ECO mode YAMAHA YZF-R1 2020 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2020, Model line: YZF-R1, Model: YAMAHA YZF-R1 2020Pages: 134, PDF Size: 16.21 MB
Page 28 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-5
4
De tractieregeling kan alleen worden
uitgeschakeld vanuit het hoofd-
scherm. Selecteer TCS met de mid-
delste toets en houd vervolgens de
toets omhoog ingedrukt totdat TCS
OFF wordt weergegeven. Gebruik de
toets omlaag om de tractieregeling
weer in te schakelen.
Als het TCS wordt uitgeschakeld,
worden het SCS-, LCS- en LIF-sy-
steem ook uitgeschakeld voor alle
YRC-modi.
Zie “YRC Setting” op pagina 4-16
voor meer informatie over het aanpas-
sen van YRC-modi en de instelni-
veaus van YRC-items.
DAU66100
Wielschakelaar “ ”
Wanneer het hoofdscherm is ingesteld op
STREET MODE, gebruik dan de wielscha-
kelaar om te schuiven en de items op de in-
formatieweergave terug te stellen.
Wanneer het hoofdscherm is ingesteld op
TRACK MODE, gebruik dan de wielschake-
laar om te schuiven en de items op de infor-
matieweergave terug te stellen en de
rondetimer te activeren. Wanneer de weergave is gewijzigd naar het
scherm MENU, gebruik dan de wielschake-
laar om naar de instellingsmodulen te navi-
geren en instellingen te wijzigen.
Bedien de wielschakelaar als volgt.
Omhoo
gdraaien - draai het wiel omhoog
om naar boven/naar links te schuiven of
een instellingswaarde te verhogen.
Omlaa gdraaien - draai het wiel omlaag om
naar beneden/naar rechts te schuiven of
een instellingswaarde te verlagen.
Kort in drukken - druk de schakelaar kort
in om te selecteren en te bevestigen.
Lang indrukken - druk de schakelaar een
seconde in om een item op een informatie-
weergave terug te stellen of om het scherm
MENU te openen of af te sluiten.
OPMERKING Zie pagina 4-9 voor meer informatie
over het hoofdscherm en de bijbeho-
rende functies.
Zie pagina 4-15 voor meer informatie
over het scherm MENU en de wijze
waarop instellingswijzigingen kunnen
worden aangebracht.
DAU4939H
Controlelampjes en waarschu-
win gslampjes1. Waarschuwingslampje brandstofniveau
“”
2. Waarschuwingslampje oliedruk en koelvloeistoftemperatuur “ ”
3. Waarschuwingslampje hulpsysteem “ ”
4. Controlelampje stabiliteitsregeling “ ”
5. Schakelcontrolelampje “ ”
6. Controlelampje grootlicht “ ”
7. ABS-waarschuwingslampje “ ”
8. Storingsindicatielampje “ ”
9. Controlelampje rechter richtingaanwijzer “”
10.Controlelampje linker richtingaanwijzer “”
11.Vrijstandcontrolelampje “ ”
12.Controlelampje startblokkering “ ”
ABS
1 2
GPSN
LCSQS
LIF 2
ODO123456 TRIP-1
1234.5
1000 r/min
km
km
km/h
10:
00
MODE-APWR 1TCS 3SCS 2EBM 1T-2
5
12
6
7
9
8
1012
11
3
4
UB3LD0D0.book Page 5 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 34 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-11
4
Wanneer het reservepeil in de brand-
stoftank wordt bereikt, wordt automa-
tisch F-TRIP weergegeven en wordt
de afgelegde afstand vanaf dat punt
geregistreerd.
Na het tanken en een bepaalde af-
stand te hebben gereden, zal F-TRIP
weer automatisch verdwijnen.
Zie “Unit” op pagina 4-24 voor het wij-
zigen van de eenheden voor brand-
stofverbruik.
De weergegeven luchttemperatuur
kan afwijken van de werkelijke omge-
vingstemperatuur.
In TRACK MODE zijn op de informa-
tieweergave de items FASTEST (snel-
ste rondetijd) en AVERAGE
(gemiddelde rondetijd) ook beschik-
baar.De items TRIP-1, TRIP-2, F-TRIP, FUEL
CON en FUEL AVE kunnen individueel wor-
den teruggesteld.
Items op de informatieweergave terugstel-len1. Gebruik de wielschakelaar om door
de items op de weergave heen te
schuiven tot het item dat u wilt terug-
stellen wordt weergegeven. 2. Druk kort op de wielschakelaar, waar-
na het item voor vijf seconden zal
knipperen. (Als beide items terug te
stellen items zijn, zal in STREET
MODE het bovenste item eerst knip-
peren. Schuif omlaag om het onderste
item te selecteren.)
3. Terwijl het item knippert, houdt u de
wielschakelaar gedurende een secon-
de ingedrukt.
Aan dui din g in geschakel de versnellin g
Geeft weer welke versnelling is ingescha-
keld. Dit model heeft 6 versnellingen en een
vrijstand. De vrijstand wordt aangegeven
door het vrijstandcontrolelampje “ ” en
door de aanduiding voor de ingeschakelde
versnelling “ ”.
Drukin dicator voorrem
Geeft weer hoeveel remkracht wordt uitge-
oefend op de voorremmen.
Acceleratie-in dicator
Geeft de voorwaartse acceleratie en vertra-
gende krachten weer.
Hol d-in dicator voor toerenpiek
Deze kleine balk verschijnt kort op de toe-
renteller om de meest recente toerenpiek
van de motor weer te geven. YRC-items
MODE/PWR/TCS/SCS/EBM
De huidige MODE (YRC-modus) en de ge-
relateerde PWR-, TCS-, SCS- en EBM-in-
stellingen worden hier weergegeven.
De afzonderlijke instellingen voor YRC-
items PWR, TCS, SCS, LCS, QSS, LIF,
EBM en BC kunnen worden ingedeeld in
vier groepen en voor elke groep onafhanke-
lijk worden ingesteld. Deze instellingsgroe-
pen zijn de YRC-modi MODE-A, MODE-B,
MODE-C en MODE-D. Gebruik de modus-
schakelaar om YRC-modi te wijzigen of in-
stellingen te wijzigen voor het YRC-item op
het hoofdscherm.
OPMERKINGDe YRC-modi zijn vooraf ingesteld in de fa-
briek en afgestemd op verschillende rijom-
standigheden. Bij gebruik van de
fabrieksinstellingen worden de volgende
YRC-modi aanbevolen.
MODE-A: geschikt voor rijden op het circuit
MODE-B: zachtere instelling voor op het
circuit
MODE-C: geschikt voor rijden op de weg
MODE-D: instelling voor de weg of nat
weer
UB3LD0D0.book Page 11 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 35 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-12
4
YRC-modi wijzigen of instellingen wijzigen1. Druk op de middelste knop van de
modusschakelaar om van links naar
rechts te schuiven en het item te mar-
keren dat u wilt aanpassen.
2. Gebruik de toets omhoog of toets om- laag op de modusschakelaar om de
geselecteerde itemwaarde te wijzigen
(verticaal schuiven is niet mogelijk).OPMERKINGAls het storingsindicatielampje brandt,
kunnen YRC-instellingen niet worden
gewijzigd.
Als een YRC-functie actief is inge-
schakeld, kan het betreffende item
niet worden aangepast. Bij afremmen
is het bijvoorbeeld niet mogelijk om
EBM aan te passen.
Als een YRC-item is gemarkeerd maar
niet kan worden aangepast, wordt de
omkadering van het YRC-item zwart
weergegeven.
Selecteer met de middelste knop TCS om
het tractiecontrolesysteem uit te schakelen
en houd vervolgens de toets omhoog inge-
drukt tot TCS OFF wordt weergegeven. Se-
lecteer TCS OFF om TCS weer in te
schakelen en druk vervolgens op de toets
omlaag (TCS zal terugkeren naar de vorige
instellling).
OPMERKINGDoor het tractiecontrolesysteem uit te
schakelen, schakelt u de SCS-, LCS- en
LIF-systemen uit voor alle YRC-modi.YRC-items LCS/QS/LIF/BC
De aan/uit-status van de YRC-items LCS,
QSS, LIF en BC wordt hier weergegeven.
Wanneer een van deze systemen geregi-
streerd wordt (niet ingesteld op OFF) voor
de huidige geselecteerde YRC-modus,
wordt het respectievelijke pictogram weer-
gegeven.
Wanneer LCS wordt geregistreerd voor de
huidige geselecteerde YRC-modus, is het
pictogram grijs. Houd de middelste knop
ingedrukt tot het LCS-pictogram stopt met
knipperen en wit gaat branden om het
launch control-systeem te activeren.OPMERKINGLCS-, QSS-, LIF- en BC-systeeminstel-
lingsniveaus kunnen alleen worden aange-
past in het scherm MENU.ERS-in dicator “ ” (YZF-R1M)
Dit pictogram toont de huidige ERS-mo-
dus. (Zie “YRC Setting” op pagina 4-16 en
“ERS” op pagina 4-19 om de geregistreer-
de ERS-modus te wijzigen of de ERS-in-
1. Modus-schakelaar “MODE”
2. Toets omhoog
3. Middelste toets
4. Toets omlaag
1 2
3
4
N
12
12 34
LAP 01
ODO
km
123456
LATEST
1000 r/min
km/h
123
km/h
123
GEAR
GPS
LCS
QS
LIF
10 :
00
MODE-
APWR
1
TCS
3
SCS
2
EBM
1
T-2
2
MODE -
A
MODE-
A
UB3LD0D0.book Page 12 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 36 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-13
4
stellingsniveaus aan te passen.) Als de
ERS-modus uit de ERS-indicator verdwijnt
(blanco pictogram), stop dan de machine
en wacht enkele seconden totdat de mo-
dus terugkeert.OPMERKING De vering wordt op de huidige instel-
lingen gehouden totdat het systeem
zichzelf heeft gereset.
Laat als de ERS-indicator niet in de
normale toestand terugkeert de ma-
chine nakijken door een Yamaha dea-
ler.GPS-in dicator “ ”
(mo dellen met CCU)
Dit pictogram wordt weergegeven wanneer
er een GPS-eenheid wordt gesynchroni-
seerd met uw machine.
Datalo gger-in dicator “ ”
(mo dellen met CCU)
Dit pictogram wordt weergegeven wanneer
voertuiggegevens worden opgenomen met
de registratiefunctie.
Klok
De klok maakt gebruik van een 12-uursy-
steem. Ron
detimer
Deze stopwatchfunctie meet en registreert
tot maximaal veertig ronden. Op het hoofd-
scherm geeft de rondetimer de huidige ron-
detijd en het rondenummer weer
(aangegeven door het LAP-symbool). Ge-
bruik de Pass/LAP-schakelaar om rondetij-
den te markeren. Wanneer een ronde is
voltooid, geeft de rondetimer gedurende
vijf seconden de laatste rondetijd weer (ge-
markeerd door de LATEST-indicator).
De rondetimer gebruiken
1. Druk kort op de wielschakelaar. Het item op de informatieweergave zal ge-
durende vijf seconden knipperen. 2. Draai terwijl het item op de informatie-
weergave knippert de wielschakelaar
omhoog. De rondetimer knippert ge-
durende vijf seconden.
3. Druk terwijl de rondetimer knippert
lang op de wielschakelaar om de ron-
detimer te activeren of te stoppen.
4. Druk terwijl de rondetimer is geacti-
veerd op de schakelaar Pass/LAP om
de rondetimer te starten.
OPMERKINGDe rondetimer kan alleen worden ge-
bruikt als de motor draait.
Stel de informatieweergave in op FAS-
TEST of AVERAGE voor aanvullende
rondetijdinformatie.
De rondetimer stopt automatisch als
het scherm MENU wordt geopend.
Als de rondetimer wordt gestopt,
wordt de tijd van de huidige ronde niet
opgenomen.
De rondetijdrecord kan worden weer-
gegeven en teruggesteld op het
scherm MENU.
GPS
1. Rondetijd
2. Indicator voor laatste rondetijd “LATEST”
3. Item van informatiedisplay
4. Rondenummer
N
12
12 34
LAP 01
ODO
km
123456
LATEST
1000 r/min
km/h
123
km/h
123
GEAR
GPS
LCS
QS
LIF
10 :
00
MODE-
APWR
1
TCS
3
SCS
2
EBM
1
T-2
3
4
1
22
UB3LD0D0.book Page 13 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 38 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-15
4
DAU79297
Scherm MENU Het scherm MENU bevat de volgende in-
stellingsmodules. Selecteer een module
om gerelateerde instellingswijzigingen aan
te brengen. Alhoewel sommige instellingen
kunnen worden gewijzigd of teruggesteld
via het hoofdscherm, biedt het scherm
MENU toegang tot alle weergave- en be-
dieningsinstellingen.
Toegan g en geb ruik van MENU
De volgende bedieningen van de wielscha-
kelaar zijn algemene bedieningen voor toe-
gang, selectie en verplaatsing binnen het
scherm MENU en de bijbehorende modu-
les.
Lang indrukken - houd de wielschakelaar
gedurende een seconde ingedrukt om toe-
gang te krijgen tot het scherm MENU of om
het scherm MENU volledig af te sluiten. Selecteren
- draai de wielschakelaar om-
hoog of omlaag om de gewenste module of
het gewenste instellingsitem te markeren
en druk vervolgens kort op de wielschake-
laar (druk de wielschakelaar kort in) om de
selectie te bevestigen.
Driehoekssym bool - bepaalde instellings-
schermen bevatten een item met een naar
boven of naar beneden wijzend driehoeks-
symbool. Selecteer het driehoeksymbool
om aangebrachte wijzigingen op te slaan
en het scherm af te sluiten.
OPMERKING Als er machinebeweging wordt gede-
tecteerd, zal het scherm automatisch
MENU afsluiten en naar het hoofd-
scherm gaan.
Sluit het scherm af met het drie-
hoeksymbool om te verzekeren dat de
gewenste wijzigingen worden opge-
slagen. Als u alleen maar lang drukt en
het scherm MENU volledig afsluit,
worden de wijzigingen mogelijk niet
opgeslagen.“Display Mo de”
Er zijn twee weergavemodi voor het hoofd-
scherm, STREET MODE en TRACK MODE.
Mo dule Beschrijvin g
Schakel de weergave van
het hoofdscherm tussen
street mode en track mo-
de.
YRC-instellingen (alle mo-
dellen) en ERS-instellingen
(YZF-R1M) aanpassen.
Rondetijden weergeven en
terugstellen.
YRC Setting
Lap TimeLogging
Maintenance
Unit
Display ModeMENU
km/h
GPS
10
:
00
Display Mode
Schakel de registratiefunc-
tie voor machine-informa-
tie in/uit (modellen met
CCU).
Geef drie intervallen voor
het onderhoudsitem weer
en stel deze terug.
Stel brandstofverbruik en
afstandseenheden in.
Stel achtergrondkleuren in.
Schakel de schakelindica-
tor in/uit en pas de instel-
lingen van de toerenteller
aan.
Stel de items in voor het
multifunctionele weerga-
vevenster.
Pas de helderheid van het
scherm aan.
Pas de klok aan.
Zet alle instellingen terug
naar fabrieksinstellingen.
LoggingMaintenance
Unit
WallpaperShift IndicatorDisplay SettingBrightness
Cloc
k
All Reset
UB3LD0D0.book Page 15 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 39 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-16
4
Instellen van de weergavemodus voor hethoofdscherm1. Selecteer “Display Mode” in het
scherm MENU.
2. Selecteer “STREET MODE” of “TRACK MODE” (of selecteer het drie-
hoeksymbool om af te sluiten). 3. Druk lang op de wielschakelaar om
het scherm MENU af te sluiten of ge-
bruik de wielschakelaar om een ande-
re module te selecteren.
“YRC Settin g”
Me t d ez e m o d ul e k u nt u de v i er YR C-m o di
MODE-A, MODE-B, MODE-C en MODE-D
op maat instellen door de instellingsni-
veaus (of eventueel de aan/uit-status) van
de YRC-items PWR, TCS, SCS, LCS,
QSS, LIF, EBM en BC aan te passen. Voor
YZF-R1M kunt u de aan elke YRC-modus
gekoppelde ERS-modus selecteren en te-
vens de instellingsniveaus van de ERS-
modi aanpassen.
OPMERKING TCS heeft 9 instellingsniveaus en ERS
heeft 6 modi.
Wanneer er meer selecties (instel-
lingsniveaus of modi) beschikbaar zijn
dan in één keer op het scherm kunnen
worden weergegeven, verschijnt een
schuifbalk om aan te geven dat er ex-
tra selecties beschikbaar zijn door te
schuiven.
PWR
Selecteer PWR-1 voor de meest agressieve
gasrespons, PWR-2 en PWR-3 voor een
soepelere gasgreep/motorrespons en ge-
bruik PWR-4 op regenachtige dagen of
wanneer u minder motorvermogen wenst.
TCS
Dit model gebruikt een variabel tractiecon-
trolesysteem. Voor elk instelllingsniveau
geldt dat hoe meer de machine helt, hoe
meer tractiecontrole (systeeminterventie) er
wordt toegepast. Er zijn 9 instellingsni-
veaus beschikbaar. Instellingsniveau 1 oe-
YRC Setting
Lap TimeLogging
Maintenance
Unit
Display ModeMENU
km/h
GPS
10
:
00
km/h
10 :
00
TRACK MODE
STREET MODE
Display Mode
1. PWR 1
2. PWR 2
3. PWR 3
4. PWR 4
5. Gasklepopening
6. Bediening gasgreep
5
64
3 2
1
UB3LD0D0.book Page 16 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 45 of 134

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-22
4
Deze module heeft twee opties. “Display”
geeft de rondetijdrecord weer. “Reset” ver-
wijdert de rondetijdrecord.
Rondetijdrecord bekijkenSelecteer “Display”. Rondetijdrecord terugstellen
1. Selecteer “Reset”. 2. Selecteer “YES” om alle rondetijdge-
gevens te verwijderen. (Selecteer
“NO” om af te sluiten en terug te gaan
naar het vorige scherm zonder het
ronderecord terug te stellen.)
“Lo ggin g” (mo dellen met CCU)
Machine- en rij-informatie kunnen worden
opgenomen (geregistreerd) en deze gege-
vens kunnen worden bekeken met een
smartapparaat (zie “CCU” op pagina 4-39).
YRC Setting
Lap TimeLogging
Maintenance
Unit
Display ModeMENU
km/h
GPS
10
:
00
km/h
10 :
00
Reset
Display
Lap Time
1. Snelste ronde
2. Gemiddelde rondetijd
3. Ronderecord
km/h
10
:
00
Reset
Display
Lap Time
LAP 1
LAP 2
LAP 3
LAP 4 FASTEST / LAP 12
02:54.56
02:55.20
02:56.04
02:56.80 02:34.56
02:53.00
AVERAGE Lap Timekm/h
GP GPS
10
:
00
1
2
3
km/h
10 :
00
Reset
Display
Lap TimeNO
Reset ?
Lap Time
YES
km/h
GP GPS
10:
00
UB3LD0D0.book Page 22 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 78 of 134

Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-2
6
DAU88420
De motor startenHet startspersysteem staat starten toe
wanneer:
de versnellingsbak in de vrijstand
staat of
de versnellingsbak in een versnelling
is geschakeld, de zijstandaard is op-
geklapt en de koppelingshendel is in-
getrokken.
Om de motor te starten1. Draai het contactslot naar ON en zet de noodstopschakelaar in de stand
“run”.
2. Controleer of de indicator en het/de waarschuwingslampje(s) enkele se-
conden oplichten en dan uitgaan. (Zie
pagina 4-5.)OPMERKINGStart de motor niet als het waarschu-
wingslampje motorstoring blijft bran-
den.
Het waarschuwingslampje oliedruk en
koelvloeistoftemperatuur moet gaan
branden en blijven branden totdat de
motor is gestart.
Het ABS-waarschuwingslampje moet
gaan branden en aan blijven totdat de
machine een snelheid van 10 km/h
(6 mi/h) bereikt.
LET OP
DCA24110
Als een waarschuwin gs- of controle-
lampje niet werkt zoals hier boven be-
schreven, vraa g d an uw Yamaha dealer
om de machine te controleren.3. Schakel de versnellingsbak in de vrij-
stand.
4. Start de motor door de startknop in te drukken.
5. Laat de startkno p los als de motor
start, of na 5 seconden. Wacht 10 se-
conden voordat u opnieuw op de
knop drukt om de accuspanning weer
te laten opbouwen.LET OP
DCA11043
Trek nooit snel op terwijl de motor no g
kou d is, d it verkort de levens duur van d e
motor!
DAU68221
OPMERKINGDit model is uitgerust met: een inertiële meeteenheid (IMU). Deze
meeteenheid stopt de motor als de
machine kantelt. Schakel het contact-
slot uit en weer in voordat u probeert
de motor opnieuw te starten. Wanneer
u dit niet, doet zal de motor niet aan-
slaan, ook al probeert de startmotor
de motor op gang te brengen na het
indrukken van de startknop.
een automatische motorstop. De mo-
tor stopt automatisch als deze 20 mi-
nuten stationair draait. Als de motor
stopt, druk dan simpelweg op de
startknop om de motor opnieuw te
starten.
