YAMAHA YZF-R125 2017 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2017, Model line: YZF-R125, Model: YAMAHA YZF-R125 2017Pages: 96, PDF Size: 6.41 MB
Page 21 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-7
3
Als nog ca. 3.0 L (0.79 US gal, 0.66 Imp.gal)
brandstof in de brandstoftank aanwezig is,
wisselt het display automatisch naar de
brandstofreserve-ritteller “F TRIP” en wordt
de afgelegde afstand vanaf dat punt aan-
gegeven. Druk in dat geval op de “SE-
LECT”-toets om de weergave te wisselen in
de onderstaande volgorde:
F TRIP → ODO → TRIP 1 → TRIP 2 →
F TRIP
Om een ritteller handmatig terug te stellen,
selecteert u deze met de “SELECT”-toets
en houdt u vervolgens de “RESET”-toets
twee seconden ingedrukt.
OPMERKING
De brandstofreserve-ritteller wordt
automatisch teruggesteld en verdwijnt
nadat u hebt bijgetankt en de sleutel
naar “OFF” hebt gedraaid.
De rittellers worden automatisch te-
ruggesteld en blijven tellen nadat
999.9 is bereikt.
De kilometerteller wordt vergrendeld
bij 199999 en kan niet worden terug-
gesteld.
Multifunctioneel display
Het multifunctionele display kan het vol-
gende weergeven:
huidig brandstofverbruik
gemiddeld brandstofverbruik
gemiddelde snelheid
verstreken rittijd
afgelegde afstand sinds de laatste
olieverversing
waarschuwings- en onderhoudsbe-
richten
Druk op de “INFO”-toets om te wisselen
tussen de weergaven voor gemiddeld
brandstofverbruik “C Ave__._km/L” of “C
Ave __._ L/100 km”, huidig brandstofver-
bruik “C INS__._km/L” of “C INS__._L/100
km”, verstreken rittijd “TRIP TIME _h
__min”, gemiddelde snelheid “AVE
SPEED/__km/h” en ritteller voor olieverver-
sing (afgelegde afstand sinds de laatste
olieverversing) “DIST SERV/__km” in de
onderstaande volgorde:
C Ave__._km/L → C Ave __._ L/100 km →
C INS__._km/L → C INS__._L/100 km →
TRIP TIME _h __min → AVE
SPEED/__km/h → DIST SERV/__km
Voor het Verenigd Koninkrijk, wanneer mij-
len is geselecteerd:
Druk op de “INFO”-toets om te wisselen
tussen de weergaven voor gemiddeld
brandstofverbruik “C Ave__._mpg”, huidig
1. Kilometerteller/ritteller/ritteller
brandstofreserve
1/2
ZAUM1306
F TRIP
1
1. Multifunctioneel display
Lo
Hi
ZAUM1307km/L
OIL
1
UBR6D0D0.book Page 7 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 22 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-8
3
brandstofverbruik “C INS__._mpg”, ritteller
“TRIP TIME _h __min”, gemiddelde snel-
heid “AVE SPEED/__mph” en ritteller voor
olieverversing (afgelegde afstand sinds de
laatste olieverversing) “DIST SERV/__km”
in de onderstaande volgorde:
C Ave__._mpg → C INS__._mpg →
TRIP TIME _h __min → AVE
SPEED/__mph → DIST SERV/__miles
Gemiddeld brandstofverbruik “C AVE”
Het gemiddelde brandstofverbruik kan
worden weergegeven in “AVE_ _._ km/L” of
“AVE_ _._ L/100 km”, of in “AVE_ _._ MPG”
voor het Verenigd Koninkrijk.
“AVE_ _._ km/L”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 L brandstof.
“AVE_ _._ L/100 km”: De gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen.
“AVE_ _._ MPG”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 Imp.gal brandstof.
OPMERKING
Om de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik terug te stellen,
houdt u de “RESET”-toets twee se-
conden ingedrukt. De kilometerteller-
en rittellerweergave moet zijn inge-
steld op “ODO”, anders wordt in
plaats daarvan de ritteller terugge-
steld.Nadat u de weergave voor gemiddeld
brandstofverbruik hebt teruggesteld,
wordt “_ _._” weergegeven totdat een
voldoende grote afstand met de ma-
chine is gereden.
Huidige brandstofverbruik “C INS”
Het huidige brandstofverbruik kan worden
weergegeven in “km/L” of “L/100 km”, of in
“MPG” voor het Verenigd Koninkrijk.
“km/L”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 L brandstof.
“L/100 km”: De hoeveelheid brandstof
die nodig is om onder de huidige rij-
omstandigheden 100 km af te leggen.
