YAMAHA YZF-R6 2018 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2018, Model line: YZF-R6, Model: YAMAHA YZF-R6 2018Pages: 112, PDF Size: 4.29 MB
Page 11 of 112

Veiligheidsinformatie
1-5
1
Controleer of de brandstofkraan (in-
dien aanwezig) in de uitstand staat en
er geen brandstoflekkage is.
Schakel een versnelling in (bij model-
len met een handgeschakelde ver-
snellingsbak).
Zet de motorfiets vast met spanban-
den of andere geschikte banden aan
stevige delen van de motorfiets, zoals
het frame of de bovenste voorvork-
klem (en niet aan, bijvoorbeeld, het
stuur, de richtingaanwijzers of onder-
delen die kunnen afbreken). Kies de
plaats voor de spanbanden zorgvuldig
om te voorkomen dat deze tijdens het
transport schuurplekken op de lak
veroorzaken.
Zorg indien mogelijk dat de vering iets
door de spanbanden wordt ingedrukt,
zodat de motorfiets tijdens het trans-
port niet overmatig kan stuiteren.
UBN6D1D0.book Page 5 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 12 of 112

Beschrijving
2-1
2
DAU63371
Aanzicht linkerzijde
1
6789
3 4,52
1. Zekeringenkastje 2 (pagina 7-37)
2. Tankdop (pagina 4-20)
3. Versteller voor veervoorspanning (pagina 4-26)
4. Versteller voor snelle ingaande demping (pagina 4-26)
5. Versteller voor langzame ingaande demping (pagina 4-26)
6. Versteller voor uitgaande demping (pagina 4-26)
7. Schakelpedaal (pagina 4-17)
8. Oliefilterpatroon (pagina 7-14)
9. Olieaftapplug (pagina 7-14)
UBN6D1D0.book Page 1 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 13 of 112

Beschrijving
2-2
2
DAU63391
Aanzicht rechterzijde
1,2,3,45,6,7
8
101112 9
1. Zekeringenkastje 1 (pagina 7-37)
2. Hoofdzekering (pagina 7-37)
3. Zekering ABS-motor (pagina 7-37)
4. Accu (pagina 7-35)
5. Versteller voor veerv oorspanning (pagina 4-25)
6. Versteller voor uitgaande demping (pagina 4-25)
7. Versteller voor ingaande demping (pagina 4-25)
8. Koelvloeistofreservoir (pagina 7-18)
9. Olievuldop (pagina 7-14)
10.Motoroliepeilstok (pagina 7-14)
11.Rempedaal (pagina 4-18)
12.Vloeistofreservoir achterrem (pagina 7-27)
UBN6D1D0.book Page 2 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 14 of 112

Beschrijving
2-3
2
DAU63401
Bedienin gen en instrumenten
12 4 35678
1. Koppelingshendel (pagina 4-17)
2. Schakelaargroep linkerstuurzijde (pagina 4-4)
3. Contactslot/stuurslot (pagina 4-2)
4. Multifunctionele meter (pagina 4-8)
5. Vloeistofreservoir voorrem (pagina 7-27)
6. Schakelaargroep rechterstuurzijde (pagina 4-4)
7. Remhendel (pagina 4-18)
8. Gasgreep (pagina 7-20)
UBN6D1D0.book Page 3 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 15 of 112

Speciale kenmerken
3-1
3
DAU76422
D-mode (rijmo dus)
D-mode is een elektronisch geregeld mo-
torprestatiesysteem. Dit model biedt drie
rijmodi: “STD”, “A” en “B”.
WAARSCHUWING
DWA18440
Wijzi g d e rijmo dus niet tij dens het rij den.
Druk met de gasgreep gesloten op deze
schakelaar om de rijmodus te wisselen in
de onderstaande volgorde:
STD → A → B → STD
OPMERKING
Zorg ervoor dat u elke rijmodus be-
grijpt alvorens de rijmodusschakelaar
te bedienen.
De huidige rijmodus wordt weergege-
ven in de rijmodusweergave (pagina
4-12).
De huidige rijmodus wordt opgesla-
gen wanneer de machine wordt uitge-
schakeld.
Mo dus “STD”
Modus “STD” is geschikt voor uiteenlopen-
de rijomstandigheden.
Deze modus biedt een soepel en sportief
rijgedrag van het lage- tot het hogetoeren-
bereik. Mo
dus “A”
Modus “A” biedt een sportievere motorres-
pons in het lage en middenbereik in verge-
lijking met de modus “STD”.
Mo dus “B”
Modus “B” biedt een wat minder scherpe
respons in vergelijking met de modus
“STD” voor rijsituaties om die een sensitie-
ve gasrespons vragen.
1. Rijmodusschakelaar “MODE”
1
UBN6D1D0.book Page 1 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 16 of 112

Speciale kenmerken
3-2
3
DAU79732
Tractieregelin g
De tractieregeling (TCS) draagt bij aan het
behouden van grip bij het optrekken op
gladde oppervlakken, zoals onverharde of
natte wegen. Wanneer sensoren detecte-
ren dat het achterwiel begint te slippen (on-
gecontroleerde slip), grijpt de
tractieregeling in door het motorvermogen
te reguleren totdat de grip is hersteld.
WAARSCHUWING
DWA15433
De tractiere gelin g vormt g een vervan-
g in g voor verstan dig rij ged ra g dat is
aan gepast aan de omstan dig he den. De
tractiere gelin g b ie dt geen beschermin g
te gen gripverlies door te snel in gaan van
b ochten, snel optrekken bij schuin over-
hang en of door remmen, en kan we gglij-
d en van het voorwiel niet voorkomen.
Rij d altij d voorzichti g op oppervlakken
d ie mo gelijk gla d kunnen zijn en vermij d
b ijzon der gla dde oppervlakken.
Het controlelampje “ ” knippert als de
tractieregeling is ingeschakeld. U hoort
mogelijk kleine veranderingen in het motor-
en uitlaatgeluid wanneer de tractieregeling
wordt ingeschakeld.
Als de tractieregeling wordt uitgeschakeld,
gaat het controlelampje “ ” branden.
OPMERKING
Als de machine wordt ingeschakeld,
wordt de tractieregeling ingeschakeld
en ingesteld op de laatst gebruikte
TCS-instelling.
De huidige TCS-instelling wordt weer-
gegeven in de TCS-weergave (pagina
4-12).
TCS-instellin gen
TCS “OFF”
In de modus TCS “OFF” is de tractierege-
ling uitgeschakeld.
TCS “1”
In de modus TCS “1” wordt de ondersteu-
ning van de tractieregeling geminimali-
seerd.
TCS “2, 3, 4, 5”
TCS-niveaus “2” t/m “5” bieden een se-
quentiële toename van de ondersteuning
van de tractieregeling.
TCS “6”
TCS “6” biedt de maximale ondersteuning
van de tractieregeling, waarbij de wielslip
het meest wordt geregeld.
LET OP
DCA16801
Ge bruik uitsluiten d d e voor geschreven
b an den. (Zie pa gina 7-21.) Bij geb ruik
van ban den met een an dere maat zal de
tractiere gelin g d e wielrotatie niet nauw-
keuri g kunnen re gelen.
1. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
2. Controlelampje tractieregeling “ ”
3. TCS-weergave
12
3
UBN6D1D0.book Page 2 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 17 of 112

