air condition Alfa Romeo 159 2010 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2010, Model line: 159, Model: Alfa Romeo 159 2010Pages: 331, PDF Size: 5.37 MB
Page 8 of 331

6
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
D D
A A
S S
H H
B B
O O
A A
R R
D D
E E
N N
B B
E E
D D
I I
E E
N N
I I
N N
G G
CRUISE-CONTROL ............................................. 76
PLAFONDVERLICHTING...................................... 78
BEDIENINGSKNOPPEN....................................... 81
INTERIEURUITRUSTING ...................................... 83
OPENDAK......................................................... 93
PORTIEREN ...................................................... 96
ELEKTRISCHE RUITBEDIENING ............................. 99
BAGAGERUIMTE ............................................... 101
MOTORKAP..................................................... 105
IMPERIAAL/SKIDRAGER..................................... 106
KOPLAMPEN .................................................... 106
ABS ............................................................... 108
VDC-SYSTEEM ................................................. 110
EOBD-SYSTEEM ............................................... 115
INBOUWVOORBEREIDING AUTORADIO .................. 116
EXTRA ACCESSOIRES ........................................ 116
ELEKTRISCHE/ELEKTRONISCHE
SYSTEMEN MONTEREN...................................... 117
PARKEERSENSOREN........................................... 118
BANDENSPANNINGSCONTROLESYSTEEM TPMS ...... 122
TANKEN .......................................................... 125
BESCHERMING VAN HET MILIEU ......................... 127 DASHBOARD.................................................... 7
INSTRUMENTENPANEEL...................................... 8
SYMBOLEN...................................................... 9
ALFA ROMEO CODE............................................ 9
ELEKTRONISCHE SLEUTEL .................................. 11
DIEFSTALALARM................................................ 17
START-/CONTACTSLOT........................................ 19
INSTRUMENTEN................................................ 21
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY .............................. 25
INSTELBAAR MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY ............. 30
ZITPLAATSEN ................................................... 45
HOOFDSTEUNEN .............................................. 48
STUURWIEL ..................................................... 49
SPIEGELS........................................................ 50
KLIMAATREGELING............................................ 53
HANDBEDIENDE AIRCONDITIONING ..................... 55
KLIMAATREGELING, AUTOMATISCH BI-/TRIZONE ... 58
EXTRA VERWARMING........................................ 69
BUITENVERLICHTING......................................... 70
RUITEN REINIGEN............................................. 73
001-045 Alfa 159 NL 31-03-2009 9:13 Pagina 6
Page 23 of 331

