MPG YAMAHA FZ1 S 2008 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2008, Model line: FZ1 S, Model: YAMAHA FZ1 S 2008Pages: 100, PDF Size: 3.18 MB
Page 7 of 100

INHOUDSOPGAVE
Controle van stuursysteem ........... 6-28
Controleren van wiellagers ........... 6-28
Accu ............................................. 6-28
Zekeringen vervangen .................. 6-30
Koplampgloeilamp vervangen ...... 6-32
Gloeilamp in remlicht/achterlicht
vervangen ................................. 6-33
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen ................................. 6-33
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen ................................. 6-34
Vervangen van een
parkeerlichtgloeilamp ................ 6-34
Voorwiel (FZ1-S) ........................... 6-35
Achterwiel (FZ1-S)......................... 6-36
Problemen oplossen ..................... 6-38
Storingzoekschema’s ................... 6-39
VERZORGING EN STALLING VAN
DE MOTORFIETS.............................. 7-1
Matkleur, let op ............................... 7-1
Verzorging ......................................7-1
Stalling ............................................7-3
SPECIFICATIES ................................8-1
GEBRUIKERSINFORMATIE.............. 9-1
Identificatienummers ......................9-1
U3C3D2D0.book Page 2 Thursday, July 5, 2007 7:05 PM
Page 79 of 100

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-32
6
4. Draai de contactsleutel naar “ON” en
schakel het betreffende elektrische cir-
cuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
5. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
6. Breng de accukap aan, en haak daar-
na de accuriem vast aan de houder.
DAU23930
Koplampgloeilamp vervangen De koplampen op dit model hebben halo-
geen gloeilampen. Vervang een koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is doorgebrand.
1. Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de gloeilampkap.
2. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.
WAARSCHUWING
DWA10790
Koplampgloeilampen worden zeer heet.
Houd daarom brandbare producten uit
de buurt van een koplampgloeilamp en
raak het lampglas niet aan zolang dit nietis afgekoeld.
3. Breng een nieuwe koplampgloeilamp
aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.LET OP:
DCA10650
Pas op en zorg dat de volgende onderde-
len niet worden beschadigd:
Koplampgloeilamp
Raak het glas van de koplampgloei-
lamp niet aan zodat dit vetvrij blijft,
anders kan de doorzichtigheid van
het glas, de lichtintensiteit en de le-
1. Koplampstekker
2. Gloeilampkap
1. Gloeilamphouder
U3C3D2D0.book Page 32 Thursday, July 5, 2007 7:05 PM
Page 80 of 100

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-33
6
vensduur nadelig worden beïn-
vloed. Wrijf eventuele
verontreinigingen en vingerafdruk-
ken op het gloeilampglas weg met
een doekje gedrenkt in alcohol of
thinner.
Koplamplens
Plak geen kleurfolie of stickers op
de koplamplens.
Gebruik geen koplampgloeilamp
met een hoger wattage dan is voor-geschreven.
4. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de koplampstekker aan.
5. Vraag indien nodig een Yamaha-
dealer de koplamplichtbundel af te
stellen.
DAU24112
Gloeilamp in remlicht/achterlicht
vervangen 1. Verwijder het duozadel. (Zie pagina
3-17.)
2. Verwijder de lampfitting (samen met
de gloeilamp) door deze linksom te
draaien.
3. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te
draaien.
4. Breng een nieuwe gloeilamp aan in de
fitting, druk de lamp aan en draai
rechtsom tot hij stuit.
5. Breng de lampfitting aan (samen met
de gloeilamp) door deze rechtsom te
draaien.
6. Installeer het duozadel.
DAU24202
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen 1. Verwijder de lamplens van de richtin-
gaanwijzer door de schroeven te ver-
wijderen.
2. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te
draaien.
3. Breng een nieuwe gloeilamp aan in de
fitting, druk de lamp aan en draai
rechtsom tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de schroef
aan te brengen.LET OP:
DCA11190
Zet de schroef niet overdreven strakvast, anders kan de lamplens breken.
1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. Gloeilampfitting remlicht/achterlicht
1. Schroef
U3C3D2D0.book Page 33 Thursday, July 5, 2007 7:05 PM
Page 94 of 100

