YAMAHA FZ8 S 2013 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2013, Model line: FZ8 S, Model: YAMAHA FZ8 S 2013Pages: 108, PDF Size: 2.97 MB
Page 11 of 108

VEILIGHEIDSINFORMATIE
1-4
1
producten testen die deze bedrijven produ-
ceren. Om die reden kan Yamaha acces-
soires die niet door Yamaha zijn verkocht of
wijzigingen die niet door zijn Yamaha zijn
aangeraden niet goedkeuren of aanbeve-
len, zelfs niet als deze zijn verkocht en
geenstalleerd door een Yamaha dealer.
In de han del verkrij gbare on der delen,
accessoires en aanpassin gssets
Hoewel er producten verkrijgbaar zijn die
qua ontwerp en kwaliteit sterk lijken op ori-
ginele Yamaha accessoires, dient u te be-
seffen dat sommige in de handel
verkrijgbare accessoires of aanpassings-
sets niet geschikt zijn vanwege mogelijke
veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen.
Het monteren van in de handel verkrijgbare
producten of het verrichten van aanpassin-
gen die de ontwerp- of bedieningskenmer-
ken van uw machine wijzigen kan het risico
op ernstig letsel of overlijden van uzelf of
anderen vergroten. U bent verantwoordelijk
voor letsel dat voortvloeit uit wijzigingen
aan de machine.
Volg bij de montage van accessoires de on-
derstaande richtlijnen en die vermeld onder
het kopje “Beladen”. Monteer nooit accessoires en vervoer
nooit bagage als deze een nadelige in-
vloed hebben op de prestaties van uw motor. Inspecteer het accessoire
zorgvuldig alvorens het te gebruiken
om te waarborgen dat het de grond-
speling of de hellinghoek op geen en-
kele manier vermindert, de veerweg,
de stuuruitslag of de bediening niet
beperkt en geen lampen of reflectors
afdekt.
• Accessoires die aan of nabij het stuur of de voorvork zijn gemon-
teerd zullen mogelijk instabiliteit
veroorzaken door een foutieve ge-
wichtsverdeling of door aerodyna-
mische effecten. Accessoires aan
het stuur of nabij de voorvork moe-
ten zo licht mogelijk zijn en tot een
minimum worden beperkt.
• Omvangrijke accessoires kunnen door hun aerodynamisch effect van
invloed zijn op de rijstabiliteit van de
motor. De motor kan door rijwind
worden opgetild of bij zijwind insta-
biel worden. Zulke accessoires
kunnen ook instabiliteit veroorza-
ken terwijl u grote voertuigen in-
haalt of door deze wordt ingehaald.
• Sommige accessoires dwingen de bestuurder om een andere dan de
normale zitpositie in te nemen. Zo’n
verkeerde zitpositie beperkt de be-
wegingsvrijheid van de bestuurder en kan een comfortabele bediening
hinderen, zodat we dergelijke ac-
cessoires sterk afraden.
Wees voorzichtig bij het aanbrengen
van elektrische accessoires. Als elek-
trische accessoires de capaciteit van
het elektrisch systeem van de motor-
fiets te boven gaan, kan zich een ge-
vaarlijke elektrische storing voordoen
waardoor de verlichting of de motor
uitvalt.
In de han del verkrij gbare ban den en vel-
g en
De banden en velgen die bij uw motorfiets
werden geleverd, zijn ontworpen om de
mogelijkheden van de motorfiets te onder-
steunen en bieden de beste combinatie van
rijprestaties, remvermogen en comfort. An-
dere banden, velgen, maten of combinaties
zijn mogelijk niet geschikt. Zie pagina 6-20
voor bandenspecificaties en meer informa-
tie over het vervangen van uw banden.
De motorfiets vervoeren
Volg de onderstaande instructies als u de
motorfiets in een ander voertuig wilt ver-
voeren.
Verwijder alle loszittende voorwerpen
van de motorfiets.
U42PD4D0.book Page 4 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 12 of 108