Het is streng verboden
om demontage-/monta-
gewerkzaamheden uit te voe-
ren, waarvoor wijzigingen in de
stuurinrichting of de stuurkolom
vereist zijn (bijvoorbeeld bij
montage van een diefstalbevei-
liging). Hierdoor kunnen de pres-
taties van het systeem, de ga-
rantie en de veiligheid in gevaar
worden gebracht en voldoet de
auto niet meer aan de type-
goedkeuring.
OPGELET
21
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
een bericht op het display weergege-
ven). Wendt u zich in dit geval tot het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
WAARSCHUWINGAls er na een po-
ging het instrumentenpaneel in te scha-
kelen en/of de motor te starten het
lampje
>(waar voorzien) gaat branden
(bij sommige uitvoeringen wordt het be-
richt “Beschermingssysteem niet aan-
wezig” op het display weergegeven),
herhaal dan de handeling en draai het
stuur iets om het ontgrendelen van het
stuur makkelijker te maken. De weerga-
ve van het bericht op het display heeft
geen invloed op de werking van het
stuurslot.
INSTRUMENTEN
TOERENTELLER
De toerenteller levert informatie over het
toerental van de motor. Als de wijzer van
de toerenteller zich in het rode gebied be-
vindt nabij het uiteinde van het bereik,
draait de motor met een te hoog toeren-
tal, waardoor de mechanische onderde-
len kunnen beschadigen: als de toeren-
teller zich in dit gebied bevindt, moet het
toerental door de bestuurder worden aan-
gepast.
WAARSCHUWINGDe inspuiting
blokkeert geleidelijk de brandstofstroom
als de motor met een te hoog toeren-
tal draait (wijzer van de toerenteller in
het rode gebied), waardoor het vermo-
gen van de motor lager wordt en het
toerental weer het veilige gebied be-
reikt.
De toerenteller kan, afhankelijk van de si-
tuatie, bij stationair toerental een kleine of
herhaaldelijk voorkomende stijging van het
toerental aangeven. Dit is een normaal ver-
schijnsel dat kan optreden als bijvoorbeeld
de airconditioning of de elektroventilateur
wordt ingeschakeld. In deze gevallen dient
een geringe toerentalstijging voor het be-
houd van de lading van de accu.
STUURSLOT
Inschakelen
Het stuurslot wordt na ongeveer 5 se-
conden na het verwijderen van de elek-
tronische sleutel uit het startsysteem en
na de controle door het systeem van de
volgende omstandigheden, ingeschakeld:
❒motor uitgeschakeld;
❒instrumentenpaneel uitgeschakeld
bij stilstaande auto;
❒elektronische sleutel verwijderd uit
het startsysteem.
Uitschakelen
Het stuurslot wordt uitgeschakeld als de
elektronische sleutel in het startsysteem
wordt geplaatst.
WAARSCHUWINGAls de motor tij-
dens de rit wordt uitgeschakeld, wordt het
stuurslot pas weer ingeschakeld als de mo-
tor de volgende keer bij stilstaande auto
wordt uitgeschakeld. In deze situatie
brandt op het instrumentenpaneel (waar
voorzien) het lampje
>(bij sommige uit-
voeringen worden er een symbool en een
bericht op het display weergegeven).
WAARSCHUWINGBij een storing
van het stuurslot gaat er op het instru-
mentenpaneel (waar voorzien) het
lampje
>branden (bij sommige uit-
voeringen worden er een symbool en
001-045 Alfa 159 NL 31-03-2009 9:13 Pagina 21
Page 83 of 331

55
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
LUCHTVERDELING
INSTELLEN
O: luchtstroom naar lichaam bestuur-
der/passagier;
M: luchtstroom naar lichaam bestuur-
der/passagier en voetenruimte;
N: luchtstroom naar voetenruimte voor
en achter;
Q: luchtstroom naar voetenruimte en
voorruit;
ü: luchtstroom naar de voorruit
HANDBEDIENDE
AIRCONDITIONING
(voor bepaalde uitvoeringen/
markten)
BEDIENINGSKNOPPEN
fig. 47
A- draaiknop voor instellen luchttem-
peratuur (mengen van warme/koude
lucht);
B- draaiknop voor instelling luchtver-
deling;
C- draaiknop voor aanjagersnelheid;
D- drukknop in-/uitschakelen achter-
ruit- en buitenspiegelverwarming;
E- drukknop in-/uitschakelen maximaal
ontwasemen/ontdooien voorruit en zij-
ruiten voor en buitenspiegels;
F- drukknop in-/uitschakelen recircu-
latie;
G- drukknop in-/uitschakelen airco-
compressor.
fig. 47A0E0011m
046-082 Alfa 159 NL 31-03-2009 9:19 Pagina 55
Page 85 of 331

