YAMAHA MT-125 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2016, Model line: MT-125, Model: YAMAHA MT-125 2016Pages: 96, PDF Size: 7.32 MB
Page 21 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-7
3
Multifunctioneel display
Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen:
een weergave voor het brandstofver-
bruik (functies voor gemiddeld en hui-
dig verbruik)
een weergave voor de gemiddelde
snelheid (die de gemiddelde snelheid
toont sinds de weergave voor het
laatst werd teruggesteld op nul)
een tijd-ritteller (die de gereden tijd
aangeeft sinds de teller voor het laatst
werd teruggesteld op nul)
een indicator olieverversing met een
herinnering voor olieverversing (die de
afgelegde afstand toont sinds de teller
voor het laatst werd teruggesteld op
nul)
een indicator lage accuspanning
een waarschuwingsberichtenfunctie
een voorziening voor zelfdiagnose
Druk op de “INFO”-toets om te wisselen
tussen de weergaven voor gemiddeld
brandstofverbruik “C Ave__._km/L” of “C
Ave __._ L/100 km”, huidig brandstofver-
bruik “C INS__._km/L” of “C INS__._L/100
km”, ritteller “TRIP TIME _h __min”, gemid-
delde snelheid “AVE SPEED/__km/h” en
herinnering voor olieverversing “DIST
SERV/__km” in de onderstaande volgorde:C Ave__._km/L → C Ave __._ L/100 km →
C INS__._km/L → C INS__._L/100 km →
TRIP TIME _h __min → AVE
SPEED/__km/h → DIST SERV/__km
Alleen Verenigd Koninkrijk:
Druk op de “INFO”-toets om te wisselen
tussen de weergaven voor gemiddeld
brandstofverbruik “C Ave__._mpg”, huidig
brandstofverbruik “C INS__._mpg”, ritteller
“TRIP TIME _h __min”, gemiddelde snel-
heid “AVE SPEED/__mph” en herinnering
voor olieverversing “DIST SERV/__miles” in
de onderstaande volgorde:
C Ave__._mpg → C INS__._mpg → TRIP
TIME _h __min → AVE SPEED/__mph →
DIST SERV/__miles
Weergave huidig brandstofverbruik
De weergave van het huidige brandstofver-
bruik kan worden ingesteld op “km/L”,
“L/100 km” of “MPG” (alleen Verenigd Ko-
ninkrijk). Druk op de “INFO”-toets om te
wisselen tussen de volgende display-in-
stellingen.
“km/L”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 L brandstof wordt
weergegeven.
“L/100 km”: De hoeveelheid brandstof
die nodig is om onder de huidige rij-
omstandigheden 100 km af te leggen
wordt weergegeven.
1. Multifunctioneel display
Lo
Hi
ZAUM1307km/L
OIL
1
Lo
Hi
ZAUM1308km/L L/100km
UBR3D0D0.book Page 7 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 22 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-8
3
“MPG” (alleen Verenigd Koninkrijk):
De afstand die onder de huidige rijom-
standigheden kan worden afgelegd
met 1.0 Imp.gal brandstof wordt
weergegeven.
OPMERKING
Bij snelheden onder 10 km/h (6 mi/h) wordt
Weergave gemiddeld brandstofverbruik
De weergave voor gemiddeld brandstof-
verbruik toont het gemiddelde brandstof-
verbruik sinds de teller voor het laatst werd
teruggesteld. De weergave kan worden in-
gesteld op “AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._
L/100 km” of “AVE_ _._ MPG” (alleen Ver-
enigd Koninkrijk). Druk op de “INFO”-toets
om te wisselen tussen de volgende display-
instellingen.
“AVE_ _._ km/L”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op 1.0
L brandstof wordt weergegeven.
“AVE_ _._ L/100 km”: De gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen wordt weergege-
ven.
“AVE_ _._ MPG” (alleen Verenigd Ko-
ninkrijk): De gemiddelde afstand die
kan worden afgelegd op 1.0 Imp.gal
brandstof wordt weergegeven.
