display TOYOTA PRIUS PLUG-IN HYBRID 2023 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2023, Model line: PRIUS PLUG-IN HYBRID, Model: TOYOTA PRIUS PLUG-IN HYBRID 2023Pages: 554, PDF Size: 107.79 MB
Page 3 of 554

Overzicht
1Veiligheid en be-
veiliging
2Plug-in hybride-
systeem
3Instrumentenpa-
neel
4Bediening van elk
onderdeel
5Rijden
6Voorzieningen in
het interieur
7Onderhoud en
verzorging
8Bij problemen
9SPECIFICATIES
Index
Zoeken op afbeelding
Zorg ervoor dat u dit leest
Kenmerken plug-in hybridesysteem, laadmethode, enz.
Lezen van rijgerelateerde informatie
(Belangrijkste onderwerpen: tellers, multi-informatiedisplay)
Openen en sluiten van de portieren en ruiten,
afstellen vóór het rijden
Handelingen en adviezen die voor het rijden moeten
worden opgevolgd
Gebruik van de voorzieningen in het interieur
De zorg voor uw auto en onderhoudsprocedures
Informatie over wat u moet doen bij een
storing en noodgeval
Voertuigspecificaties, systemen met mogelijkheden voor
persoonlijke voorkeursinstellingen
Zoeken op symptoom
Alfabetisch zoeken
PRIUS PHEV
PZ49X-47F38 -NL
L/O 09/09/2022
Page 4 of 554

Ter informatie....................5
Over deze handleiding...............7
Zoekmethoden....................7
Overzicht.......................9
1.Veiligheid en beveiliging
1.1 Voor een veilig gebruik............22
1.1.1 Voordat u gaat rijden.........22
1.1.2 Veilig rijden..............23
1.1.3 Veiligheidsgordels..........24
1.1.4 Airbags.................27
1.1.5 Belangrijke voorzorgsmaatregelen
in verband met uitlaatgassen....34
1.2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen . 35
1.2.1 Handmatig in-/uitschakelsysteem
airbag ..................35
1.2.2 Rijden met kinderen in de auto . . . 36
1.2.3 Baby- en kinderzitjes.........37
1.3 Antidiefstalsysteem.............50
1.3.1Startblokkering ............50
1.3.2 Supervergrendeling
*.........50
1.3.3 Alarm*.................51
2. Plug-in hybridesysteem
2.1 Plug-in hybridesysteem...........56
2.1.1 Kenmerken plug-in
hybridesysteem............56
2.1.2 Voorzorgsmaatregelen plug-in
hybridesysteem............65
2.1.3 Tips voor het rijden met een plug-in
hybrideauto..............70
2.1.4Actieradiuselektrischrijden ....72
2.2 Laden......................73
2.2.1 Laaduitrusting............73
2.2.2 Laadkabel...............77
2.2.3 Smart Lid-systeem en
vergrendelsysteem laadstekker . . 87
2.2.4 Voedingsbronnen die kunnen
worden gebruikt...........93
2.2.5 Laadmethoden............95
2.2.6Laadtips ................98
2.2.7 Wat u moet weten voor het
laden.................100
2.2.8 Procedure voor het laden.....103
2.2.9 Gebruik van de
laadschemafunctie.........111
2.2.10 Solarlaadsysteem
*........1212.2.11 Wanneer de normale procedure voor
laden niet kan worden
uitgevoerd .............124
3. Instrumentenpaneel
3.1 Instrumentenpaneel............132
3.1.1 Instrumentenpaneel........132
3.1.2 Waarschuwingslampjes en
controlelampjes...........139
3.1.3 Hoofdscherm............146
3.1.4 Multi-informatiedisplay......150
3.1.5 Head-up display
*..........174
3.1.6 Energiemonitor/
verbruiksscherm..........178
4. Bediening van elk onderdeel
4.1 Gebruik van de sleutel...........184
4.1.1Sleutels ................184
4.2 Openen, sluiten en vergrendelen
vandeportieren ...............187
4.2.1Portieren ...............187
4.2.2 Achterklep..............190
4.2.3 Smart entry-systeem met
startknop...............194
4.3Verstellenvandestoelen .........199
4.3.1Voorstoelen .............199
4.3.2 Achterstoelen............200
4.3.3 Hoofdsteunen............201
4.4 Verstellen van het stuurwiel en de
buitenspiegels................203
4.4.1 Stuurwiel...............203
4.4.2 Binnenspiegel............204
4.4.3 Buitenspiegels............205
4.5 Openen en sluiten van de ruiten.....206
4.5.1 Elektrisch bedienbare ruiten . . . 206
5. Rijden
5.1 Voordat u gaat rijden............212
5.1.1Rijdenmetdeauto .........212
5.1.2 Lading en bagage..........219
5.1.3 Rijden met een aanhangwagen . . 220
5.2 Rijprocedures................220
5.2.1 Startknop...............220
5.2.2 Hybridetransmissie.........224
5.2.3 Richtingaanwijzerschakelaar . . . 228
5.2.4Parkeerrem ..............229
2
Page 13 of 554