“MPG”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 Imp.gal brandstof.
OPMERKING
Bij snelheden onder 10 km/h (6 mi/h) wordt
Lo
Hi
ZAUM1309km/L L/100km
Lo
Hi
ZAUM1308km/L L/100km
UBR6D0D0.book Page 8 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 23 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-9
3
Gemiddelde snelheid “AVE SPEED”
De gemiddelde snelheid wordt weergege-
ven in “AVE SPEED_ _._ km/h”. Voor het
Verenigd Koninkrijk wordt, wanneer mijlen
is ingesteld, in plaats daarvan “AVE
SPEED __._ mph” weergegeven.
“AVE SPEED_ _._ km/h”: Uw gemid-
delde rijsnelheid in kilometers per uur.
“AVE SPEED_ _._ mph”: Uw gemid-
delde rijsnelheid in mijlen per uur.
OPMERKING
De weergave voor gemiddelde snel-
heid wordt automatisch teruggesteld
4 uur nadat de sleutel voor het laatst
naar “OFF” is gedraaid.
Om de weergave van de gemiddelde
snelheid handmatig terug te stellen,
houdt u de “RESET”-toets twee se-
conden ingedrukt. De kilometerteller-
en rittellerweergave moet zijn inge-
steld op “ODO”, anders wordt in
plaats daarvan de ritteller terugge-
steld.
Rittijdteller “TRIP TIME”
Deze functie registreert de verstreken tijd
van uw huidige rit, of sinds de teller voor het
laatst werd teruggesteld. De rittijd wordt
weergegeven in “_h _min” (uren en minu-
ten).
OPMERKING
De rijttijdteller wordt automatisch te-
ruggesteld 4 uur nadat de sleutel voor
het laatst naar “OFF” werd gedraaid.
Om de rittijdteller handmatig terug te
stellen, houdt u de “RESET”-toets
twee seconden ingedrukt. De kilome-
terteller- en rittellerweergave moet zijn
ingesteld op “ODO”, anders wordt in
plaats daarvan de ritteller terugge-
steld.
Ritteller olieverversing “DIST SERV”
Lo
Hi
ZAUM1310
Lo
Hi
ZAUM1311
ZAUM1449
Lo
Hi
UBR6D0D0.book Page 9 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 24 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-10
3
Deze functie geeft de afgelegde afstand
weer sinds de olie voor het laatst werd ver-
verst. De teller wordt teruggesteld wanneer
de indicator olieverversing wordt terugge-
steld.
Indicator olieverversing “OIL”
Deze indicator gaat knipperen (het bericht
“OIL SERV” wordt ook weergegeven) om
aan te geven dat de motorolie moet worden
ververst. De indicator gaat knipperen bij het
eerste onderhoudsinterval na 1000 km
(600 mi), na de volgende 2000 km (1200 mi)
en vervolgens bij elke 3000 km (1800 mi).
Nadat de motorolie is ververst moet de in-
dicator olieverversing worden teruggesteld.
Zorg om de indicator olieverversing terug te
stellen dat de kilometerteller- en ritteller-
weergave op “ODO” staat en houd dan de
“RESET”-toets twee seconden ingedrukt
totdat het bericht “OIL SERV” knippert.
Houd vervolgens de “RESET”-toets 15 se-
conden ingedrukt.
OPMERKING
Als de motorolie wordt ververst voordat de
indicator olieverversing gaat branden (dus
voordat het olieverversingsinterval is ver-
streken), moet de indicator worden terug-
gesteld om het eerstvolgende tijdstip voor
olieverversing weer correct aan te geven.
Zorg in dat geval dat de kilometerteller- en
seconden ingedrukt totdat het bericht
verversing worden ook teruggesteld.
Indicator lage accuspanning“”
Deze indicator knippert (het bericht “LOW
BATT” wordt ook weergegeven) als de ac-
cuspanning daalt tot onder 10 volt.
OPMERKING
Controleer als de indicator lage accuspan-
ning gaat branden de accu en laad deze in-
dien nodig op. (Zie pagina 6-32.)
Waarschuwings- en onderhoudsberich-
ten
Deze functie werkt samen met de brand-
stofmeter, koelvloeistoftemperatuurmeter,
indicator olieverversing en indicator lage
accuspanning door een overeenkomend
waarschuwings- of onderhoudsbericht
weer te geven. Druk als twee of meer be-
ZAUM1450
Lo
Hi
OIL
Lo
Hi
ZAUM1313
Lo
Hi
ZAUM1315
UBR6D0D0.book Page 10 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 25 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-11
3
richten verschijnen op de “INFO”-toets om
door alle berichten te bladeren in de onder-
staande volgorde:
HIGH TEMP →LOW FUEL →
LOW BATT →OIL SERVDAU1234K
Stuurschakelaars
Links
Rechts
DAU12381Lichtsignaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om met de kop-
lampen een lichtsignaal te geven.