57
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
AIRCONDITIONING
(snel koelen)
WAARSCHUWINGDe compressor
√kan alleen worden ingeschakeld als
de ventilatie is ingeschakeld.
Ga als volgt te werk:
❒draai de knop Ahelemaal linksom;
❒draai de draaiknop Cnaar de maxi-
male snelheid;
❒draai de knop Bin stand O;
❒druk op de knoppen √env(de
LED’s op de knoppen gaan bran-
den).
Koeling constant houden
Ga als volgt te werk:
❒schakel de recirculatie uit (wanneer
ingeschakeld).
❒draai de knop Atotdat de gewens-
te temperatuur is ingesteld;
❒draai de draaiknop Cnaar de ge-
wenste aanjagersnelheid.
ONDERHOUD VAN HET
SYSTEEM
Tijdens de winter moet de airconditio-
ning
√ten minste één keer per maand
gedurende ongeveer 10 minuten wor-
den ingeschakeld.
Voordat het zomerseizoen begint, moet
de werking van het systeem nagekeken
worden door het Alfa Romeo Service-
netwerk.
LUCHTRECIRCULATIE
INSCHAKELEN
Druk op de knop v: het lampje op
de knop gaat branden als deze functie
wordt ingeschakeld.
Wij raden u aan de recirculatiefunctie in
te schakelen in de file of in tunnels. Hier-
mee wordt voorkomen dat vervuilde
lucht het interieur bereikt. Het is niet
raadzaam dit systeem langdurig te la-
ten werken, omdat anders, vooral als
u met meerdere personen in de auto zit,
de kans aanzienlijk toeneemt dat de rui-
ten beslaan.
Het is echter niet raadzaam deze func-
tie handmatig in te schakelen op re-
genachtige of koude dagen, omdat dan
de ruiten aan de binnenzijde aanzienlijk
sneller kunnen beslaan, vooral als de air-
conditioning niet is ingeschakeld.
WAARSCHUWINGMet deze func-
tie kan, afhankelijk van de gekozen wer-
king (“verwarmen” of “koelen”) snel-
ler het gewenste resultaat worden be-
reikt.
Als de accu wordt los-
gekoppeld/aangesloten,
moet u ten minste 3 mi-
nuten wachten voordat u de
elektronische sleutel in het
startsysteem steekt, zodat de
klimaatregeleenheid de elektri-
sche actuatoren voor de tempe-
ratuurregeling en de luchtver-
deling in de beginstand kan zet-
ten.
046-082 Alfa 159 NL 31-03-2009 9:19 Pagina 57
Page 95 of 331

67
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
IN-/UITSCHAKELEN
RECIRCULATIE
EN INSCHAKELEN AQS
(Air Quality System)
(voor bepaalde uitvoeringen/
markten, waar voorzien)
De luchtrecirculatie wordt als volgt ge-
regeld:
❒automatische regeling; LED “A” op
de knop gaat dan branden;
❒geforceerd ingeschakeld (recircula-
tie altijd ingeschakeld); de ronde LED
om de knop gaat branden;
❒geforceerd uitgeschakeld (recircula-
tie altijd uitgeschakeld met toevoer
van buitenlucht); de LED om de
knop gaat uit.
Met AQS (luchtkwaliteitsensor - waar
voorzien) wijkt de volgorde van de wer-
king af als knop
vwordt ingedrukt.WAARSCHUWINGMet de recircu-
latiefunctie kan, zowel bij verwarmen
als koelen, veel sneller de gewenste si-
tuatie worden bereikt. Het is echter niet
raadzaam deze functie in te schakelen
op regenachtige of koude dagen, om-
dat dan de ruiten aan de binnenzijde
aanzienlijk sneller kunnen beslaan, voor-
al als de airconditioning niet is inge-
schakeld. Het verdient aanbeveling om
de luchtrecirculatie in te schakelen in de
file of in tunnels. Hiermee wordt voor-
komen dat vervuilde lucht het interieur
bereikt. Het is niet raadzaam dit sys-
teem langdurig te laten werken, omdat
anders, vooral als u met meerdere per-
sonen in de auto zit, de kans aanzien-
lijk toeneemt dat de ruiten beslaan en
de noodzakelijke luchtverversing niet
kan plaatsvinden.
De ruiten kunnen onder
bepaalde klimaatom-
standigheden beslaan,
bijvoorbeeld bij een buitentem-
peratuur rond 0 °C, terwijl de
recirculatie automatisch wordt
geregeld. Druk in dat geval op
de knop
vom de recircula-
tie geforceerd uit te schakelen
en druk eventueel op de knop +
om de luchtstroom naar de
voorruit te vergroten.
Bij een buitentempera-
tuur lager dan -1 °C kan
de aircocompressor niet
werken. Bij lage buitentempe-
raturen raden wij u aan om de
recirculatiefunctie niet te ge-
bruiken, omdat hierdoor de rui-
ten sneller kunnen beslaan.
046-082 Alfa 159 NL 31-03-2009 9:19 Pagina 67
Page 185 of 331