UB3LD0D0.book Page 2 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 101 of 134

Periodiek on derhoud en afstelling
7-21
7
Bandeninformatie
Dit model is uitgerust met tubeless banden
en bandventielen.
Banden verouderen, zelfs als ze niet of
slechts sporadisch zijn gebruikt. Scheuren
in het rubber van het loopvlak en de wang
van de band, soms in combinatie met ver-
vorming van het karkas, zijn een teken van
veroudering. Oude banden moeten worden
gecontroleerd door bandenspecialisten om
na te gaan of ze geschikt zijn voor verder
gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10902
Monteer altij d voor- en achter ban-
d en van hetzelf de merk en type.
Verschillen de ban den kunnen het wegge
dra g van de machine veran-
d eren, wat kan lei den tot een on ge-
val.
Controleer altij d of d e ventiel dopjes
stevi g zijn bevesti gd om zo lucht-
lekka ge te voorkomen.
Gebruik uitsluiten d d e hierna ver-
mel de ban dventielen en luchtven-
tiel buisjes om te voorkomen dat de
b an den on der het rij den lee glopen.
Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron-
der vermelde banden door Yamaha goed-
gekeurd voor dit model.
WAARSCHUWING
DWA10601
Deze motorfiets is uitg erust met specia-
le ban den die geschikt voor zeer ho ge
rijsnelhe den. Let op het vol gen de om
d eze ban den zo effectief mo gelijk te
kunnen geb ruiken.
Gebruik bij vervan gin g uitsluitend
het voor geschreven type ban den.
Bij an dere ban den is het risico op
een klap ban d b ij zeer ho ge rijsnel-
he den niet denk beel dig .
1. Bandventiel
2. Bandventielbuis
3. Bandventieldop met afdichting
Voor ban d:
Maat:
120/70ZR17M/C (58W)
Fabrikant/model: BRIDGESTONE/BATTLAX
RACING STREET RS11F
Achter ban d:
Maat:
190/55ZR17M/C (75W)
(YZF1000)
200/55ZR17M/C (78W)
(YZF1000D)
Fabrikant/model: BRIDGESTONE/BATTLAX
RACING STREET RS11R
VOOR en ACHTER: Bandventiel:
TR412
Luchtventielbuis: #9100 (origineel)
UB3LD0D0.book Page 21 Monday, August 5, 2019 11:49 AM
Page 113 of 134

Periodiek on derhoud en afstelling
7-33
7
DAU68231
AccuLET OP
DCA22960
Gebruik uitsluiten d d e gespecificeer de
ori ginele YAMAHA-accu. Bij geb ruik van
een an dere accu kan de IMU uitvallen,
waar door d e motor afslaat. De accu bevindt zich onder het zadel. (Zie
pagina 4-38.)LET OP
DCA22970
De IMU b evindt zich on der de accu. De
IMU bevat geen on der delen die door de
g eb ruiker kunnen wor den on derhou den en is zeer
gevoeli g. Het wor dt daarom
af gera den om d e accubak te verwij de-
ren of de IMU rechtstreeks te hanteren.
Verwij der of plaats g een vreemde
voorwerpen in of ron d d e accu bak
en bren g er g een wijzi gin gen in aan.
Stel de IMU niet bloot aan har de
schokken en ga voorzichti g te werk
b ij hanteren van de accu.
Sluit het ontluchting sg at
van de
IMU niet af en reini g het niet met
perslucht.
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is gifti g en gevaarlijk om-
d at het zwavelzuur b evat, een stof
d ie ernsti ge bran dwon den veroor-
zaakt. Vermij d contact met d e huid,
o gen of kle din g en b escherm uw
o gen altij d b ij werkzaamhed en na-b
ij accu’s. Voer als vol gt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloe dig
met water.
INWENDIG: Drink g rote hoeveel-
he den water of melk en roep d i-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel g ed uren de 15 mi-
nuten met water en roep direct
me dische hulp in.
Accu’s pro duceren het explosieve
waterstof gas. Hou d daarom von-
ken, open vuur, sig aretten e.d. uit
d e buu
rt van d e accu en zor g voor
vol doen de ventilatie bij acculad en
in een af gesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te la den
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
1. Positieve accukabel (rood)
2. Negatieve accukabel (zwart)
3. Accu
3
1
2
UB3LD0D0.book Page 33 Monday, August 5, 2019 11:49 AM