VEILIGHEIDSINFORMATIE
1-5
1
Controleer of de brandstofkraan (in-
dien aanwezig) in de “OFF”-stand
staat en er geen brandstoflekkage is.
Zorg dat het voorwiel recht naar voren
wijst op de aanhanger of de laadvloer
en zet het wiel vast in een goot om be-
weging te voorkomen.
Schakel een versnelling in (bij model-
len met een handgeschakelde ver-
snellingsbak).
Zet de motorfiets vast met spanban-
den of andere geschikte banden aan
stevige delen van de motorfiets, zoals
het frame of de bovenste voorvork-
klem (en niet aan, bijvoorbeeld, het
stuur, de richtingaanwijzers of onder-
delen die kunnen afbreken). Kies de
plaats voor de spanbanden zorgvuldig
om te voorkomen dat deze tijdens het
transport schuurplekken op de lak
veroorzaken.
Zorg indien mogelijk dat de vering iets
door de spanbanden wordt ingedrukt,
zodat de motorfiets tijdens het trans-
port niet overmatig kan stuiteren.
U42PD4D0.book Page 5 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 13 of 108

BESCHRIJVING
2-1
2
DAU32221
Aanzicht linkerzijde(FZ8-S)
2
1 3 6,754
11 10
9
8
12
13
1. Stelbout voor veervoorspanning voorvork (pagina 3-19)
2. Luchtfilterelement (pagina 6-16)
3. Zadelslot (pagina 3-17)
4. Hoofdzekering (pagina 6-35)
5. Zekering brandstofinjectiesysteem (pagina 6-35)
6. Opbergcompartiment (pagina 3-18)
7. Boordgereedschapsset (pagina 6-2) 8. Stelring voor veervoorspanning schokdemperunit (pagina 3-20)
9. Stelschroef voor uitveerdemping schokdemperunit (pagina 3-20)
10.Schakelpedaal (pagina 3-12)
11.Stationair stelschroef (pagina 6-19)
12.Olieaftapplug (pagina 6-12)
13.Oliefilterpatroon (pagina 6-12)
U42PD4D0.book Page 1 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 14 of 108

BESCHRIJVING
2-2
2
(FZ8-SA)
2 3 6,754
11 10
9
8
12
13
1
1. Stelbout voor veervoorspanning voorvork (pagina 3-19)
2. Luchtfilterelement (pagina 6-16)
3. Zadelslot (pagina 3-17)
4. Hoofdzekering (pagina 6-35)
5. Zekering brandstofinjectiesysteem (pagina 6-35)
6. Opbergcompartiment (pagina 3-18)
7. Boordgereedschapsset (pagina 6-2)
8. Stelring voor veervoorspanni ng schokdemperunit (pagina 3-20)
9. Stelschroef voor uitveerdemping schokdemperunit (pagina 3-20)
10.Schakelpedaal (pagina 3-12) 11.Stationair stelschroef (pagina 6-19)
12.Olieaftapplug (pagina 6-12)
13.Oliefilterpatroon (pagina 6-12)U42PD4D0.book Page 2 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 15 of 108

BESCHRIJVING
2-3
2
DAU32231
Aanzicht rechterzijde(FZ8-S)
10
12 11
23 5
46
1
9
8
7
1. Bagageriembevestiging (pagina 3-22)
2. Zekeringenkastje (pagina 6-35)
3. Accu (pagina 6-33)
4. Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-26)
5. Koelvloeistofreservoir (pagina 6-15)
6. Olievuldop (pagina 6-12)
7. Stelschroef voor uitveerdemping voorvork (pagina 3-19) 8. Stelbout voor veervoorspanning voorvork (pagina 3-19)
9. Stelschroef voor inveerdemping voorvork (pagina 3-19)
10.Kijkglas olieniveau (pagina 6-12)
11.Rempedaal (pagina 3-12)
12.Remlichtschakelaar (pagina 6-24)
U42PD4D0.book Page 3 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 16 of 108