157
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Airconditioning
De airconditioning gebruikt zeer veel
energie: gebruik wanneer de buiten-
temperatuur het toelaat, bij voorkeur de
functies van het ventilatiesysteem.
Aerodynamische accessoires
Het gebruik van niet goedgekeurde
aerodynamische accessoires kan de
aerodynamica negatief beïnvloeden,
waardoor het brandstofverbruik zal toe-
nemen. Overbodige bagage
Rijd niet met een overbeladen bagage-
ruimte. Het gewicht van de auto (voor-
al in stadsverkeer) en de wieluitlijning
hebben grote invloed op het brandstof-
verbruik en de stabiliteit.
Imperiaal/skidrager
Verwijder de imperiaal of skidrager als
u deze niet meer gebruikt. Ze vermin-
deren de aerodynamica van de auto,
waardoor het brandstofverbruik toe-
neemt. Gebruik voor het vervoer van vo-
lumineuze voorwerpen bij voorkeur een
aanhanger.
Stroomverbruikers
Gebruik elektrische accessoires uitslui-
tend als u ze nodig hebt. De achterruit-
verwarming, extra koplampen, de rui-
tenwissers en de aanjager van het ven-
tilatie-/verwarmingssysteem vragen
veel stroom, waardoor het brandstof-
verbruik toeneemt (tot aan 25% in
stadsverkeer).BRANDSTOF
BESPAREN
Hierna volgen enkele nuttige tips, waar-
door het brandstofverbruik zo laag mo-
gelijk blijft en de uitstoot van schadelij-
ke uitlaatgassen zoveel mogelijk be-
perkt wordt.
ALGEMENE OPMERKINGEN
Onderhoud van de auto
Zorg voor een goed onderhoud van de
auto door de controles en afstellingen
die in het “Onderhoudsschema” staan
vermeld, te laten uitvoeren.
Banden
Controleer regelmatig, ten minste een
keer per maand, de spanning van de
banden: als de spanning te laag is,
wordt de weerstand groter en neemt het
verbruik toe.
149-164 Alfa 159 NL 17-06-2009 14:14 Pagina 157
Page 244 of 331

VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Voeding brandstofpomp F21 20 60
Verbruikers elektronische inspuiting F22 20 60
Voeding autoradio/navigatiesysteem/Blue&Me F23 15 60
Positieve voeding + sleutel voor spoelen relais in zekeringen-/
relaiskast motorruimte/dashboardzekeringenkast, Bodycomputer F31 7,5 56
Knooppunt bestuurdersportier/knooppunt passagiersportier/
startsysteem F32 15 56
Ruit linksachter/Knooppunt bagageruimte F33 20 56
Ruit rechtsachter/Knooppunt bagageruimte F34 20 56
Waterdetectiesensor brandstoffilter / luchtkwantummeter /
Remlichtschakelaar/paneel op tunnel/Cruise control/AQS-sensor F35 7,5 56
Voeding knooppunt bagageruimte/Slotactuatoren F36 20 56
Plus via startsysteem voor remlichten, derde remlicht,
instrumentenpaneel, koplampverstelling F37 7,5 56
Opening bagageruimte F38 15 56
Voeding + accu voor airconditioning, plafondverlichting,
bewegingsdetectie, EOBD-diagnosestekker F39 10 56
216
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
181-222 Alfa 159 NL:181-222 Alfa 159 1ed 31-03-2009 10:34 Pagina 216
Page 297 of 331

