YAMAHA FJR1300AE 2018 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2018, Model line: FJR1300AE, Model: YAMAHA FJR1300AE 2018Pages: 120, PDF Size: 3.34 MB
Page 51 of 120

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-37
3
DAU39612
Aanpassen van de koplamp-
hoo gte
De koplamp is voorzien van afstelknoppen
voor het hoger of lager richten van de licht-
bundels. Het aanpassen van de koplamp-
hoogte kan nodig zijn om het zicht te
verbeteren en om te voorkomen dat tegen-
liggers worden verblind wanneer het voer-
tuig zwaarder of minder zwaar beladen is
dan gebruikelijk. Houd u bij het afstellen
van de koplampen aan de plaatselijke wet-
en regelgeving.
Draai de knoppen in richting (a) om de kop-
lampen hoger te zetten. Draai de knoppen
in richting (b) om de koplampen lager te
zetten.
DAU39642
Stan d van het stuur
Het stuur kan in drie verschillende standen
worden gezet, al naar gelang de voorkeur
van de bestuurder. Laat de stand van het
stuur aanpassen bij een Yamaha-dealer.
1. Knop koplamphoogteverstelling
11
(b)(a)(b)(a)
1. Stuur
11
UB96D1D0.book Page 37 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 52 of 120

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-38
3
DAU54151
Openen en sluiten van de ventila-
tieopenin gen van de stroomlijn-
panelen
De ventilatieopeningen van de stroomlijn-
panelen kunnen 20 mm (0.79 in) worden
opengezet voor extra ventilatie al naar ge-
lang de rijomstandigheden.
Een ventilatieopenin g van een stroom-
lijnpaneel openzetten 1. Verwijder de drukclip.
2. Schuif het ventilatiepaneel van het stroomlijnpaneel naar voren om de
uitsteeksels uit de onderste uitsparin-
gen te haken en neem het paneel ver-
volgens weg.
3. Steek de uitsteeksels in de bovenste uitsparingen en schuif het paneel naar
achteren. 4. Breng de drukclip aan.
Een ventilatieopenin g van een stroom-
lijnpaneel sluiten 1. Verwijder de drukclip.
2. Schuif het ventilatiepaneel van het
stroomlijnpaneel naar voren om de
uitsteeksels uit de bovenste uitsparin-
gen te haken en neem het paneel ver-
volgens weg.
3. Steek de uitsteeksels in de onderste uitsparingen en schuif het paneel naar
achteren.
1. Gesloten stand
2. Geopende stand
1. Ventilatiepaneel stroomlijnpaneel
2. Onderste uitsparing
3. Drukclip
12
3
1
2
1. Uitsteeksel
2. Bovenste uitsparing
3. Drukclip
1. Ventilatiepaneel stroomlijnpaneel
2. Bovenste uitsparing
3. Drukclip
1
3
2
3
1
2
UB96D1D0.book Page 38 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 53 of 120

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-39
3
4. Breng de drukclip aan.
OPMERKING
Controleer voordat u gaat rijden of de ven-
tilatiepanelen van het stroomlijnpaneel
goed vastzitten.
DAU39672
Achteruitkijkspie gels
De achteruitkijkspiegels van dit voertuig
kunnen naar voren of naar achteren worden
ingeklapt om het parkeren in smalle ruimten
te vergemakkelijken. Klap de spiegels terug
in hun oorspronkelijke stand voordat u gaat
rijden.
WAARSCHUWING
DWA14372
Ver geet niet d e achteruitkijkspie gels in
hun oorspronkelijk stan d teru g te klap-
pen alvorens we g te rij den.
1. Uitsteeksel
2. Onderste uitsparing
3. Drukclip
13
2
1. Rijstand
2. Parkeerstand
2
2
1
2 2
1
UB96D1D0.book Page 39 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 54 of 120

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-40
3
DAU55425
Vering voor en achter afstellen
Dit model is uitgerust met een elektronisch
verstelbaar veringsysteem. De voorspan-
ning van de achterschokdemper en de
veerdemping van zowel de voorvork als de
achterschokdemper kunnen worden afge-
steld.
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter gaat aan bren-
g en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.
Voorspanning
Wanneer u rijdt met bagage of een passa-
gier, gebruikt u de afstelfunctie voor de
voorspanning om het veringsysteem aan te
passen aan de belasting. Er zijn 4 voor-
spanningsinstellingen.
OPMERKING
De afstelfunctie voor de voorspanning
wordt alleen weergegeven wanneer
de motor draait.
Wanneer u de voorspanningsinstelling
wijzigt, worden ook de veerdempin-
gen van de voor- en achtervering
overeenkomstig aangepast. (Zie pagi-
na 3-42.)
Bediening bij koude temperaturen:
• Bij gebruik van de afstelfunctie voor de voorspanning mag er geen ge-
wicht rusten op de machine.
• Bij gebruik van de afstelfunctie voor de voorspanning bij omgevings-
temperaturen nabij of onder 0 °C
(32 °F) kan het waarschu-
wingslampje vering gaan branden.
• De vering werkt nog steeds nor-
maal, alleen kunt u de afstelfunctie
voor de voorspanning niet gebrui-
ken. • Om het waarschuwingslampje ve-
ring terug te stellen, wacht u onge-
veer 6 minuten en zet u vervolgens
het contactslot uit of zet u direct het
contactslot uit en wacht u vervol-
gens 6 minuten.
• Laat als het waarschuwingslampje vering blijft branden de machine na-
kijken door een Yamaha dealer.
De voorspanning afstellen
1. Zet het contactslot aan, start de motor
en zet de versnellingsbak in de vrij-
stand.
2. Druk op de menuschakelaar om de
functieweergave te wisselen naar de
afstelfunctie voor de voorspanning.
1. Functieweergave
2. Afstelling voorspanning
3. Pictogram voorspanningsinstelling
1. Menuschakelaar “MENU”
2. Selectieschakelaar “ / ”
GEAR
N
1
3
2
1
2
UB96D1D0.book Page 40 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 55 of 120

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-41
3
3. Gebruik de selectieschakelaar om het
pictogram van de gewenste voor-
spanningsinstelling te selecteren.
Selecteer uit de volgende 4 picto-
grammen de instelling die overeen-
komt met de beladingssituatie.
Tijdens het afstellen van de voorspan-
ning toont de informatieweergave een
groep punten die in een cirkel bewe-
gen. Wanneer het geselecteerde pic-
togram weer wordt weergegeven, is
het afstellen van de voorspanning vol-
tooid.
Tijdens het afstellen van de voorspanning
kan de informatieweergave als volgt wijzi-
gen. Als het contactslot wordt uitgezet of
de motor wordt gestopt terwijl de
voorspanning wordt ingesteld, gaat
het volgende pictogram voor de voor-
spanningsinstelling knipperen om u te waarschuwen dat de huidige voor-
spanningsinstelling niet overeenkomt
met het pictogram. Als dit gebeurt,
moet u de voorspanning opnieuw af-
stellen.
Als de machine gaat rijden, gaat het
volgende pictogram voor de voor-
spanningsinstelling knipperen om u te
waarschuwen dat de huidige voor-
spanningsinstelling niet overeenkomt
met het pictogram. Als dit gebeurt,
moet u de machine stoppen en de
voorspanning opnieuw afstellen.
Als u de voorspanning herhaaldelijk
afstelt, gaat het pictogram voor de
voorspanningsinstelling 4 maal knip-
peren en kunt u de voorspanning niet
afstellen. Wacht ongeveer 6 minuten
totdat de motor van de afstelfunctie
voor de voorspanning is afgekoeld en
probeer de voorspanning vervolgens
opnieuw af te stellen.
1. Alleen bestuurder
2. Bestuurder met bagage
3. Bestuurder met passagier
4. Bestuurder met passagier en bagage
12
34
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
1
HARD+3
GEAR
N
UB96D1D0.book Page 41 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 56 of 120

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-42
3Veerdempin g
Binnen elke voorspanningsinstelling zijn er
3 veerdempingsinstellingen: “HARD”
(hard), “STD” (standaard) en “SOFT”
(zacht). Wanneer u de voorspanningsinstel-
ling wijzigt, worden de veerdempingsinstel-
lingen overeenkomstig gewijzigd. (Het
elektronisch verstelbare veringsysteem
wordt automatisch aangepast aan de laatst
ingestelde veerdempingsinstellingen voor
die voorspanningsinstelling.) Als u de veer-
demping nauwkeurig wilt afstellen, kunt u
elke veerdempingsinstelling instellen op 7
verschillende niveaus.
OPMERKING
Als de voorspanningsinstelling niet juist is
voltooid:
De veerdempingsinstelling en het in-
stelniveau knipperen 4 maal en kun-
nen niet worden aangepast als u deze
probeert aan te passen terwijl de ma-
chine stilstaat.
Het pictogram voor de voorspan-
ningsinstelling knippert en de veer-
demping kan niet worden aangepast
als u deze probeert aan te passen ter-
wijl de machine rijdt.
Zorg dat de voorspanning juist is ingesteld
voordat u de veerdemping gaat afstellen.
De veerdemping en het niveau voor de
veerdempingsinstelling afstellen
1. Zet het contact aan.
2. Druk op de menuschakelaar om de functieweergave te wisselen naar de
afstelfunctie voor de veerdemping.
3. Gebruik de selectieschakelaar om “HARD”, “STD” of “SOFT” te selecte-
ren.
1. Veerdempingsinstelling
2. Niveau veerdempingsinstelling
GEAR
N
GEAR
N
GEAR
N
HARD+3
2
11. Functieweergave
2. Afstelling veerdemping
GEAR
N
STD0
1
2
UB96D1D0.book Page 42 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 57 of 120

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-43
3
4. Druk op de menuschakelaar.
5. Gebruik de selectieschakelaar om het
gewenste niveau voor de veerdem-
pingsinstelling te selecteren.
OPMERKING
U kunt de veerdempingsinstelling instellen
op 7 niveaus (+3, +2, +1, 0, –1, –2 en –3).
“+3” is het hardste niveau en “–3” is het
zachtste niveau.
6. Druk op de menuschakelaar.
Als de machine beweegt terwijl u de veer-
demping afstelt, schakelt de informatie-
weergave naar de weergavemodus.
WAARSCHUWING
DWA16421
De achterschok demperunit is gevul d
met stikstof gas on der ho ge druk. Lees
d e on derstaan de informatie zor gvul dig
d oor alvorens werkzaamhe den uit te
voeren aan d e schokdemperunit.
Pro beer de gascilin der niet te ope-
nen en b lijf er verder vanaf.
Stel de schok demperunit niet b loot
aan open vuur of een an dere hitte-
b ron. Hier door kan d e gas druk zo
hoo g oplopen dat de unit explo-
d eert.
Voorkom vervormin g of b eschad i-
g in g van de cilin der. Scha de aan de
cilin der
s zal resulteren in slechte
d empin gsprestaties.
Werp een bescha digde of versleten
schok demperunit niet zelf we g.
Bren g d e schokd emperunit voor elk
on derhou d naar een Yamaha- dea-
ler.
1. Veerdempingsinstelling
1. Niveau veerdempingsinstelling
GEAR
N
HARD 01
GEAR
N
HARD
+31
1. Afstelling veerdemping
2. Veerdempingsinstelling
3. Pictogram voorspanningsinstelling
GEAR
N
HARD+3
GEAR
1
HARD+3
1
2
3
UB96D1D0.book Page 43 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 58 of 120

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-44
3
DAU15306
Zijstan daar d
De zijstandaard bevindt zich aan de linker-
zijde van het frame. Trek of druk de zijstan-
daard met uw voet omhoog of omlaag
terwijl u de machine rechtop houdt.
OPMERKING
De ingebouwde sperschakelaar voor de zij-
standaard maakt deel uit van het startsper-
systeem, dat in bepaalde situaties de
werking van het ontstekingssysteem blok-
keert. (Zie de volgende paragraaf voor een
uitleg over het startspersysteem.)
WAARSCHUWING
DWA10242
Met de machine mag nooit worden gere-
d en terwijl de zijstan daar d omlaa g staat
of niet behoorlijk kan wor den op getrok-
ken (of niet omhoo g b lijft), an ders kan d e
zijstan daar d d e gron d raken en zo de
b estuur der aflei den, waar door de ma-
chine mo gelijk on bestuur baar wor dt.
Het Yamaha startspersysteem is ont-
worpen om de bestuur der te helpen b ij
zijn verantwoor delijkhei d de zijstan-
d aar d op te trekken alvorens we g te rij-
d en. Controleer dit systeem daarom
re gelmati g en laat het repareren door
een
Yamaha dealer als de werkin g niet
naar behoren is.
DAU63430
Startspersysteem
Het startspersysteem (waarvan de zijstan-
daardschakelaar, de koppelingshen-
delschakelaar en de vrijstandschakelaar
deel uitmaken) heeft de volgende functies.
Het verhindert starten wanneer de
versnellingsbak in een versnelling is
geschakeld en de zijstandaard is op-
geklapt, terwijl de koppelingshendel
niet is ingetrokken.
Het verhindert starten wanneer de
versnellingsbak in een versnelling is
geschakeld en de koppelingshendel is
ingetrokken, terwijl de zijstandaard
nog omlaag staat.
Het schakelt een draaiende motor uit
wanneer de versnellingsbak in een
versnelling staat en de zijstandaard
omlaag wordt bewogen.
Controleer de werking van het startspersy-
steem regelmatig volgens de onderstaande
procedure.
UB96D1D0.book Page 44 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 59 of 120