SPECIFICATIES
8-3
8
Veerweg:
130.0 mm (5.12 in)Elektrische installatie:Ontstekingssysteem:
Transistorontsteking (digitaal)
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:
YTZ14S
Voltage, capaciteit:
12 V, 11.2 AhKoplamp:Type gloeilamp:
HalogeenlampGloeilampen voltage, wattage × aantal:Koplamp:
12 V, 60 W/55.0 W × 2
Achterlicht/remlicht unit:
12 V, 5.0 W/21.0 W × 1
Voorste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Parkeerlicht:
12 V, 5.0 W × 2
Kentekenverlichting:
12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje vrijstand:
LEDControlelampje grootlicht:
LED
Waarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LED
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
ABS-waarschuwingslampje:
FZ1-SA LED
Controlelampje startblokkering:
LED
Zekeringen:Hoofdzekering:
50.0 A
Koplampzekering:
25.0 A
Zekering achterlichtcircuit:
10.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
15.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
10.0 A × 2
Zekering brandstofinjectiesysteem:
15.0 A
Zekering ABS-regeleenheid:
FZ1-SA 10.0 A
Zekering ABS-motor:
FZ1-SA 30.0 ABackup-zekering:
10.0 A
U3C3D2D0.book Page 3 Thursday, July 5, 2007 7:05 PM
Page 97 of 100

INDEX
AAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-24
ABS (voor modellen met ABS) ............. 3-14
ABS-waarschuwingslampje
(voor modellen met ABS) ..................... 3-6
Accu...................................................... 6-28
Antidiefstal-alarmsysteem (optie) ......... 3-11BBagageriembevestiging ........................ 3-22
Banden ................................................. 6-17
Bougies, controleren............................... 6-8
Brandstof .............................................. 3-15
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-3CClaxonschakelaar ................................. 3-12
Contactslot/stuurslot ............................... 3-2
Controle- en waarschuwingslampjes ...... 3-3
Controlelampje grootlicht ........................ 3-4
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-4
Controlelampje startblokkering ............... 3-6
Controlelijst voor gebruik ........................ 4-2DDimlichtschakelaar ............................... 3-12EEXUP-systeem ..................................... 3-23GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren ............................................... 6-25
Gereedschapsset ................................... 6-1
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen........................................... 6-34
Gloeilamp remlicht/achterlicht,
vervangen........................................... 6-33Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-33
IIdentificatienummers ............................... 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-3KKabels, controleren en smeren ............. 6-25
Klepspeling............................................ 6-16
Koelvloeistof .......................................... 6-12
Koplampgloeilamp, vervangen .............. 6-32
Koppelingshendel.................................. 3-13
Koppelingshendel, vrije slag afstellen ... 6-20LLichtsignaalschakelaar .......................... 3-12
Locaties van onderdelen ......................... 2-1
Luchtfilterelement, vervangen ............... 6-13MMatkleur, let op........................................ 7-1
Middenbok en zijstandaard,
controleren en smeren ........................ 6-27
Modelinformatiesticker ............................ 9-2
Motorolie en oliefilterpatroon ................... 6-9
Multifunctioneel display ........................... 3-7NNoodstopschakelaar ............................. 3-12OOpbergcompartiment ............................ 3-18PPanelen, verwijderen en aanbrengen ..... 6-7
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen ......... 6-34
Parkeren..................................................5-4
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema .............................. 6-2
Problemen oplossen .............................6-38
RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren........................ 6-26
Rem- en schakelpedalen,
controleren en smeren........................ 6-26
Remhendel ........................................... 3-13
Remlichtschakelaar .............................. 6-20
Rempedaal ........................................... 3-14
Remvloeistofniveau, controleren .......... 6-21
Remvloeistof, verversen ....................... 6-23
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 3-12SSchakelaar alarmverlichting.................. 3-12
Schakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal ...................................... 3-13
Schokdemperunit, afstellen .................. 3-21
Sleutelnummer........................................ 9-1
Spanning aandrijfketting ....................... 6-23
Specificaties............................................ 8-1
Stalling .................................................... 7-3
Startblokkeersysteem ............................. 3-1
Starten van de motor .............................. 5-1
Startknop .............................................. 3-12
Startspersysteem .................................. 3-23
Stationair toerental................................ 6-15
Storingzoekschema’s............................ 6-39
Stuurschakelaars .................................. 3-11
Stuursysteem, controleren .................... 6-28TTankbeluchtingsslang/overloopslang.... 3-16
Tankdop ................................................ 3-15UUitlaatkatalysatoren .............................. 3-17
U3C3D2D0.book Page 1 Thursday, July 5, 2007 7:05 PM