5Multi-informatiedisplay blz. 150
Display blz. 150
Energiemonitor blz. 152
Als een waarschuwingsmelding wordt
weergegeven blz. 442
6Parkeerrem blz. 229
Activeren/deactiveren blz. 229
Voorzorgsmaatregelen bij rijden in de
winter blz. 349
Waarschuwingszoemer blz. 436
7Richtingaanwijzerschakelaar blz. 228
Lichtschakelaar blz. 229
Koplampen/parkeerlichten
voor/achterlichten/dagrijverlichting
blz. 229
Mistlampen voor/mistachterlichten
blz. 235
8Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers
blz. 235
Gebruik blz. 235
Bijvullen van ruitensproeiervloeistof
blz. 398
9Schakelaar alarmknipperlichten
blz. 430
10Tankdopklepontgrendeling blz. 238
11Ontgrendelingshendel motorkap
blz. 389
12Ontgrendelingshendel
stuurverstelling blz. 203
13Airconditioning blz. 352
Gebruik blz. 352
Achterruitverwarming blz. 354
14Audiosysteem*
*: Raadpleeg de handleiding voor het navigatiesysteem.
Overzicht
11
Overzicht
Page 14 of 554

Schakelaars (auto's met linkse besturing)
1Bedieningsschakelaar verlichting
instrumentenpaneel blz. 133
2Schakelaar S-IPA (Simple Intelligent
Parking Assist System)*1blz. 320
3Schakelaar VSC OFF blz. 345
4Cameraschakelaar*1, 2
5Schakelaar Adaptive High
Beam-systeem blz. 231
6Schakelaar HUD (head-up display)
blz. 174*1
7Rijmodusselectieschakelaar blz. 282
8Selectieschakelaar EV-/HV-modus
blz. 58
9EV City-modusschakelaar blz. 58
10Stoelverwarmingsschakelaars blz. 361
11Laadschemaschakelaar blz. 114
12Blokkeerschakelaar ruitbediening
blz. 207
13Schakelaars buitenspiegels blz. 205
14Schakelaars centrale vergrendeling
blz. 188
15Schakelaars ruitbediening blz. 206
Overzicht
12
Page 18 of 554