DAU12401Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
DAU12461Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar “ / ”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
4. Claxonschakelaar “ ”
1. Noodstopschakelaar “ / ”
2. Startknop “ ”
3. Schakelaar “INFO”
ZAUM1162
ZAUM1163
13
2I
NFO
UBR6D0D0.book Page 11 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 26 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-12
3
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich-
tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU12662Noodstopschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” alvorens de
motor te starten. Zet deze schakelaar
op “ ” om de motor direct uit te schake-
len in een noodgeval, zoals wanneer de
machine omslaat of als de gaskabel blijft
hangen.
DAU12713Startknop “ ”
Druk deze knop in om via de startmotor de
motor rond te draaien. Zie pagina 5-2 voor
startinstructies voordat u de motor start.
DAU42342Het waarschuwingslampje voor motorsto-
ring en het ABS-waarschuwingslampje kan
gaan branden als de sleutel naar “ON”
wordt gedraaid en de startknop wordt inge-
drukt. Dit wijst echter niet op een storing.
DAUM3451Informatieschakelaar “INFO”
Deze schakelaar wordt gebruikt voor het
maken van selecties in het functiedisplay
van de multifunctionele meter en om het
waarschuwingslampje hoge toeren te acti-
veren of deactiveren. (Zie pagina 3-4 voor
informatie over de multifunctionele meter
en pagina 3-3 voor informatie over het
waarschuwingslampje hoge toeren van de
toerenteller.)
DAU12822
Koppelingshendel
De koppelingshendel bevindt zich aan de
linkerzijde van het stuur. Trek de hendel
naar het stuur toe om de koppeling te ont-
koppelen. Laat de hendel los om de koppe-
ling te laten aangrijpen. Voor een soepele
werking van de koppeling moet de hendel
snel ingetrokken worden en langzaam wor-
den losgelaten.
De koppelingshendel is voorzien van een
sperschakelaar die deel uitmaakt van het
startspersysteem. (Zie pagina 3-19.)
1. Koppelingshendel
ZAUM1164
UBR6D0D0.book Page 12 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 27 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-13
3
DAU12872
Schakelpedaal
Het schakelpedaal bevindt zich aan de lin-
kerzijde van de motor en wordt in combina-
tie met de koppelingshendel gebruikt bij
het schakelen van de versnellingen van de
6-traps constant-mesh versnellingsbak op
deze motorfiets.
DAU12892
Remhendel
De remhendel bevindt aan de rechterzijde
van het stuur. Trek de hendel naar gas-
greep toe om de voorrem te bekrachtigen.
1. Schakelpedaal
ZAUM1165
1. Remhendel
ZAUM1166
INFOINFO
UBR6D0D0.book Page 13 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 28 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-14
3
DAU12944
Rempedaal
Het rempedaal bevindt zich aan de rechter-
zijde van de motorfiets. Trap op het rempe-
daal om de achterrem te bekrachtigen.
DAU63040
ABS
Het Yamaha ABS (anti-blokkeervoorziening
remsysteem) bestaat uit een dubbel uitge-
voerd elektronisch regelsysteem dat de
voorrem en achterrem onafhankelijk aan-
stuurt.
Gebruik de remmen met ABS net zoals
conventionele remmen. Bij activering van
het ABS-systeem kan een pulsatie worden
gevoeld in de remhendel of het rempedaal.
Ga in dat geval door met remmen en laat
het ABS-systeem het werk doen. Ga niet
“pompend” remmen, dit vermindert de re-
meffectiviteit.
WAARSCHUWING
DWA16051
Houd altijd een veilige afstand tot voor-
liggers, zelfs als uw voertuig is uitgerust
met ABS.
Het ABS-systeem functioneert het
effectiefst over lange remwegen.
Op bepaalde oppervlakken, zoals
slechte wegen of grindwegen, kan
de remafstand met het ABS-sy-
steem langer zijn dan zonder ABS-
systeem.
Het ABS-systeem wordt bewaakt door een
ECU die het systeem bij een storing laat te-
rugkeren naar conventioneel remmen.
OPMERKING
Het ABS-systeem voert een zelfdiag-
nosetest uit telkens nadat de sleutel
op “ON” is gezet en het voertuig rijdt
met een snelheid van 10 km/h (6 mi/h)
of hoger. Tijdens deze test hoort u een
“klikkend” geluid van de hydraulische
regeleenheid en wanneer u de rem-
hendel of het rempedaal licht bedient,
kan een trilling in de hendel of het pe-
daal voelbaar zijn. Dit duidt niet op een
storing.