BESCHRIJVING
2-4
2
(FZ8-SA)
911 10
24
5
3
1
8
7
6
1. Bagageriembevestiging (pagina 3-22)
2. Zekeringenkastje (pagina 6-35)
3. Vloeistofreservoir achterrem (pagina 6-26)
4. Koelvloeistofreservoir (pagina 6-15)
5. Olievuldop (pagina 6-12)
6. Stelschroef voor uitveerdemping voorvork (pagina 3-19)
7. Stelbout voor veervoorspa nning voorvork (pagina 3-19)
8. Stelschroef voor inveerdemping voorvork (pagina 3-19)
9. Kijkglas olieniveau (pagina 6-12)
10.Rempedaal (pagina 3-12) 11.Accu (pagina 6-33)U42PD4D0.book Page 4 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 17 of 108

BESCHRIJVING
2-5
2
DAU10431
Bedienin gen en instrumenten
123 567
8
4
1. Koppelingshendel (pagina 3-11)
2. Schakelaargroep linkerstuurzijde (pagina 3-10)
3. Contactslot/stuurslot (pagina 3-2)
4. Multifunctionele meter (pagina 3-7)
5. Vloeistofreservoir voorrem (pagina 6-26)
6. Schakelaargroep rechterstuurzijde (pagina 3-10)
7. Remhendel (pagina 3-12)
8. Gasgreep (pagina 6-20)
U42PD4D0.book Page 5 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 18 of 108

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-1
3
DAU10978
StartblokkeersysteemDit voertuig is voorzien van een startblok-
keersysteem waarmee diefstal kan worden
bemoeilijkt door de codering van de stan-
daardsleutels te wijzigen. Het systeem be-
staat uit de volgende onderdelen:
een codeersleutel (met een rood bo-
vendeel)
twee standaardsleutels (met een
zwart bovendeel) die opnieuw kunnen
worden gecodeerd
een transponder (die is geïntegreerd in
de codeersleutel)
een startblokkeereenheid
een ECU
een controlelampje van de startblok-
kering (Zie pagina 3-6.) De sleutel met het rode bovendeel wordt
gebruikt om de twee standaardsleutels te
coderen. Het wijzigen van de codes is een
ingewikkelde procedure. Breng het voer-
tuig daarom met alle drie sleutels naar een
Yamaha dealer om deze opnieuw te laten coderen. Gebruik de sleutel met het rode
bovendeel niet om met het voertuig te rij-
den. Deze sleutel dient uitsluitend te wor-
den gebruikt voor het opnieuw coderen van
de standaardsleutels. Gebruik altijd een
standaardsleutel om met het voertuig te rij-
den.
LET OP
DCA11822
ZORG DAT U DE CODEERSLEUTEL
NIET VERLIEST! NEEM DIRECT
CONTACT OP MET UW DEALER
ALS U HEM VERLOREN HEBT! Als
de co deersleutel verloren is, kun-
nen de stan daar dsleutels niet op-
nieuw geco deer d wor den. U kunt
het voertui g d an no g stee ds starten
met de stan daar dsleutels, maar als
ze opnieuw g ecodeer d moeten
wor den ( d.w.z. als er een nieuwe
stan daar dsleutel is gemaakt of als
alle sleutels verloren zijn), d ient het
g ehele start blokkeersysteem ver-
van gen te wor den. Daarom wor dt u
sterk aan gera den een van d e stan- d
aar dsleutels te geb ruiken en de
co deersleutel op een veili ge plek te
b ewaren.
Dompel de sleutels nooit in water.
St
el de sleutels nooit bloot aan ex-
treem ho ge temperaturen.
Leg d e sleutels nooit vlak bij ma gne-
tische voorwerpen (zoals bijvoor-
b eel d speakers enz.).
Plaats nooit voorwerpen d ie elektri-
sche si gnalen uitzend en vlakbij de
sleutels.
Plaats nooit zware voorwerpen op
de sleutels.
U ma g d e sleutels nooit slijpen of d e
vorm ervan wijzi gen.
U ma g het plastic ged eelte van de
sleutels nooit demonteren.
Han g nooit twee sleutels van een
start blokkeersysteem aan dezelf de
sleutelrin g.
Bewaar de stan daar dsleutels en
ook de sleutels van an dere start-
b lokkeersystemen altij d op een an-
d ere plek dan
de co deersleutel van
het voertui g.
Hou d sleutels van an dere start blok-
keersystemen altij d uit de buurt van
het contactslot, want an ders kun-
nen ze si gnaalstorin g veroorzaken.
1. Codeersleutel (rood bovendeel)
2. Standaardsleutels (zwart bovendeel)U42PD4D0.book Page 1 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 19 of 108