Speciale kenmerken
3-3
3
Tractieregelin g instellen
Om TCS uit te schakelen
Stop de machine en: druk de TCS-schakelaar twee secon-
den omhoog in om de tractieregeling
uit te schakelen.
druk de TCS-schakelaar omlaag in om
de tractieregeling weer in te schake-
len.
OPMERKING
Als de machine vast is komen te zitten in
modder, zand etc., schakel dan de tractie-
regeling uit om het vrijmaken van het ach-
terwiel te vergemakkelijken.
Om TCS-instellingen te veranderen
Stop de machine of sluit de gasgreep en:
druk de TCS-schakelaar omhoog in
om de tractieregeling te verlagen
(6→ 5→ 4→ 3→ 2→ 1).
druk de TCS-schakelaar omlaag in om
de tractieregeling te verhogen
(1→ 2→ 3→ 4→ 5→ 6).
OPMERKING
TCS-instellingen kunnen ook worden ge-
wijzigd terwijl de gasgreep gedurende twee
seconden in een vaste positie wordt ge-
houden terwijl de machine in een rechte lijn
rijdt in de 4e, 5e of 6e versnelling.
WAARSCHUWING
DWA18940
Wees extra voorzichti g b ij het wijzi gen
van de instellin gen tij dens het rij den.
De tractiere gelin g teru gstellen
De tractieregeling wordt automatisch uitge-
schakeld wanneer: het voor- of achterwiel van de grond
komt tijdens het rijden.
tijdens het rijden overmatige wielslip
van het achterwiel wordt gedetec-
teerd.
een van de wielen wordt rondgedraaid
terwijl de sleutel op “ON” staat (zoals
bij het uitvoeren van onderhoud).
Als de tractieregeling wordt uitgeschakeld,
gaan zowel het controlelampje “ ” als het
waarschuwingslampje “ ” branden.
Probeer als dit gebeurt het systeem als
volgt terug te stellen.
1. Stop de machine en draai de sleutel naar “OFF”.
2. Wacht enkele seconden en draai dan de sleutel terug naar “ON”.
3. Het controlelampje “ ” dient uit te
gaan en het systeem dient te worden
ingeschakeld.
OPMERKING
Als het controlelampje “ ” na het terug-
stellen blijft branden, kan nog steeds met
de machine worden gereden; laat de ma-
chine echter zo snel mogelijk nakijken door
uw Yamaha dealer.
4. Laat een Yamaha dealer het voertuignakijken en het controlelampje “ ”
uitschakelen.
1. Schakelaar tractieregeling “TCS”
1
UBN6D1D0.book Page 3 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 18 of 112

Speciale kenmerken
3-4
3
DAU79481
Snelschakelsysteem
Het snelschakelsysteem maakt bij volgas
opschakelen zonder koppelingshendel mo-
gelijk. Als de schakelschakelaar beweging
van het schakelpedaal detecteert, worden
het motorvermogen en aandrijfkoppel tijde-
lijk aangepast om het opschakelen moge-
lijk te maken.
OPMERKING
Het snelschakelsysteem werkt bij snelhe-
den van minimaal 20 km/h (12 mi/h) met
een motortoerental van 2000 tpm of hoger
en alleen bij optrekken. Het werkt niet als
de koppelingshendel wordt ingetrokken.
LET OP
DCA26260
Gebruik om scha de aan d e aandrijflijn te
voorkomen altij d d e koppelin gshen del
voor het schakelen bij la ge snelhe den,
b ij teru gschakelen of als het snelscha-
kelsysteem is uit geschakel d.
UBN6D1D0.book Page 4 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 19 of 112

Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
4-1
4
DAU10978
Start blokkeersysteem
Dit voertuig is voorzien van een startblok-
keersysteem waarmee diefstal kan worden
bemoeilijkt door de codering van de stan-
daardsleutels te wijzigen. Het systeem be-
staat uit de volgende onderdelen:
een codeersleutel (met een rood bo-
vendeel)
twee standaardsleutels (met een
zwart bovendeel) die opnieuw kunnen
worden gecodeerd
een transponder (die is geïntegreerd in
de codeersleutel)
een startblokkeereenheid
een ECU
een controlelampje van de startblok-
kering (Zie pagina 4-7.)
De sleutel met het rode bovendeel wordt
gebruikt om de twee standaardsleutels te
coderen. Het wijzigen van de codes is een
ingewikkelde procedure. Breng het voer-
tuig daarom met alle drie sleutels naar een
Yamaha dealer om deze opnieuw te laten coderen. Gebruik de sleutel met het rode
bovendeel niet om met het voertuig te rij-
den. Deze sleutel dient uitsluitend te wor-
den gebruikt voor het opnieuw coderen van
de standaardsleutels. Gebruik altijd een
standaardsleutel om met het voertuig te rij-
den.
LET OP
DCA11822
ZORG DAT U DE CODEERSLEUTEL
NIET VERLIEST! NEEM DIRECT
CONTACT OP MET UW DEALER
ALS U HEM VERLOREN HEBT! Als
de co deersleutel verloren is, kun-
nen de stan daar dsleutels niet op-
nieuw geco deer d wor den. U kunt
het voertui g d an no g stee ds starten
met de stan daar dsleutels, maar als
ze opnieuw g ecodeer d moeten
wor den ( d.w.z. als er een nieuwe
stan daar dsleutel is gemaakt of als
alle sleutels verloren zijn), dient het
g ehele start blokkeersysteem ver-
van gen te wor den. Daarom wor dt u
sterk aan gera den een van d e stan-
d aar dsleutels te g eb ruiken en d e
co deersleutel op een veili ge plek te
b ewaren.
Dompel de sleutels nooit in water.
Stel de sle
utels nooit bloot aan ex-
treem ho ge temperaturen.
Leg d e sleutels nooit vlak bij ma gne-
tische voorwerpen (zoals bijvoor-
b eel d speakers enz.).
Plaats nooit voorwerpen die elektri-
sche si gnalen uitzend en vlakbij de
sleutels.
Plaats nooit zware voorwerpen op
de sleutels.
U ma g d e sleutels nooit slijpen of de
vorm ervan wijzi gen.
U ma g het plastic g ed eelte van d e
sleutels nooit demonteren.
Han g nooit twee sleutels van een
start blokkeersysteem aan dezelf de
sleutelrin g.
Bewaar de stan daar dsleutels en
ook de sleutels van an dere start-
b lokkeersystemen altij d op een an-
d ere plek dan
de co deersleutel van
het voertui g.
1. Codeersleutel (rood bovendeel)
2. Standaardsleutels (zwart bovendeel)
UBN6D1D0.book Page 1 Monday, October 2, 2017 9:33 AM
Page 20 of 112

Functies van instrumenten en bed iening selementen
4-2
4
Hou d sleutels van an dere start blok-
keersystemen altij d uit de buurt van
het contactslot, want an ders kun-
nen ze si gnaalstorin g veroorzaken.DAU10474
Contactslot/stuurslot
Via het contactslot/stuurslot worden het
ontstekingssysteem en de verlichtingssy-
stemen bediend en wordt het stuur ver-
grendeld. De diverse standen worden
hierna beschreven.
OPMERKING
Gebruik de standaardsleutel (zwarte greep)
voor regelmatig gebruik van de machine.
Bewaar de codeersleutel (rode greep) op
een veilige plaats en gebruik deze uitslui-
tend voor hercodering om het risico op ver-
lies te minimaliseren.
DAU58321ON
Alle elektrische circuits worden voorzien
van stroom en de motor kan worden ge-
start. De sleutel kan niet worden uitgeno-
men.
OPMERKING
De koplamp gaat automatisch branden als
de motor wordt gestart. De koplamp blijft
branden totdat de sleutel naar “OFF” wordt
gedraaid, zelfs als de motor afslaat.
DAU10662OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld. De sleutel kan worden uitgenomen.
ON
OFF
LOCK
P
UBN6D1D0.book Page 2 Monday, October 2, 2017 9:33 AM