ECO mode YAMAHA FJR1300A 2008 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2008, Model line: FJR1300A, Model: YAMAHA FJR1300A 2008Pages: 100, PDF Size: 3.75 MB
Page 25 of 100
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-11
3
20 km/h (12.5 mi/h)] of door het opont-
houd bij verkeerslichten, spoorweg-overgangen etc.
Modus huidig brandstofverbruik
Deze weergave geeft de afstand weer die
onder de huidige omstandigheden kan wor-
den afgelegd op 1.0 Imp.gal brandstof.OPMERKING:Bij snelheden onder 10 km/h (6.0 mi/h)wordt “_ _._” weergegeven.Modus gemiddeld brandstofverbruik
Deze weergave toont het gemiddelde
brandstofverbruik sinds de weergave op nul
is teruggezet.
Als de modus gemiddeld brandstofverbruik
wordt geselecteerd, knippert de weergave
vijf seconden lang, waarna “AV_ _._ MPG”
(gemiddelde afstand die kan worden afge-
legd op 1.0 Imp.gal brandstof) wordt weer-
gegeven.OPMERKING:
Om de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik terug te stellen,
drukt u op de toets “RESET” om de
modus te selecteren en houdt u vervol-
gens de toets “RESET” een seconde
lang ingedrukt terwijl de weergave
knippert.
Na het terugstellen van de weergave
van het gemiddelde brandstofverbruik
wordt “_ _._” weergegeven totdat demachine 1 km (0.6 mi) heeft afgelegd.
LET OP:
DCA15472
Bij storingen wordt “– –.–” weergege-
ven. Vraag een Yamaha dealer de machi-ne te controleren.
Zelfdiagnosesysteem
Dit model is uitgerust met een zelfdiagnose-
systeem voor diverse elektrische circuits.
Als een van deze circuits uitvalt, gaat het
waarschuwingslampje motorstoring bran-
den en geeft het multifunctionele display
een foutcode van twee cijfers weer.
1. Huidig brandstofverbruik
1. Gemiddeld brandstofverbruik
1. Weergave foutcode
2. Controlelampje startblokkering
U3P6D2D0.book Page 11 Friday, September 14, 2007 9:17 AM
Page 26 of 100
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-12
3
Noteer zo’n foutcode als die op het multi-
functionele display staat aangegeven en
vraag een Yamaha dealer het voertuig na te
zien.LET OP:
DCA11790
Wanneer het multifunctionele display
een foutcode aangeeft, moet het voer-
tuig zo spoedig mogelijk worden gecon-troleerd om motorschade te voorkomen.
Dit model is ook uitgerust met een zelfdia-
gnosesysteem voor het startblokkeersys-
teem.
Als een van de circuits van het startblok-
keersysteem uitvalt, gaat het controlelamp-
je startblokkering knipperen en geeft het
multifunctionele display een foutcode van
twee cijfers weer wanneer de sleutel naar
“ON” is gedraaid.OPMERKING:Als het multifunctionele display foutcode 52
weergeeft, betreft dit mogelijk een storing in
het transpondersignaal. Als deze fout zichvoordoet, probeer dan het volgende.
1. Start de motor met behulp van de co-
deersleutel.
OPMERKING:Houd andere startblokkeersleutels uit de
buurt van het contactslot en bewaar niet
meer dan één startblokkeersleutel aan de-
zelfde sleutelring! Startblokkeersleutels
kunnen signaalstoring veroorzaken, waar-
door de motor mogelijk niet kan worden ge-start.
2. Als de motor start, zet deze dan weer
uit en probeer hem opnieuw te starten
met de standaardsleutels.
3. Als de motor niet kan worden gestart
met een of beide standaardsleutels,
breng dan het voertuig, de codeersleu-
tel en beide standaardsleutels naar
een Yamaha dealer en laat de stan-
daardsleutels opnieuw coderen.
Als het multifunctionele display foutcodes
toont, noteer deze dan en vraag een
Yamaha dealer om het voertuig te controle-
ren.
DAU12331
Antidiefstal-alarmsysteem (op-
tie) Dit model kan door een Yamaha dealer
worden uitgerust met een optioneel antidief-
stal-alarmsysteem. Neem contact op met
een Yamaha dealer voor nadere informatie.
U3P6D2D0.book Page 12 Friday, September 14, 2007 9:17 AM
Page 30 of 100
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-16
3
DAU39540
Rempedaal Het rempedaal bevindt zich aan de rechter-
zijde van het voertuig.
Dit model is uitgerust met een gekoppeld
remsysteem.
Bij het indrukken van het rempedaal worden
achter- en voorrem gelijktijdig bediend, de
achterrem volledig en de voorrem gedeelte-
lijk. Voor maximale remkracht dient u gelijk-
tijdig zowel de remhendel in te knijpen als
het rempedaal in te drukken.
DAU39531
ABS Het Yamaha ABS (anti-blokkeervoorziening
remsysteem) bestaat uit een dubbel uitge-
voerd elektronisch regelsysteem dat de
voorrem en achterrem onafhankelijk aan-
stuurt. De ABS-werking wordt gecontro-
leerd door een ECU (elektronische
regeleenheid) die bij een systeemstoring
uitgaat van handmatig remmen.
WAARSCHUWING
DWA10090
Het ABS-systeem functioneert het
meest effectief over lange remwe-
gen.
Op sommige wegtypen (ruw weg-
dek of grint) kan de remweg langer
zijn dan bij remmen zonder ABS.
