast te maken.
WAARSCHUWING
■Lampen vervangen
●Schakel de verlichting uit. Wacht na het
uitschakelen van de verlichting tot de
lampen zijn afgekoeld. De lampen kun-
nen erg heet worden en brandwonden
veroorzaken.
●Raak het glas van de lamp niet aan met
blote handen. Als u het glas van de
lamp toch moet vastpakken, gebruik
daarvoor dan een schone droge doek
om te voorkomen dat er vocht of olie op
de lamp komt. Als de lamp een kras
heeft of is gevallen, kan deze defect
raken of breken.
●Zorg ervoor dat de lamp en de borgclips
goed vastzitten. Anders kan de lamp
door oververhitting beschadigd raken,
kan brand ontstaan of kan water binnen-
dringen in de lichtunit. Hierdoor kan de
lamp beschadigd raken en kan con-
densvorming in het lampglas optreden.
■Voorkomen van schade en brand
Controleer of de lampen en borgclips goed
vastzitten.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 500 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
Page 580 of 758

5789-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Sommige voorkeursinstellingen zijn van invloed op de instellingen van andere func-
ties. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Instellingen die u met behulp van het scherm van het navigatie-/multimediasys-
teem kunt wijzigen (auto's met navigatie-/multimediasysteem)
Instellingen die u met de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel kunt
wijzigen
Instellingen die door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige kunnen worden
gewijzigd
Definitie van symbolen: O = beschikbaar, — = niet beschikbaar
■Meters, tellers en multi-informatiedisplay (Blz. 84, 89, 93, 99)
Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke
voorkeursinstellingen
Functie*1Standaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Ta a l*2Engels*3—O—
Eenheden*2l/100 kmkm/l—O—mijlen (MPG)*4
Weergave snelheidsmeter*5AnaloogDigitaal—O—Digitaal+*4
ECO-controlelampje*4AanUit—O—
Weergave brandstofverbruik
Totaal gemiddelde
(gemiddeld brand-
stofverbruik
[sinds resetten])
Ritgemiddelde (gemid-
deld brandstofverbruik
[sinds starten])
—O—Gemiddelde per
tankbeurt (gemiddeld
brandstofverbruik
[sinds tanken])
Audiosysteemgekoppeld
display*4AanUit—O—
Type rij-informatieSinds startenSinds resetten—O—
Rij-informatie-items
(eerste item)AfstandGemiddelde rijsnelheid—O—Verstreken tijd
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 578 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM