alarm YAMAHA XT660Z 2011 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2011, Model line: XT660Z, Model: YAMAHA XT660Z 2011Pages: 100, PDF Size: 5.1 MB
Page 7 of 100
VEILIGHEIDSINFORMATIE ................1-1
BESCHRIJVING ..................................2-1
Aanzicht linkerzijde ...........................2-1
Aanzicht rechterzijde ........................2-2
Bedieningen en instrumenten ...........2-3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN
EN BEDIENINGEN ..............................3-1
Startblokkeersysteem .......................3-1
Contactslot/stuurslot ........................3-2
Controle- en
waarschuwingslampjes .................3-4
Multifunctioneel display ....................3-6
Antidiefstal-alarmsysteem
(optie).............................................3-9
Stuurschakelaars ..............................3-9
Lichtsignaalschakelaar ..................3-10
Dimlichtschakelaar..........................3-10
Claxonschakelaar ..........................3-10
Richtingaanwijzerschakelaar .........3-10
Schakelaar alarmverlichting ...........3-10
Noodstopschakelaar ......................3-10
Startknop .......................................3-10
Koppelingshendel ...........................3-11
Schakelpedaal ................................3-11
Remhendel ......................................3-11
Rempedaal......................................3-12
ABS (voor modellen met ABS) .......3-12
Tankdop ..........................................3-13
Brandstof ........................................3-14Tankbeluchtingsslang/
overloopslang ..............................3-15
Uitlaatkatalysatoren ........................3-16
Zadel ...............................................3-16
Voorvork afstellen ...........................3-17
Schokdemperunit afstellen .............3-18
Zijstandaard ....................................3-19
Startspersysteem ............................3-20
VOOR UW VEILIGHEID – CONTROLES
VOOR HET RIJDEN ............................4-1
GEBRUIK EN BELANGRIJKE
RIJ-INFORMATIE ................................5-1
Starten van de motor........................5-1
Schakelen .........................................5-2
Tips voor een zuinig
brandstofverbruik ..........................5-3
Inrijperiode ........................................5-3
Parkeren............................................5-4
PERIODIEK ONDERHOUD EN
AFSTELLINGEN ..................................6-1
Boordgereedschapsset.....................6-1
Periodiek onderhoudsschema voor
het uitstootcontrolesysteem ..........6-3
Algemeen smeer- en
onderhoudsschema.......................6-4
Panelen verwijderen en
aanbrengen ...................................6-8
Bougie controleren ...........................6-9Motorolie en oliefilterelement .........6-11
Koelvloeistof ...................................6-14
Vervangen van het luchtfilterelement
en reinigen van de aftapslang .....6-15
Stationair toerental controleren ......6-16
Controleren van de vrije slag
gaskabel ......................................6-17
Klepspeling .....................................6-17
Banden ...........................................6-17
Spaakwielen....................................6-19
Vrije slag van koppelingshendel
afstellen .......................................6-20
Controleren van voor- en
achterremblokken........................6-21
Controleren van
remvloeistofniveau ......................6-21
Spanning aandrijfketting .................6-23
Aandrijfketting reinigen en
smeren .........................................6-24
Kabels controleren en smeren ........6-25
Controleren en smeren van rem-
en koppelingshendels .................6-25
Rempedaal controleren en
smeren .........................................6-26
Zijstandaard controleren en
smeren .........................................6-26
Smeren van de
achterwielophanging ...................6-27
Achterbrugscharnierpunten
smeren .........................................6-27
Voorvork controleren ......................6-27
INHOUDSOPGAVE
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 7
Page 21 of 100
Om het stuur te vergrendelen
1. Drukken
2. Draaien
1. Draai het stuur helemaal naar links.
2. Druk de sleutel in de “OFF”-stand in
en draai deze dan naar “LOCK”.
Houd de sleutel hierbij ingedrukt.
