alarm YAMAHA XJ6-N 2013 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2013, Model line: XJ6-N, Model: YAMAHA XJ6-N 2013Pages: 102, PDF Size: 2.82 MB
Page 18 of 102
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-3
3
Om het stuur te ontgrendelenDruk de sleutel in en draai deze dan naar
“OFF”. Houd de sleutel hierbij ingedrukt.
DAU34341
(Parkeren)
Het stuur is vergrendeld en het achterlicht,
de kentekenverlichting en het parkeerlicht
branden. De alarmverlichting en richtin-
gaanwijzers kunnen worden ingeschakeld,
maar alle andere elektrische systemen zijn
uit. De sleutel kan worden uitgenomen.
Het stuur moet zijn vergrendeld om de sleu-
tel naar “ ” te kunnen draaien.
LET OP
DCA11020
Gebruik de parkeerstand niet gedurende
langere tijd, anders kan de accu ontla-
den raken.
DAU49391
Controle- en waarschuwings-
lampjes
DAU11020
Controlelampje
richtingaanwijzers “ ”
Dit controlelampje knippert terwijl de scha-
kelaar voor richtingaanwijzers naar de lin-
ker- of rechterstand is gedrukt.
1. Drukken.
2. Draaien.12
1. Controlelampje richtingaanwijzers “ ”
2. Controlelampje startblokkering
3. Vrijstandcontrolelampje “ ”
4. Controlelampje grootlicht “ ”
5. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
6. Waarschuwingslampje olieniveau “ ”
7. Waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur “ ”
8. ABS-waarschuwingslampje “ ” (voor mo- dellen met ABS)
ABS
1 2 345
76
8ABS
U20SD3D0.book Page 3 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 25 of 102
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-10
3
OPMERKINGAls het display foutcode 52 weergeeft, be-
treft dit mogelijk een storing in het transpon-
dersignaal. Als deze fout zich voordoet,
probeer dan het volgende.1. Start de motor met behulp van de co-deersleutel.OPMERKINGHoud andere startblokkeersleutels uit de
buurt van het contactslot en bewaar niet
meer dan één startblokkeersleutel aan de-
zelfde sleutelring! Startblokkeersleutels
kunnen signaalstoring veroorzaken, waar-
door de motor mogelijk niet kan worden ge-
start.2. Als de motor start, zet deze dan weer
uit en probeer hem opnieuw te starten
met de standaardsleutels.
3. Als de motor niet kan worden gestart
met een of beide standaardsleutels,
breng dan het voertuig, de codeersleu-
tel en beide standaardsleutels naar
een Yamaha dealer en laat de stan-
daardsleutels opnieuw coderen.
LET OP
DCA11590
Wanneer het display een foutcode aan-
geeft, moet de machine zo spoedig mo-
gelijk worden gecontroleerd om
motorschade te voorkomen.
DAU1234A
Stuurschakelaars Links
Rechts1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar “ / ”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
4. Claxonschakelaar “ ”
5. Schakelaar alarmverlichting “ ”
1. Noodstopschakelaar “ / ”
2. Startknop “ ”
U20SD3D0.book Page 10 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 26 of 102
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-11
3
DAU12350
Lichtsignaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.
DAU12400
Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor grootlicht
en op “ ” voor dimlicht.
DAU12460
Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de richtin-
gaanwijzers uit te schakelen wordt de scha-
kelaar ingedrukt nadat hij is teruggekeerd in
de middenstand.
DAU12500
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU12660
Noodstopschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar voor u de motor start
op “ ”. Zet deze schakelaar op “ ” om
de motor direct uit te schakelen in een
noodgeval, zoals wanneer de machine om-
slaat of als de gaskabel blijft hangen.
DAU12711
Startknop “ ”
Druk deze knop in om via de startmotor de
motor rond te draaien. Zie pagina 5-1 voor
startinstructies voordat u de motor start.
DAU44710
Het waarschuwingslampje voor motorsto-
ring en het ABS-waarschuwingslampje (al-
leen voor model met ABS) gaan branden
als de sleutel naar “ON” wordt gedraaid en
de startknop wordt ingedrukt. Dit wijst ech-
ter niet op een storing.
DAU12733
Schakelaar alarmverlichting “ ”
Met de sleutel in de stand “ON” of “ ” kan
deze schakelaar worden gebruikt voor het
inschakelen van de alarmverlichting (gelijk-
tijdig knipperen van alle richtingaanwijzers).