269
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
–rit buiten de stad: waarbij veel-
vuldig wordt geaccelereerd in alle ver-
snellingen en waarmee een normaal ge-
bruik van de auto buiten de stad wordt
gesimuleerd. De snelheid varieert tussen
de 0 en 120 km/h;
–gecombineerd verbruik: hierbij
telt de waarde van de stadsrit mee voor
37% en de waarde van de testrit buiten
de stad voor 63%.BELANGRIJK Het soort wegdek,
verkeerssituatie, atmosferische
omstandigheden, rijstijl, algeme-
ne conditie van de auto, uitrus-
tingsniveau, gebruik van de air-
conditioning, lading van de auto,
imperiaal op het dak en andere
situaties die de aerodynamica
kunnen beïnvloeden, leveren een
ander brandstofverbruik op dan
hier vermeld.BRANDSTOFVERBRUIK
Het brandstofverbruik dat in de volgen-
de tabel is opgenomen, is gemeten vol-
gens een vastgestelde testmethode die
in EU-normen is vastgelegd. Het brand-
stofverbruik is gemeten volgens onder-
staande procedure:
–een stadsrit: opgebouwd uit een
koude start gevolgd door een gesimu-
leerde, normale testrit in stadsverkeer;
Brandstofverbruik volgens EU-norm 2004/3 Stadsverkeer Buitenweg Gecombineerd(liter x 100 km)
1.8 140 pk10,3 (
) 6,0 () 7,6 ()10,7 () 6,1 () 7,8 ()
1750 TURBO BENZINE11,8 (
) 6,0 () 8,1 ()12,0 () 6,2 () 8,3 ()
3.2 JTS 4x216,4 (
) 7,9 () 11,0 ()16,5 () 7,9 () 11,0 ()
3.2 JTS 4x416,7 (
) 8,3 () 11,4 ()17,0 () 8,3 () 11,5 ()
1.9 JTD
M8v7,8 ()/6,6 () () 4,8 ()/4,4 () () 5,9 ()/5,2 () ()7,9 ()/6,7 () () 4,9 ()/4,5 () () 6,0 ()/5,3 () ()
1.9 JTD
M16v7,9 () 4,8 () 5,9 ()8,0 () 4,8 () 6,0 ()
2.0 JTD
M7,1 ()/6,6 ()() 4,4 ()/4,3 ()() 5,4 ()/5,1 ()()7,2 ()/6,7 ()() 4,5 ()/4,4 ()() 5,5 ()/5,2 ()()
2.4 JTD
M4x29,2 () 5,4 () 6,8 ()9,2 () 5,5 () 6,9 ()
2.4 JTD
M4x49,7 () 5,8 () 7,2 ()9,9 () 5,9 () 7,4 ()
(
) Sedanuitvoeringen () Sportwagon-uitvoeringen () ECO-uitvoeringen
249-270 Alfa 159 NL 17-06-2009 14:16 Pagina 269
Page 321 of 331

319
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
Auto langere tijd stallen ............ 164
Auto langere tijd stallen ............ 164
Automatisch inschakelende
koplampen ........................... 71
Automatische links/rechts of links
rechts en voor/achter gescheiden
klimaatregeling...................... 58
Autoradio ................................ 293
Bagagehoes ........................... 282
Bagageruimte...................101-277
Bagageruimteverlichting
– lamp vervangen .................. 208
Banden
– bandenspanning ................ 260
– interval ............................. 183
– sneeuw ............................ 162
– standaard ......................... 259
– verklaring van de codes op
de banden ........................ 257
Bedieningsorganen................... 81
Bekerhouder........................... 87
Bescherming van het milieu ....... 127
Brandstof besparen................... 157
Brandstof– brandstofnoodschakelaar ..... 81
– meter .............................. 22
– verbruik ............................ 269
Brandstofmeter ........................ 22
brandstofnoodschakelaar en
elektrische voeding ................. 81
Brandstofsysteem..................... 255
Brilhouder ............................... 87
Buitenverlichting ...................... 70
Buitenverlichting
– bediening ......................... 70
– lamp vervangen ......... 200-203
Carrosserie (reinigen) ............... 244
CO
2-emissie ............................ 270
CODE-card............................... 12
Contactslot ............................. 19
Cruise control .......................... 76
Dashboard............................. 7
DDashboard en bediening .......... 6
Dashboardkastje ...................... 85
Derde remlicht......................... 204
Diefstalalarm............................ 17 Aansteker ............................... 85
ABS (systeem) ......................... 108
Accu
– opladen ............................ 219
– starten met een hulpaccu ..... 182
– tips om de levensduur te
verlengen .......................... 239
– vervangen ......................... 238
Achterruitwisser....................... 276
Achteruitrijverlichting
– lamp vervangen ................. 202
Afmetingen ............................. 261
Airbag..............................141-145
Airconditioning, handbediend ..... 55
Alfa 159 Sportwagon ............... 275
Alfa Romeo CODE .................... 10
Armsteun
– achter ........................... 83-84
– midden ............................. 83
Asbak .................................... 87
ASR (systeem) ......................... 112
A A
L L
F F
A A
B B
E E
T T
I I
S S
C C
H H
R R
E E
G G
I I
S S
T T
E E
R R
319-328 Alfa 159 NL 17-06-2009 14:17 Pagina 319