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-2
3
DAU10473
Contactslot/stuurslotVia het contactslot/stuurslot worden het
ontstekingssysteem en de verlichtingssy-
stemen bediend en wordt het stuur ver-
grendeld. De diverse standen worden
hierna beschreven.OPMERKINGGebruik de standaardsleutel (zwarte greep)
voor regelmatig gebruik van de machine.
Bewaar de codeersleutel (rode greep) op
een veilige plaats en gebruik deze uitslui-
tend voor hercodering om het risico op ver-
lies te minimaliseren.
DAU36871
ON
Alle elektrische circuits worden voorzien
van stroom; de instrumentenverlichting, het
achterlicht, de kentekenverlichting en het parkeerlicht gaan branden en de motor kan
worden gestart. De sleutel kan niet worden
uitgenomen.
OPMERKINGDe koplamp gaat automatisch branden als
de motor wordt gestart en blijft aan totdat
de sleutel naar “OFF” wordt gedraaid, zelfs
als de motor afslaat.
DAU10662
OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld. De sleutel kan worden uitgenomen.
WAARSCHUWING
DWA10062
Draai nooit
de sleutel naar “OFF” of
“LOCK” terwijl de machine rij dt. Hier-
d oor wor den de elektrische systemen
uit geschakel d, wat mo gelijk kan lei den
tot verlies van d e controle of een on ge-
val.
DAU10685
LOCK
Het stuur is vergrendeld en alle elektrische
systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan
worden uitgenomen. Om het stuur te vergrendelen
1. Draai het stuur helemaal naar links.
2. Druk de sleutel in de “OFF”-stand in
en draai deze dan naar “LOCK”. Houd
de sleutel hierbij ingedrukt.
3. Neem de sleutel uit.
P
ON
OFF
LOCK
1. Drukken.
2. Draaien.12
U42PD4D0.book Page 2 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM
Page 20 of 108

WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
3-3
3
Om het stuur te ontgrendelenDruk de sleutel in en draai deze dan naar
“OFF”. Houd de sleutel hierbij ingedrukt.
DAU10942
(Parkeren)
Het stuur is vergrendeld en het achterlicht,
de kentekenverlichting en het parkeerlicht
branden. De alarmverlichting en richting-
aanwijzers kunnen worden ingeschakeld,
maar alle andere elektrische systemen zijn
uit. De sleutel kan worden uitgenomen.
Het stuur moet zijn vergrendeld om de
sleutel naar “ ” te kunnen draaien.
LET OP
DCA11021
Ge bruik de parkeerstan d niet g ed urend e
lan gere tij d, an ders kan de accu ontla-
d en raken.
DAU49397
Controle- en waarschu-
win gslampjes
DAU11021
Controlelampje
richtin gaanwijzers “ ”
Dit controlelampje knippert terwijl de scha-
kelaar voor richtingaanwijzers naar de lin-
ker- of rechterstand is gedrukt.
1. Drukken.
2. Draaien.12
1. Controlelampje richtingaanwijzers “ ”
2. Controlelampje startblokkering
3. Vrijstandcontrolelampje “ ”
4. Controlelampje grootlicht “ ”
5. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
6. Waarschuwingslampje olieniveau “ ”
7. Waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur “ ”
8. ABS-waarschuwingslampje “ ” (voor mo- dellen met ABS)
ABS
123
45678ABS
U42PD4D0.book Page 3 Tuesday, August 5, 2014 8:51 AM