airbag TOYOTA PROACE CITY EV 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: PROACE CITY EV, Model: TOYOTA PROACE CITY EV 2022Pages: 352, PDF Size: 75.88 MB
Page 122 of 352

122
Activering
Deze airbag wordt gelijktijdig met de side airbag aan die kant geactiveerd bij een ernstige zijdelingse aanrijding tegen de gehele zijdelingse botsingszone B of een deel daarvan.De curtain airbag wordt opgeblazen tussen de inzittenden voorin en achterin en de zijruiten aan hun kant.
Storing
Als dit waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel gaat branden, neem dan contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats om het systeem te laten controleren.De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige aanrijding niet worden geactiveerd.
WARNI NG
Bij een lichte zijdelingse aanrijding of bij over de kop slaan kan het zijn dat de airbags niet worden geactiveerd.Bij een aanrijding van achteren of een frontale aanrijding worden er geen side airbags geactiveerd.
Advies
WARNI NG
Houd u aan de onderstaande veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags.Ga normaal rechtop zitten.Maak de veiligheidsgordel vast en zorg dat hij goed zit.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbags en de inzittenden (bijv. kinderen, huisdieren, objecten) en bevestig niets in de buurt van de airbags of in het gebied waar de airbags afgaan. Dit zou tot verwondingen kunnen leiden bij het activeren van de airbags.Plaats geen voorwerpen op het dashboard.Wijzig niets aan het oorspronkelijke ontwerp van de auto, vooral niet in de directe omgeving van de airbags.Zelfs als alle bovenstaande voorschriften worden nageleefd, blijft de kans bestaan op letsel of lichte brandwonden aan het hoofd, de borst of de armen als de airbag wordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkele milliseconden) en loopt vervolgens even snel leeg, waarbij de warme gassen via de daarvoor bestemde openingen naar buiten stromen.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren.Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WARNI NG
Airbags voorHoud het stuurwiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het middelste deel van het stuurwiel rusten.Passagiers mogen hun voeten niet op het dashboard laten rusten.Rook niet in de auto. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Bevestig geen voorwerpen op of aan het stuurwiel of dashboard. Deze kunnen bij het afgaan van de airbags letsel veroorzaken.
Page 123 of 352

123
Veiligheid
5
WARNI NG
Side airbagsBreng uitsluitend goedgekeurde stoelhoezen aan die compatibel zijn met deze airbags. Neem voor informatie over het assortiment stoelhoezen voor uw auto contact op met een Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de stoelen (bijv. kleding): dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot verwondingen aan armen of borstkas.Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.De portierpanelen van de voorportieren bevatten de zijdelingse botsingssensoren.Schade aan het portier of het niet correct uitvoeren van werkzaamheden (wijzigingen of reparaties) aan de voorportieren of de binnenbekleding van de voorportieren kan ertoe leiden dat deze sensoren niet meer goed
werken. In dat geval werken de side airbags mogelijk niet!Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WARNI NG
Curtain airbagsBevestig nooit iets op of aan de hemelbekleding; dit zou bij het afgaan van de curtain airbags kunnen leiden tot hoofdletsel.Verwijder de handgrepen aan het dak niet; deze maken deel uit van de bevestiging van de curtain airbags.
Kinderzitjes
NOTIC E
De regelgeving met betrekking tot het vervoer van kinderen is per land verschillend. Raadpleeg de in uw land geldende regels.
Volg voor een optimale veiligheid de volgende adviezen op:– Conform de Europese wetgeving dienen alle kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner dan 150 cm in gehomologeerde, aan het lichaamsgewicht aangepaste kinderzitjes op met veiligheidsgordels of ISOfix-bevestigingen uitgeruste plaatsen te worden vervoerd.– De veiligste plaats voor het vervoeren van een kind is volgens de statistieken een plaats op een van de achterzitplaatsen van uw auto.
– Kinderen tot 9 kg moeten zowel voor- als achterin “tegen de rijrichting in” worden vervoerd.
NOTIC E
Het is raadzaam om kinderen op de achterzitplaatsen van uw auto als volgt te vervoeren:– tot 3 jaar “met het gezicht tegen de
rijrichting in”,– vanaf 3 jaar “met het gezicht in de rijrichting”.
WARNI NG
Controleer of de veiligheidsgordel goed gepositioneerd en aangetrokken is.Controleer bij kinderzitjes met een steun of deze steun stevig en stabiel op de vloer staat.
WARNI NG
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje is de bescherming van het kind bij een aanrijding niet meer gewaarborgd.Controleer of er geen veiligheidsgordel of gordelsluiting van de veiligheidsgordel onder het kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het zitje
in gevaar kunnen brengen.
Page 125 of 352