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-45
3
Met de motor uit:
1. Beweeg de zijstandaard omlaag.
2.
De startschakelaar/noodstopschakelaar
moet op “ ” staan.
3. Draai de sleutel naar aan.
4. Schakel de versnellingsbak in de
vrijstand.
5.
Druk op de “ ”-zijde van de
startschakelaar/noodstopschakelaar.
Start de motor?
Met de motor nog aan:
6. Beweeg de zijstandaard omhoog.
7. Knijp de koppelingshendel in en houd deze vast.
8. Schakel de versnellingsbak in een versnellingsstand.
9. Beweeg de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
Als de motor is afgeslagen:
10. Beweeg de zijstandaard omhoog.
11. Knijp de koppelingshendel in en houd deze vast.
12.
Druk op de “ ”-zijde van de
startschakelaar/noodstopschakelaar.
Start de motor?
Het systeem is in orde. De motorfiets
mag worden gebruikt.
De vrijstandschakelaar werkt mogelijk
niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat
deze is nagekeken door een Yamaha
dealer.
De zijstandaardschakelaar werkt
mogelijk niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat
deze is nagekeken door een Yamaha
dealer.
De koppelingsschakelaar werkt mogelijk
niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat
deze is nagekeken door een Yamaha
dealer.
WAARSCHUWING
Bij deze inspectie moet de machine op de middenbok worden gezet.
Als zich een storing voordoet, vraag dan alvorens te gaan rijden een
Yamaha dealer het systeem te
controleren.
JA NEE
JANEE
JANEE
UB96D1D0.book Page 45 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM
Page 60 of 120

Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-46
3
DAU39657
Gelijkstroom aansluitcontact
voor accessoires
WAARSCHUWING
DWA14361
Om een elektrische schok of kortsluitin g
te voorkomen, d ient u te controleren of
d e dop op het g elijkstroom aansluitcon-
tact is aan geb racht als het contact niet
wor dt geb ruikt.
LET OP
DCA15432
Het accessoire dat is aan gesloten op het
g elijkstroom aansluitcontact voor ac-
cessoires ma g niet wor den geb ruikt ter-
wijl de motor uit staat en de belastin g
ma g niet meer bed ra gen dan 30 W (2.5
A), an ders kan d e zekering d oor bran den
of de accu ontla den raken.
Dit voertuig is uitgerust met een gelijk-
stroom aansluitcontact in de accessoire-
box.
Een 12V-accessoire dat is aangesloten op
dit gelijkstroom aansluitcontact voor ac-
cessoires, kan worden gebruikt wanneer de
sleutel in de stand “ON” staat, maar mag
alleen worden gebruikt wanneer de motor
draait.
Ge bruiken van het g elijkstroom aansluit-
contact voor accessoires 1. Open het deksel van de accessoire-
box. (Zie pagina 3-36.)
2. Draai de sleutel naar “OFF”.
3. Verwijder het deksel van het aansluit- contact. 4. Zet het accessoire uit.
5. Plaats de stekker van het accessoire
in het aansluitcontact.
6. Draai de sleutel naar “ON” en start de motor. (Zie pagina 5-2.)
7. Zet het accessoire aan.
1. Dop gelijkstroom aansluitcontact
1. Gelijkstroom aansluitcontact voor accessoi- res
1
1
UB96D1D0.book Page 46 Thursday, July 6, 2017 4:43 PM