3. Neem de sleutel uit.Om het stuur te ontgr
endelen
1. Drukken
2. Draaien
Druk de sleutel in en draai deze dan naar
“OFF”. Houd de sleutel hierbij ingedrukt.
DAU10941
(Parkeren)
Het stuur is vergrendeld en het achterlicht,
de kentekenverlichting en het parkeerlicht
branden. De alarmverlichting en richting-
aanwijzers kunnen worden ingeschakeld,
maar alle andere elektrische systemen zijn
uit. De sleutel kan worden uitgenomen.
Het stuur moet zijn vergrendeld om de
sleutel naar “ ” te kunnen draaien.
DCA11020
Gebruik de parkeerstand niet geduren-
de langere tijd, anders kan de accu ont-
laden raken.
LET OP
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-3
3
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 21
Page 27 of 100
het ABS defect zijn, gaat het ABS ABS-
waarschuwingslampje branden. Als dit
zich voordoet, vraag dan een Yamaha
dealer de machine te controleren.
Dit model is ook uitgerust met een zelfdia-
gnosesysteem voor het startblokkeersys-
teem.
Wanneer in een van de circuits van het
startblokkeersysteem een storing
optreedt, gaat het controlelampje start-
blokkeersysteem knipperen. Als dit zich
voordoet, vraag dan een Yamaha dealer
de machine te controleren.
TIP
Als het controlelampje eerst vijfmaal lang-
zaam knippert en dan herhaaldelijk twee-
maal snel, betreft het mogelijk een storing
in de transponder. Als deze fout zich voor-
doet, probeer dan het volgende.
1. Start de motor met behulp van de
codeersleutel.
2. Als de motor start, zet deze dan weer
uit en probeer hem opnieuw te star-
ten met de standaardsleutels.
3. Als de motor niet kan worden gestart
met een of beide standaardsleutels,
breng dan het voertuig, de codeers-
leutel en beide standaardsleutels
naar een Yamaha dealer en laat de
standaardsleutels opnieuw coderen.
DAU12331
Antidiefstal-alarmsysteem
(optie)
Dit model kan door een Yamaha dealer
worden uitgerust met een optioneel anti-
diefstal-alarmsysteem. Neem contact op
met een Yamaha dealer voor nadere infor-
matie.
DAU12348
Stuurschakelaars
Links
1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar “ / ”
3. Claxonschakelaar “ ”
4. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
5. Schakelaar alarmverlichting “ ”
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-9
3
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 27
Page 28 of 100
Rechts
1. Noodstopschakelaar “ / ”
2. Startknop “ ”
DAU12350
Lichtsignaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.
DAU12400
Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
DAU12500
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxon-
signaal te geven.
DAU12460
Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om
afslaan naar rechts aan te geven. Druk
deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar links aan te geven. Na loslaten keert
de schakelaar terug naar de middenstand.
Om de richtingaanwijzers uit te schakelen
wordt de schakelaar ingedrukt nadat hij is
teruggekeerd in de middenstand.
DAU12733
Schakelaar alarmverlichting “ ”
Met de sleutel in de stand “ON” of “ ”
kan deze schakelaar worden gebruikt
voor het inschakelen van de alarmverlich-
ting (gelijktijdig knipperen van alle rich-
tingaanwijzers).
De alarmverlichting wordt gebruikt in een
noodgeval of om andere verkeersdeelne-
mers te waarschuwen als uw machine stil-
staat in een mogelijk gevaarlijke verkeers-
situatie.
DCA10061
Gebruik de alarmverlichting niet gedu-
rende langere tijd als de motor niet
draait omdat hierdoor de accu kan ont-
laden.
DAU12660
Noodstopschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar voor u de motor start
op “ ”. Zet deze schakelaar op “ ”
om de motor direct uit te schakelen in een
noodgeval, zoals wanneer de machine
omslaat of als de gaskabel blijft hangen.
DAU12711
Startknop “ ”
Druk deze knop in om via de startmotor
de motor rond te draaien. Zie pagina 5-1
voor startinstructies voordat u de motor
start.
DAU44710
Het waarschuwingslampje voor motorsto-
ring en het ABS-waarschuwingslampje
(alleen voor model met ABS) gaan bran-
den als de sleutel naar “ON” wordt
gedraaid en de startknop wordt ingedrukt.
Dit wijst echter niet op een storing.
LET OP
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-10
3
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 28
Page 97 of 100
AAandrijfketting, reinigen en smeren .........6-24
ABS (voor modellen met ABS) .................3-12
ABS-waarschuwingslampje (voor
modellen met ABS) ..................................3-5
Accu .........................................................6-29
Achterbrugscharnierpunten, smeren .......6-27
Achterlicht/remlichtunit ............................6-33
Achterwielophanging, smeren .................6-27
Antidiefstal-alarmsysteem (optie)...............3-9
BBanden .....................................................6-17
Bougie, controleren....................................6-9
Brandstof .................................................3-14
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig........................................................5-3
CClaxonschakelaar.....................................3-10
Contactslot/stuurslot .................................3-2
Controle- en waarschuwingslampjes.........3-4
Controlelampje grootlicht...........................3-4
Controlelampje richtingaanwijzers .............3-4
Controlelampje startblokkering ..................3-6
DDimlichtschakelaar ...................................3-10
GGereedschapsset .......................................6-1
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen ..............................................6-34
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ..............................................6-34
IIdentificatienummers..................................9-1
Inrijperiode .................................................5-3
KKabels, controleren en smeren ................6-25
Klepspeling ..............................................6-17
Koelvloeistof.............................................6-14
Koplampgloeilamp, vervangen ................6-32
Koppelingshendel ....................................3-11
Koppelingshendel, vrije slag
afstellen..................................................6-20
LLichtsignaalschakelaar .............................3-10
Luchtfilterelement en aftapslang,
vervangen en reinigen ...........................6-15
MMatkleur, let op ..........................................7-1
Modelinformatiesticker ..............................9-1
Motorolie en oliefilterelement ...................6-11
Multifunctioneel display .............................3-6
NNoodstopschakelaar ................................3-10
OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem ........6-3
Ondersteunen van de motorfiets .............6-35
PPanelen, verwijderen en aanbrengen.........6-8
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen ............6-34
Parkeren .....................................................5-4
Plaats van de onderdelen ..........................2-1
Problemen oplossen ................................6-38
RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren ...........................6-25
Remhendel ...............................................3-11
Rempedaal ...............................................3-12
Rempedaal, controleren en smeren.........6-26Remvloeistofniveau, controleren..............6-21
Richtingaanwijzerschakelaar....................3-10
SSchakelaar alarmverlichting .....................3-10
Schakelen ..................................................5-2
Schakelpedaal..........................................3-11
Schokdemperunit, afstellen .....................3-18
Smering en onderhoud, periodiek .............6-4
Spanning aandrijfketting ..........................6-23
Specificaties ...............................................8-1
Stalling .......................................................7-3
Startblokkeersysteem ................................3-1
Starten van de motor .................................5-1
Startknop .................................................3-10
Startspersysteem .....................................3-20
Stationair toerental, controleren ..............6-16
Storingzoekschema’s ...............................6-40
Stuurschakelaars .......................................3-9
Stuursysteem, controleren .......................6-28
TTankbeluchtingsslang/overloopslang .......3-15
Tankdop ...................................................3-13
UUitlaatkatalysatoren .................................3-16
VVeiligheidsinformatie ..................................1-1
Verzorging ..................................................7-1
Voertuigidentificatienummer ......................9-1
Voor- en achterremblokken
controleren .............................................6-21
Voorvork, afstellen ...................................3-17
Voorvork, controleren ...............................6-27
Vrije slag gaskabel, controleren ...............6-17
Vrijstandcontrolelampje..............................3-4
INHOUDSOPGAVE
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 97