4Tellers blz. 132
Aflezen van de tellers/instellen van
de helderheid van de
dashboardverlichting blz. 132,
blz. 133
Waarschuwingslampjes/
controlelampjes blz. 139
Als de waarschuwingslampjes gaan
branden blz. 436
5Multi-informatiedisplay blz. 150
Display blz. 150
Energiemonitor blz. 152
Als een waarschuwingsmelding wordt
weergegeven blz. 442
6Parkeerrem blz. 229
Activeren/deactiveren blz. 229
Voorzorgsmaatregelen bij rijden in de
winter blz. 349
Waarschuwingszoemer blz. 436
7Richtingaanwijzerschakelaar blz. 228
Lichtschakelaar blz. 229
Koplampen/parkeerlichten
voor/achterlichten/dagrijverlichting
blz. 229
Mistlampen voor/mistachterlichten
blz. 235
8Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers
blz. 235
Gebruik blz. 235
Bijvullen van ruitensproeiervloeistof
blz. 398
9Schakelaar alarmknipperlichten
blz. 430
10Tankdopklepontgrendeling blz. 238
11Ontgrendelingshendel motorkap
blz. 389
12Ontgrendelingshendel
stuurverstelling blz. 203
13Airconditioning blz. 352
Gebruik blz. 352
Achterruitverwarming blz. 354
14Audiosysteem*
*: Raadpleeg de handleiding voor het navigatiesysteem.
Overzicht
16
Page 19 of 554

Schakelaars (auto's met rechtse besturing)
1Selectieschakelaar EV-/HV-modus
2EV City-modusschakelaar
3Rijmodusselectieschakelaar
4Schakelaar S-IPA (Simple Intelligent
Parking Assist-systeem)*1
5Schakelaar VSC OFF
6Cameraschakelaar*1, 2
7Schakelaar Adaptive High
Beam-systeem
8Schakelaar HUD (head-up display)*1
9Schakelaars buitenspiegels
10Blokkeerschakelaar ruitbediening
11Schakelaars ruitbediening
12Schakelaars centrale vergrendeling
13Laadschemaschakelaar
14Stoelverwarmingsschakelaars
Overzicht
17
Overzicht
Page 55 of 554

weergegeven op het multi-
informatiedisplay waarin u wordt
gevraagd of u de inbraaksensor wilt
uitschakelen.
2. Druk op
ofvan de
bedieningstoetsen van het stuurwiel,
selecteer “Yes” ( ja) en druk
vervolgens op
.
Als er gedurende ongeveer 5 s geen
handeling wordt uitgevoerd, dooft de
melding automatisch en wordt de
inbraaksensor niet uitgeschakeld.
De inbraaksensor zal iedere keer dat
het contact AAN wordt gezet, worden
ingeschakeld.
Als de melding waarin u wordt
gevraagd of u de inbraaksensor wilt
uitschakelen niet wordt weergegeven
De melding wordt mogelijk niet
weergegeven als er een andere melding
wordt weergegeven. Zet in dat geval het
contact AAN, volg de instructies op het
display en zet het contact weer UIT.
Uitschakelen en automatisch opnieuw
inschakelen van de inbraaksensor
• Het alarm kan zelfs worden
ingeschakeld wanneer de
inbraaksensor is uitgeschakeld.
• Druk op de startknop of ontgrendel de
portieren met de instapfunctie of de
afstandsbediening om de
inbraaksensor opnieuw in te
schakelen.
• De inbraaksensor wordt automatisch
opnieuw ingeschakeld wanneer het
alarmsysteem is uitgeschakeld.Informatie over de inbraaksensor
De sensor activeert in de volgende
gevallen mogelijk het alarm:
• Er bevinden zich nog personen of
huisdieren in de auto.
• Er is een zijruit geopend.
In dit geval registreert de sensor
mogelijk het volgende:
– Wind of beweging van voorwerpen,
zoals bladeren en insecten, in de
auto
– Ultrasoongolven van apparaten,
zoals de inbraaksensoren van
andere auto's
– Het bewegen van mensen buiten de
auto
IO13PH005
IO13PH007
1 .3 Antidiefstalsysteem
53
1
Veiligheid en beveiliging
Page 59 of 554