125
Veiligheid
5
NOTIC E
Controleer of de veiligheidsgordel goed aangetrokken is.Controleer bij kinderzitjes met een steun of deze steun stevig en stabiel op de vloer staat. Verzet indien nodig de voorstoel van de auto.
Derde zitrij
Als er een kinderzitje op een stoel van de derde zitrij wordt geplaatst, zet deze stoel dan in de achterste stand en zet de rugleuning rechtop, zodat het kinderzitje en de benen van het kind de stoelen op de tweede zitrij niet raken.
WARNI NG
Een kinderzitje met steun mag nooit op de derde zitrij worden geplaatst
Kinderzitje voorin
► Zet de voorpassagiersstoel in de hoogste stand en schuif hem zo ver mogelijk naar achteren, met de rugleuning rechtop.
“Gezicht in de rijrichting”
WARNI NG
De voorpassagiersairbag moet ingeschakeld blijven.
“Gezicht tegen de rijrichting in”
WARNI NG
De voorpassagiersairbag moet worden uitgeschakeld voordat een kinderzitje “met gezicht tegen de rijrichting in” wordt geplaatst. Otherwise, the child risks being seriously injured or killed if the airbag is deployed.
Waarschuwingslabel - Voorpassagiersairbag
Page 126 of 352

126
Houd u aan de volgende instructies die zijn vermeld op het waarschuwingslabel aan beide zijden van de zonneklep aan passagierszijde:
Plaats NOOIT een kinderzitje met de rug in de rijrichting op een zitplaats waarvan de AIRBAG is INGESCHAKELD. Bij het afgaan van de airbag kan het KIND LEVENSGEVAARLIJK GEWOND RAKEN.
Uitschakelen van de
voorpassagiersairbag
WARNI NG
Schakel voor de veiligheid van het kind de voorpassagiersairbag ALTIJD uit als u een kinderzitje “tegen de rijrichting in” op de voorpassagiersstoel plaatst. Anders kan het kind ernstig gewond raken wanneer de airbag wordt geactiveerd.
WARNI NG
Auto's zonder schakelaar voor het uitschakelen/inschakelenHet is uitdrukkelijk verboden een kinderzitje “tegen de rijrichting in” op de voorpassagiersstoel of voorbank te plaatsen - het kind zou ernstig gewond kunnen raken bij het afgaan van de airbag!
WARNI NG
Schakel bij de Extenso-cabine of de uitvoeringen met dubbele cabine de voorpassagiersairbag uit wanneer u lange voorwerpen vervoert.
Uitschakelen/weer inschakelen van de
voorpassagiersairbag
Indien uw auto hiermee is uitgerust, bevindt de schakelaar zich aan de zijkant van het dashboard.
Met het contact UIT:► Steek de sleutel in de schakelaar en draai hem in de stand “OFF” om de airbag uit te schakelen. ► Draai de sleutel in de stand ON om de airbag weer in te schakelen.Als het contact AAN wordt gezet:Dit waarschuwingslampje gaat branden. Het blijft branden zolang de airbag is uitgeschakeld.
Of
Page 127 of 352

127
Veiligheid
5
Dit waarschuwingslampje gaat ongeveer 1 minuut branden om aan te geven dat de airbag is ingeschakeld.
Aanbevolen kinderzitjes
Deze aanbevolen kinderzitjes kunnen met een driepuntsveiligheidsgordel worden vastgemaakt.
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg
L1Wordt “tegen de rijrichting in” geplaatst.
Groep 2 en 3: 15 - 36 kg
L5Kan aan de ISOfix-bevestigingen van de auto worden bevestigd.Het kind wordt door de veiligheidsgordel op zijn plaats gehouden.Alleen geschikt voor de buitenste zitplaatsen achter.De hoofdsteun van de stoel van de auto moet worden verwijderd.
Groep 2 en 3: 15 - 36 kg
L6Het kind wordt door de veiligheidsgordel op zijn plaats gehouden.Alleen geschikt voor de voorpassagiersstoel of de buitenste zitplaatsen achter.
Page 128 of 352

128
Plaatsen voor het bevestigen van kinderzitjes met de veiligheidsgordel
Conform de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden weer \
met betrekking tot het bevestigen, met een veiligheidsgordel, van een un\
iverseel gehomologeerd kinderzitje (c), gerangschikt naar het gewicht van het kind en de plaats in de auto.
Gewicht kind en leeftijdsindicatie
ZitplaatsTot 13 kg(groep 0 (b) en 0+)
Tot ongeveer 1 jaar
9 - 18 kg(groep 1)
Van 1 tot ongeveer 3 jaar
15 - 25 kg(groep 2)
Van 3 tot ongeveer 6 jaar
22 - 36 kg(groep 3)
Van 6 tot ongeveer 10 jaar
Cabine/Zitrij 1 (a)Met stoel, passagiersplaats
/
Met bank, middelste of buitenste passagiersplaats
Met passagiersairbag uitgeschakeld “OFF”
U
Met passagiersairbag ingeschakeld “ON”
XUF
Page 130 of 352

130
Gewicht kind en leeftijdsindicatie
ZitplaatsTot 13 kg(groep 0 (d) en 0+)Tot ongeveer 1 jaar
9 - 18 kg(groep 1)Van 1 tot ongeveer 3 jaar
15-25 kg (34-56 lb)(groep 2)Van 3 tot ongeveer 6 jaar
22-36 kg (49-79 lb)(groep 3)Van 6 tot ongeveer 10 jaar
Zitrij 1 (a)Vaste passagiersstoelX
In lengterichting verstelbare passagiersstoel
Met passagiersairbag uitgeschakeld “OFF”
U (f)
Met passagiersairbag ingeschakeld “ON”
XUF (f)
Zitrij 2 (b) (e)U
Zitrij 3 (b) (e)U (g) (h)
Page 328 of 352

328
12V-accu 221, 231, 254–255, 254–257
A
Aanhanger 111, 223Aanhangergewichten 267–268, 270–272Aansluiting 12 V 68, 70Aansluiting 220 V 71ABS 11 0Accessoires 106Accu 254Accu laden 256–257Achterbank 64, 66Achterdeuren 41–42Achterklep 41, 44Achterlichten 252Achterportierruiten 55Achterruitverwarming 60, 91Achteruitrijcamera 167, 195, 200Achteruitrijlicht 252Actieradius AdBlue 231
Active Safety Brake 182–184Adaptieve cruise control met Stop-functie 170–171Adaptieve snelheidsregelaar 177AdBlue® 234AdBlue® bijvullen 235AdBlue®-reservoir 235Afmetingen 261Afstandsbediening 34–38, 40, 42, 140Afstellen van de koplamphoogte 101
Afzetten van de motor 141, 143–144Airbags 11 9–120, 122–123, 125Airbags vóór 120, 122, 126Airconditioning 84, 88Airconditioning (handbediend) 86Airconditioning met gescheiden regeling 90Alarmknipperlichten 77, 109Alarmsysteem 51–52Algemeen menu 31Allesdragers 225–226Android Auto verbinding 293, 313Antiblokkeersysteem (ABS) 11 0Antidiefstalsysteem/Startblokkering 36Antispinregeling (ASR) ~ Antislipregeling 11 0, 11 2–11 3Apple®-speler 279, 292, 318Apple CarPlay verbinding 293, 313Apps 313Armleuning 58Armleuning vóór 68Audiokabel 318Automatische airconditioning (met display) 91
Automatische airconditioning met gescheiden regeling 87Automatische ruitenwissers 105Automatische transmissie ~ Versnellingsbak, automatische 150–157, 161, 232, 256Automatisch inschakelen verlichting 98–99Automatisch noodremsysteem 182–184AUX-aansluiting 279, 292, 318
B
Bagageafdekking 75Bagageafdekscherm 75–76Bagagenet voor hoge belading 73Banden 233, 273Banden oppompen 233, 273Bandenreparatieset 240Bandenspanning 233, 244, 247, 273Bandenspanningscontrole (met set) 242–243Bandenspanning te laag (detectie) 162Batterij afstandsbediening ~ Afstandsbediening, batterij 44, 93Batterij afstandsbediening vervangen ~ Afstandsbediening, batterij vervangen 44Bediening autoradio aan stuurkolom ~ Autoradio, bedieningen aan stuurkolom 275, 286, 301Bekerhouder 68Beladen 77, 225Benzinemotor 228, 268Bijvullen AdBlue® 231, 235Binnenspiegel 61
Bluetooth (handsfree set) 280–281, 294–295, 319–320Bluetooth (telefoon) 280–281, 294–295, 319–320Bluetooth- verbinding 280–281, 294–295, 314, 319–320Boordcomputer 28–29Boordgereedschap 240–241Brandstof 8, 206Brandstofadditief 230, 232Brandstofniveaumeter 206–208
Page 333 of 352