Om de weergave voor gemiddeld brand-
stofverbruik terug te stellen (hiervoor moet
de modus “ODO” zijn geselecteerd), selec-teert u deze door op de “INFO”-toets te
drukken en houdt u vervolgens de “RE-
SET”-toets twee seconden ingedrukt.
OPMERKING
Nadat u de weergave voor gemiddeld
brandstofverbruik hebt teruggesteld, wordt
met de machine is gereden.
Weergave voor gemiddelde snelheid
De weergave voor gemiddelde snelheid
toont uw gemiddelde snelheid sinds de tel-
ler voor het laatst werd teruggesteld. De
weergave kan worden ingesteld op “AVE
SPEED_ _._ km/h”, “AVE SPEED __._ mph”
(alleen voor het Verenigd Koninkrijk: druk
op de “INFO”-toets om te wisselen tussen
deze display-instellingen).
“AVE SPEED_ _._ km/h”: Uw gemid-
delde rijsnelheid in kilometers per uur.
“AVE SPEED_ _._ mph” (alleen voor
het Verenigd Koninkrijk): Uw gemid-
delde rijsnelheid in mijlen per uur.
Om de weergave voor gemiddelde snelheid
terug te stellen (hiervoor moet de modus
“ODO” zijn geselecteerd), selecteert u deze
door op de “INFO”-toets te drukken en
houdt u vervolgens de “RESET”-toets twee
seconden ingedrukt. De weergave voor ge-
middelde snelheid wordt automatisch te-
ruggesteld 4 uur nadat de sleutel voor het
laatst naar “OFF” is gedraaid.
Lo
Hi
ZAUM1309km/L L/100km
Lo
Hi
ZAUM1310
UBR3D0D0.book Page 8 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 23 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-9
3
Tijd-ritteller
De tijd-ritteller geeft in “_h _min” (uren en
minuten) de verstreken tijd weer sinds de
sleutel naar “ON” werd gedraaid sinds de
tijd-ritteller voor het laatst werd terugge-
steld.
Om de tijd-ritteller terug te stellen (hiervoor
moet de modus “ODO” zijn geselecteerd),
selecteert u deze door op de “INFO”-toets
te drukken en houdt u vervolgens de “RE-
SET”-toets twee seconden ingedrukt. De
tijd-ritteller wordt automatisch teruggesteld
4 uur nadat de sleutel voor het laatst naar
“OFF” werd gedraaid.
Indicator olieverversing “OIL”
Deze indicator gaat knipperen (het bericht
“OIL SERV” wordt ook weergegeven) om
aan te geven dat de motorolie moet worden
ververst. De indicator gaat knipperen bij het
eerste onderhoudsinterval na 1000 km (600
mi), na de volgende 2000 km (1200 mi) en
vervolgens bij elke 3000 km daarna. Nadat
de motorolie is ververst moet de indicator
olieverversing worden teruggesteld.Om de indicator olieverversing terug te
stellen (hiervoor moet de modus “ODO” zijn
geselecteerd), houdt u de “RESET”-toets
twee seconden ingedrukt totdat het bericht
“OIL SERV” gaat knipperen en houdt u ver-
volgens de “RESET”-toets minstens 15 se-
conden ingedrukt. De weergave “DIST
SERV” (herinnering voor olieverversing die
de afgelegde afstand toond sinds de teller
voor het laatst werd teruggesteld) wordt
ook teruggesteld.
OPMERKING
Als de motorolie wordt ververst voordat de
indicator olieverversing gaat branden (dus
voordat het olieverversingsinterval is ver-
streken), moet de indicator worden terug-
gesteld om het eerstvolgende tijdstip voor
olieverversing weer correct aan te geven.
Volg de hieronder beschreven werkwijze
om de indicator olieverversing terug te stel-
len voordat het olieverversingsinterval is
verstreken.
Om de indicator olieverversing terug te
seconden ingedrukt totdat de weergave
teruggesteld.
Indicator lage accuspanning“”
Lo
Hi
ZAUM1311
Lo
Hi
Lo
Hi
ZAUM1312
OIL
Lo
Hi
ZAUM1313
UBR3D0D0.book Page 9 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 24 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-10
3
Deze indicator knippert (het bericht “LOW
BATT” wordt ook weergegeven) als de ac-
cuspanning daalt tot onder 10 volt.