Werkingsmodus plug-in hybridesysteem
Het plug-in hybridesysteem werkt in de volgende modi.
Het multi-informatiedisplay kan worden gebruikt om te controleren in welke modus het
plug-in hybridesysteem staat tijdens het rijden. (→Blz. 150)
1EV-modus
Als er na het laden voldoende
elektrische energie aanwezig is*1, kan
er elektrisch gereden worden door de
elektrische energie te gebruiken die
in het batterijpakket (tractiebatterij)
is opgeslagen.
*2
Als er in de EV-modus gereden wordt,
brandt het controlelampje EV MODE.
*1: De resterende hoeveelheid lading
kan worden bekeken op het
multi-informatiedisplay, enz.
(→Blz. 159)
*2: Afhankelijk van de situatie kan het
elektrisch rijden worden
uitgeschakeld en wordt zowel de
benzinemotor als de elektromotor
gebruikt. (→Blz. 63)
2EV City-modus(→blz. 59)
Als er voldoende elektriciteit voor
elektrisch rijden aanwezig is in het
batterijpakket (tractiebatterij)
*1, kan
worden overgeschakeld op de EV
City-modus.
In de EV City-modus worden het
motorvermogen en het gebruik van
de benzinemotor beperkt.
*2Zo kan de
auto in stedelijke gebieden en
dergelijke worden aangedreven door
uitsluitend de elektromotor
(tractiemotor).
Als er in de EV City-modus gereden
wordt, brandt het controlelampje EV
City-modus.
*1: De resterende hoeveelheid lading
kan worden bekeken op het
multi-informatiedisplay, enz.
(→Blz. 159)
*2: Trap, als er geaccelereerd moet
worden, het gaspedaal volledig in om
de benzinemotor te starten.
2.1 Plug-in hybridesysteem
57
2
Plug-in hybridesysteem
Page 62 of 554

Auto's met linkse besturing
Auto's met rechtse besturing
Als de werkingsmodus van het plug-in
hybridesysteem niet kan worden
gewijzigd
In de volgende situaties kan de werking-
smodus van het plug-in hybridesysteem
niet worden gewijzigd, zelfs niet als op de
selectieschakelaar EV-/HV-modus of de EV
City-modusschakelaar gedrukt wordt. (In
dat geval wordt er een waarschuwingsmel-
ding weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay als op de schakelaar gedrukt
wordt.)
• Als er niet voldoende elektriciteit voor
elektrisch rijden aanwezig is (in de
EV-/EV City-modus)
• Als de tractiebatterij bijna volledig
geladen is (laadmodus batterijpakket
[tractiebatterij])
Als de EV City-modus wordt
uitgeschakeld
Als de EV City-modus automatisch of
met de EV City-modusschakelaar wordt
uitgeschakeld terwijl het gaspedaal is
ingetrapt, kunnen het aandrijfkoppel ende rijsnelheid toenemen, zelfs als het
gaspedaal in dezelfde stand wordt
gehouden. Als de EV City-modus wordt
uitgeschakeld, klinkt een zoemer en
knippert het controlelampje EV
City-modus, waarna het uitgaat.
Als er met de schakelaar vanuit de
EV-modus naar een andere modus
wordt geschakeld
Als het contact uit wordt gezet, wordt
het overschakelen naar een andere
modus geannuleerd en gaat het systeem
weer naar de EV-modus zodra de auto
de volgende keer wordt gestart.
Laadmodus batterijpakket
(tractiebatterij)
• Het volgende kan gebeuren om onder
andere het systeem te beschermen.
– Er kan niet worden geschakeld naar
de laadmodus voor het
batterijpakket (tractiebatterij) of
deze modus kan niet worden
uitgeschakeld
– De benzinemotor start niet, of stopt
zelfs na het schakelen naar de
laadmodus voor het batterijpakket
(tractiebatterij)
• Als de belasting van het systeem hoog
is, zoals wanneer het energieverbruik
van de airconditioning hoog is of als
de temperatuur van de koelvloeistof
hoog is, kan het laden langer duren
dan gebruikelijk in de laadmodus voor
het batterijpakket (tractiebatterij) of
wordt het laden van het batterijpakket
(tractiebatterij) mogelijk niet
uitgevoerd.
Regeling in elke modus
Tijdens het rijden in de EV-modus
In de EV-modus is elektrisch rijden
(aandrijving door alleen de
elektromotor)
*mogelijk. Afhankelijk van
de situatie kan het elektrisch rijden
echter worden uitgeschakeld en wordt
zowel de benzinemotor als de
elektromotor gebruikt (→blz. 63). Ook
wordt, als er nog maar weinig elektriciteit
2.1 Plug-in hybridesysteem
60
Page 63 of 554