333
Alfabetische index
Set voor tijdelijke bandenreparatie ~ Bandreparatieset 240, 242–244Sierdeel 247Signalering onoplettendheid 191–192Sjorogen 76Sleepoog 260Slepen 258Slepen van een auto 258, 260Sleutel 34–38, 40, 42–43Sleutel met afstandsbediening 40–41Sleutel niet herkend 145SMS 321Sneeuwkettingen 163, 221–222Snelheidsbegrenzer 170–173, 181–182Snelheidslimietherkenning 168–169Snelheidsregelaar 170–171, 174, 176–177, 181–182Snelheidsregeling met snelheidslimietherkenning 170–171Snelmenu's 31Soort lamp 249Spaarfase 221
Spiegel naar achterpassagiers 62Sport-stand 159Sproeiers, verwarmd 90Starten 255Starten dieselmotor ~ Dieselmotor starten 206Starten van de auto 142, 145, 151–154, 157Starten van de motor 141, 144Steunstang voor lange voorwerpen 50Stickers 239Stickerset 239
Stilzetten van de auto 143, 145, 151–154, 157Stoelen achter ~ Achterbank 56, 62, 64–66, 124Stoelen verstellen 57, 66Stoelverwarming 59Stop & Start 29, 85, 90, 160–162, 207, 226, 231, 258Streaming audio Bluetooth 278–279, 292, 318Stuurwiel (verstellen) 60Supersnel laden (elektrische auto) 218, 220, 272Supervergrendeling 41–42Surround Rear Vision 197Synchroniseren afstandsbediening 45Synchroniseren van de afstandsbediening ~ Afstandsbediening synchroniseren 45
T
Tankbeveiliging 208Technische gegevens 268, 270–272Te laag brandstofniveau ~ Brandstofniveau 206–208
Telefoon 71, 280–282, 294–296, 319–322Teller 12, 167Temperatuurregeling 87Terugwinnen van energie 158Tijdelijke bandenspanning (met set) ~ Banden, noodreparatie 242–243Tijd instellen 282, 297, 324TMC (verkeersinformatie) 309Toegang tot de 3e zitrij 66Toegang tot het reservewiel 244–245
Toevoer van buitenlucht ~ Luchttoevoer (bediening) 87Top Rear Vision 200Touchscreen 30–32, 94Tractiebatterij (elektrische auto) 32, 208, 210, 272Tractiebatterij opladen (elektrische auto) 208, 217–218, 220Trailer Stability Management (TSM) 111Trekhaak 111, 223Tweepersoons voorbank 62–64, 11 6Tweezitsbank vóór 62–63
U
Uitgebreide verkeersbordherkenning 171Uitneembaar luik 79Uitschakelen airbag passagier ~ Passagiersairbag uitschakelen 120, 125–126Uitschakelen ASR/CDS (ESC) 111USB 278, 291, 293, 312, 317
USB-aansluiting 70, 278, 291, 293, 312, 317USB-poort 278, 291, 317
V
Veiligheidsgordels 11 5–11 8, 127Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen 120, 123–126, 128, 134–135, 136
Page 334 of 352

334
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen ~ Kinderen (veiligheidsvoorzieningen) 120, 123–126, 128, 134–135, 136Ventilatie 84, 86, 91–93Ventilatieroosters 84Verbonden apps 313–314Verbruikscijfers 32Vergrendeling van binnenuit 46–47Verkeersinformatie (TMC) 309Verklikkerlampjes 96
Verklikkerlampjes ~ Controlelampjes 14–15Verklikkerlampjes ~ Waarschuwingslampjes 15Verklikkerlampje veiligheidsgordel bestuurder niet vastgemaakt ~ Gordellampje 11 7–11 8Vergrendelen 35–36, 40–41Verklikkerlampje veiligheidsgordels ~ Gordel (lampje) 11 7–11 8Verlichting 96Verlichting overdag ~ Dagrijverlichting 99, 249–250Vermogensmeter (elektrische auto) 9Verversen 229Vervuiling van het roetfilter (diesel) 232Verwarming 84, 86, 91–93Video 318Volledig ontgrendeld 37–38Voorruitverwarming 90Voorstoelen 57–58, 62–63Voorverwarming/-koeling interieur (elektrische auto) 94Vrijloop activeren 259
W
Waarschuwing kans op aanrijding 182–183Waarschuwing oplettendheid bestuurder 192Waarschuwingssignaal sleutel in contact 143Waarschuwing vergeten verlichting 97Wallbox (elektrische auto) 2 11Wassen 167Wassen (adviezen) 209, 238–239Webbrowser 310, 314Wiel demonteren 245–246Wiel monteren 245–246Wiel verwisselen 241, 244WiFi-netwerkverbinding 315Window-airbags 121–123
Z
Zekeringen 254Zekeringen vervangen 254Zij-airbags 121, 123Zijknipperlicht 249Zonnesensor 84Zuinig rijden 8