MPG YAMAHA VERSITY 300 2003 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2003, Model line: VERSITY 300, Model: YAMAHA VERSITY 300 2003Pages: 104, PDF Size: 3.13 MB
Page 47 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
Boordgereedschapsset ........................................ 6-1
Periodiek smeer- en onderhoudsschema ............ 6-2
Stroomlijn- en framepanelen verwijderen
en aanbrengen .................................................. 6-5
Controleren van de bougie ................................ 6-11
Motorolie ............................................................ 6-13
Cardanolie ......................................................... 6-16
Koelvloeistof ...................................................... 6-17
Luchtfilter en luchtfilterelementen in
v-snaarbehuizing .............................................. 6-18
Afstellen van de carburateur .............................. 6-20
Afstellen van de vrije slag van de gaskabel ....... 6-20
Afstellen van de klepspeling .............................. 6-21
Banden .............................................................. 6-21
Gietwielen .......................................................... 6-23
Vrije slag van voor- en achterremhendel
afstellen ........................................................... 6-23
Controleren van de remblokken
voor- en achter ................................................. 6-24
Controleren van remvloeistofniveau .................. 6-24
Verversen van remvloeistof................................. 6-25Controleren en smeren van de kabels .............. 6-26
Controleren en smeren van gasgreep
en gaskabel ..................................................... 6-26
Smeren van voor- en achterremhendels ........... 6-26
Controleren en smeren van middenbok
en zijstandaard ................................................ 6-27
Controleren van de voorvork ............................. 6-27
Controle van stuursysteem ............................... 6-28
Controleren van wiellagers ................................ 6-29
Accu .................................................................. 6-29
Zekeringen vervangen ...................................... 6-30
Koplampgloeilamp vervangen ........................... 6-32
Gloeilamp in voorste richtingaanwijzer
vervangen ....................................................... 6-34
Vervangen van gloeilamp voor remlicht/
achterlicht of van gloeilamp voor achterste
richtingaanwijzer ............................................. 6-34
Gloeilamp in kentekenverlichting vervangen ..... 6-35
Storingzoeken ................................................... 6-35
Storingzoekschema’s ........................................ 6-36
Page 79 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-32
6
DAU04285
Koplampgloeilamp vervangen De koplamp op deze scooter heeft een ha-
logeen gloeilamp. Vervang de koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is doorgebrand.
1. Verwijder het stroomlijnpaneel A sa-
men met de koplampunit. (Zie
pagina 6-7 voor de werkwijze bij ver-
wijderen en aanbrengen van het
stroomlijnpaneel.)
2. Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de gloeilampkap.3. Verwijder de gloeilamphouder door
deze naar binnen te duwen, linksom te
draaien en vervolgens de defecte
lamp te verwijderen.
DW000119
WAARSCHUWING
_ Koplampgloeilampen worden zeer heet.
Houd daarom brandbare producten uit
de buurt van een koplampgloeilamp en
raak het lampglas niet aan zolang dit
niet is afgekoeld. _
1. Gloeilampkap
2. Koplampstekker
2 1
ZAUM0461
1. Gloeilamphouder
1
ZAUM0462
Page 80 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-33
6
4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp
aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.
DC000105
LET OP:_ Raak het glas van de koplampgloeilamp
niet aan zodat dit vetvrij blijft, anders
kan de doorzichtigheid van het glas, de
lichtintensiteit en de levensduur nadelig
worden beïnvloed. Wrijf eventuele ver-
ontreinigingen en vingerafdrukken op
het gloeilampglas weg met een doekje
gedrenkt in alcohol of thinner. _5. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de koplampstekker aan.
6. Breng het stroomlijnpaneel samen
met de koplampunit aan.7. Vraag indien nodig een Yamaha
dealer de koplamplichtbundel af te
stellen.
ZAUM0463
a. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
a
ZAUM0464
Page 100 of 104

INDEXAAandachtspunten voor veilig
motorrijden ............................................ 1-2
Accu ...................................................... 6-29
Accuspanningmeter/
temperatuurmeter koelvloeistof ..............3-3
Antidiefstal-alarm .....................................3-7BBagagehaak .......................................... 3-15
Banden .................................................. 6-21
Bougie, controleren ................................ 6-11
Brandstof ............................................... 3-10
Brandstofniveaumeter ..............................3-3
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .....................................................5-4CCarburateurs, afstellen ........................... 6-20
Cardanolie ............................................. 6-16
Claxonschakelaar ....................................3-8
Contactslot/stuurslot-unit..........................3-1
Controlelampje dimlicht ............................3-2
Controlelampje grootlicht .........................3-2
Controlelampjes .......................................3-2
Controlelampjes richtingaanwijzers ..........3-2
Controlelijst voor gebruik..........................4-1DDimlichtschakelaar ...................................3-8
Display, multifunctioneel ..........................3-4
GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren ................................................ 6-26
Gaskabel, afstellen van vrije slag........... 6-20
Gelijkstroom aansluitcontact voor
accessoires ......................................... 3-18
Gereedschapsset .................................... 6-1
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen ........................................... 6-35
Gloeilamp richtingaanwijzer (achter) of
gloeilamp remlicht/achterlicht,
vervangen ........................................... 6-34
Gloeilamp richtingaanwijzer (voor),
vervangen ........................................... 6-34IIdentificatienummers ............................... 9-1
Identificatienummer sleutel ...................... 9-1
Inrijperiode............................................... 5-4KKabels, controleren en smeren .............. 6-26
Klepspeling, afstellen............................. 6-21
Koelvloeistof .......................................... 6-17
Koplampgloeilamp, vervangen .............. 6-32LLichtsignaalschakelaar ............................ 3-8
Locaties van onderdelen.......................... 2-1
Luchtfilter en luchtfilterelementen in
v-snaarbehuizing, reinigen .................. 6-18
MMiddenbok en zijstandaard,
controleren en smeren .........................6-27
Modelinformatiesticker .............................9-2
Motorolie ................................................6-13NNoodstopschakelaar ................................3-8OOmrekentabel ..........................................8-4
Opbergcompartimenten .........................3-12PParkeren ..................................................5-5
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema ...............................6-2RRemblokken, controleren .......................6-24
Remhendel (achterrem) ...........................3-9
Remhendel, afstellen van vrije slag ........6-23
Remhendels, smeren .............................6-26
Remhendel (voor) ....................................3-9
Remmen ..................................................5-3
Remvloeistofniveau, controleren ............6-24
Remvloeistof, verversen.........................6-25
Richtingaanwijzerschakelaar ....................3-8SSchakelaar alarmverlichting .....................3-9
Schokdemperunits, afstellen ..................3-14
Snelheidsmeter ........................................3-2
Sneller en langzamer rijden......................5-3
Specificaties.............................................8-1