YAMAHA XJ6F 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2016, Model line: XJ6F, Model: YAMAHA XJ6F 2016Pages: 102, PDF Size: 2.73 MB
Page 71 of 102

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-26
6
DAU43113
Controleren van remvloeistofni-
veau
Controleer alvorens te gaan rijden of de
remvloeistof boven de merkstreep voor mi-
nimumniveau staat. Meet het remvloeistof-
niveau en let erop dat de bovenzijde van
het reservoir horizontaal staat. Vul indien
nodig remvloeistof bij.
Voorrem
Achterrem
OPMERKING
Het remvloeistofreservoir voor de achter-
rem bevindt zich achter paneel A. (Zie pagi-
na 6-7.)
WAARSCHUWING
DWA16011
Onjuist uitgevoer d on derhou d kan resul-
teren in verlies van remvermo gen. Neem
d e vol gen de voorzor gsmaatre gelen in
acht: Bij een te laa g remvloeistofniveau
kan lucht b innendrin gen in het rem-
systeem, waar door de rempresta-
ties afnemen.
Reini g de reservoir dop alvorens
d eze te verwij deren. Ge bruik uit-
sluiten d DOT 4 remvloeistof uit een
onaan geb roken verpakkin g.
Gebruik uitsluiten d d e aan bevolen
remvloeistof, an ders kunnen d e
ru bb eraf dichtin gen beschad igd ra-
ken met lekka ge tot gevol g.
Vul bij met hetzelf
de typ
e remvloei-
stof. Toevoe gin g van een an der
type remvloeistof dan DOT 4 kan re-
sulteren in een scha delijke chemi-
sche reactie.
Pas op en zor g d at tij dens het bij-
vullen geen water of stof het rem-
vloeistofreservoir binnen drin gen.
Water zal het kookpunt van de rem-
vloeistof aanzienlijk verla gen zo dat
d amp belvormin g kan optred en en
vuil de hy draulisch bed ien de klep-
pen van de ABS eenhei d kan ver-
stoppen.
LET OP
DCA17641
Remvloeistof kan gelakte of kunststof
on der delen bescha dig en. Veeg g emors-
te remvloeistof stee ds direct af.
Naarmate de remblokken afslijten, zal het
remvloeistofniveau geleidelijk verder dalen.
Een laag remvloeistofniveau kan duiden op
versleten remblokken en/of lekkage in het
remsysteem. Controleer daarom de rem-
blokken op slijtage en het remsysteem op
lekkage. Vraag als het remvloeistofniveau
1. Merkstreep minimumniveau
1. Merkstreep minimumniveau
Aan bevolen remvloeistof:
DOT 4
1
UBS1D0D0.book Page 26 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 72 of 102

Periodiek on derhou d en afstelling
6-27
6
plotseling sterk is gedaald een Yamaha
dealer om een inspectie alvorens verder te
rijden.DAU22733
Remvloeistof verversen
Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof
te verversen volgens de intervalperioden
voorgeschreven in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema. Laat bovendien de
oliekeerringen van de hoofdremcilinders,
de remklauwen en de remslangen vervan-
gen volgens de intervalperioden of wan-
neer ze lek of beschadigd zijn.
Vloeistofafdichtingen: Vervang elke
twee jaar.
Remslangen: Vervang elke vier jaar.
UBS1D0D0.book Page 27 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 73 of 102

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-28
6
DAU22762
Spanning aan drijfkettin g
De spanning van de aandrijfketting moet
voorafgaand aan elke rit worden gecontro-
leerd en indien nodig worden bijgesteld.
DAU59593Aandrijfkettin g controleren op spannin g
1. Zet de motorfiets op de middenbok.
2. Schakel de versnellingsbak in de vrij- stand.
3. Druk de aandrijfketting in het midden tussen de aandrijfas en de achterwiel-
as in met een kracht van 50 N (5.0 kgf,
11 lbf).
4. Meet de spanning van de aandrijfket-
ting zoals getoond.
5. Stel de spanning van de ketting als volgt bij als deze niet correct is.
DAU53951Om de spannin g van de aan drijfkettin g
af te stellen
Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u
de spanning van de aandrijfketting afstelt. 1. Haal de motorfiets van de middenbok en klap de zijstandaard omlaag.
2. Draai de borgmoer aan beide kanten van de achterbrug los en draai daarna
de asmoer los.
3. Zet de motorfiets op de middenbok. 4. Draai de stelmoer op beide uiteinden
van de achterbrug in de richting (a) om
de aandrijfketting strakker te stellen.
Stel de ketting losser door de stelmoer
op beide uiteinden van de achterbrug
in de richting (b) te draaien en dan het
achterwiel naar voren te drukken. LET
OP: Een onjuiste ketting spanning
leid t tot over belastin g van d e motor
en an dere essentiële on der delen
van de machine en kan resulteren in
overslaan of breken van d e ketting.
Hou d om d it te voorkomen d e ket-
tin gspannin g b innen de gespecifi-
ceer de waar den.
[DCA10572]
OPMERKING
Gebruik de uitlijnmerktekens op de aan-
drijfkettingspanners om beide kettingspan-
ners in dezelfde stand te zetten, zodat het
wiel goed is uitgelijnd.Spanning aandrijfkettin g:
45.0–55.0 mm (1.77–2.17 in)
1. Spanning aandrijfketting
1
1. Wielasmoer
2. Stelmoer spanning aandrijfketting
3. Borgmoer
3
1
2(a)
(b)
UBS1D0D0.book Page 28 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 74 of 102