in het batterijpakket (tractiebatterij)
aanwezig is, automatisch naar de
HV-modus geschakeld. Houd u aan het
volgende om lang in de EV-modus te
kunnen rijden.
•
Vermijd plotseling sterk accelereren en
plotseling sterk decelereren en rijd
rustig. Als er herhaaldelijk sterk wordt
geaccelereerd, raakt het batterijpakket
(tractiebatterij) sneller ontladen. Ook
kan door snel accelereren of rijden met
hoge snelheid het elektrisch rijden
worden uitgeschakeld.
• Beperk uw snelheid zo veel mogelijk.
De afstand die gereden kan worden in
de EV-modus neemt bij hoge
snelheden aanzienlijk af.
*: De actieradius voor elektrisch rijden
kan worden bekeken op het
multi-informatiedisplay, enz.
(→Blz. 148, blz. 163, blz. 174)
Tijdens het rijden in de EV City-modus
In de EV City-modus is elektrisch rijden
(aandrijving door alleen de
elektromotor) mogelijk.
*1
• Het motorvermogen is op hetzelfde
niveau beperkt, tenzij het gaspedaal
volledig is ingetrapt. Als er
geaccelereerd moet worden, moet het
gaspedaal volledig worden ingetrapt
of moet de EV City-modus indien
nodig worden uitgeschakeld.
• In de volgende situaties wordt de EV
City-modus automatisch
uitgeschakeld.
*2
– Als er niet elektrisch kan worden
gereden. (→Blz. 63)
– Als de Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik is
ingeschakeld.
– Als het gaspedaal volledig is
ingetrapt.
*1: De actieradius voor elektrisch rijden
kan worden bekeken op het
multi-informatiedisplay, enz. (→Blz. 148,
272, blz. 163, blz. 174)
*2: Afhankelijk van de omstandigheden
kan de EV City-modus ook in andere dan
de hiervoor genoemde situaties worden
uitgeschakeld.
Tijdens het rijden in de HV-modus
De auto kan op dezelfde manier worden
gereden als een standaard-hybrideauto. In
de HV-modus wordt het hybridesysteem in
principe als volgt geregeld, afhankelijk van
de rijomstandigheden.
• Wanneer de auto stilstaat, wordt de
benzinemotor uitgeschakeld*.
• Bij het wegrijden wordt de auto
aangedreven door de elektromotor
(tractiemotor).
•
Als er normaal wordt gereden, worden
de benzinemotor en de elektromotor
(tractiemotor) effectief geregeld en is
het brandstofverbruik minimaal. Ook
fungeert de elektromotor
(tractiemotor), indien nodig, als een
elektrische generator om het
batterijpakket (tractiebatterij) op te
laden.
• Als het gaspedaal stevig wordt
ingetrapt, wordt de aandrijfkracht van
zowel de benzinemotor als de
elektromotor (tractiemotor) gebruikt
om te accelereren.
*: Wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) moet worden opgeladen
of wanneer de motor aan het opwarmen
is, enz., wordt de benzinemotor niet
automatisch uitgeschakeld. (→Blz. 63)
Tijdens het remmen (regeneratief
remmen)
De elektromotor (tractiemotor) laadt
het batterijpakket (tractiebatterij) op.
Door actief gebruik te maken van het
regeneratieve remmen kan de
actieradius voor elektrisch rijden
worden vergroot doordat elektriciteit
wordt opgeslagen in het batterijpakket
(tractiebatterij). In de HV-modus kan het
regeneratieve remsysteem ook actief
worden ingezet om het
brandstofverbruik te verminderen.
2.1 Plug-in hybridesysteem
61
2
Plug-in hybridesysteem