OPMERKING
Laat als de indicator lage accuspanning
gaat branden een Yamaha dealer de accu
controleren.
Waarschuwingsberichtfunctie
De waarschuwingsberichtfunctie werkt sa-
men met de brandstofmeter, koelvloeistof-
temperatuurmeter, indicator olieverversing
en indicator lage accuspanning door een
overeenkomend waarschuwingsbericht
weer te geven. Als er twee of meer waar-
schuwingsberichten tegelijk aanwezig zijn,
wordt de weergave als volgt gewisseld:
HIGH TEMP →LOW FUEL →LOW BATT
→OIL SERV
OPMERKING
tussen deze waarschuwingsberichten.
Zelfdiagnosesysteem
Dit model is uitgerust met een zelfdiagno-
sesysteem voor diverse elektrische circuits.
Als in een van deze circuits een storing
wordt gedetecteerd, gaat het waarschu-
wingslampje motorstoring branden en
geeft het display een foutcode weer.
Als het display foutcodes weergeeft, noteer
deze dan en vraag een Yamaha dealer om
het voertuig te controleren.
LET OP
DCA11591
Wanneer het display een foutcode aan-
geeft, moet de machine zo spoedig mo-
gelijk worden gecontroleerd om
motorschade te voorkomen.
Lo
Hi
ZAUM1315
1. Weergave foutcode
1/21/2
ZAUM1314
F TRIP
1
UBR3D0D0.book Page 10 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 25 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-11
3
DAU1234H
Stuurschakelaars
Links
Rechts
DAU12351Lichtsignaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.
DAU12401Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
DAU12461Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
D r u k de z e s ch ak el aa r na ar “ ” o m afs l a an
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aante geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich-
tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU12661Noodstopschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar voor u de motor start
op “ ”. Zet deze schakelaar op “ ” om
de motor direct uit te schakelen in een
noodgeval, zoals wanneer de machine om-
slaat of als de gaskabel blijft hangen.
DAU12713Startknop “ ”
Druk deze knop in om via de startmotor de
motor rond te draaien. Zie pagina 5-2 voor
startinstructies voordat u de motor start.
DAU44712Het waarschuwingslampje voor motorsto-
ring en het ABS-waarschuwingslampje (al-
leen voor model met ABS) kan gaan
branden als de sleutel naar “ON” wordt ge-
draaid en de startknop wordt ingedrukt. Dit
wijst echter niet op een storing.
DAUM3451Informatieschakelaar “INFO”
Deze schakelaar wordt gebruikt voor het
maken van selecties in het functiedisplay
van de multifunctionele meter en om het
waarschuwingslampje hoge toeren te acti-
veren of deactiveren. (Zie pagina 3-3 voor
informatie over de multifunctionele meter
en pagina 3-3 voor informatie over het
waarschuwingslampje hoge toeren van de
toerenteller.)
1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar “ / ”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
4. Claxonschakelaar “ ”
1. Noodstopschakelaar “ / ”
2. Startknop “ ”
3. Schakelaar “INFO”
ZAUM1162
ZAUM1163
13
2I
NFO
UBR3D0D0.book Page 11 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 26 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-12
3
DAU12822
Koppelingshendel
De koppelingshendel bevindt zich aan de
linkerzijde van het stuur. Trek de hendel
naar het stuur toe om de koppeling te ont-
koppelen. Laat de hendel los om de koppe-
ling te laten aangrijpen. Voor een soepele
werking van de koppeling moet de hendel
snel ingetrokken worden en langzaam wor-
den losgelaten.
De koppelingshendel is voorzien van een
sperschakelaar die deel uitmaakt van het
startspersysteem. (Zie pagina 3-19.)
DAU12872
Schakelpedaal
Het schakelpedaal bevindt zich aan de lin-
kerzijde van de motor en wordt in combina-
tie met de koppelingshendel gebruikt bij
het schakelen van de versnellingen van de
6-traps constant-mesh versnellingsbak op
deze motorfiets.
1. Koppelingshendel
1
1. Schakelpedaal
ZAUM1200
UBR3D0D0.book Page 12 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 27 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-13
3
DAU12892
Remhendel
De remhendel bevindt aan de rechterzijde
van het stuur. Trek de hendel naar gas-
greep toe om de voorrem te bekrachtigen.
DAU12944
Rempedaal
Het rempedaal bevindt zich aan de rechter-
zijde van de motorfiets. Trap op het rempe-
daal om de achterrem te bekrachtigen.
1. Remhendel
ZAUM1201
1
I
NFO
1. Rempedaal
ZAUM1202
UBR3D0D0.book Page 13 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 28 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-14
3
DAU60021
ABS (voor modellen met ABS)
Het Yamaha ABS (anti-blokkeervoorziening
remsysteem) bestaat uit een dubbel uitge-
voerd elektronisch regelsysteem dat de
voorrem en achterrem onafhankelijk aan-
stuurt.
Gebruik de remmen met ABS net zoals
conventionele remmen. Bij activering van
het ABS-systeem kan een pulsatie worden
gevoeld in de remhendel of het rempedaal.
Ga in dat geval door met remmen en laat
het ABS-systeem het werk doen. Ga niet
“pompend” remmen, dit vermindert de re-
meffectiviteit.
WAARSCHUWING
DWA16051
Houd altijd een veilige afstand tot voor-
liggers, zelfs als uw voertuig is uitgerust
met ABS.
Het ABS-systeem functioneert het
effectiefst over lange remwegen.
Op bepaalde oppervlakken, zoals
slechte wegen of grindwegen, kan
de remafstand met het ABS-sy-
steem langer zijn dan zonder ABS-
systeem.
Het ABS-systeem wordt bewaakt door een
ECU die het systeem bij een storing laat te-
rugkeren naar conventioneel remmen.
OPMERKING
Het ABS-systeem voert een zelfdiag-
nosetest uit telkens nadat de sleutel
op “ON” is gezet en het voertuig rijdt
met een snelheid van 10 km/h (6 mi/h)
of hoger. Tijdens deze test hoort u een
“klikkend” geluid van de hydraulische
regeleenheid en wanneer u de rem-
hendel of het rempedaal licht bedient,
kan een trilling in de hendel of het pe-
daal voelbaar zijn. Dit duidt niet op een
storing.
Dit ABS-systeem is uitgerust met een
testfunctie waarbij de bestuurder pul-
saties kan voelen in de remhendel ofhet rempedaal terwijl het ABS-sy-
steem actief is. Er is echter speciaal
gereedschap vereist, dus neem con-
tact op met uw Yamaha dealer.
LET OP
DCA20100
Let op dat de wielsensor en de rotor van
de wielsensor niet beschadigd raken,
anders kan het ABS-systeem niet meer
naar behoren werken.
1. Opneemring voorwielsensor
2. Voorwielsensor
1. Opneemring achterwielsensor
2. Achterwielsensor
ZAUM1227
1
2
ZAUM1228
1
2
UBR3D0D0.book Page 14 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 29 of 96

Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-15
3
DAUM2082
Tankdop
Om de tankdop te verwijderen
1. Open het slotplaatje van de tankdop.
2. Steek de sleutel in het slot en draai
deze 1/4 slag linksom. Het slot wordt
ontgrendeld en de tankdop kan wor-
den verwijderd.
Om de tankdop aan te brengen
1. Druk de tankdop in positie met de
sleutel in het slot.
2. Draai de sleutel rechtsom naar de oor-
spronkelijke positie en neem hem dan
uit.
3. Sluit het slotplaatje van de tankdop.
OPMERKING
De tankdop kan alleen worden aange-
bracht met de sleutel in het slot. Bovendien
kan de sleutel niet worden uitgenomen als
de tankdop niet correct aangebracht en
vergrendeld is.
WAARSCHUWING
DWA11142
Controleer voor u gaat rijden of de tank-
dop correct is aangebracht. Door brand-
stoflekkage ontstaat brandgevaar.
DAU13213
Brandstof
Controleer of er voldoende brandstof in de
brandstoftank aanwezig is.