Periodiek on derhou d en afstelling
6-29
6
5. Haal de motorfiets van de middenbok
en klap de zijstandaard omlaag.
6. Draai de wielasmoer vast en zet daar- na de borgmoeren vast met de voor-
geschreven aanhaalmomenten.
7. Zorg ervoor dat de kettingspanners in dezelfde stand staan, dat de spanning
van de aandrijfketting correct is en dat
de aandrijfketting soepel beweegt.
DAU23026
Aan drijfkettin g reini gen en sme-
ren
De aandrijfketting moet worden gereinigd
en gesmeerd volgens de intervalperioden
zoals voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema, anders zal
de ketting snel slijten, met name in vochtige
of stoffige gebieden. Onderhoud de ketting
als volgt.
LET OP
DCA10584
De aan drijfkettin g moet wor den ge-
smeer d na dat de motorfiets is gewassen
of ermee in d e regen of in vochti ge ge-
b ie den is gere den.
1. Reinig de aandrijfketting met petrole-
um en een zacht borsteltje. LET OP:
Reini g d e aan drijfkettin g niet met
stoomreini gers, ho ged rukreini gers
of on geschikte oplosmi ddelen om
scha de aan de O-rin gen te voorko-
men.
[DCA11122]
2. Wrijf de aandrijfketting droog.
3. Smeer de aandrijfketting grondig met speciale smering voor o-ringkettin-
gen. LET OP: Breng g een motorolie
of an dere smeermi ddelen aan op de
aan drijfkettin g, deze kunnen stof-
fen bevatten die de O-rin gen kun-
nen bescha dig en.
[DCA11112]
1. Aandrijfkettingspanner
2. Uitlijnmerktekens
Aanhaalmomenten:
Wielasmoer:90 Nm (9.0 m·kgf, 65 ft·lbf)
Borgmoer:
16 Nm (1.6 m·kgf, 12 ft·lbf)
1
2
UBS1D0D0.book Page 29 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 75 of 102

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-30
6
DAU23098
Kabels controleren en smeren
De werking van alle bedieningskabels en de
conditie van alle kabels moet voorafgaand
aan elke rit worden gecontroleerd en de ka-
bel en kabeleinden moeten indien nodig
worden gesmeerd. Vraag een Yamaha dea-
ler een kabel te controleren of te vervangen
wanneer deze is beschadigd of niet soepel
beweegt. WAARSCHUWING! Scha de aan
d e buiten behuizing van kab els kan lei-
d en tot interne roestvorming en storing
veroorzaken met de beweg ing van ka-
b els. Vervan g bescha digde kab els zo
snel mo gelijk om onveili ge omstan dig -
he den te voorkomen.
[DWA10712] DAU49921
Controleren en smeren van
gas-
g reep en gaska bel
De werking van de gasgreep hoort vooraf-
gaand aan elke rit te worden gecontroleerd.
Daarnaast moet de kabel door een Yamaha
dealer worden gesmeerd volgens de inter-
valperioden vermeld in het periodieke on-
derhoudsschema.
Aan bevolen smeermi ddel:
Yamaha-kabelsmeermiddel of een
ander geschikt kabelsmeermiddel
UBS1D0D0.book Page 30 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 76 of 102

Periodiek on derhou d en afstelling
6-31
6
DAU44276
Controleren en smeren van rem-
en schakelped alen
De werking van het rem- en het schakelpe-
daal moet voorafgaand aan elke rit worden
gecontroleerd en de pedaalscharnierpun-
ten moeten indien nodig worden ge-
smeerd.
Rempedaal
Schakelpe daal
DAU23144
Rem- en koppelin gshend els con-
troleren en smeren
De werking van de rem- en de koppelings-
hendel moet voorafgaand aan elke rit wor-
den gecontroleerd en de
hendelscharnierpunten moeten indien no-
dig worden gesmeerd.
Remhen del
Koppelin gshen del
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
Aan bevolen smeermi ddelen:
Remhendel: Siliconenvet
Koppelingshendel:
Lithiumvet
UBS1D0D0.book Page 31 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 77 of 102

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-32
6
DAU23215
Midden bok en zijstan daar d con-
troleren en smeren
De werking van de middenbok en de zij-
standaard moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de scharnierpun-
ten en de metaal-op-metaal contactvlak-
ken moeten indien nodig worden
gesmeerd.
WAARSCHUWING
DWA10742
Als de mi dden bok of d e zijstan daar d niet
soepel omhoo g en omlaa g beweeg t,
vraag d an een Yamaha d ealer deze te
controleren of te repareren. Een slecht
functioneren de mi ddenbok of zijstan-
d aar d kan het we gdek raken en u aflei-
d en, waar door u de controle over de
machine kunt verliezen.
DAUM1653
Achter bru gscharnierpunten
smeren
De achterbrugscharnierpunten moeten
worden gesmeerd door een Yamaha dealer
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
UBS1D0D0.book Page 32 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 78 of 102

Periodiek on derhou d en afstelling
6-33
6
DAU23273
Voorvork controleren
De conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden vermeld in het pe-
riodieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de con ditie te controleren
Controleer de binnenste vorkbuizen op
krassen, beschadigingen en overmatige
olielekkage.
Om de werkin g te controleren
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en houd deze rechtop.
WAARSCHUWING! On dersteun de
machine zor gvul dig om omvallen
en mo gelijk letsel te voorkomen.
[DWA10752]
2. Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
LET OP
DCA10591
Als scha de wor dt gevon den of de voor-
vork niet soepel b eweegt, vraag d an een
Yamaha dealer te repareren of te con-
troleren.
DAU45512
Stuursysteem controleren
Losse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuursy-
steem moet als volgt worden gecontroleerd
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Zet de machine op de middenbok.
WAARSCHUWING! On dersteun de
machine zorg vuldig om omvallen
en mo gelijk letsel te voorkomen.
[DWA10752]
2. Houd de voorvorkpoten aan het on-
derste uiteinde beet en probeer ze
naar voren en achteren te bewegen.
Als speling wordt gevoeld, vraag dan
een Yamaha dealer het stuursysteem
te inspecteren of repareren.
UBS1D0D0.book Page 33 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 79 of 102

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-34
6
DAU23292
Controleren van wiella gers
De voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperi-
oden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
DAU50291
Accu
De accu bevindt zich onder het zadel. (Zie
pagina 3-18.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is gifti g en g evaarlijk om-
d at het zwavelzuur b evat, een stof
d ie ernstig e bran dwon den veroor-
zaakt. Vermij d contact met d e huid,
o gen of kle din g en b escherm uw
o gen altij d b ij werkzaamhe den na-
b ij accu’s. Voer als vol gt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloe dig
met water.
INWENDIG: Drink g rote hoeveel-
he den water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel ged uren de 15 mi-
nuten met water en roep d irect
me dische hulp in.
1. Accu
2. Negatieve accukabel (zwart)
3. Positieve accukabel (rood)
1 2
3
UBS1D0D0.book Page 34 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM
Page 80 of 102

Periodiek on derhou d en afstelling
6-35
6
Accu’s pro duceren het explosieve
waterstofg as. Houd daarom von-
ken, open vuur, si garetten e. d. uit
d e buurt van d e accu en zorg voor
vol doen de ventilatie bij accula den
in een af gesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te la den
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
LET OP
DCA16522
Voor het opla den van een VRLA (Valve
Re gulate d Lea d Aci d)-accu is een speci-
ale accula der (met constante spanning )
vereist. Bij geb ruik van een conventione-
le accula der raakt de accu beschad igd.
Om de accu op te ber gen
1. Verwijder de accu als het voertuig lan- ger dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet dan
weg op een koele en droge plek. LET
OP: Draai voor dat u d e accu verwij-
d ert de sleutel naar “OFF” en haal
d an eerst d e negatieve ka bel en
d aarna de positieve ka bel los.
[DCA16303]
2. Als de accu langer dan twee maanden
wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te installeren. LET OP: Draai voor dat u
d e accu plaatst d e sleutel naar
“OFF” en sluit vervol gens eerst d e
positieve ka bel en d aarna de ne ga-
tieve kab el aan.
[DCA16841]
4. Controleer na installatie of de accuka-
bels correct zijn aangesloten op de
accupolen.
LET OP
DCA16531
Hou d d e accu steed s opgelad en. Stallen
van een ontla den accu kan lei den tot
permanente accuschad e.
UBS1D0D0.book Page 35 Tuesday, October 6, 2015 10:19 AM