Dit ABS-systeem is uitgerust met een
testfunctie waarbij de bestuurder pul-
saties kan voelen in de remhendel of
1. Rempedaal
UBR6D0D0.book Page 14 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 29 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-15
3
het rempedaal terwijl het ABS-sy-
steem actief is. Er is echter speciaal
gereedschap vereist, dus neem con-
tact op met uw Yamaha dealer.
LET OP
DCA20100
Let op dat de wielsensor en de rotor van
de wielsensor niet beschadigd raken,
anders kan het ABS-systeem niet meer
naar behoren werken.
DAUM2082
Tankdop
Om de tankdop te verwijderen
1. Open het slotplaatje van de tankdop.
2. Steek de sleutel in het slot en draai
deze 1/4 slag linksom. Het slot wordt
ontgrendeld en de tankdop kan wor-
den verwijderd.
Om de tankdop aan te brengen
1. Druk de tankdop in positie met de
sleutel in het slot.
2. Draai de sleutel rechtsom naar de oor-
spronkelijke positie en neem hem dan
uit.
3. Sluit het slotplaatje van de tankdop.
OPMERKING
De tankdop kan alleen worden aange-
bracht met de sleutel in het slot. Bovendien
kan de sleutel niet worden uitgenomen als
de tankdop niet correct aangebracht en
vergrendeld is.
WAARSCHUWING
DWA11142
Controleer voor u gaat rijden of de tank-
dop correct is aangebracht. Door brand-
stoflekkage ontstaat brandgevaar.
1. Opneemring voorwielsensor
2. Voorwielsensor
1. Opneemring achterwielsensor
2. Achterwielsensor
ZAUM1227
1
2
ZAUM1228
1
2
1. Slotplaatje tankdop
2. Ontgrendelen.
UBR6D0D0.book Page 15 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM
Page 30 of 96

Functies van instrumenten en bedieningselementen
3-16
3
DAU13213
Brandstof
Controleer of er voldoende brandstof in de
brandstoftank aanwezig is.
WAARSCHUWING
DWA10882
Benzine en benzinedampen zijn zeer
brandbaar. Volg de onderstaande in-
structies om brand en ontploffing te
voorkomen en het letselrisico tijdens het
tanken te verlagen.
1. Zet alvorens te tanken de motor af en
zorg dat er niemand op de machine
zit. Rook nooit tijdens het tanken en
tank nooit in de nabijheid van vonken,
open vuur of andere ontstekingsbron-
nen zoals de waakvlammen van gei-
sers en kledingdrogers.
2. Maak de brandstoftank niet te vol.
Stop met vullen zodra de brandstof de
onderkant van de vulhals heeft be-
reikt. Omdat brandstof uitzet als deze
warm wordt, kan de warmte van de
motor of de zon ervoor zorgen dat
brandstof uit de brandstoftank
stroomt.
3. Veeg uitgestroomde brandstof onmid-
dellijk af. LET OP: Veeg gemorste
brandstof onmiddellijk af met een
schone, droge, zachte doek, aange-zien de brandstof de gelakte opper-
vlakken en kunststof delen kan
aantasten.
[DCA10072]
4. Draai de tankdop stevig vast.
WAARSCHUWING
DWA15152
Benzine is giftig en kan letsel of overlij-
den veroorzaken. Spring zorgvuldig om
met benzine. Probeer nooit om benzine
via de mond over te hevelen. Roep on-
middellijk medische hulp in nadat u ben-
zine heeft ingeslikt, veel benzinedamp
heeft ingeademd of benzine in uw ogen
heeft gekregen. Als benzine op uw huid
terechtkomt, was deze dan af met water
en zeep. Als u benzine op uw kleding
morst, trek dan andere kleding aan.
DAU75320
LET OP
DCA11401
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine.
Loodhoudende benzine veroorzaakt
ernstige schade aan inwendige motor-
onderdelen als kleppen en zuigerveren
en ook aan het uitlaatsysteem.
1. Vulpijp brandstoftank
2. Maximaal brandstofniveau
Voorgeschreven brandstof:
Loodvrije superbenzine (gasohol
[E10] acceptabel)
Inhoud brandstoftank:
11.5 L (3.04 US gal, 2.53 Imp.gal)
Hoeveelheid reservebrandstof (als
het waarschuwingslampje brand-
stofniveau gaat branden):
3.0 L (0.79 US gal, 0.66 Imp.gal)
UBR6D0D0.book Page 16 Wednesday, August 10, 2016 3:04 PM