De alarmverlichting wordt gebruikt in een
noodgeval of om andere verkeersdeelne-
mers te waarschuwen als uw machine stil-
staat in een mogelijk gevaarlijke
verkeerssituatie.LET OP
DCA10061
Gebruik de alarmverlichting niet gedu-
rende langere tijd als de motor niet
draait omdat hierdoor de accu kan ontla-
den.
DAU12820
Koppelingshendel De koppelingshendel bevindt zich aan de
linkerstuurgreep. Trek de hendel naar het
stuur toe om de koppeling te ontkoppelen.
Laat de hendel los om de koppeling te laten
aangrijpen. Voor een soepele werking van
de koppeling moet de hendel snel ingetrok-
ken worden en langzaam worden losgela-
ten.
De koppelingshendel is voorzien van een
sperschakelaar die deel uitmaakt van het
startspersysteem. (Zie pagina 3-20.)1. Koppelingshendel
U20SD3D0.book Page 11 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 98 of 102
INDEXAAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-28
ABS (voor modellen met ABS).............. 3-13
ABS-waarschuwingslampje (voor modellen met ABS)............................... 3-6
Accu ...................................................... 6-32
Achterbrugscharnierpunten, smeren..... 6-31BBanden.................................................. 6-19
Bougies, controleren ............................... 6-9
Brandstof............................................... 3-14
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ... 5-3CClaxonschakelaar ................................. 3-11
Contactslot/stuurslot ............................... 3-2
Controle- en waarschuwingslampjes ...... 3-3
Controlelampje grootlicht ........................ 3-4
Controlelampje richtingaanwijzers .......... 3-3
Controlelampje startblokkeersysteem ..... 3-6DDimlichtschakelaar ................................ 3-11GGasgreep en gaskabel, controleren en smeren................................................ 6-29
Gereedschapsset .................................... 6-2
Gloeilamp kentekenverlichting, vervangen ........................................... 6-39
Gloeilamp remlicht/achterlicht, vervangen ........................................... 6-38
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-39HHelmbevestiging ................................... 3-17
IIdentificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-3KKabels, controleren en smeren............. 6-28
Klepspeling ........................................... 6-19
Koelvloeistof ......................................... 6-13
Koplampgloeilamp, vervangen ............. 6-36
Koppelingshendel ................................. 3-11
Koppelingshendel, vrije slag afstellen .............................................. 6-22LLichtsignaalschakelaar ......................... 3-11
Luchtfilterelement, vervangen .............. 6-17MMatkleur, let op ....................................... 7-1
Modelinformatiesticker............................ 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ................ 6-10
Multifunctionele meter ............................ 3-7NNoodstopschakelaar ............................. 3-11OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem ...... 6-3
Ondersteunen van de motorfiets .......... 6-41
Opbergcompartiment ............................ 3-18PParkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-40
Parkeren ................................................. 5-4
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................. 6-44RRem- en koppelingshendels, controleren en smeren ....................... 6-30 Rem- en schakelpedalen, controleren
en smeren ........................................... 6-29
Remhendel ............................................ 3-12
Remlichtschakelaars (voor modellen met ABS) ............................. 6-23
Remlichtschakelaars (voor modellen zonder ABS) ........................ 6-24
Rempedaal ............................................ 3-12
Remvloeistofniveau, controleren ........... 6-25
Remvloeistof, verversen........................ 6-26
Richtingaanwijzerschakelaar................. 3-11
SSchakelaar alarmverlichting .................. 3-11
Schakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal....................................... 3-12
Schokdemperunit, afstellen ................... 3-19
Smering en onderhoud, periodiek ........... 6-4
Spanning aandrijfketting........................ 6-26
Specificaties ............................................ 8-1
Stalling .................................................... 7-3
Stand van het stuur, verstellen.............. 3-18
Startblokkeersysteem.............................. 3-1
Starten van de motor............................... 5-1
Startknop ............................................... 3-11
Startspersysteem .................................. 3-20
Stationair toerental ................................ 6-18
Storingzoekschema’s ............................ 6-45
Stroomlijnpanelen en framepaneel,
verwijderen en aanbrengen .................. 6-8
Stuurschakelaars .................................. 3-10
Stuursysteem, controleren .................... 6-32TTankbeluchtingsslang en
overloopslang ..................................... 3-15
U20SD3D0.book Page 1 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM