ECO mode TOYOTA PROACE CITY VERSO 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: PROACE CITY VERSO, Model: TOYOTA PROACE CITY VERSO 2022Pages: 352, PDF Size: 75.88 MB
Page 5 of 352
5
Overzicht
6.SpraakbedieningInstellen volume
7.Bediening instellingen audiosysteem
Schakelaarpaneel zijkant
1.Handmatige hoogteverstelling koplampen
2.Stop & Start
3.Parkeersensoren
4.Extra verwarming/ventilatie (diesel)Controlelampje werking voorverwarming/-koeling (Electric)
5.Active Lane Departure Warning-systeem
6.Bandenspanningswaarschuwingssysteem
7.Elektrisch kinderslot
8.Voorruitverwarming
9.Head-up display
Bedieningsfuncties op het bestuurdersportier
1.Vergrendelen/ontgrendelen van de laadruimte
(Proace City)
2.Elektrisch kinderslot
Centraal schakelaarpaneel
1.Alarmknipperlichten
2.Vergrendelen/ontgrendelen van binnenuit
3.Hill Assist Descent Control
4.ECO-modus
5.Toyota Traction Select
6.Elektrisch bedienbare parkeerrem
7.Starten/uitzetten van de motor
8.DSC/ASR-systemen
Elektromotor
1.Laadstekkers
2.Tractiebatterij
3.12V-accu
4.Oplader in de auto
5.Elektromotor
6.Laadkabel
Dankzij de laadstekkers 1 kan er op 3 verschillende manieren worden opgeladen:– Opladen in Mode 2 via het elektriciteitsnet thuis m.b.v. een contactdoos en bijpassende laadkabel 6.
– Versneld opladen in Mode 3 m.b.v. een eenheid voor snelladen (Wallbox).
Page 159 of 352
159
Rijden
6
WARNI NG
In bepaalde situaties (bijv. tractiebatterij volledig opgeladen, extreme buitentemperatuur) kan de mate van regeneratief remmen tijdelijk worden beperkt, waardoor de auto minder sterk wordt afgeremd.De bestuurder moet altijd op het verkeer blijven letten en op elk moment het rempedaal kunnen intrappen.
Met het rempedaal
Als het rempedaal wordt ingetrapt, regenereert het intelligente remsysteem automatisch een deel van de vrijkomende energie om daarmee de tractiebatterij bij te laden.Het regenereren van energie vermindert ook het gebruik en dus de slijtage van de remblokken.
NOTIC E
Het intrappen van het rempedaal kan voor de bestuurder anders aanvoelen dan bij een auto zonder regeneratief remsysteem.
Rijmodi
De rijmodi worden met de volgende knop geselecteerd:
1. Druk op deze toets om de Eco-mode te activeren. Het controlelampje gaat branden. (benzine of diesel)2. Door op deze knop te drukken worden de modi weergegeven op het instrumentenpaneel.Electric: het selecteren van de modus is pas mogelijk als het controlelampje READY brandt.
Als de melding verdwijnt, wordt de geselecteerde modus geactiveerd en wordt deze continu aangegeven op het instrumentenpaneel (behalve modus Normal).Telkens wanneer het contact AAN wordt gezet, wordt standaard de modus Normal geselecteerd.
Normal
Om terug te keren naar de standaardinstellingen.
Eco
Om het energieverbruik te optimaliseren door de werking van de verwarming en airconditioning te beperken, zonder ze daadwerkelijk uit te schakelen.Om het verbruik van elektrische energie van de tractiebatterij te beperken door het motorkoppel te begrenzen.
Power (Electric)
Om bij een volledig beladen (binnen het maximaal toelaatbare voertuiggewicht) auto te beschikken over dezelfde prestaties als bij een onbeladen auto in de modus Normal.
NOTIC E
Alle modi worden weergegeven op het instrumentenpaneel, behalve de modus Normal.
NOTIC E
UitrolmodiAfhankelijk van de uitvoering of motor kunt u bij uitvoeringen met automatische transmissie EAT8, als stand D is geselecteerd, door het gaspedaal geleidelijk los te laten de auto laten uitrollen in de vrijloop om brandstof te besparen.Het motortoerental kan hierbij sterk afnemen
(toerenteller op stationair toerental, wegvallend motorgeluid).
Page 220 of 352
220
Inschakelen
NOTIC E
Uitgesteld laden is alleen mogelijk in modus 2 en 3.
► Sluit na het programmeren van uitgesteld laden uw auto aan op het gewenste laadstation.
► Druk binnen een minuut op deze knop in de klep om het systeem te activeren (dit wordt bevestigd door de laadindicator die blauw gaat branden).