Houd daarom steeds voldoende af-
stand tot uw voorligger, afgestemdop uw rijsnelheid.
OPMERKING:
Het ABS voert gedurende enkele se-
conden een zelftest uit elke keer dat
het voertuig wegrijdt nadat de hoofd-
schakelaar is aangezet. Tijdens deze
test hoort u een “klikkend” geluid van-
onder de zitting en wanneer u de rem-
hendel of het rempedaal licht aantrektof intrapt, voelt u eventueel een trilling
in de hendel of het pedaal. Dit is nor-
maal.
Wanneer ABS is geactiveerd, worden
de remmen op de gebruikelijke wijze
bediend. In de remhendel of het rem-
pedaal kunnen pulsaties worden ge-
voeld, maar dat duidt niet op een
storing.
Dit ABS-systeem is uitgerust met een
testfunctie, waarbij de bestuurder de
pulsaties kan voelen in het rempedaal
of in de remhendel terwijl ABS actief is.
Er is echter speciaal gereedschap ver-
eist, dus neem voor het uitvoeren van
deze test contact op met uw Yamahadealer.
LET OP:
DCA16120
Houd alle soorten magneten (inclusief
magneetgrijpers, magnetische schroe-
vendraaiers etc.) uit de buurt van de
voorste en achterste wielnaven. Anders
kunnen de magnetische rotors van de
wielnaven beschadigd raken, waardoorhet ABS-systeem niet meer goed werkt.
1. RempedaalU3P6D2D0.book Page 16 Friday, September 14, 2007 9:17 AM
Page 69 of 100
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-17
6
DAU21382
Controleren van de vrije slag
gaskabel De vrije slag van de gaskabel dient 3.0–5.0
mm (0.12–0.20 in) te bedragen bij de gas-
greep. Controleer de vrije slag van de gas-
kabel regelmatig en laat de vrije slag indien
nodig afstellen door een Yamaha dealer.
DAU21401
Klepspeling De klepspeling kan tijdens gebruik gaan af-
wijken, waardoor de lucht/brandstof-ver-
houding kan veranderen en/of het
motorgeluid toeneemt. Om dit te voorko-
men moet de klepspeling door een Yamaha
dealer worden afgesteld volgens de inter-
valperioden vermeld in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema.
DAU21771
Banden Let ten aanzien van de voorgeschreven
banden op het volgende voor een optimale
prestatie, levensduur en veilige werking van
uw motorfiets.
Bandspanning
De bandspanning moet voor elke rit worden
gecontroleerd en indien nodig worden bijge-
steld.
WAARSCHUWING
DWA10500
De bandspanning moet worden ge-
controleerd en afgesteld terwijl de
banden koud zijn (wanneer de tem-
peratuur van de banden gelijk is
aan de omgevingstemperatuur).
De bandspanning moet worden
aangepast aan de rijsnelheid en het
totale gewicht van rijder, passagier,
bagage en accessoires dat voor ditmodel is vastgesteld.
1. Vrije slag gaskabel
U3P6D2D0.book Page 17 Friday, September 14, 2007 9:17 AM
Page 72 of 100
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-20
6
Gebruik bij vervanging uitsluitend
het voorgeschreven type banden.
Bij andere banden is het risico op
een klapband bij zeer hoge rijsnel-
heden niet denkbeeldig.
Gloednieuwe banden bieden op
sommige typen wegdek relatief wei-
nig grip totdat ze zijn “ingereden”.
Het is dan ook verstandig de eerste
100 km (60 mi) nadat een nieuwe
band is aangebracht rustig te blij-
ven rijden en pas daarna de rijsnel-
heid te verhogen.
Voordat met hoge snelheid wordt
gereden moeten de banden zijn op-
gewarmd.
Pas de bandspanning steeds aanvolgens de rijomstandigheden.
DAU21960
Gietwielen Let ten aanzien van de voorgeschreven
wielen op het volgende voor een optimale
prestatie, levensduur en veilige werking van
uw voertuig.
Controleer de velgen voor iedere rit op
scheurtjes, verbuiging of kromtrekken.
Laat ingeval van schade het wiel door
een Yamaha dealer vervangen. Pro-
beer het wiel nooit zelf te repareren,
hoe klein de reparatie ook is. Vervang
een wiel dat vervormd is of haar-
scheurtjes vertoont.
Na het vervangen van een wiel of band
moet het wiel worden uitgebalanceerd.
Een niet uitgebalanceerd wiel zal mo-
gelijk slecht functioneren, of kan een
slechte wegligging en een verkorte le-
vensduur van de banden tot gevolg
hebben.
Rijd niet te snel direct na het verwisse-
len van een band. Het bandoppervlak
dient eerst te zijn ingereden voordat
het zijn optimale eigenschappen ver-
krijgt.
DAU22072
Koppelingshendel Omdat dit model is uitgerust met een hy-
draulische koppelingsbediening, hoeft de
vrije slag van de koppelingshendel niet te
worden afgesteld. Wel moeten voor elke rit
het niveau van de koppelingsvloeistof en
het hydraulisch systeem op lekkage worden
gecontroleerd. Misschien zit er lucht in het
koppelingssysteem als de koppelingshen-
del te veel vrije slag heeft en schakelen
moeizaam gaat, of als de koppeling slipt en
de machine slecht accelereert. Als er lucht
in het hydraulisch systeem zit, moet het sys-
teem door een Yamaha dealer worden ont-
lucht voordat de motorfiets wordt gebruikt.
U3P6D2D0.book Page 20 Friday, September 14, 2007 9:17 AM