WAARSCHUWING
DWA10882
Benzine en benzinedampen zijn zeer
brandbaar. Volg de onderstaande in-
structies om brand en ontploffing te
voorkomen en het letselrisico tijdens het
tanken te verlagen.
1. Zet alvorens te tanken de motor af en
zorg dat er niemand op de machine
zit. Rook nooit tijdens het tanken en
tank nooit in de nabijheid van vonken,
open vuur of andere ontstekingsbron-
nen zoals de waakvlammen van gei-
sers en kledingdrogers.
2. Maak de brandstoftank niet te vol.
Stop met vullen zodra de brandstof de
onderkant van de vulhals heeft be-
reikt. Omdat brandstof uitzet als deze
warm wordt, kan de warmte van de
motor of de zon ervoor zorgen dat
brandstof uit de brandstoftank
stroomt.
3. Veeg uitgestroomde brandstof onmid-
dellijk af. LET OP: Veeg gemorste
brandstof onmiddellijk af met een
schone, droge, zachte doek, aange-1. Slotplaatje tankdop
2. Ontgrendelen.
1. Vulpijp brandstoftank
2. Maximaal brandstofniveau
UBR3D0D0.book Page 15 Friday, June 19, 2015 10:31 AM
Page 30 of 96
![YAMAHA MT-125 2016 Instructieboekje (in Dutch) Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-16
3
zien de brandstof de gelakte opper-
vlakken en kunststof delen kan
aantasten.
[DCA10072]
4. Draai de tankdop stevig vast.
WAARSCHUWING
DWA151 YAMAHA MT-125 2016 Instructieboekje (in Dutch) Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-16
3
zien de brandstof de gelakte opper-
vlakken en kunststof delen kan
aantasten.
[DCA10072]
4. Draai de tankdop stevig vast.
WAARSCHUWING
DWA151](/img/51/50971/w960_50971-29.png)
Werking van de bedieningselementen en instrumenten
3-16
3
zien de brandstof de gelakte opper-
vlakken en kunststof delen kan
aantasten.
[DCA10072]
4. Draai de tankdop stevig vast.
WAARSCHUWING
DWA15152
Benzine is giftig en kan letsel of overlij-
den veroorzaken. Spring zorgvuldig om
met benzine. Probeer nooit om benzine
via de mond over te hevelen. Roep on-
middellijk medische hulp in nadat u ben-
zine heeft ingeslikt, veel benzinedamp
heeft ingeademd of benzine in uw ogen
heeft gekregen. Als benzine op uw huid
terechtkomt, was deze dan af met water
en zeep. Als u benzine op uw kleding
morst, trek dan andere kleding aan.
DAU54602
LET OP
DCA11401
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine.
Loodhoudende benzine veroorzaakt
ernstige schade aan inwendige motor-
onderdelen als kleppen en zuigerveren
en ook aan het uitlaatsysteem.
Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het
gebruik van loodvrije superbenzine met een
octaangetal van RON 95 of hoger. Als de
motor gaat detoneren (pingelen), gebruik
dan benzine van een ander merk. Door
loodvrije benzine te gebruiken gaan bou-
gies langer mee en blijven de onderhouds-
kosten beperkt.Gasohol
Er bestaan twee typen gasohol: gasohol
met ethanol en gasohol met methanol.
Gasohol met ethanol kan worden gebruikt,
mits het ethanolgehalte niet hoger is dan
10% (E10). Gasohol met methanol wordt
niet aangeraden door Yamaha aangezien
deze schade kan toebrengen aan het
brandstofsysteem of problemen kan ople-
veren met de voertuigprestaties.
Voorgeschreven brandstof:
Loodvrije superbenzine (Gasohol
(E10) acceptabel)
Inhoud brandstoftank:
11.5 L (3.04 US gal, 2.53 Imp.gal)
Hoeveelheid reservebrandstof (als
het waarschuwingslampje brand-
stofniveau gaat branden):
3.0 L (0.79 US gal, 0.66 Imp.gal)
UBR3D0D0.book Page 16 Friday, June 19, 2015 10:31 AM