Losnemen
Voordat u de laadstekker losneemt:► Als de auto is ontgrendeld, vergrendel en ontgrendel hem dan.► Als de auto is vergrendeld, ontgrendel hem dan.
Het rode controlelampje in de klep dooft ter bevestiging dat de laadstekker is ontgrendeld.► Verwijder bij Mode 2 en 3 de laadstekker binnen 30 seconden.
NOTIC E
De vergrendeling van de laadstekker is gekoppeld aan de vergrendeling van de laadruimte. Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over het volledig of selectief ontgrendelen.
De laadindicator gaat wit branden.
NOTIC E
Druk, wanneer de selectieve deurontgrendeling is geactiveerd, tweemaal op de ontgrendeltoets om de laadstekker los te nemen.
NOTIC E
Wanneer het laden is voltooid, dooft na ongeveer 2 minuten de groene laadindicator in de klep.
Thuis laden, modus 2
Wanneer het laden is voltooid, wordt dit aangegeven door het groene controlelampje
CHARGE op de regeleenheid; de groene laadindicator in de klep gaat permanent branden.► Plaats de beschermkap terug op de laadstekker en sluit de laadklep.► Neem het uiteinde van de laadkabel met de regeleenheid los uit de contactdoos.
Versneld laden, modus 3
Wanneer het laden is voltooid, wordt dit aangegeven door de regeleenheid en het controlelampje in de klep dat permanent groen brandt.► Hang de laadstekker aan de laadmodule en sluit de laadklep.
Supersnel laden, modus 4
Wanneer het laden is voltooid, wordt dit aangegeven door de lader en het controlelampje in de klep dat permanent groen brandt.► U kunt het laden ook pauzeren door op deze toets in de klep te drukken (alleen in modus 4).► Hang de laadstekker aan de lader.► Plaats, afhankelijk van de uitvoering, de
beschermkap terug op het onderste deel en sluit de laadklep.
NOTIC E
Als de laadstekker wordt verwijderd, geeft een melding op het instrumentenpaneel aan dat het laden voltooid is, ook al is dat op dat moment nog niet het geval.
Page 329 of 352
329
Alfabetische index
Brandstoftank 206, 206–208, 208Brandstof tanken 207–208Brandstoftank leeg (diesel) 240Brandstofverbruik 8Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop 207–208Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep 207–208Buitenspiegels 60–61, 91, 190
C
Carrosserie 239Carrosserie-onderhoud 239CD 278CD MP3 278Centrale vergrendeling 34, 41Claxon 109Configuratie van de auto 31–32Connectiviteit 313Contact 143, 145, 321Contact aangezet 145Controlelampjes 14–15
Controlepaneel 2 11, 213Controles 228, 231–233
D
DAB (Digital Audio Broadcasting) - Digitale radio 278, 291, 317Dak 69Dakklep 50
Dashboardkastje 68Datum (instellen) 298, 323Datum instellen 298, 323Detectie obstakels 193Detectie te lage bandenspanning ~ Bandenspanning, detectie 162–163, 244De tractiebatterij laden 213Dieselmotor 206, 228, 240, 270–271Digitale radio - DAB (Digital Audio Broadcasting) 278, 291, 317Dimlicht 96, 249–250Dodehoekbewaking 190Draadloze lader 71Dynamische noodrem 147–149
E
Eco-mode ~ Eco-modus 221Eco-rijden (adviezen) 8ECO-stand 159Eendelige vaste bank 66
Electronic Stability Program (ESC) 11 0, 11 2–11 3Elektrisch bedienbare schuifdeur 41, 49Elektrisch bediende handrem ~ Handrem, elektrisch bediend 146–149, 233Elektrische ruitbediening 53–54Elektromotor 5, 9, 32, 144, 208, 224, 228, 255, 259, 272Elektronische remdrukregelaar (REF) 11 0Elektronische remdrukregelaar (REF) ~ Electronic Brake Force Distribution (EBD) 11 0
Elektronische sleutel 34–35, 145Elektronische startblokkering ~ Startblokkering, elektronische 140Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP) 111Energiestromen 32Etiketten 6, 66Extra verwarming 51, 91–93
F
Flacon AdBlue® 235Flessenhouder 68Follow me home-verlichting 36Follow me home verlichting ~ Follow-me-home-verlichting 99Frequentie (radio) 316Functie snelweg (richtingaanwijzers) 98
G
Gekoppeld navigatiesysteem 310–312Geluidssignaal stil voertuig (elektrische auto) 109, 139Geluidssignaal voor voetgangers (elektrische auto) 109, 139Geprogrammeerd laden 32, 219Geprogrammeerd laden (elektrische auto) 32, 210, 217Gereedschap 240